ID.nl logo
Duurzaam wonen voor iedereen: de overheid maakt het betaalbaar(der)
© Mediaparts - stock.adobe.com
Energie

Duurzaam wonen voor iedereen: de overheid maakt het betaalbaar(der)

Het kabinet heeft een ambitieus plan: duurzaam wonen betaalbaar maken voor iedereen. Maar hoe gaat dat in zijn werk? In dit artikel duiken we in de details van dit ambitieuze plan, de voordelen van duurzaam wonen en hoe ons kabinet dat voor iedereen toegankelijk wil maken.

Steeds meer Nederlanders kiezen ervoor om hun woning te verduurzamen. Uit de voortgangsrapportage 'Versnelling verduurzaming gebouwde omgeving' (PVGO) blijkt dat het aardgasverbruik in woningen vorig jaar met ongeveer 15 procent is gedaald. Daarnaast zijn er zo'n 100.000 warmtepompen geplaatst, is het aantal subsidieaanvragen verdubbeld en hebben meer dan 200.000 woningen een hoger energielabel gekregen.

©Alessandro Terranova

Wat is verduurzaming? Verduurzaming is het proces van het verminderen van de impact van een woning op het milieu. Dat kan onder andere door het verlagen van het energieverbruik, het installeren van duurzame energiebronnen zoals zonnepanelen of warmtepompen, en het verbeteren van de isolatie.

Het plan van het kabinet

Om de verduurzaming nog verder te versnellen, heeft het kabinet een aanvullend pakket van 900 miljoen euro samengesteld, speciaal voor lagere en middeninkomens. Hiermee moet een duurzaam huis voor iedereen betaalbaar worden gemaakt en de energierekening voor iedereen omlaag worden gehaald. Tot en met 2030 wordt in totaal 13 miljard euro geïnvesteerd in verduurzamingsmaatregelen voor de hele gebouwde omgeving. Daar boven op komt 1,5 miljard euro voor de verduurzaming van woningen in Groningen.

Ook lezen: Geld nodig voor energiebesparende maatregelen? Zo vind je subsidies en leningen

Een duurzaam huis is niet alleen goed voor het klimaat, maar ook voor de portemonnee. Het energieverbruik daalt immers, waardoor de energierekening omlaag gaat. Ook stijgt de waarde van een woning en is er minder invloed van plotseling stijgende energieprijzen. Wanneer iemand van deze subsidie gebruikmaakt, verdienen de maatregelen zich nog sneller terug.

Verduurzaming kan worden betaald met spaargeld, maar ook (deels) worden gefinancierd met een Energiebespaarlening van het Nationaal Warmtefonds. Door de lage rente en lange looptijd laat zo'n lening zich terugbetalen door de besparing op de energierekening.

Wat is het Nationaal Warmtefonds? Het Nationaal Warmtefonds is een fonds dat leningen verstrekt aan huiseigenaren die hun woning willen verduurzamen. De leningen hebben een lage rente en een lange looptijd, waardoor de maandlasten laag zijn en de lening zichzelf terugbetaalt door de besparing op de energierekening. Meer informatie over het Nationaal Warmtefonds vind je op www.warmtefonds.nl.

Rentevrij lenen en financiering via het Warmtefonds

Het Warmtefonds maakt financiering voor veel mensen nu nog aantrekkelijker. Middeninkomens met een verzamelinkomen tot 60.000 euro kunnen vanaf nu rentevrij lenen. Het aantal rentevrije Energiebespaarleningen voor deze doelgroep is de afgelopen periode meer dan verdubbeld.

Woningeigenaren die geen lening kunnen krijgen, kunnen via het Warmtefonds vanaf nu tot 10.000 euro financiering krijgen. Dan betaal je maandlasten naar draagkracht. Kun je geen bijdrage leveren? Dan betaal je geen rente en ook geen aflossing.

Wie zijn huis verkoopt betaalt deze lening alleen terug als er sprake is van overwaarde.

Ook lezen: Zo maak je aanspraak op de nieuwe subsidie voor elektrisch koken

©Robert Poorten

Ook huurwoningen moeten massaal duurzaam worden gemaakt.

Verduurzaming van Verenigingen van Eigenaren (VvE's)

Het wordt ook voor 125.000 VvE’s (1,2 miljoen woningen) makkelijker en goedkoper om bij het Nationaal Warmtefonds te lenen. Zij gaan 1,5 procent minder rente betalen op een VvE Energiebespaarlening.

Minister Hugo de Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) ziet een enorme versnelling in de verduurzaming van huizen en gebouwen. Hij benadrukt dat het voor iedereen betaalbaar moet zijn om deze stap te zetten. Daarom maakt het kabinet het financieren van maatregelen aantrekkelijker.

Ook lezen: Energie besparen: deze spullen kun je gratis (!) krijgen via je gemeente

Doelen van het kabinet voor 2030

Het kabinet heeft als doel om vóór 2030 2,5 miljoen woningen te isoleren, met focus op de 1,5 miljoen slecht geïsoleerde woningen. Vorig jaar is het aantal woningen met slechte E-, F-, en G-labels met zo’n 55.000 gedaald.

Nu zijn er nog zo’n 1,4 miljoen ondeugdelijk geïsoleerde woningen. 0,5 miljoen daarvan zijn huurhuizen. Deze moeten uiterlijk in 2029 zijn verduurzaamd tot minimaal een D-label, want vanaf dat moment geldt een verhuurverbod voor woningen met labels E, F en G.

Welke warmtepomp past bij jou?

Doe de check op Kieskeurig.nl en je weet het binnen 5 minuten!

Vraag een offerte aan voor zonnepanelen:

▼ Volgende artikel
Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys
© ID.nl
Huis

Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys

Een paar bestanden hernoemen is zo gebeurd. Maar zodra je tientallen of honderden namen moet aanpassen, schiet handmatig werk tekort. Dan komt externe software goed van pas. PowerRename, onderdeel van de PowerToys-collectie, biedt uitkomst. Met deze slimme tool kun je grote aantallen bestanden in één keer hernoemen. Dat gaat snel, efficiënt en precies zoals jij het wilt.

Dit gaan we doen

In dit artikel zie je hoe je PowerRename uit PowerToys instelt en gebruikt om grote aantallen bestanden tegelijk te hernoemen. We laten zien hoe je de tool activeert, hoe je hem oproept via Verkenner en hoe je zoek-en-vervangacties, letterinstellingen en automatische nummering toepast. Zo wijzig je in één keer volledige reeksen bestandsnamen, zonder handmatig werk.

Lees ook: Leuker, sneller en handiger: boost je Windows-pc met PowerToys

PowerRename activeren

PowerRename is een stuk krachtiger dan de standaard hernoemfunctie van Windows. De tool maakt deel uit van PowerToys, een opensource-project van Microsoft. Wil je de Microsoft Store-versie installeren? Open dan het Startmenu, zoek naar Microsoft Store en start de app. Typ PowerToys in het zoekveld bovenaan. Klik op Installeren zodra je het programma hebt gevonden. Na installatie verschijnt PowerToys in het systeemvak van Windows. Open het, kies in de linkerkolom PowerRename en je ziet meteen een korte animatie van hoe de tool werkt. Klik op Instellingenopenen en controleer of PowerRename is ingeschakeld. Let op: bij ons werkte PowerRename pas na een herstart van het systeem.

Een animatie toont hoe PowerRename werkt.

Contextueel menu in Verkenner

Open de map met de bestanden die je wilt hernoemen. Selecteer ze allemaal met Ctrl+A en klik met de rechtermuisknop op de selectie. In het contextmenu van Windows Verkenner kies je onderaan de opdracht Naam wijzigen met PowerRename.

Haal PowerRename uit het contextueel menu in Windows Verkenner.

Zoeken en vervangen

Daarna opent het venster van PowerRename. In het veld Zoeken geef je in welk deel van de bestandsnaam je wilt vervangen. In het veld eronder typ je de nieuwe tekst. In ons voorbeeld vervangen we het woord Image door Kreta2015. Nog vóór de wijziging wordt uitgevoerd, toont PowerRename een overzicht: links de oorspronkelijke bestandsnamen, rechts de nieuwe. Zo zie je meteen wat er verandert. Daaronder kies je of de aanpassing moet gelden voor de volledige naam inclusief extensie, alleen de bestandsnaam, of alleen de extensie.

Met de knoppen onder Tekstopmaak pas je eenvoudig het hoofdlettergebruik aan, van alles in kleine letters, naar alles in hoofdletters, alleen een hoofdletter aan het begin, of elke beginletter van een woord in hoofdletters. Het laatste pictogram schakelt de nummering in. Activeer je dat, dan voegt PowerRename automatisch nummers tussen haakjes toe aan de bestandsnamen.

De nieuwe namen verschijnen in voorvertoning naast de oorspronkelijke namen.     

Je allermooiste foto's hernoemd?

Druk ze af en plak ze in een foto-album
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen