ID.nl logo
Van installatie tot integratie: zo maak je je eigen LoRaWAN-netwerk
© ID.nl
Huis

Van installatie tot integratie: zo maak je je eigen LoRaWAN-netwerk

Met LoRaWAN verbind je draadloze apparaten over grote afstanden met internet, zonder dat ze veel energie verbruiken. Ideaal voor sensoren die jarenlang op één batterij moeten werken, zoals weerstations of waterpeilsensoren of tuinmetingen. In dit artikel bouwen we stap-voor-stap een eigen LoRaWAN-netwerk met een gateway en de opensource-oplossing ChirpStack. We behandelen de installatie, configuratie en koppeling van sensoren, en laten zien hoe je de data uitleest en integreert in andere systemen.

Dit gaan we doen

LoRaWAN is een protocol voor energiezuinige, draadloze communicatie over lange afstanden. We leggen uit hoe LoRa en LoRaWAN werken, welke hardware je nodig hebt en hoe je ChirpStack installeert en configureert. Je leert een gateway opzetten, sensoren koppelen en hun data decoderen. Daarna tonen we hoe je metingen bekijkt, problemen oplost en de gegevens integreert in domoticasystemen via MQTT en Node-RED. Zo beschik je over een compleet eigen netwerk voor het betrouwbaar verzamelen en verwerken van sensorinformatie.

Ook interessant: Bedien je slimme apparaten met een zelfgebouwd touchscreen

LoRaWAN is een zogenoemd Low-Power Wide-Area Network (LPWAN): het protocol implementeert draadloze communicatie over grotere afstanden (in perfecte omstandigheden zelfs meer dan tien kilometer) met een laag stroomverbruik. De keerzijde is dat de overdrachtssnelheid laag is, maximaal enkele kilobits per seconde. Maar voor veel toepassingen is dat voldoende. Denk maar aan het uitlezen van het peil van je regenwaterput of van het weerstation in een boomgaard. Door elke tien minuten een klein pakketje met sensorwaarden door te sturen, kan een LoRaWAN-sensor gemakkelijk tien jaar op één batterij werken.

LoRa

LoRa (Long Range) is de specificatie van de fysieke laag van het netwerkmodel, die definieert hoe de radiosignalen eruitzien. De standaard specificeert de gebruikte frequentiebanden (868 MHz in Europa, 915 MHz in Noord-Amerika en Australië en 923 MHz in Azië) en modulatie. Speciaal aan LoRa is dat het goed tegen interferentie kan. Dat is ook nodig, want in Europa werken bijvoorbeeld Z-Wave en draadloze alarmsystemen in dezelfde frequentieband.

LoRa is een propriëtair protocol van Semtech (https://www.semtech.com) dat is gebaseerd op chirp spread spectrum. Met deze techniek wordt informatie gecodeerd in de vorm van een 'tjilp': een sinusoïdaal signaal waarvan de frequentie met de tijd verhoogt (up-chirp) of verlaagt (down-chirp). De snelheid waarmee de frequentie van het signaal verandert, is de chirp rate. Hoe hoger de chirp rate, hoe meer informatie er in dezelfde tijd doorgestuurd kan worden, maar hoe moeilijker ze te decoderen is.

LoRa definieert zes spreading factors, van SF7 (snelle chirp rate) tot SF12 (trage chirp rate). Hoe hoger de spreading factor, hoe verder het signaal nog ontvangen kan worden.

©ID.nl

Semtech produceert diverse LoRa-chips.

LoRaWAN

Terwijl LoRa slechts de fysieke laag definieert, bouwt LoRaWAN daarop voort om communicatie tussen de end devices (ook nodes genoemd) en internet mogelijk te maken. Zo'n end device is elk apparaat met een LoRa-antenne en firmware die de LoRaWAN MAC-laag implementeert. LoRaWAN is een open standaard die door de LoRa Alliance (https://www.lora-alliance.org) wordt gepromoot.

Om die communicatie met internet mogelijk te maken, is een LoRaWAN-gateway nodig. Die is uitgerust met zowel een LoRa-antenne als een wifi-antenne, ethernetpoort of 4G-antenne. De gateway stuurt de ontvangen LoRaWAN-pakketten via internet door naar een centrale netwerkserver.

Mogelijk ontvangen meerdere gateways hetzelfde pakket van een node. De netwerkserver filtert die dubbel ontvangen pakketten eruit. Ook verzekert de netwerkserver de authenticiteit van elke node op het netwerk en de integriteit van elk pakket. Alle LoRaWAN-pakketten tussen de nodes en de netwerkserver zijn met een AES-sleutel van 128 bit versleuteld.

ChirpStack

We hebben dus een of meerdere LoRaWAN-gateways nodig, een netwerkserver, en uiteraard LoRaWAN-nodes met sensors die we willen uitlezen. Voor de gateway en de netwerkserver maken we in dit artikel gebruik van versie 4 van het opensource-project ChirpStack (https://www.chirpstack.io). Overigens is ChirpStack compatibel met de meeste LoRaWAN-gateways, als die werken met de Semtech Packet Forwarder of Semtech Basics Station. De documentatie van ChirpStack bevat voor diverse merken van gateways uitleg over de configuratie (https://www.kwikr.nl/csgatew).

Een alternatief is om ChirpStack Gateway OS op een ondersteunde LoRaWAN-gateway te draaien. Dit is een op OpenWrt gebaseerde Linux-distributie met gateway-software en webinterface voor de configuratie. Dit besturingssysteem installeer je dan op een Raspberry Pi met LoRa HAT of een andere ondersteunde gateway. Voor dit artikel installeerden we ChirpStack Gateway OS op een Seeed Studio SenseCap M2.

🛜 ChirpStack Gateway OS

🛜 Ondersteunde gateways

🛜 Seeed Studio SenseCap M2

©ID.nl

ChirpStack biedt uitgebreide documentatie over de diverse componenten van het LoRaWAN-project.

Gateway OS installeren

Voor de Raspberry Pi bestaan er twee types images (https://www.kwikr.nl/csospi) van Gateway OS: Base en Full. Met Base installeer je een volledig functionele LoRaWAN-gateway, terwijl Full op hetzelfde apparaat ook een netwerkserver en Node-RED (www.nodered.org) installeert. Wil je een alles-in-één LoRaWAN-oplossing, kies dan het Full-image. We gaan er in dit artikel van uit dat je het Base-image draait. Later installeren we de netwerkserver en Node-RED in Docker-containers op een Linux-server.

Volg dan de installatie-instructies (https://www.kwikr.nl/csosins) voor je merk van gateway. We lieten onze SenseCap M2 eerst upgraden naar de nieuwste firmware van Seeed Studio. Daarna downloadden we het image van ChirpStack Gateway OS 4.7.0 voor de SenseCap M2. In de webinterface ga je dan naar System en vervolgens naar Backup / Flash Firmware. Klik op Flash image… onderaan de pagina, selecteer het image en klik op Upload.

©ID.nl

We flashen het image van ChirpStack Gateway OS op de Seeed SenseCap M2 via de webinterface.

Andere lange-afstands-protocollen

Er bestaan nog andere protocollen die op LoRa voortbouwen. Zo is er Meshtastic of https://www.kwikr.nl/mtas. Terwijl bij LoRaWAN de nodes alleen met de gateways communiceren, is Meshtastic een mesh-netwerk waarbij alle nodes peer-to-peer met elkaar kunnen communiceren om berichten door te sturen. Meshtastic is ook meer bedoeld om tekstberichten uit te wisselen tussen bewegende clients.

Bij LoRaWAN ligt de focus op het zo energiezuinig mogelijk doorsturen van sensordata. Ook Amazon Sidewalk, een netwerktechnologie die Amazon in apparaten zoals zijn nieuwste Echo en Ring ingebouwd heeft, maakt gebruik van LoRa voor een hoger bereik. Door deze apparaten als Sidewalk Bridges in te zetten, heeft Amazon een uitgebreid netwerk om allerlei sensors van connectiviteit te voorzien.

Gateway configureren

Nadat je gateway met de net geïnstalleerde firmware is opgestart, log je in met gebruikersnaam root en een leeg wachtwoord. Stel daarna een wachtwoord in. Klik daarna links op het menu ChirpStack / Concentratord. In het tabblad Global configuration vink je Enabled aan en selecteer je de chipset van je LoRa-hardware, in ons geval SX1302/SX1303.

Ga dan naar het tabblad van je geselecteerde chipset en vul de juiste gegevens in. De Antenna gain (dBi) staat standaard op 2 ingesteld, maar onze gateway is met een 3dBi-antenne uitgerust, dus dat veranderen we. Belangrijk is ook het Channel-plan. Voor Europa kies je daar EU868, zodat de gateway op de juiste frequenties werkt.

Klik daarna op Save & Apply om de instellingen door te voeren. Na enkele seconden zou onderaan in de footer Could not read Gateway ID moeten veranderen naar de ID van je gateway. Mogelijk moet je hiervoor de pagina verversen.

©ID.nl

ChirpStack Gateway OS heeft enkele basisinstellingen nodig.

Netwerkserver installeren

De netwerkserver en andere benodigde componenten installeer je op een Linux-server. De documentatie van ChirpStack toont de installatie-instructies voor Debian/Ubuntu, evenals voor Docker Compose (https://www.kwikr.nl/csdock). Wij voerden die laatste methode uit op een Debian 12-server. Installeer Docker en Docker Compose met:

sudo apt install docker.io docker-compose

Geef je gebruiker toegang tot de Docker-daemon met:

sudo usermod -aG docker $USER

Log daarna uit en weer in. Download dan de Git-repository met de Docker Compose-bestanden van ChirpStack met de opdracht:

git clone https://github.com/chirpstack/chirpstack-docker.git

Navigeer dan naar die directory met:

cd chirpstack-docker

Het bestand README.md bevat uitleg voor de configuratie. Bekijk eens alle bestanden in de map configuration voor de mogelijkheden.

©ID.nl

Met Docker Compose start je de netwerkserver en andere componenten van ChirpStack.

Netwerkserver opstarten

Er is maar één configuratie die je zeker moet aanpassen: maak een willekeurig 'secret' met deze opdracht:

openssl rand -base64 32

De uitvoer is iets van deze vorm:

v3sUJjR0sa8BJOhiSDE7rq5WAZ0VOD+NuHbcqQfjWMI=

Open nu het bestand configuration/chirpstack/chirpstack.toml en zet dit secret op de plaats van you-must-replace-this in de regel die begint met secret=. Sla dit bestand op. Voer daarna deze opdracht uit in de directory van de repository:

docker-compose up -d

Nadat alle containers zijn aangemaakt, kun je op de webinterface van ChirpStack aanmelden op http://IP:8080 (met in plaats van IP het ip-adres van de Linux-server) en als gebruikersnaam en wachtwoord admin. Klik bovenaan rechts op je gebruikersnaam admin en kies Change password om dit standaardwachtwoord aan te passen.

Gateway toevoegen

Nu moet je de gateway nog aan je netwerkserver koppelen. Het Docker Compose-bestand installeert ook de MQTT-broker Mosquitto. We laten de gateway daarom met diezelfde MQTT-broker verbinden. Klik in de gateway op MQTT Forwarder onder ChirpStack. Dat component is standaard ingeschakeld, je hoeft alleen maar in het tabblad MQTT configuration bij Server de waarde tcp://IP:1883 in te vullen (met in plaats van IP het ip-adres van de netwerkserver) en onderaan op Save & Apply te klikken.

Klik daarna in de netwerkserver links op Tenant / Gateways / Add gateway. Geef je gateway een naam en vul de gateway-ID in dat ChirpStack Gateway OS onderaan rechts toont. Klik op Submit.

Daarna is je gateway onder Gateways te zien met de status (Online). Klik je op de gateway-ID, dan krijg je in het dashboard wat statistieken te zien, en in het tabblad Metadata van het tabblad Configuration zie je allerlei systeemgegevens die de gateway al stuurt, zoals de regio, het hardwaremodel en versienummers van concentratord en de MQTT-forwarder.

©ID.nl

De netwerkserver ziet onze gateway online.

Apparaatprofiel

Met de gateway hoef je nu verder niets te doen. De rest van de configuratie gebeurt in de netwerkserver van ChirpStack. Voor elk type apparaat dat je wilt toevoegen, moet je eerst een apparaatprofiel aanmaken; die vind je in de productspecificaties. Haal die erbij en klik bij Device Profiles op de blauwe knop Add device profile bovenaan rechts.

We demonstreren hoe je dit doet voor de LSN50v2-S31 van Dragino, een temperatuur- en luchtvochtigheidssensor. Geef het profiel de naam van het producttype. Voor de MAC-versie volgen we de gebruikershandleiding en kiezen we LoRaWAN 1.0.3. Aangezien het standaard interval waarmee deze sensor data doorstuurt twintig minuten is, vullen we bij Expected uplink interval als waarde 1200 seconden in. Onder het tabblad Join (OTAA / ABP) staat Device supports OTAA standaard ingeschakeld. Dat houden we zo, omdat het apparaat dit volgens de handleiding ondersteunt. De rest van de standaardwaarden zijn oké.

©ID.nl

Maak een apparaatprofiel voor de Dragino LSN50v2-S31.

Codec

LoRaWAN-apparaten sturen hun data als een reeks opeenvolgende bytes, waarvan het formaat in de documentatie van het apparaat wordt uitgelegd. We hebben dus voor elk apparaatprofiel een functie nodig die deze datareeks decodeert en in voor ons leesbare vorm omzet, in JSON-formaat (https://www.json.org). Die functie dien je in het tabblad Codec in te voeren. Kies hier bij Payload codec voor JavaScript functions.

Je ziet nu dat het tekstveld Codec functions een sjabloon bevat met functies decodeUplink voor de data die het apparaat naar de netwerkserver stuurt en decodDownlink voor de data die de netwerkserver naar het apparaat stuurt. Deze functies moet je dus implementeren, maar de meeste leveranciers van LoRaWAN-apparaten bieden zelf al de juiste JavaScript-functies aan.

Dragino biedt deze functies voor al zijn apparaten aan in een GitHub-repository (https://www.kwikr.nl/dragit). Navigeer daar naar de juiste directory, open het bestand waarvan de naam eindigt op Chirpstack v4 decoder.txt en plak de inhoud van het bestand in dit tekstveld. Klik op Submit om het apparaatprofiel met de bijbehorende decoder op te slaan.

©ID.nl

Decodeer de bytes in een LoRaWAN-pakket met behulp van JavaScript-code.

Apparaat toevoegen

LoRaWAN-apparaten worden gegroepeerd per applicatie. Bijvoorbeeld temperatuursensors groepeer je onder één applicatie en contactsensors onder een andere. Maak dus eerst een applicatie aan onder Applications door bovenaan rechts op Add application te klikken, de applicatie een naam te geven en dan met Submit aan te maken. Als je onder Applications op deze applicatie klikt, kun je met een klik op Add device apparaten toevoegen aan deze applicatie.

Vul nu een naam in voor je apparaat, bijvoorbeeld Temperatuursensor buiten, en kies het apparaatprofiel dat je juist hebt aangemaakt. Daarna vul je de Device EUI in. Join EUI is niet nodig als je apparaat via OTAA wordt geactiveerd. Klik op Submit. In het tabblad OTAA keys dat nu verschijnt, vul je de Application key in. Al deze tekenreeksen van hexadecimale cijfers vind je doorgaans op een sticker in de verpakking van het apparaat. Schakel daarna het apparaat in.

©ID.nl

Alle LoRaWAN-apparaten worden gegroepeerd per applicatie.

Uplinks bekijken

Als alles goed gaat, zie je nu in het tabblad LoRaWAN frames pakketten van je apparaat voorbijkomen. Als allereerste een JoinRequest, gevolgd door een JoinAccept wanneer het apparaat door je LoRaWAN-netwerk is geaccepteerd. Wanneer je beide berichten ziet, weet je dat je apparaat op het LoRaWAN-netwerk is geactiveerd.

Ga daarna naar het tabblad Events. Hier zie je een join-gebeurtenis die aangeeft dat je apparaat tot het netwerk is toegetreden. En zodra het apparaat een eerste meting stuurt, zie je ook een up-gebeurtenis. Klik op join of up voor een gestructureerde weergave van de gegevens; dit is een JSON-structuur. Zoek de sleutel data met daarin de sleutel object. Die laatste bevat de data die de payload-decoder heeft gedecodeerd, met onder andere de temperatuur (TempC_SHT31), de luchtvochtigheid (Hum_SHT31) en de batterijspanning (BatV).

©ID.nl

ChirpStack toont de sensormetingen met alle bijbehorende metadata van het LoRaWAN-protocol.

Op zoek naar een weerstation?

Kijk en shop

Metingen tonen

Wanneer ChirpStack de uplinks van je apparaat (gegevens die je apparaat uitstuurt) kan decoderen, kun je deze ook visualiseren. Verlaat daarvoor de applicatie en ga naar het apparaatprofiel van de sensor. Open het tabblad Measurements. Je ziet dat ChirpStack hier al de sleutels uit de JSON-structuur met gegevens heeft toegevoegd als meetsleutels. De soort meting staat echter telkens op Unknown / unset, waardoor ze voorlopig worden genegeerd.

Geef nu elke meetsleutel die je wilt visualiseren een type. Voor de batterijspanning, temperatuur en luchtvochtigheid kiezen we Gauge; in de andere waarden zijn we niet geïnteresseerd. Klik tot slot op Submit.

Als je nu even wacht tot de volgende uplink, zie je grafieken van de opgegeven metingen in het tabblad Device metrics van het tabblad Dashboard van het apparaat onder de applicatie waarbij het hoort. Overigens toont ChirpStack ook de status van de batterij van elk apparaat in de lijst met apparaten van een applicatie.

©ID.nl

ChirpStack toont grafieken van de sensormetingen.

Problemen oplossen

ChirpStack biedt ook voldoende informatie om problemen op te lossen. Draadloze communicatie is nooit 100% betrouwbaar, want er kunnen allerlei storingen voorkomen. Het tabblad Link metrics van een apparaat biedt je zicht op de prestaties. Hier zie je grafiekjes per dag, maand of jaar van enkele belangrijke karakteristieken.

Zo toont Received het aantal ontvangen uplinks. In de daggrafiek is dat per uur. Van een apparaat met een uplinkinterval van twintig minuten verwacht je drie ontvangen uplinks per uur. Zie je er in een uur minder, dan kan dat aan het apparaat liggen. Maar zie je bij alle apparaten een bepaalde periode minder dan verwachte uplinks, dan ligt het waarschijnlijk aan de verbinding tussen de gateway en de netwerkserver.

Plaatsing van de gateway

Voor LoRa-signalen is rechtstreeks zicht tussen de antennes van zender en ontvanger belangrijk om een goed bereik te halen. Staan je LoRaWAN-sensors buiten, dan zet je de gateway het best ook buiten. Het liefst ook hoog, op een dak of paal, met zo weinig mogelijk obstakels zoals bomen of gebouwen tussen de gateway en de sensors. In ideale omstandigheden haal je zo zelfs tientallen kilometers bereik.

Maar wil je gewoon sensors in je grote tuin kunnen uitlezen, dan is een bereik van 100 meter wellicht voldoende. Dan maakt het niet uit dat je gateway niet optimaal staat. Met een plaatsing binnen haal je die afstanden ook. Binnengateways zijn bovendien heel wat goedkoper dan buitengateways, omdat ze niet weersbestendig hoeven te zijn.

RSSI

Een andere belangrijke indicator is de RSSI (Received Signal Strength Indicator), een maat voor hoe sterk het ontvangen signaal nog is. Het wordt gemeten in dBm (decibel-milliwatts) en is een negatief getal. Hoe dichter dit bij nul ligt, hoe sterker het ontvangen signaal. Een sensor op tien meter van de gateway kan bijvoorbeeld ontvangen worden met -50 dBm, terwijl dit op tientallen meters en/of met muren of andere obstakels ertussen al snel kan afnemen tot -100 dBm.

Maar ook de anteversterking en de verliezen in de kabels en connector naar de antenne (zowel bij de gateway als de sensor) hebben een invloed op de RSSI. In de grafiek van de RSSI kun je deze invloeden experimenteel onderzoeken om je LoRaWAN-netwerk te optimaliseren. Bij minder dan -120 dBm wordt de ontvangst onbetrouwbaar. Komt de RSSI van een van je apparaten in deze buurt, probeer dan bijvoorbeeld je gateway te verplaatsen of antennes te vervangen.

©ID.nl

De RSSI van dit apparaat veranderde van -50 naar -90 dBm nadat we het in het midden van de tuin plaatsten.

SNR

Ook uit de SNR (Signal-to-Noise Ratio) kun je heel wat afleiden over de betrouwbaarheid van de draadloze verbinding. Dit is de verhouding tussen het vermogen van het ontvangen signaal en van de ruis. Dit laatste zijn alle ongewenste signaalbronnen die interfereren met het LoRaWAN-signaal en dit dus kunnen verstoren. Hoe groter de SNR, hoe beter de gateway het signaal van de sensor van de ruis kan onderscheiden.

De SNR wordt in dB gemeten en is een waarde die doorgaans tussen -20 dB en +10 dB ligt. Een negatieve SNR betekent dat de ruis groter dan het signaal is. Normaal gezien is dit signaal dan niet meer van de ruis te onderscheiden, maar LoRa spreidt het signaal over een breder spectrum dan nodig uit en spreidt de ruis ook, waardoor het afhankelijk van de instellingen zelfs nog signalen kunt ontvangen met een SNR tot -20 dB.

LoRaWAN heeft met Adaptive Data Rate (ADR) bovendien een mechanisme waarbij de netwerkserver automatisch de SNR monitort en het apparaat indien nodig de opdracht geeft om zijn signaal over een breder spectrum uit te breiden om de SNR te verbeteren.

MQTT-berichten

De netwerkserver decodeert nu al je LoRaWAN-sensors en stuurt deze data in de vorm van MQTT-pakketten uit naar de MQTT-broker. Hierop kun je nu andere software laten luisteren, zoals je domoticaysteem. Daarvoor moet je eerst inzicht hebben in het formaat van de data. Gebruik daarvoor een MQTT-client die zowel voor Windows, macOS als Linux bestaat (zoals MQTTX, https://www.mqttx.app). Vul als hostname voor de broker het ip-adres of domein waarop de broker van je ChirpStack-netwerkserver draait en klik op Connect.

Klik dan op New Subscription en type het MQTT-onderwerp in dat je wilt volgen. De vorm van dit onderwerp staat uitgelegd in de documentatie van ChirpStack over MQTT (https://www.kwikr.nl/csmq). Om alle uplinks van een specifiek apparaat te ontvangen in de MQTT-client, vul je dit onderwerp in: application/APPLICATION_ID/device/DEV_EUI/event/up. De Application ID vind je op de pagina van de applicatie in ChirpStack naast de naam, en de Device EUI op de pagina van het apparaat. Je kunt ook single-level wildcards + gebruiken om alle uplinks van alle apparaten van alle applicaties te zien met application/+/device/+/event/up. Verander na het aanmaken van de subscription bovenaan Plaintext in JSON om de structuur van de boodschappen te zien.

©ID.nl

In MQTTX kunnen we de MQTT-berichten zien die ChirpStack voor elke sensormeting uitstuurt.

Integreren in domoticasysteem

Je kunt nu de sensormetingen in je domoticasysteem integreren als dit MQTT ondersteunt. We tonen hoe dit gaat in Node-RED (https://www.nodered.org). De makers van ChirpStack voorzien zelf een pakket voor Node-RED: node-red-contrib-chirpstack (https://www.kwikr.nl/csnr). Installeer dat op de Linux-server of in de Docker-container waarin je Node-RED hebt draaien, met deze opdracht:

npm install @chirpstack/node-red-contrib-chirpstack

Na een herstart van Node-RED zie je links onderaan twee nieuwe nodes in de categorie ChirpStack.

Voeg nu een mqtt in-node aan je flow toe, voeg een nieuwe broker toe en kies als onderwerp het MQTT-onderwerp voor de uplink van je apparaat. Als je nu op Deploy klikt, moet er bij de node een groen icoontje met connected bij staan. Koppel daarna een device event-node aan je mqtt in-node en zorg dat Event Type op Uplink staat (de standaard). Koppel hierachter een change-node waarbij je msg.payload gelijkstelt aan de waarde msg.payload.object.TempC_SHT31.

Hang hier een debug-node achter. Klik nog eens op Deploy, en wanneer je LoRaWAN-sensor weer een uplink stuurt, krijg je de temperatuur in het debugvenster te zien. De uitvoer van de change-node kun je nu ook op andere manieren verwerken, bijvoorbeeld door de temperatuur in een dashboard te visualiseren.

©ID.nl

In Node-RED kun je reageren op de MQTT-berichten van de LoRaWAN-netwerkserver van ChirpStack.


▼ Volgende artikel
Firefox-profielen: zo houd je werk en privé netjes gescheiden
© Mozilla
Huis

Firefox-profielen: zo houd je werk en privé netjes gescheiden

In je browser lopen werk, bankzaken en privé al snel door elkaar. Voor meer overzicht is het slimmer om te scheiden wat je voor je werk doet en wat voor jezelf. In Firefox kan dat eenvoudig met verschillende profielen. In dit artikel lees je wat profielen zijn, waarom ze handig zijn en hoe je ze instelt.

🦊 Dit artikel in het kort

Met meerdere profielen in Firefox kun je werk, privé en andere activiteiten makkelijk scheiden. Elk profiel is een eigen omgeving met afzonderlijke gegevens, aanmeldingen en instellingen. Dat voorkomt verwarring tussen accounts, houdt je browser overzichtelijk en maakt testen of experimenteren veiliger. Je maakt profielen eenvoudig aan, wisselt er snel tussen en kunt ze zelfs afzonderlijk synchroniseren.

Lees ook: De handigste extensies om je browser mee uit te breiden

Wat is een Firefox-profiel?

Zie een profiel als een aparte kamer in je digitale huis. Net zoals je slaapkamer en keuken een eigen inrichting hebben, bewaart elk profiel zijn eigen instellingen, bladwijzers en add-ons. De gegevens van verschillende profielen staan los van elkaar en worden op een andere plaats op de schijf opgeslagen. Je kunt dus meerdere 'kamers' aanmaken: bijvoorbeeld één voor je werkaccount, een andere voor je persoonlijke mail en een derde voor experimenten. Vind je het nieuwe profielmenu niet in de werkbalk, dan kun je altijd about:profiles in de adresbalk typen om bij de profielbeheerder te komen.

Waarom zou je meerdere profielen gebruiken?

Het grote voordeel van meerdere profielen is dat alles netjes gescheiden blijft. Binnen één profiel wordt alles gedeeld: websites gebruiken dezelfde sessies, cookies, extensies en instellingen. Dat betekent dat je bijvoorbeeld voor je werk ingelogd blijft op een dienst zolang de cookie geldig is, ook al wil je diezelfde site later met een ander account bezoeken. Door voor werk en privé aparte profielen te gebruiken, blijft de aanmelding beperkt tot één omgeving en hoef je niet steeds uit te loggen om van account te wisselen. Werk en privé blijven letterlijk uit elkaar, zodat er geen onbedoelde overlap ontstaat tussen diensten of voorkeuren. Daarnaast is het prettig om een testprofiel te hebben waarin je nieuwe extensies of instellingen probeert zonder dat je stabiele omgeving daar last van heeft. Deel je de computer met huisgenoten of kinderen, dan kun je iedereen een eigen profiel geven zodat wachtwoorden, bladwijzers en webgeschiedenis niet door elkaar lopen.

Een nieuw profiel aanmaken

Een nieuw profiel aanmaken gaat snel. Klik in Firefox op het accountpictogram rechts bovenin, kies Profielen en vervolgens + Nieuw profiel. Er opent een tweede venster waarin je de naam van het nieuwe profiel invoert en eventueel een thema en avatar kiest. Firefox bewaart je wijzigingen direct en het nieuwe profiel verschijnt in de lijst. Zie je geen profieloptie, ga dan naar about:profiles en klik daar op Nieuw profiel aanmaken. Mozilla raadt aan de standaardlocatie voor het profiel te gebruiken. Kies je zelf een map, zorg dan dat die leeg is, omdat alles in die map wordt verwijderd als je het profiel ooit weggooit.

©Mozilla

Profielen beheren en personaliseren

Je kunt profielen verder naar wens aanpassen. Geef ze duidelijke namen zodat je snel kunt schakelen. Kies bij elk profiel een ander thema, zodat je aan de kleur van het venster ziet in welke omgeving je werkt. Via dezelfde menuknop wissel je tussen profielen: klik op je huidige profielnaam en selecteer het profiel dat je wilt openen. Een profiel hernoemen of verwijderen kan vanuit de profielbeheerder. Als je een profiel verwijdert, kun je ervoor kiezen de bijbehorende bestanden te bewaren. Dat is handig wanneer je later nog bladwijzers of wachtwoorden wilt terughalen. Denk eraan dat definitief verwijderen alle gegevens verwijdert; maak dus een back-up als je niet zeker weet of je alles kwijt wilt.

Profielen selecteren en synchroniseren

Wil je bij het starten van Firefox kunnen kiezen welk profiel er wordt gebruikt, dan vink je in de profielbeheerder de optie Een profiel kiezen wanneer Firefox wordt geopend aan. Let op: dit kan alleen wanneer je de profielbeheerder start als Firefox gesloten is, omdat dan geen enkel profiel in gebruik is. Verderop lees je hoe je dat doet.  Laat je deze instelling uit, dan opent Firefox automatisch met het laatst gebruikte profiel. De inhoud van profielen wordt niet automatisch naar andere apparaten gestuurd. Wil je je bladwijzers en wachtwoorden op meerdere computers gebruiken, maak dan voor ieder profiel een eigen Mozilla-account aan en schakel synchronisatie in. Het is niet mogelijk om met dezelfde account meerdere profielen op één apparaat te synchroniseren; zo wordt voorkomen dat gegevens door elkaar raken.

De profielbeheerder starten wanneer Firefox gesloten is

Via de opdrachtprompt kun je de profielbeheerder starten wanneer Firefox gesloten is. Druk daarvoor op de Windows-toets + R, typ firefox.exe -P en bevestig je met Enter. Het venster Gebruikersprofiel kiezen verschijnt, waarna je profielen kunt aanmaken, hernoemen of verwijderen. Ook kun je hier instellen dat een bepaald profiel automatisch gebruikt moet worden zodra Firefox wordt opgestart. Als je meerdere Firefox-installaties op één computer hebt, vervang je firefox.exe door het volledige pad naar de gewenste installatie. Je ziet ook de optie Offline werken; klik je die aan, dan wordt het geselecteerde profiel geladen en start Firefox zonder verbinding te maken met internet. Je kunt eerder bezochte websites bekijken en experimenteren met je profiel.

©ID.nl

Alternatief: containers

De add-on Multi-Account Containers houdt cookies, websitegegevens en aanmeldingen per container apart. Omdat er gewerkt wordt met tabbladen in verschillende kleuren, zie je meteen in welke container je zit. Dit is handig als je bijvoorbeeld een privérekening en een zakelijke rekening bij dezelfde webdienst hebt. Bladwijzers, extensies en instellingen blijven hierbij wel gemeenschappelijk. Containers zijn daardoor lichter en sneller dan volledige profielen, maar bieden minder afscherming. Voor de meeste gebruikers is een combinatie van beide praktisch: containers voor snelle scheiding van accounts en profielen voor volledige scheiding van omgevingen.

©Mozilla


Voor de allerkleinste Firefox-fans

Vrolijke vosjes om mee te knuffelen
▼ Volgende artikel
Review Xiaomi Redmi Pad 2 Pro – Capabel en betaalbaar
© Wesley Akkerman
Huis

Review Xiaomi Redmi Pad 2 Pro – Capabel en betaalbaar

De Xiaomi Redmi Pad 2 Pro is een Android-tablet, verkrijgbaar in twee configuraties. De adviesprijs is 299 euro voor 6 GB werkgeheugen en 128 GB opslagruimte of 349 euro voor 8 GB werkgeheugen en 256 GB aan ruimte. Wij hebben de laatstgenoemde variant getest.

Uitstekend
Conclusie

De Xiaomi Redmi Pad 2 Pro is een solide keuze voor wie een betaalbare en krachtige Android-tablet zoekt. De grootste pluspunten zijn het 12,1-inch matte Dolby Vision-scherm, de vier Dolby Atmos-speakers en de royale 12.000mAh-accu. De tablet leent zich uitstekend voor studenten en voor dagelijks gebruik, bijvoorbeeld voor streaming, lezen en lichte productiviteitstaken – zeker in combinatie met de accessoires. Minpunten zijn het trage opladen en het ontbreken van een IP-rating.

Plus- en minpunten
  • Accu met veel vermogen
  • Groot scherm dat weinig reflecteert
  • Optionele accessoires
  • Capabele processor
  • Goede prijs-kwaliteitverhouding
  • Lange software-ondersteuning
  • Omgekeerd opladen aanwezig
  • Opladen duurt lang (3 uur)
  • Niet stof- of waterdicht
  • Lage maximale helderheid

De Redmi Pad 2 Pro oogt verrassend hoogwaardig voor zijn prijs. Het aluminium frame en de matte achterkant geven hem een stevige, vingerafdrukbestendige afwerking, al is het oppervlak wat glad. Met een gewicht van 610 gram en een dikte van 7,5 millimeter ligt de tablet prettig in de hand: solide, maar toch goed draagbaar. Een IP-certificaat ontbreekt, maar daar staat een aantal handige extra's tegenover, zoals vier Dolby Atmos-speakers, een audiojack en ondersteuning voor micro-sd-kaarten.

Het 12,1-inch lcd-scherm met een resolutie van 2560 bij 1600 pixels valt meteen op door de matte, papierachtige afwerking. Dankzij de anti-reflecterende coating heb je nauwelijks last van schittering, waardoor lezen buitenshuis of in fel licht prettig blijft. De tablet biedt verder een verversingssnelheid van 120 hertz, ondersteuning voor Dolby Atmos en HDR10+, en verschillende instellingen die je ogen ontzien. Alleen de maximale helderheid van 500 nits had wat hoger mogen zijn.

©Wesley Akkerman

Veel vermogen

De Redmi Pad 2 Pro draait op de Snapdragon 7s Gen 4-processor, die in de praktijk zorgt voor vlotte en stabiele prestaties. De tablet verwerkt moeiteloos meerdere apps en tientallen browsertabs (op de achtergrond) zonder merkbare vertraging. De chip is krachtig genoeg voor 4K-videobewerking en veeleisende werktoepassingen. Daarnaast ondersteunt hij moderne verbindingsstandaarden als wifi 6 en bluetooth 5.4, en kun je de opslag eenvoudig uitbreiden met een micro-sd-kaart.

De accuduur is een sterk punt, dankzij de forse 12.000mAh-batterij. Daardoor kun je de tablet dagenlang gebruiken zonder tussentijds opladen, zeker als je hem slechts af en toe erbij pakt. Minder overtuigend is de laadsnelheid: met de meegeleverde 33W-lader duurt het ruim drie uur voordat hij volledig is opgeladen. Wel praktisch is de ondersteuning voor omgekeerd opladen, waarmee je de tablet als een powerbank voor andere apparaten kunt inzetten.

©Wesley Akkerman

Lange software-ondersteuning

De Xiaomi Redmi Pad 2 Pro draait op het overzichtelijke HyperOS 2, gebaseerd op Android 15, met een belofte van vijf Android-upgrades (en zeven jaar aan beveiligingsupdates!). De interface is schoon en maakt multitasking gemakkelijk; de tablet kan drie apps in splitscreen of maximaal vier zwevende vensters tegelijk beheren. Mocht je veel andere Xiaomi-apparaten in huis hebben, dan kun je die prima bedienen van dit apparaat, dankzij de Interconnectiviteit van Xiaomi.

De tablet heeft aan zowel de voor- als achterkant een 8MP-camera, allebei vooral bedoeld voor praktische toepassingen. Fotokwaliteit staat hier niet centraal: beelden ogen wat zacht en missen levendigheid en diepte. De achtercamera leent zich goed voor het scannen van documenten en legt tekst duidelijk vast. De frontcamera is helder genoeg voor videogesprekken in 1080p, ook bij weinig licht, al ligt de vaste focus wat te dicht bij het gezicht.

©Wesley Akkerman

Optionele accessoires

De optionele keyboardcover maakt van de Xiaomi Redmi Pad 2 Pro een volwaardige werktablet. De hoes verbindt via bluetooth, heeft een eigen batterij en dient tegelijk als standaard. De toetsen bieden voldoende travel (diepte) voor prettig typen, al ontbreekt achtergrondverlichting. Ook is er geen touchpad aanwezig. De cover beschikt over een eigen usb-c-poort voor het opladen en heeft ruimte voor een los verkrijgbare stylus.

Voor creatieve gebruikers en studenten is er de Redmi Smart Pen. Deze stylus ondersteunt 4096 drukniveaus en benut de 240Hz-touchsampling van het scherm, waardoor schrijven en tekenen soepel aanvoelt. De pen maakt eveneens verbinding via bluetooth en heeft twee knoppen. Opladen gebeurt via een eigen usb-c-poort; magnetisch opladen via de tablet is niet mogelijk.

©Wesley Akkerman

Xiaomi Redmi Pad 2 Pro kopen?

De Xiaomi Redmi Pad 2 Pro is al met al een solide keuze voor wie een betaalbare en krachtige Android-tablet zoekt. De grootste pluspunten zijn het 12,1-inch matte Dolby Vision-scherm, de vier Dolby Atmos-speakers en de royale 12.000mAh-accu. De tablet leent zich uitstekend voor studenten en voor dagelijks gebruik, bijvoorbeeld voor streaming, lezen en lichte productiviteitstaken – zeker in combinatie met de accessoires. Minpunten zijn het trage opladen en het ontbreken van een IP-rating.