ID.nl logo
Mp3's maken met  Media Player 11
© CIDimport
Huis

Mp3's maken met Media Player 11

Microsoft heeft zich bij de komst van de nieuwe Windows Media Player ook neergelegd bij de macht van de grote getallen en toegegeven dat het mp3-formaat onuitroeibaar is. Rippen dus! Microsoft heeft altijd zwaar ingezet op het standaardiseren van het .wma-formaat. Wma (Windows Media Audio) was de gedoodverfde vervanger van het immens populaire mp3-formaat.

Microsoft heeft zich bij de komst van de nieuwe Windows Media Player ook neergelegd bij de macht van de grote getallen en toegegeven dat het mp3-formaat onuitroeibaar is. Rippen dus! Microsoft heeft altijd zwaar ingezet op het standaardiseren van het .wma-formaat. Wma (Windows Media Audio) was de gedoodverfde vervanger van het immens populaire mp3-formaat. Wma is helemaal klaar is voor drm (Digital Right Managment, ofwel digitaal rechtenbeheer en kopieerbeveiliging), een zaak die bij het grote publiek vooral een negatieve klank heeft. Tel daarbij op dat drm maar al te vaak voor problemen zorgt op mobiele apparatuur en dat een wma-bestand bij gelijke compressie net iets minder klinkt dan mp3 en het moge duidelijk zijn dat hier een verloren race gelopen is. Natuurlijk wordt wma nog altijd gebruikt door Microsoft en door vele online muziekwinkels. Maar de Media Player is tegenwoordig ook voorzien van een gratis module om mp3-bestanden te maken. Dat betekent dat deze software nu ook prima is in te zetten om bijvoorbeeld een paar cd's om te zetten naar mp3-bestanden voor bijvoorbeeld op uw portable mp3-speler. De installatie van de software krijgt wat specifieke aandacht omdat Microsoft steeds nadrukkelijke bezig is met het blokkeren van illegale Windows-versies.

Stap 1

[afbeelding0]Allereerst is het zaak om Windows Media Player 11 te downloaden en te installeren. Alleen dan krijgt u namelijk de beschikking over de ingebouwde mp3-encoder. Het kan eventueel ook in Media Player 10, maar dan moet u eerst een aparte encoder downloaden; veel te ingewikkeld allemaal. Media Player 11 beschikt immers over voldoende verbeteringen om hiermee aan de slag te gaan. Is ook meteen een mooie voorbereiding op Vista, want ook daarin zult u Media Player 11 aantreffen. Om Media Player 11 te downloaden gaat u naar deze pagina van Microsoft. Klik in de daarop geopende pagina op de link Windows Media Player 11 voor Windows XP.

Stap 2

[afbeelding0]Vrijwel alle optionele software van Microsoft, zoals de Media Player maar ook Internet Explorer 7, is tegenwoordig alleen nog te installeren op een legale versie van Windows XP. Voordat er ook maar iets gedownload kan worden, moet u eerst op de knop Continue klikken voor 'Validatie vereist'. Zodra u hierop klikt kunnen er twee dingen gebeuren (of een combinatie van beide). Er verschijnt een gele waarschuwingsbalk bovenaan de pagina, in dat geval klikt u daarop en geeft u in het contextmenu aan het ActiveX-element te willen installeren. Of er verschijnt een waarschuwingsvenster waarin u op Installeren moet klikken. Hebt u al eens een validatie uitgevoerd, dan vervalt de gele balk soms en verschijnt alleen het waarschuwingsvenster.

Stap 3

[afbeelding0]Als de controle op echtheid geslaagd is verschijnt er na even wachten een knop Downloaden. Klik hierop en bewaar het installatiebestand (bijvoorbeeld) op uw Bureaublad. Komt uw Windows niet door de legaliteitstest, dan beschikt u hoogstwaarschijnlijk over een niet legale versie. Weet u zeker dat u uw Windows keurig hebt betaald, dan is het tijd om contact met Microsoft op te nemen. Is uw Windows inderdaad van minder zuivere herkomst, dan hebt u dikke pech en valt er weinig te downloaden.

Stap 4

[afbeelding0]Dubbelklik op het net gedownloade installatiebestand en daarna in het venster Bestand openen - Beveiligingswaarschuwing op Uitvoeren. U moet dan wederom uw XP laten controleren op echtheid. Slimmeriken onder u die dus dachten het programma op een wél legale computer te downloaden en dan op een systeem met gekopieerde Windows XP te installeren, komen dan nu bedrogen uit. Klik op de knop Valideren, waarna de installatie verder standaard verloopt. Ofwel: net zo vaak op Volgende klikken als nodig.

Stap 5

[afbeelding0]De eerste keer dat u Windows Media Player 11 start, moet het programma worden geconfigureerd. Selecteer daarvoor in de eerste stap van de configuratiewizard de optie Aangepaste instellingen en klik op Volgende. De eerste optie (Snelle instellingen) gaat weliswaar lekker snel, maar u loopt dan wel het risico uw privacy weg te geven. Vandaar onze keuze voor de tweede optie. Schakel vooral de optie bij (1) uit, daarmee voorkomt u dat de speler herkenbaar wordt en uw kijk- en luistergedrag in kaart kan worden gebracht. De optie bij (2) kunt u eventueel ingeschakeld laten, maar het is daarbij niet altijd even duidelijk welke informatie er naar Microsoft wordt verzonden. Wilt u op veilig spelen: uitzetten. Optie (3) is vooral voor uzelf van belang als er meerdere mensen gebruik maken van uw pc. Wilt u niet dat anderen zien waar u naar gekeken of geluisterd heb, schakel deze optie dan vooral uit. Klik dan twee keer op Volgende tot u in de laatste stap van de wizard bent beland.

Stap 6

[afbeelding0]In deze laatste stap van de configuratie kunt u aangeven welke bestanden automatisch geopend moeten worden met Media Player. Hebt u geen andere afspeelsoftware dan de Media Player geïnstalleerd, selecteer dan alle bestandstypen door te klikken op Alles selecteren. Gebruikt u echter een programma als Winamp voor het afspelen van uw mp3'tjes, zorg dan dat u het bestandsformaat MP3-audiobestand uitschakelt. Klaar? Klik dan op Voltooien en Media Player 11 start.

Stap 7

[afbeelding0]Nu is het dan tijd voor het doel van deze workshop: rippen van een audio-cd en direct omzetten naar afzonderlijke mp3-bestanden. Stop een muziek-cd in uw cd/dvd-speler of recorder en klik na even wachten op de knop Rippen. Klik dan nogmaals op deze knop, waarna een contextmenu opent. Klik daar onder Bestandsindeling op mp3. Overigens hebt u wellicht al gemerkt dat als uw pc met internet is verbonden, alle nummers inmiddels hoogstwaarschijnlijk de juiste titel hebben.

Stap 8

[afbeelding0]Klik wederom op de knop Rippen en beweeg uw muispijl naar Bitrate in het opengeklapte menu. U kunt nu uit een aantal verschillende bitrates kiezen. Daarbij geldt: hoe lager het hier genoemde getal, hoe kleiner het bestand maar ook hoe minder de geluidskwaliteit. Daarbij geldt overigens wel dat 128 kbps gelijk staat aan vrijwel cd-kwaliteit, terwijl de meeste mensen vanaf 192 kbps geen verschil meer horen met de cd. Wilt u zoveel mogelijk muziek meenemen op uw mp3-speler, dan is 128 kbps dus een prima keuze, gaat u voor kwaliteit dan is 192 kbps een prima compromis tussen kwaliteit en bestandsgrootte. Wij kiezen voor de laatste optie.

Stap 9

[afbeelding0]De standaardmap waarin Media Player de naar mp3-formaat geripte cd's plaatst, is Mijn documenten, Mijn muziek. U kunt deze keuze desgewenst aanpassen; klik daarvoor weer op de knop Rippen en klik in het bijbehorende menu op Meer opties. Op het tabblad Muziek rippen vindt u achter de genoemde standaardlocatie de knop Wijzigen; klik hierop en blader naar de map waar u de geripte cd's wilt bewaren. Dat kan bijvoorbeeld een schijfstation zijn met lekker veel vrije schijfruimte. Wilt u toch gebruik maken van de submap van Mijn documenten, vergeet dan niet deze map regelmatig te legen door de mp3'tjes op een cd te zetten. Anders krijgt u een wel heel grote map Mijn documenten.

Stap 10

[afbeelding0]Als alle instellingen gemaakt zijn, klikt u weer op Rippen. Selecteer dan de optie {naam cd} gevolgd door de stationsletter van uw speler of recorder en dan het woord rippen. Het eigenlijke omzetten van een muziek-cd duurt niet heel erg lang, maar is wel afhankelijk van de snelheid van uw pc en de leescapaciteit van uw cd-speler of recorder. Vaak zijn branders net iets sneller en nauwkeuriger als het om rippen gaat, iets om in uw achterhoofd te houden.

Stap 11

[afbeelding0]Na het rippen vindt u de geproduceerde mp3-bestanden standaard in de map Mijn documenten, Mijn muziek. Deze map is wederom onderverdeeld in een aantal submappen, waar u bijvoorbeeld uw online aangekochte muziek vindt of andere geripte cd's. De mapnaam die Media Player 11verzint voor een geripte cd is meestal eerst de artiestennaam, in die map vindt u dan vervolgens nog een map met de naam van het album. En daar weer in staan de uiteindelijke mp3-bestanden. Keurig voorzien van de juiste tracknaam. Mits de cd overigens herkend is, zo niet dan zijn de bestanden voorzien van een nummer.

Stap 12

[afbeelding0]Voor het overhevelen van de mp3'tjes naar uw mp3-speler kunt u Media Player zelf gebruiken, of de bij de speler geleverde software. Veel mp3-spelers (behalve helaas de iPod) verschijnen simpelweg als schijfstation in Windows Verkenner. In dat geval sleept u gewoon de gewenste mp3-bestanden naar dit schijfstation. Ook steeds meer mobiele telefoons zijn in staat tot het opslaan van mp3-bestanden. In dat geval gebruikt u de bij de telefoon geleverde software.

Ellende

Het rippen van oudere cd's (zeg maar van vóór 2000) zal over het algemeen geen enkel probleem opleveren. Gaat er daarbij iets fout, dan is dat meestal de schuld van een vette vingerafdruk of een vervelende kras. De afgelopen jaren zijn er echter cd's op de markt verschenen die niet meer aan de internationale standaarden voor muziek-cd's voldoen. Dit alles onder het mom van kopieerbeveiligingen. Behalve dat veel van deze cd's niet of niet goed afspelen in gewone cd-spelers doen ze het meestal helemaal niet op de pc. U kunt veel ellende omzeilen door meteen na het sluiten van de lade van uw cd/dvd-speler in uw pc de Shift-toets een seconde of tien ingedrukt te houden. Daarmee voorkomt u in ieder geval dat er snel en stiekem virusachtige software wordt geïnstalleerd die het afspelen van kopieerbeveiligde cd's tegengaat. Lukt het dan nog altijd niet om de cd te rippen of zelfs af te spelen, dan kunt u uw pc als ripper afschrijven. Althans, het wordt dan allemaal wel heel ingewikkeld. Handiger is het dan om te kijken of de cd afspeelbaar is in een gewone stereo cd-speler. Is dat het geval, dan zijn er perspectieven, zeker als u een beetje geavanceerde geluidskaart in uw pc hebt zitten. Verbindt de huiskamerspeler dan via de (optische) digitale spdif-uitgang met de spdif-ingang van uw geluidskaart. Vervolgens kunt u met een gratis geluidsbewerker als Audacity de cd alsnog in digitale kwaliteit opnemen en omzetten naar mp3. Deze procedure is echter alweer een workshop op zich, maar het is bij erg beveiligde cd's vaak de enige uitweg. Let tijdens de aankoop van een cd ook goed op of er een kopieerbeveiliging aanwezig is; meestal wordt dit in kleine lettertjes op de achterkant vermeld. Weet u het niet zeker, vraag het dan na. Is een cd beveiligd, dan kunt u deze het best laten liggen omdat er maar al te vaak problemen tijdens het afspelen optreden.

▼ Volgende artikel
Nieuw van AVM: FRITZ!Mesh Wi-Fi Set 1600 voor stabiele wifi uit het stopcontact
© AVM-Fritz
Huis

Nieuw van AVM: FRITZ!Mesh Wi-Fi Set 1600 voor stabiele wifi uit het stopcontact

Een stabiele en snelle wifi-verbinding in huis is geen overbodige luxe meer. Met de nieuwe FRITZ!Mesh Wi-Fi Set 1600 biedt AVM een compacte, krachtige oplossing die je rechtstreeks in het stopcontact steekt en waarmee je overal in huis zorgt voor een stabiel en sterk wifi-signaal.

De set is er in twee varianten (2-pack en 3-pack) en zorgt voor optimale dekking in appartementen en huizen van verschillende grootte. Dankzij ondersteuning voor wifi 6 op 2,4 en 5 GHz haal je snelheden tot 3000 Mbit/s.

De set werkt met elke router of glasvezelmodem en vormt een naadloos mesh-netwerk. Ook wie al een FRITZ!Box heeft, kan deze set eenvoudig gebruiken om het bereik verder uit te breiden.

Wat is mesh en waarom wil je het?

Bij een mesh-netwerk werken meerdere wifi-punten samen als één systeem. In plaats van dat elk punt zijn eigen netwerk uitzendt, zoals bij losse repeaters, zorgt mesh voor één netwerknaam met automatische overdracht van je verbinding. Loop je door het huis, dan schakelt je telefoon of laptop ongemerkt over naar het sterkste punt. Je hoeft dus niet handmatig over te schakelen en blijft altijd verbonden met het snelste signaal. Het systeem is bovendien eenvoudig uit te breiden, en je beheert alles via één centrale app – handig als je bijvoorbeeld een gastnetwerk wilt aanzetten of wifi-tijden wilt instellen.

©AVM-Fritz

Eenvoudige installatie en veel mogelijkheden

De eerste repeater in de set sluit je aan via de MyFRITZ!App, waarna deze het centrale punt van het netwerk vormt. Via de app kun je onder meer de netwerknaam instellen, wifi-tijden programmeren en een gastnetwerk inschakelen. Ook zie je precies welke apparaten verbonden zijn en hoe sterk het signaal is. De 2-pack is geschikt voor woningen tot vier kamers op één of twee verdiepingen. De 3-pack dekt grotere huizen of appartementen met meer dan vier kamers.

De FRITZ!Mesh Wi-Fi Set 1600 is per direct verkrijgbaar. De adviesprijs voor het 2-pack is 149 euro; het 3-pack kost 209 euro.



Router nodig?

▼ Volgende artikel
Stel vragen over je eigen data met RAG: zo werkt AI met jouw bronnen
© Pippin - stock.adobe.com
Huis

Stel vragen over je eigen data met RAG: zo werkt AI met jouw bronnen

Wanneer je een chatbot als ChatGPT of Copilot een vraag stelt, krijg je (hopelijk) een degelijk antwoord. Dit is mogelijk omdat deze AI-modellen zijn getraind met talloze tekstdata, zoals boeken, artikelen en websites. Maar je kunt zo’n model ook koppelen aan een eigen verzameling documenten en deze data dynamisch laten gebruiken.

In dit artikel laten we zien hoe je een AI-chatbot combineert met je eigen documenten om gerichte antwoorden te genereren:

  • Leer hoe RAG jouw documenten gebruikt om contextueel relevante antwoorden te geven
  • Gebruik NotebookLM van Google voor cloudgebaseerde documentanalyse en samenvattingen
  • Installeer en gebruik AnythingLLM lokaal voor volledige controle over je data
  • Ontdek alternatieven zoals Ollama en RAGflow voor geavanceerde lokale set-ups

Lees ook: Makkelijk switchen tussen AI-taalmodellen? Maak kennis met Jan

Dit artikel bespreekt oplossingen om eigen documenten als doorzoekbare database aan een AI-model te koppelen, zowel in de cloud (via NotebookLM) als lokaal (met tools als AnythingLLM en Ollama). Bij dit proces haalt een model eerst relevante informatie uit een specifieke externe bron of database op (retrieval) en gebruikt deze vervolgens om een contextueel antwoord te genereren (generation). Dit heet Retrieval-Augmented Generation, kortweg RAG.

Voor we concreet ingaan op de genoemde tools, leggen we kort uit hoe een AI-chatbot je prompts analyseert en op basis van getrainde kennis een relevant antwoord probeert te genereren. Daarna bekijken we hoe dit in een RAG-context verloopt.

1 LLM-dataverwerking

Veel mensen denken dat een AI-model zoals ChatGPT of andere Large Language Models (LLM’s) zoals Gemini, Grok, Llama of Claude bij een prompt direct een database van webpagina’s doorzoekt, een samenvatting maakt en die als antwoord teruggeeft. Afhankelijk van het model en je vraag kan er soms in live internetbronnen worden gezocht, maar doorgaans werkt dit proces fundamenteel anders.

In de trainingsfase leren LLM’s namelijk hoe woorden, zinnen en concepten samenhangen. Deze informatie wordt vervolgens opgesplitst in kleine woorddelen (tokens) en door een embedding-functie opgenomen (ingebed) als miljarden getallen, oftewel parameters, in één- of meerdimensionale tabellen, zoals vectoren en tensors.

Zo kan het woord ‘bank’, afhankelijk van de context, in een andere tabel belanden. Bij ‘Geld op een bank zetten’ wordt ‘bank’ gekoppeld aan financiële begrippen zoals ‘geld’ en ‘spaar’, terwijl ‘bank’ bij ‘Op een bank zitten’ aan huiselijke begrippen als ‘stoel’ en ‘zit’ wordt gelinkt. Deze structuur heet een transformer-model, en vandaar ‘GPT’: Generative Pre-trained Transformer.

Wanneer je nu een prompt invoert, zet de chatbot deze eerst om in vectoren die de contextuele betekenis weergeven. Deze worden vervolgens vergeleken met de LLM-parameters, waarna het model stapsgewijs de meest waarschijnlijke volgende tokens voorspelt. Uiteindelijk wordt deze tokenrij naar woorden omgezet en krijg je als gebruiker een antwoord terug.

De positionering van (een homoniem als) ‘bank’ in deze vector zal ook afhangen van de context.

2 RAG-dataverwerking

Wanneer je zelf databronnen toevoegt, zoals docx- of pdf-bestanden, of zelfs afbeeldingen, is het onrealistisch dat het LLM hiervoor opnieuw een trainingsfase doorloopt. Dit proces kost namelijk veel tijd en miljoenen euro’s. Daarom wordt gebruikgemaakt van technieken als RAG. Om RAG toe te passen, worden vectordatabases, zoals LanceDB en Pinecone, of document-retrievalsystemen, zoals Elasticsearch en Haystack, ingezet.

Bij vectordatabases worden tekstdata door de ingebouwde ‘embedder’ vooraf omgezet in vectoren, vergelijkbaar met een LLM. Deze vectoren worden opgeslagen in een database die doorzoekbaar is op basis van vectorovereenkomsten. Dit maakt ze geschikt voor contextueel en semantisch zoeken, veel meer dan met traditionele SQL-databanken mogelijk is.

Document-retrievalsystemen slaan de data als tekst op, vaak in gestructureerde velden, waardoor full-text search mogelijk is op basis van trefwoorden en tekstuele overeenkomsten. Deze systemen zijn meer geschikt voor exacte tekstopzoekingen.

Interessante achtergrondinformatie over vectordatabases en hun relatie tot LLM’s vind je onder meer hier.

Tekstdata worden door de ingebouwde embedder in een vectordatabase ondergebracht.

3 RAG-zoekopdrachten

Hoe verloopt een RAG-zoekproces over het algemeen? Eerst upload je alle gewenste documenten naar het systeem. De tekstdata worden daarna, via een lokaal (Ragflow, AnythingLLM) of cloudgebaseerd (NotebookLM) embedding-model, in kleine stukken verdeeld en in een vectordatabase opgeslagen, lokaal of in de cloud.

Wanneer je nu een prompt invoert, wordt deze eveneens door het embedding-model gevectoriseerd. De vectordatabase zoekt vervolgens naar relevante tekstfragmenten op basis van overeenkomsten, waarna de relevantste fragmenten worden opgehaald. Deze fragmenten worden nu gecombineerd met je originele prompt en samen naar het LLM-model gestuurd, lokaal of via een API(-sleutel) naar een cloudmodel als ChatGPT. Het gegenereerde antwoord wordt daarna teruggestuurd naar je systeem.

Draait het RAG-systeem lokaal, dan worden dus alleen de relevante fragmenten en je prompt naar de cloud gestuurd, tenzij ook de chatbot lokaal draait. In dit geval blijft alles lokaal. Je volledige documenten en de bijbehorende vectoren blijven hoe dan ook lokaal, tenzij het hele RAG-systeem in de cloud draait.

Een typisch RAG-scenario: de prompt en (alleen) de relevante data gaan naar het LLM-model.

Even appen?

Veel gebruikers weten niet dat je een AI-bot ook via WhatsApp kunt bevragen. Zo benader je ChatGPT via het telefoonnummer +1 800 2428478. Commerciële bedrijven als het Nederlandse The AI-Book Company hebben inmiddels een verdienmodel ontwikkeld waarbij AI-boeken via WhatsApp worden aangeboden.

De volledige inhoud van een specifiek boek wordt hierbij geüpload naar een document-retrievalsysteem, zoals Elasticsearch of een vectordatabase als LanceDB, en via API’s gekoppeld aan WhatsApp en een AI-chatbot als ChatGPT. Als geregistreerde gebruiker (wat meestal zo’n 10 euro kost) kun je dan via WhatsApp concrete vragen stellen aan het boek, waarna de chatbot de antwoorden genereert. Je hoeft het boek dus niet noodzakelijk zelf eerst (volledig) te lezen.

RAG-AI in de vorm van een WhatsApp-contactpersoon.

4 NotebookLM

Je weet nu ongeveer wat je met een RAG-systeem kunt en hoe dit onderliggend werkt. Hoog tijd nu om zo’n systeem aan de tand te voelen. We beginnen met een cloudgebaseerd RAG-systeem, Google NotebookLM, dat vooral geschikt is als privacy voor jou minder belangrijk is (al claimt Google je persoonsgegevens niet te gebruiken om NotebookLM te trainen).

Ga naar https://notebooklm.google en klik op de knop NotebookLM proberen. Meld je aan met een persoonlijk Google- of Google Workspace-account.

Je merkt dat er standaard al een notebook is aangemaakt: Introduction to NotebookLM. In het Bronnen-menu aan de linkerkant kun je zeven reeds toegevoegde documenten bekijken. Klik op een document voor een geautomatiseerde samenvatting en de belangrijkste aanklikbare onderwerpen. In het document NotebookLM Features lees je bijvoorbeeld welke documenttypes je kunt uploaden. Je kunt hierover open vragen stellen in het chatvenster, zoals: ‘Met welke types bronbestanden kan NotebookLM precies overweg?’ Het antwoord baseert zich grotendeels op tekstfragmenten uit dit document, zoals zichtbaar bij de genummerde bronverwijzingen.

De bot geeft bij de prompt netjes aan hoeveel bronnen hij kan raadplegen (zeven in dit geval). Stel je een vraag als ‘Is NotebookLM een Retrieval Augmented Generation-systeem (RAG)’, dan krijg je een gefundeerd antwoord met verwijzingen naar een of meer documenten, ook al wordt ‘RAG’ niet expliciet in deze documenten vermeld. NotebookLM vult namelijk antwoorden aan met eigen trainingsdata (van Gemini Pro in dit geval) wanneer dat zinvol is. Vragen die geen verband houden met je documenten blijven echter onbeantwoord.

Desnoods haalt NotebookLM aanvullende informatie uit de eigen trainingsdata op.

5 Bronnen toevoegen aan NotebookLM

We laten je zien hoe je een eigen notebook samenstelt. Een notebook kun je zien als een project dat uit meerdere documenten bestaat, vergelijkbaar met een map met bestanden. Klik op het pictogram linksboven om een overzicht van bestaande notebooks te zien. Kies hier + Nieuwe maken om documenten toe te voegen. Dit kunnen lokale bestanden zijn, zoals pdf’s, txt-bestanden en diverse audioformaten met spraak, maar ook documenten en presentaties uit Google Drive, links naar websites, publieke YouTube-video’s (met onderschriften) of tekst van het klembord. Per notebook kun je maximaal vijftig bronnen uploaden, elk tot 200 MB groot.

Audiobestanden worden automatisch intern getranscribeerd, zodat je er vragen over kunt stellen. Met de knop + Bron toevoegen voeg je meer bronnen toe aan een geselecteerd notebook. Met vinkjes bepaal je welke bronnen de dienst mag gebruiken bij vragen. Je kunt ook anderstalige documenten uploaden en in je voorkeurstaal, zoals Nederlands, vragen stellen en antwoorden ontvangen. De taalvoorkeur stel je in via de instellingen van je Google Account.

Ook anderstalige bronnen (rechts: een pdf in Adobe Reader) kun je meteen bestuderen en bevragen in je eigen taal.

6 Speciale notities in NotebookLM

Wil je antwoorden bewaren, klik dan op Notitie toevoegen. De notitie wordt opgeslagen onderaan het rechterdeelvenster Studio. Hier vind je ook nog allerlei andere knoppen:

  • Veelgestelde vragen genereert een nieuwe notitie met korte vragen over de geselecteerde bronnen, inclusief antwoorden.

  • Studiemateriaal deelt je bronmateriaal op in een glossarium, korte quizvragen met antwoorden en complexere essayvragen.

  • Overzichtsdocument toont de belangrijkste feiten en inzichten uit je bronnen, inclusief een korte inhoud, kernpunten, relevante citaten en een conclusie.

  • Tijdlijn geeft een chronologische lijst met belangrijke feiten, gebeurtenissen en eventueel betrokken personages.

  • Audio-overzicht zet bronmateriaal om in een podcast-achtige Engelstalige conversatie, die als wav-bestand te downloaden is (en die je, indien gewenst, naar bijvoorbeeld mp3 kunt omzetten, zoals met het gratis Shutter Encoder). Het zou ons weinig verbazen als dit (in de Plus-versie?) binnenkort bijvoorbeeld ook in het Nederlands kan, met je eigen stem.

Je kunt notebooks delen met andere Google-gebruikers als Kijker of Bewerker, maar je kunt op elk moment ook weer de toegang intrekken. Wie NotebookLM in Pro gebruikt, kan de chatresponses verder bijsturen en meer notebooks, bronnen, vragen en overzichten maken. Dit abonnement biedt tot 500 notebooks, elk met maximaal 300 bronnen, en dagelijks 500 chatvragen en 20 audio-overzichten (meer informatie vind je hier).

Van een tijdlijn over studiemateriaal tot een heuse podcast met slechts enkele muisklikken.

7 Cloud versus lokaal

Tools als NotebookLM zijn bijzonder nuttig voor het bestuderen, analyseren en kritisch bevragen van zowel tekst- als audiobronnen. Een nadeel is dat je bronnen naar de cloud moet uploaden. Dat kan onhandig en tijdrovend zijn en vormt altijd een risico voor de privacy, ook al zegt Google deze data niet voor trainingsdoeleinden te gebruiken.

Met de juiste tools kun je dit proces ook deels of volledig lokaal uitvoeren, zodat er weinig tot geen data online komen. Een geschikte oplossing is de gratis tool AnythingLLM, een opensource-framework waarmee je LLM’s kunt beheren en gebruiken, zowel in de cloud (meestal via API’s) als lokaal. Je kunt het systeem bovendien uitbreiden met eigen data via RAG.

Het hele systeem van AnythingLLM kan ook in de cloud worden gehost. Zo’n gehoste oplossing kost ongeveer 50 dollar (ca. 48 euro) per maand voor vier gebruikers en honderd documenten) of 99 dollar (ca. 95 euro) per maand voor grotere teams of databibliotheken.

Wil je volledige controle, dan kun je zowel dataopslag, embedder, vectordatabase als het LLM-model lokaal draaien. Hosting kan op een eigen pc of server, bijvoorbeeld als uitvoerbare applicatie voor Windows, macOS of Linux. In Linux gebruik je bijvoorbeeld dit commando:

curl -fsSL https://cdn.useanything.com/latest/installer.sh | sh

Een andere optie is om een dockercontainer te gebruiken voor een meer geïsoleerde en schaalbare omgeving.

AnythingLLM laat zich makkelijk installeren voor diverse platformen.

8 AnythingLLM

We tonen hier hoe je met de desktopapplicatie (versie 1.7.2 in ons geval) voor Windows (x64) aan de slag kunt. Je installeert deze suite met diverse AI-tools via het uitvoerbare bestand in slechts een paar muisklikken, waarna de suite direct klaar is voor gebruik. De systeemeisen hangen af van wat je wilt doen, zoals het gebruik van een lokale embedder, vectordatabase en/of LLM. Officieel zijn 2 GB geheugen, een dualcore-cpu en 5 GB opslagruimte toereikend, maar dit zijn absolute minimumwaarden, geschikt als je vooral externe diensten (zoals in de cloud) gebruikt.

Bij de eerste keer opstarten van AnythingLLM klik je op Get started. Je selecteert vervolgens een geschikte LLM-provider voor het genereren van responses op basis van je prompts en meegestuurde tekstfragmenten. Standaard wordt hier AnythingLLM voorgesteld, die onderliggend Ollama gebruikt (zie het kader 'Ollama en RAGflow’). Kies uit de veertien voorgestelde LLM’s, met onder meer modellen van Meta, Microsoft, Google en Mistral. De meeste zijn tekstmodellen, maar een paar zijn multimodaal en ondersteunen in principe ook afbeeldingen. Bij elk model staat een GB-waarde die aangeeft hoeveel geheugen nodig is (bij voorkeur VRAM van de gpu). Laat je keuze mede hierdoor bepalen. Selecteer een model zodat de aanduiding Active verschijnt en druk op de rechterpijlknop.

Je kiest zelf de LLM die je binnen je werkruimte in AnythingLLM wilt gebruiken: lokaal of extern.

Ollama en RAGflow

AnythingLLM profileert zich als een alles-in-één AI-applicatie, maar je kunt ook kiezen voor een handmatigere aanpak. Een combinatie van Ollama en een tool als RAGflow is een bruikbaar alternatief. Deze opzet vereist wel meer configuratie, maar RAGflow biedt meer opties voor finetuning.

Ollama (beschikbaar voor Windows, macOS en Linux) stelt je in staat om LLM’s lokaal te draaien of via API’s met cloudgebaseerde LLM’s te verbinden. Wil je zelf de locatie van de gedownloade LLM’s bepalen, maak dan in Windows een omgevingsvariabele aan: OLLAMA_MODELS=<pad_naar_downloadmap>. Op www.ollama.com/search kun je nu een LLM kiezen en het bijbehorende opdrachtregelcommando vinden, bijvoorbeeld ollama run llama3.2:1b. Je kunt je chatprompts meteen op de bijbehorende prompt invoeren.

RAGflow installeer je op Windows het eenvoudigst via Docker Desktop, nadat je WSL2 hebt geïnstalleerd (met het commando wsl --install). Download het zip-archief van RAGflow (druk op Code en Download ZIP). Raadpleeg de Readme voor meer details. Navigeer naar de uitgepakte map en voer hier dit commando uit:

docker compose -f docker/docker-compose.yml up

De container wordt nu toegevoegd in Docker Desktop. Zorg dat de container is gestart en open de webinterface van RAGflow via localhost:80 voor verdere configuratie, na je aanmelding. Bij Model Providers kun je nu Ollama selecteren en uit een van de gedownloade LLM’s kiezen.

RAGflow met Ollama: een sterk duo, maar wel wat set-up- en configuratiewerk.

9 Werkruimtes

Je komt op een overzichtspagina terecht waar je naast de gekozen LLM (in dit voorbeeld AnythingLLM x Ollama) ook de standaard geselecteerde embedder (Anything LLM Embedder) en de vectordatabase (LanceDB) ziet. AnythingLLM kiest bewust voor lokaal werkende oplossingen om je privacy te beschermen. Je kunt deze instellingen later wijzigen, maar bevestig nu met de rechterpijlknop. Klik eventueel op Skip Survey en vul de naam in van je eerste werkruimte. Een werkruimte functioneert als container voor documenten en gesprekken rond een specifiek thema of project, zodat je gestructureerd kunt werken.

Nadat je op de rechterpijlknop hebt gedrukt, verschijnt het hoofdvenster van AnythingLLM: links zie je de werkruimtes en rechts een welkomstvenster. Via de knop + Nieuwe Werkruimte kun je extra werkruimtes aanmaken. Een naam geven is voldoende, omdat nieuwe werkruimtes standaard de net ingestelde algemene instellingen overnemen.

Klik op het tandwielpictogram bij een werkruimte. Op het tabblad Algemene instellingen kun je de naam wijzigen of de werkruimte verwijderen. Weet wel dat alles wat je embed in de vectordatabase van toegevoegde bronbestanden verdwijnt bij verwijdering. De bronbestanden zelf blijven behouden.

Je kunt werkruimtes maken, benoemen en ook weer verwijderen.

10 Bronbestanden

Je voegt bronbestanden als volgt aan je werkruimte toe. Klik vanuit het hoofdvenster op de uploadpijl naast de werkruimte. Er opent een dialoogvenster met twee knoppen: Documents en Data Connectors. Via Documents kun je diverse bestandstypes uploaden, zoals txt-, pdf-, csv- en xls(x)-bestanden, of ze direct verslepen naar het venster. Deze bestanden worden door de ingebouwde document-processor geanalyseerd (waarbij ze worden opgesplitst in brokken (chunks) van een instelbaar aantal tokens) en vervolgens in het deelvenster My Documents geplaatst. Documenten die je eerder in andere werkruimtes hebt toegevoegd, zijn hier ook beschikbaar (met de indicatie Cached). Je kunt ook naar webpagina’s of online documenten verwijzen door de url in te voeren en op Fetch website te klikken. Toegevoegde documenten worden standaard geplaatst in de map custom-documents, maar je kunt ze ook organiseren in nieuwe mappen via + New Folder.

Selecteer documenten die je wilt gebruiken in de werkruimte en klik op Move to Workspace. Controleer ook de knop Data Connectors. Hiermee kun je (online) documenten ophalen via diensten als GitHub Repo, GitLab Repo en Confluence, of zelfs YouTube-transcripts en webpagina’s via Bulk Link Scraper. Bij deze scraper vul je een url in, plus de gewenste linkdiepte en het maximaal aantal te lezen pagina’s. Deze gegevens worden dan eveneens aan je documenten toegevoegd.

Bevestig met Save and embed om de documenten in de vectordatabase te embedden. Dit proces kan, afhankelijk van de hoeveelheid data, wel even duren.

Voeg alle gewenste bronbestanden (zoals documenten of webpagina’s) toe aan het systeem.

11 Chatomgeving

In het hoofdvenster open je de gewenste werkruimte. Standaard is er al één thread actief (Default): een conversatie tussen jou en de LLM. Je kunt extra threads aanmaken via + New Thread. Voer je prompts in en de LLM geeft (hopelijk relevante) antwoorden op basis van de doorgestuurde tekstfragmenten. Klik op Show Citations om te zien welke bronnen zijn gebruikt. Door op een bron te klikken, zie je de specifieke tekstfragmenten. Je kunt prompts ook inspreken (microfoon-pictogram) en de antwoorden laten voorlezen (luidspreker-pictogram).

Daarnaast zie je een paperclip-pictogram voor het ad hoc uploaden van extra documenten en een pictogram voor slash-commando’s en agents. Het standaard beschikbare slash-commando is /reset, waarmee je je chatgeschiedenis wist en een nieuwe sessie start. Voeg via Add a New Preset eigen commando’s toe, zoals /vertaal met een prompt als ‘Vertaal het zojuist gegeven antwoord naar het Engels’ en Engelse vertaling als beschrijving. Deze commando’s komen automatisch ook beschikbaar in je andere threads en werkruimtes.

Overigens kun je je chatgeschiedenis (van alle werkruimtes) ook bekijken, exporteren en verwijderen via het moersleutel-pictogram, in de categorie Beheerder / Werkruimte Chats.

Slash-commando’s: handig voor vaak gebruikte prompts.

12 Agents

Agents functioneren als autonome modules die AI-modellen gebruiken om specifieke taken zelfstandig uit te voeren, zoals informatie verwerken of acties uitvoeren op basis van ingestelde parameters. Klik op het moersleutel-pictogram linksonder (Open settings) en navigeer naar Agent Vaardigheden. Hier vind je standaard zeven geïntegreerde agents, waarvan je er vier kunt in- of uitschakelen, zoals Generate charts en Web Search.

We nemen deze laatste als voorbeeld. Activeer deze, selecteer een SERP (Search Engine Results Provider), bijvoorbeeld DuckDuckGo (bij sommige moet je wel nog een API-sleutel invullen). Bevestig met Save. Laat nu in de chatomgeving je prompts voorafgaan door @agent om automatisch geactiveerde en relevante agents op te roepen. Zo kan de agent actuele informatie van internet ophalen, waarbij standaard tot tien zoekresultaten worden verwerkt.

Verwant aan agents zijn de ‘agent skills’. Open de rubriek Community Hub en ga naar Explore Trending. Klik bij een skill op Import en bevestig met Import Agent Skill. Ga daarna terug naar Agent Vaardigheden, waar de skill is toegevoegd. Schakel de skill in om deze beschikbaar te maken.

Met en zonder zoekopdrachten op het web: een merkbaar verschil.

13 Instellingen

Via Open settings kun je op algemeen niveau diverse onderdelen aanpassen. In de categorie AI Providers wijzig je bijvoorbeeld de LLM, Vector Database en Inbedder, zoals een cloudgebaseerde dienst als OpenAI, Pinecone of Gemini. Voor veel opties is een API-sleutel vereist, die vaak niet gratis is. Je stelt hier ook spraak-naar-tekst- (standaard: Local Whisper) en tekst-naar-spraak-providers in. Voor tekst-naar-spraak is standaard de lokale provider PiperTTS ingesteld, maar je kunt bijvoorbeeld ook een bekende dienst als ElevenLabs kiezen (met API).

Bij Aanpassing stel je het thema, de taal en de automatische berichten voor gebruikers in. Deze instellingen gelden standaard voor alle werkruimtes, maar kunnen op werkruimteniveau worden overschreven. Klik op het tandwielpictogram naast een werkruimte om deze opties aan te passen.

In het tabblad Chat Instellingen kies je een specifieke LLM Provider of stel je de Chatmodus in. Standaard staat dit op Chat, maar met de optie Query gebruikt het systeem uitsluitend je eigen documentcontext voor responses, zonder de getrainde dataset van de LLM te raadplegen. Hier bepaal je ook hoeveel eerdere chats worden meegenomen (standaard 20) en met welke achterliggende prompt de werkruimte rekening moet houden.

Op het tabblad Agent Configuratie kun je agenten en skills selecteren die specifiek voor deze werkruimte gelden. Bevestig alle aanpassingen telkens met de voorziene knoppen.

Je kunt ook instellingen vastleggen die specifiek zijn voor de geselecteerde werkruimte.