ID.nl logo
Zekerheid & gemak

6 redenen waarom het niet zo erg is dat de iPhone geen 3,5 mm heeft

De opvallendste vernieuwing aan de iPhone 7 is het ontbreken van de 3,5 mm-poort, en we hebben al genoeg gelezen over hoe vervelend en onpraktisch dat is. In dit artikel kijken we naar een aantal redenen waarom het weglaten van de audiopoort op de iPhone misschien toch niet zo erg is als gedacht. Hopelijk helpt het de keus voor het kopen van een iPhone 7 te relativeren.

Er zijn ook genoeg argumenten waarom het weglaten van de hoofdtelefoonaansluiting een heel slecht idee is. Lees hier ook: '6 redenen waarom het erg is dat de iPhone 7 geen hoofdtelefoonaansluiting heeft'.

1: Het kabeltje wordt gewoon meegeleverd

Apple en accessoires, dat is nooit een goede combinatie geweest. Veel kabeltjes en dongles en dergelijke zijn prijzig, maar je móét ze hebben om je iApparaat te gebruiken. Het is daarom extra opvallend én goed dat de iPhone geleverd wordt met een gratis verloopstukje - een unicum voor het bedrijf. Wie dus muziek wil luisteren met zijn koptelefoon hoeft dus niet persé een duur accessoire te kopen, maar kan dat gewoon out of the box.

Daar komt bij dat een extra dongletje slechts € 9,99 kost. Dat is een heel stuk minder duur dan een doorsnee accessoire van Apple. Mocht je dus een reserve-exemplaar willen hebben, dan kost het je de kop niet.
 

2: De oortjes zelf ook

Daarover gesproken: Je krijgt de standaard oordopjes gewoon bij je telefoon meegeleverd. Een groot deel van de iPhone-bezitters kan prima overweg met de dopjes van de iPhone, en heeft dus wel genoeg aan de meegeleverde koptelefoon.
 

3: Noice-cancelling hoofdtelefoons hoeven niet te worden opgeladen

Wéér een apparaat dat aan de oplader moet

3,5 mm is een prima standaard, maar ook een basale. Eén ding dat je er bijvoorbeeld niet mee kunt is opladen. Maar dat moet wel gebeuren met koptelefoons met noise-cancellation. Daar komen er steeds meer van, en die worden steeds beter, dus is het best een prettig idee dat je je hoofdtelefoon niet óók nog eens iedere nacht aan de oplader moet leggen. Daar is de Lightning-poort wel degelijk geschikt(er) voor.
 

4: Digitaal geluid is beter dan analoog

Geluid via de Lightning-poort maakt je signaal in één klap digitaal in plaats van analoog. Daardoor hoef je de ingebouwde DAC in je telefoon niet te gebruiken. De DAC in de telefoon is nog wel nodig voor de speakers, maar niet voor de headphones. Dat betekent dat fabrikanten van koptelefoons hun eigen custom DAC in kunnen bouwen, die een stuk beter kunnen zijn dan die in de iPhone zelf. Dat kan voor audiofielen goed nieuws zijn - mits ze een koptelefoon kopen met een goede DAC.
 

5: Met een digitale kabel kun je besturingsknoppen inbouwen

Digitale kabels bieden veel meer mogelijkheden dan analoge

Een digitale kabel via Lightning biedt veel meer mogelijkheden dan een analoge kabel via 3,5 mm. Het is dan namelijk veel makkelijker voor fabrikanten om een eigen besturingsknop in een adaptertje op de kabel te zetten, waarmee je in één keer naar een ander nummer kan, een nummer op pauze kunt zetten, of andere acties op je iPhone kunt uitvoeren. Dat biedt mogelijkheden die 3,5 mm niet biedt.
 

6: Kabels moeten weg

Weg met kabels, dat is al jaren onze droom. We zitten helaas nog steeds vast aan kabels hier en opladers daar, en met 3,5 mm blijft dat ook. Bluetooth is als draadloze technologie nog niet perfect (het pairen werkt bijvoorbeeld nog lang niet altijd even goed), maar met Apple voorop is er een grote kans dat hoofdtelefoonfabrikanten nieuwe technologieën of bluetooth beter gaan verwerken in hun apparaten. Je kunt veel van Apple zeggen, maar slechts weinig bedrijven zorgen dat andere fabrikanten zo veel randapparatuur maken voor telefoons en tablets.

▼ Volgende artikel
Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)
© DC Studio
Huis

Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)

Je hebt net een klein fortuin uitgegeven aan een gloednieuwe 4K- of zelfs 8K-televisie. Je installeert hem, start je favoriete filmklassieker en zakt onderuit op de bank. Maar in plaats van een bioscoopervaring bekruipt je het gevoel dat je naar een goedkope soapserie of een homevideo zit te kijken. De acteurs bewegen vreemd soepel, de actiescènes lijken versneld en de magie is ver te zoeken. Geen zorgen, je televisie is niet stuk. Hij doet eigenlijk iets te goed zijn best.

Dit fenomeen is zo wijdverspreid dat er een officiële term voor is: het 'soap opera effect'. In technische kringen wordt dit ook wel bewegingsinterpolatie of 'motion smoothing' genoemd. Hoewel fabrikanten deze functie met de beste bedoelingen in hun televisies bouwen, is het voor filmfanaten vaak een doorn in het oog. Gelukkig is het eenvoudig op te lossen... als je tenminste weet waar je moet zoeken.

Nooit meer te veel betalen? Check
Kieskeurig.nl/prijsdalers!

Wat is het 'soap opera effect' precies?

Om te begrijpen wat er misgaat, moeten we kijken naar hoe films worden gemaakt. De meeste bioscoopfilms en veel dramaseries worden opgenomen met 24 beelden per seconde. Die snelheid geeft films hun karakteristieke, dromerige uitstraling. Een beetje bewegingsonscherpte hoort daarbij; dat is wat onze hersenen associëren met 'cinema'. Moderne televisies verversen hun beeld echter veel vaker: meestal 60 of zelfs 120 keer per seconde.

Om dat verschil te overbruggen, verzint je slimme televisie er zelf beelden bij. De software kijkt naar beeld A en beeld B, en berekent vervolgens hoe een tussenliggend beeld eruit zou moeten zien. Dit voegt de tv toe aan de stroom. Het resultaat is een supervloeiend beeld waarin elke hapering is gladgestreken.

Voor een voetbalwedstrijd of een live-uitzending is dat geweldig, omdat je de bal en spelers scherper kunt volgen. Maar bij een film zorgt die kunstmatige soepelheid ervoor dat het lijkt alsof je naar een achter de schermen-video zit te kijken, of dus naar een soapserie zoals Goede Tijden, Slechte Tijden, die traditioneel met een hogere beeldsnelheid werd opgenomen. De filmische illusie wordt hierdoor verbroken.

©ER | ID.nl

De winkelmodus is ook een boosdoener

Naast beweging is er nog een reden waarom het beeld er thuis soms onnatuurlijk uitziet: de beeldinstellingen staan nog op standje zonnebank. Veel televisies staan standaard in een modus die 'Levendig' of 'Dynamisch' heet. Deze stand is ontworpen om in een felverlichte winkel de aandacht te trekken met knallende, bijna neon-achtige kleuren en een extreem hoge helderheid. Bovendien is de kleurtemperatuur vaak nogal koel en blauw, omdat dat witter en frisser oogt onder tl-licht. In je sfeervol verlichte woonkamer zorgt dat echter voor een onrustig beeld waarbij huidtinten er onnatuurlijk uitzien en details in felle vlakken verloren gaan.

Hoe krijg je de magie terug?

Het goede nieuws is dat je deze 'verbeteringen' gewoon kunt uitzetten. De snelste manier om van het soap opera effect en de neonkleuren af te komen, is door in het menu van je televisie de beeldmodus te wijzigen. Zoek naar een instelling die Film, Movie, Cinema of Bioscoop heet. In deze modus worden de meeste kunstmatige bewerkingen, zoals bewegingsinterpolatie en overdreven kleurversterking, direct uitgeschakeld of geminimaliseerd. Het beeld wordt misschien iets donkerder en warmer van kleur, maar dat is veel dichter bij wat de regisseur voor ogen had.

Sinds kort hebben veel moderne televisies ook de zogeheten Filmmaker-modus. Dat is de heilige graal voor puristen. Als je deze modus activeert, zet de tv met één druk op de knop alle onnodige nabewerkingen uit en respecteert hij de originele beeldsnelheid, kleuren en beeldverhouding van de film.

Wil je de beeldmodus niet volledig veranderen, maar alleen dat vreemde, soepele effect kwijt? Dan moet je in de geavanceerde instellingen duiken. Elke fabrikant geeft het beestje een andere naam. Bij Samsung zoek je naar Auto Motion Plus of Picture Clarity, bij LG-televisies ga je naar TruMotion, bij Sony naar Motionflow en bij Philips naar Perfect Natural Motion. Door deze functies uit te schakelen of op de laagste stand te zetten, verdwijnt het goedkope video-effect en krijgt je film zijn bioscoopwaardige uitstraling weer terug.

▼ Volgende artikel
Chrome Remote Desktop: ideaal voor ondersteuning op afstand
© ER | ID.nl
Huis

Chrome Remote Desktop: ideaal voor ondersteuning op afstand

Een apparaat op afstand bedienen hoeft geen geld te kosten en is verrassend eenvoudig. Of je nu bestanden wilt openen, technische problemen wilt oplossen of meerdere toestellen wilt beheren: met Chrome Remote Desktop kan het allemaal, gratis en zonder gedoe.

De helper begint

Een groot voordeel van Chrome Remote Desktop is de brede compatibiliteit: het werkt met Windows, macOS, Linux en ChromeOS. Bovendien is het veilig – verbindingen worden versleuteld – en je hebt alleen een Chrome-browser nodig. We beginnen aan de kant van degene die op afstand toegang wilt tot een andere computer, degene die ondersteuning biedt vanaf computer A. Op computer A opent de gebruiker Chrome en surft naar https://remotedesktop.google.com. Daar verschijnen twee opties: Dit scherm delen en Verbinding maken met een andere computer. Omdat computer A support wil geven aan een extern apparaat, kiest de gebruiker voor de tweede optie. In dat scherm verschijnt een veld om een toegangscode in te geven, de code volgt zo meteen.

Degene die support geeft, gebruikt het onderste vak.

Acties voor de hulpvrager

Op computer B, de computer die toegang zal verlenen, moet de gebruiker ook in Chrome surfen naar dezelfde website. Daar kiest hij voor de optie Dit scherm delen. Voordat dat mogelijk is, moet Chrome Remote Desktop eerst worden gedownload en geïnstalleerd. De gebruiker klikt daarvoor op de ronde blauwe knop met het witte downloadpijltje. Hiermee wordt een Chrome-extensie geïnstalleerd. Na de installatie verschijnt in het vak Dit scherm delen een blauwe knop met de tekst Code genereren. Wanneer de gebruiker daarop klikt, wordt een toegangscode van 12 cijfers aangemaakt. Die code geeft hij of zij door aan gebruiker A.

Wie support krijgt, moet de code via een berichtje of telefoontje doorgeven.

Scherm delen

Op computer A geeft de gebruiker de code op in Chrome Remote Desktop. Vervolgens wacht hij tot gebruiker B bevestigt dat A toegang mag krijgen tot zijn scherm. Zodra dat is gebeurd, verschijnt het volledige bureaublad van computer B in een nieuw Chrome-venster op computer A. Door dit venster schermvullend weer te geven, kan A probleemloos handelingen uitvoeren op de pc van B. Voor de veiligheid beschikken beide gebruikers over een knop om de sessie op elk moment te beëindigen. Uiteraard is een stabiele internetverbinding noodzakelijk. Daarnaast krijgen beide partijen de melding dat ze klembordsynchronisatie kunnen inschakelen. Hiermee wordt het mogelijk om eenvoudig tekst of bestanden te kopiëren en te plakken tussen beide apparaten.

Gebruiker A krijgt het volledige scherm van B in een Chrome-venster te zien.