ID.nl logo
Zo kies je de beste monitor
© PXimport
Zekerheid & gemak

Zo kies je de beste monitor

Een goede monitor is goud waard. Je kunt je pc weliswaar upgraden of vervangen voor extra prestaties, maar aandacht voor het scherm is misschien minstens even belangrijk. Of nóg belangrijker zelfs, wanneer je je bedenkt dat een gemiddelde monitor meerdere pc-upgrades meegaat. In dit artikel bekijken we de belangrijkste zaken om op te letten als je een nieuwe monitor wilt kopen.

Met de coronacrisis komt een nieuwe werkelijkheid, één waarin velen van ons meer thuis moeten werken. Voor sommigen betekent dat meer laptopgebruik, anderen zitten juist meer achter hun privé-pc thuis. Maar of je nu iets te veel uren naar het kleine laptopscherm zit te kijken of naar je privémonitor, veel mensen realiseren zich dat de beeldkwaliteit en werkruimte tegenvallen. De kans is groot dat je inmiddels hebt besloten dat er een nieuwe monitor moet komen. De laatste maanden was er een grote toename in zoekacties op schermen en ook de schermverkopen bij webshops schoten omhoog.

Keuzestress

Maar wat maakt een goed scherm en hoe maak je voor jezelf de juiste keuze uit de letterlijk duizenden modellen die je momenteel in Nederland kunt kopen? Om te bepalen welk scherm bij jou past, dien je eerst te bedenken wat jij precies met het scherm wilt doen. Kijk daarbij ook naar de toekomst, want met een goed scherm verwacht je toch al snel een jaar of vijf vooruit te kunnen. Hoewel doeleinden sterk uiteen kunnen lopen, splitsen we het soort gebruik op in de volgende algemene categorieën:

- Algemeen gebruik: denk aan browsen, kantoorwerk of video’s kijken;

- Productiviteit: alle vormen van serieus werk zoals foto- en videobewerking, grote Excel-sheets, design en ontwikkelapplicaties;

- Gamen.

De genoemde gebruiksdoelen zullen we in dit artikel dan ook frequent aanhalen. Terwijl we ze doornemen, is het cruciaal dat je zelf bepaalt welke van deze zaken je in welke mate doet. Al onze aanbevelingen in dit artikel zijn objectief goede schermen waarop alle soorten gebruik mogelijk is. Maar afhankelijk van hoe zwaar je ieder punt weegt, is het ene scherm wel degelijk beter geschikt voor jou dan een ander.

Paneeltype

Een van de belangrijkste specificaties van een monitor is het type paneel dat wordt gebruikt. De meeste schermen gebruiken een ips-, tn of va-paneel. Elk van deze technieken heeft zijn voor- en nadelen. Uiteindelijk heeft het paneeltype de grootste invloed op jouw subjectieve ervaring met het scherm.

Tn-paneel

Kocht je jaren geleden je eerste flatscreenmonitor, dan was de kans groot dat dit een tn-paneel was. Vergeleken met recentere technieken oogt tn even oud als de term “flatscreenmonitor” klinkt. Een tn-paneel biedt relatief slechte kijkhoeken met veelal grote kleurverschuivingen en afnemende helderheid als je een klein beetje scheef naar je scherm kijkt. Meestal heeft dit type paneel ook het slechtste kleurbereik.

Dat klinkt allemaal niet best, dus waarom zien we dan toch nog veel tn-panelen in monitoren? Tn wordt vooral gebruikt omdat het relatief goedkoop is om te produceren en menig consument geeft nu eenmaal meer om de prijs dan de kwaliteit. Een spijtig gevolg daarvan is dat fabrikanten vooral slechte tn-panelen uitbrengen, juist om nóg goedkopere monitoren mogelijk te maken. Ons algemene advies is om tn-panelen links te laten liggen als je een goed scherm zoekt. Alleen gamers die puur om snelheid geven en niet om kleurprestaties of kijkhoeken, kunnen een (snel) tn-paneel overwegen.

Ips-paneel

Ips was bij introductie een flink duurdere techniek, maar bracht wel kwalitatief betere schermen. Sommige fabrikanten noemen de techniek anders. Samsung spreekt bijvoorbeeld over pls. Goede ips-panelen bieden een kleurbereik waar je objectief op hoog niveau mee kunt foto- of videobewerken, en geven subjectief ook een aangenamere ervaring. Zelfs als je je monitor vooral voor algemeen gebruik inzet, is een ips-paneel een goede investering. Je krijgt een beter contrast, betere kijkhoeken en het beeld wordt vaak als rustiger ervaren.

Eerdere generaties ips-panelen stonden bekend als traag. Tegenwoordig behoren ips-panelen juist tot de snelste schermen op de markt en zien we ook voor gamers eigenlijk zelden nog goede argumenten om voor tn-panelen te kiezen. Daarmee is ips praktisch voor ieder gebruiksdoel dé techniek geworden om naar te kijken.

Va-paneel

Voordat ips-panelen snel en betaalbaar genoeg werden om grotere groepen te overtuigen, wisten va-panelen in populariteit te winnen. Va werd vaak gezien als het beste van beide werelden: de snelheid van tn gecombineerd met de kijkhoeken en kleuren van ips voor een scherpe prijs. Vandaag de dag valt dat toch een beetje tegen. De snelste va-panelen kunnen simpelweg niet tippen aan de snelste ips- en tn-panelen. En hoewel ze absoluut een beter contrast bieden dan beide alternatieven, is de consensus dat de beeldkwaliteit net wat achter blijft op ips. Het prijsvoordeel houdt wel stand, want in sommige categorieën zijn va-alternatieven significant goedkoper dan de betere ips-panelen. Afhankelijk van het soort scherm dat je overweegt, kan een va-paneel dus wel een goede en betaalbare keuze zijn.

©PXimport

Marketing verpest de naam

Wanneer een bepaalde techniek in populariteit groeit, springen marketeers daar graag op in. Dat geldt ook voor paneeltypes. We zien dat er flink misbruik wordt gemaakt van de bovenstaande termen. Hoewel ips als technologie objectief de meest aantrekkelijke is, is het sommige fabrikanten gelukt om spotgoedkope ips-panelen te maken met dramatische kleurprestaties, snelheid en/of helderheid. De betere monitoren hebben weliswaar een ips-paneel, maar het feit dat een monitor een ips-paneel heeft, is dus geen garantie voor goede kwaliteit! Let dus wel goed op het paneeltype, maar staar je er niet blind op. Doe altijd je huiswerk, voordat je een product koopt op basis van wat de fabrikant claimt.

Oled

In televisies hebben oled-panelen, die veelal als de beste paneelsoort worden ervaren, een grote vlucht gemaakt. Hoewel oled prachtig contrast en een subjectief fantastische ervaring biedt, blijft het een gevoelig onderwerp bij computermonitoren (of laptops). Zo is er het risico op inbranden, wat zeker op een pc met veel vaste elementen (taakbalk bijvoorbeeld) een heikel punt is. Ook de reflecties van oled-panelen zijn bij pc’s ongewenst. Hoewel we in de komende jaren wel meer oled-monitoren verwachten, is de keuze momenteel praktisch nihil, want het handjevol oled-monitoren op de markt is eigenlijk onbetaalbaar.

©PXimport

Resolutie

Ook de resolutie is iets waar marketeers tegenwoordig raad mee weten, maar met een goede reden. Meer pixels betekent zowel een scherper beeld als meer werkruimte en daar profiteert bijna iedereen van. De populairste resolutie van het afgelopen decennium was 1080p, ook wel bekend als full hd of 1920 x 1080. Dit voldoet veelal voor simpel, algemeen gebruik. Een hogere resolutie is voor dat gebruik weliswaar aangenaam, maar afhankelijk van je budget niet per se noodzakelijk.

Wil je écht productief zijn, dan kun je beter op zoek gaan naar een monitor met een hogere resolutie. Denk aan 1440p (wqhd, 2560 x 1440), 1440p ultrawide (uwqhd, 3440 x 1440) of 4K (uhd, 3840 x 2160). Met hogere resoluties is het veel makkelijker om meerdere applicaties naast elkaar open te zetten. Ook voor gebruikers van creatieve applicaties zoals Photoshop of Premiere is een hogere resolutie een verademing en een boost in efficiëntie. Voor die laatste doelgroep is 4K zeker aan te raden.

Voor gamers is de resolutie een complexer onderwerp. Gamen op een hogere resolutie is in theorie tof, want het levert je meer immersie op. Maar het vereist ook meer van je grafische kaart. Het kan dus zijn dat de hogere resolutie consequenties heeft voor de soepelheid van je games. Vooral liefhebbers van snelle games willen niet per se een hogere resolutie. Zoek je het beste van beide werelden, dan zien wij 1440p als de gulden middenweg: extra pixels ten opzichte van 1080p voor productiviteit, maar nog altijd goed aan te sturen met een middenklasse videokaart.

Formaat

Wat het ideale formaat van je nieuwe scherm is, is grotendeels subjectief, al is het deels gebonden aan de resolutie die je kiest. Zo oogt 1080p op een 24inch-scherm doorgaans prima, maar ziet het er op een 43inch-scherm uit als één grote pixelbrij. Andersom gaat hetzelfde op: 4K is op zich fantastisch, maar de meerwaarde neemt af naarmate het scherm kleiner wordt. Tot enkele jaren terug was 24 inch de standaardmaat, vandaag de dag is dat 27 inch geworden. Dit formaat misstaat op de meeste bureaus niet en het is ook weer niet zo groot dat je met je ogen moet zoeken naar wat er op het scherm gebeurt. Het is bovendien het beeldformaat waar de meeste echt goede schermen te vinden zijn en waarbij hogere resoluties zoals 1440p of 4K uitstekend passen. Het is dan ook ons advies om dit als uitgangspunt te nemen voor algemeen gebruik, productiviteit en gamers. Uiteraard kun je daar, afhankelijk van je eigen voorkeuren, prima van afwijken. Zeker als je vooral games speelt, kan een maatje groter wenselijk zijn. Of juist kleiner, als je bijvoorbeeld aan e-sport doet: veel e-sporters focussen zich liever op een klein scherm.

Extra breed

Ben je een productiviteitsliefhebber, dan kan een 34inch-ultrawide-monitor een alternatief zijn. Zo’n scherm is ongeveer even hoog als een 27inch-monitor, maar dan iets breder. Als gevolg heb je iets meer netto werkruimte, maar niet iedereen is gecharmeerd van een dergelijk breed beeld. Zelf ervaren is dan ook het beste advies.

Refresh rate (verversingssnelheid)

Hoewel een sneller scherm ook in algemeen gebruik merkbaar soepeler voelt, zijn schermen met een hoge refreshrate (144 Hz of meer) toch vooral interessant voor gamers. In games is een snel scherm absoluut waardevol. Voor echte fanatieke gamers kan een hogere snelheid het verschil maken tussen winnen en verliezen, en is het argument helder. Maar ook als je slechts af en toe een spelletje speelt, is de winst merkbaar. Bewegende objecten zijn zichtbaar scherper en dat maakt de ervaring aangenamer en rustiger voor de ogen. Daarbij hoeft een snel scherm tegenwoordig ook niet heel veel meer te kosten.

Welke snelheid is aan te raden? Vooral de stap naar 144-165 Hz is heel erg groot en een aanrader voor fanatieke en casual gamers, ook omdat je dit kunt combineren met hogere resoluties die voor algemeen gebruik en productiviteit gewenst zijn. De stap naar ultrasnelle schermen, denk aan 240- of 280Hz-opties, is in de regel minder interessant. Dergelijke schermen hebben eigenlijk alleen meerwaarde voor écht fanatieke e-sporters.

©PXimport

Variabele refresh rate

Gamers willen bij voorkeur niet alleen een scherm dat heel snel kan verversen, maar ook een variabele refresh rate (vrr). Traditioneel ververst een scherm op vaste intervallen, ongeacht wat de videokaart aan het doen is. Dit gebeurt meestal van boven naar beneden. Zo komt het voor dat de bovenkant van het scherm een bepaald frame toont, terwijl de onderkant al één frame verder is. Dit effect heet tearing, en dat zie je ook. Met variabele refresh rate geeft je monitor het beeld weer zodra de videokaart er klaar voor is, met als gevolg een soepelere en tearing-vrije ervaring. Heb je een AMD-videokaart, dan heb je een monitor met ondersteuning voor FreeSync nodig om van vrr te kunnen profiteren. Dergelijke schermen zijn tegenwoordig volop te vinden. Heb je een Nvidia-videokaart, dan ligt het iets complexer. Idealiter wil je een G-Sync-scherm om vrr te kunnen gebruiken, maar die zijn meestal duurder. Gelukkig zijn veel FreeSync-schermen compatibel met G-Sync, maar vanzelfsprekend is dit niet. Check dit dus altijd even.

©PXimport

Algemene mogelijkheden

Bovenstaande punten zijn het belangrijkst. Afhankelijk van jouw voorkeuren wordt je zo richting een bepaald soort scherm gestuurd. Daarna dien je nog wel goed na te denken over de secundaire features van het scherm. Zo is ergonomie niet onbelangrijk, zeker als je lang achter je scherm zit. De betere schermen zijn in hoogte verstelbaar en kunnen draaien of kantelen. Je kunt natuurlijk ook een eigen voet of monitorarm gebruiken: let er dan op of het scherm vesa-mounting ondersteunt. Niet alle schermen hebben namelijk de benodigde gaten voor een monitorarm.

Natuurlijk let je ook op de aansluitingen. Wil je een scherm alleen op één pc of laptop aansluiten, check dan of het over de juiste aansluiting beschikt (displayport, hdmi, dvi etc.). Mocht je meerdere apparaten willen verbinden, kijk dan naar een scherm met voldoende aansluitingen. Ook ingebouwde usb-hubs en aansluitingen voor hoofdtelefoons kunnen meerwaarde bieden. Geluid is sowieso iets om op te letten. De meeste monitoren hebben geen speakers of matige speakers ingebouwd. Toch kan het handig zijn om speakers te hebben voor een incidentele informatieve video bijvoorbeeld.

Behalve platte zijn er ook gebogen schermen. Zo’n curve is een subjectief element, maar heeft wel gevolgen voor je ervaring. Bedenk of je een curve wilt of juist niet. Twijfel je? In onze optiek voegt het vooral wat toe bij schermen van 32 inch en groter.

©PXimport

Instapper voor algemeen gebruik

Iiyama ProLite XUB2493HSU

Zoek je een eenvoudige monitor voor algemeen gebruik, maar gebruik je jouw systeem niet genoeg om een grote investering te verantwoorden? Dan raden wij de Iiyama XUB2493HSU aan. Deze 24inch-1080p-monitor kent een goed ips-paneel met voldoende helderheid, contrast en kleurbereik voor algemeen gebruik en wat licht fotowerk. Daarmee biedt hij duidelijke meerwaarde boven de echte instapmonitoren, die het met een minder paneel moeten doen. Bovendien is hij in hoogte verstelbaar. Dat is geen overbodige luxe, zeker als je langdurig moet thuiswerken. Ook handig zijn de ingebouwde speakers, zodat je een YouTube-filmpje niet zonder geluid hoeft te bekijken. Met drie beeldingangen kun je naast je desktop-pc ook zonder al te veel gedoe je laptop aansluiten. Een ingebouwde usb-hub maakt de mogelijkheden compleet.

Wat je mist ten opzichte van duurdere schermen, is de hogere resolutie die we voor serieuze productiviteit zouden aanraden. Ook mist uiteraard de hogere snelheid die we voor gamers willen zien. Die twee gebruiksdoeleinden vereisen logischerwijs een hogere investering dan de 149 euro die deze monitor kost, maar voor algemeen gebruik thuis biedt dit scherm veel waar voor zijn geld.

©PXimport

Iiyama ProLite XUB2493HSU

Prijs
€ 149,-
Websitewww.iiyama.com7Score70

  • Pluspunten

  • Goede beeldkwaliteit

  • Goede featureset

  • Minpunten

  • 60Hz-scherm

  • Slechts 1080p-resolutie

Algemeen gebruik en productiviteit

Iiyama ProLite XUB2792QSU

Maak je de nodige werk- of studie-uren met je pc? Dan is een iets hogere resolutie dan de 1080p van de XUB2493HSU wel gewenst. Die vind je onder andere bij zijn grotere broer: de XUB2792QSU. Deze 27inch-variant maakt wederom gebruik van een goed ips-paneel met goede kleuren, contrast en helderheid. Prettig voor langdurig werken is dat ook dit scherm in hoogte verstelbaar is. Ook in ingebouwde luidsprekers en een usb-hub is voorzien, terwijl je met drie beeldaansluitingen niet veel te klagen hebt.

Ondertussen is de resolutie met 2560 x 1440 pixels een stuk hoger. Dat is fijn voor algemeen gebruik en zeker voor productiviteit. Of je nu veel typt, meer met foto’s werkt of uren doorbrengt in officeapplicaties, dit scherm biedt duidelijk meerwaarde. Je kunt bijvoorbeeld makkelijker met twee programma’s naast elkaar werken. Ook worden gamers iets beter bediend dankzij de iets snellere 70Hz-refreshrate en FreeSync-ondersteuning. Een écht gamescherm is het hiermee nog niet, maar voor een casual potje na het werk is dit prima geschikt.

©PXimport

Iiyama ProLite XUB2792QSU

Prijs
€ 299,-
Websitewww.iiyama.com8Score80

  • Pluspunten

  • Goede beeldkwaliteit

  • Goede featureset

  • 1440p-resolutie

  • Minpunten

  • Geen écht gamescherm

Extra productief

LG 34WL750

Wil je nog iets meer werkruimte, maar geen twee schermen op je bureau? Dan kan een ultrawide-monitor een alternatief zijn. Althans, een 3440x1440-ultrawide, want van de 2560x1080-alternatieven zijn we zelden gecharmeerd. 34inch-monitoren met die 3440x1440-resolutie zijn te vergelijken met een 27inch-monitor met een 2560x1440-resolutie zoals de Iiyama XUB2792QSU, maar dan gewoon net wat breder. Zo kun je nog een extra browsertab of officeapplicatie openzetten, of je foto- of videoapplicatie iets meer ruimte geven.

De LG 34WL750 is de ultrawide-instapper van LG en met 399 euro relatief betaalbaar. Het scherm heeft een uitstekend ips-paneel met goede kleuren en kijkhoeken voor praktisch alle doeleinden. Daarnaast krijg je een redelijke set aan mogelijkheden, met onder andere hoogteverstelling, die voor de meeste gebruikers zal voldoen. Je mist wel wat dingen die je op duurdere ultrawides zult aantreffen. Zo zijn we best gecharmeerd van een curve op dit soort brede schermen, en tegenwoordig zijn er ook ultrawide-monitoren met hogere refreshrates voor gamers. De 34WL750 biedt die extra’s niet, maar daar is de prijs ook naar.

©PXimport

LG 34WL750

Prijs
€ 419,-
Websitewww.lg.com  8Score80

  • Pluspunten

  • Veel werkruimte

  • Goede beeldkwaliteit

  • Minpunten

  • Geen écht gamescherm

  • Geen curve

Instapgamescherm

ASUS TUF Gaming VG249Q

Geef je juist niet om productiviteit, maar wel om gaming? Dan gooit de TUF Gaming VG249Q hoge ogen. Hoewel tn-schermen goedkoper zijn, is de circa 220 euro kostende VG249Q nauwelijks duurder dan dergelijke instappers waar je al snel 200 euro aan kwijt bent. Voor die kleine meerprijs krijg je wel een ips-paneel. De betere kleuren en kijkhoeken die dit paneel biedt, zullen ook door gamers gewaardeerd worden. De grote meerwaarde ten opzichte van goedkopere 24inch-schermen met ips-paneel zit hem in de refresh rate. Deze is met 144 Hz aangenaam voor gamers. Ook is er ondersteuning voor FreeSync. En hoewel het scherm officieel niet compatibel is met G-Sync, zien wij geen problemen met vrr in combinatie met een Nvidia-videokaart.

Wel blijft het ontegenzeggelijk een instapgamescherm met een relatief lage 1080p-resolutie. Je kunt het scherm naast gaming dus best gebruiken om af en toe op te werken, maar echte productiviteit op dit scherm is niet aan te raden. Ook biedt het scherm een ietwat lagere helderheid dan gemiddeld. Geen bezwaar voor een gemiddelde gamer in de avonduren, maar niet echt geschikt voor felverlichte kantooromgevingen.

©PXimport

ASUS TUF Gaming VG249Q

Prijs
€ 219,-
Websitewww.asus.com8Score80

  • Pluspunten

  • 144 Hz

  • Compatibel met FreeSync en G-Sync

  • Goede beeldkwaliteit

  • Minpunten

  • Slechts 1080p-resolutie

  • Beperkte maximale helderheid

Betaalbaar gamen en productiviteit

Samsung LC27JG50QQU

Wil je een beetje van alles, dus een hoge resolutie, goede beeldkwaliteit voor productiviteit én meer snelheid voor gaming? Dan kun je een 27inch-monitor met 2560x1440-resolutie en 144Hz-ondersteuning overwegen. Omdat ips-panelen in deze categorie redelijk prijzig zijn, al snel 400 à 500 euro of meer, kijken we voor een betaalbare optie naar va-alternatieven. De Samsung LC27JG50QQU is zo’n va-scherm, met een aangenamer prijskaartje van rond de 320 euro. Dit scherm scoort absoluut punten met een goede beeldkwaliteit, hoog contrast en redelijke kijkhoeken. Niet zo goed als de meeste ips-opties, maar goed genoeg voor een enkele gebruiker die een beetje beweegt achter zijn scherm. Ook voor gamers is deze monitor een upgrade ten opzichte van een standaardscherm, want het is duidelijk sneller.

Het relatief lage prijskaartje betekent wel dat er concessies zijn gedaan. Zo is de snelheid goed, maar niet zo goed als de duurdere ips-alternatieven. Sommige transities zijn een bekend lastig punt voor va-panelen en dat levert vooral in donkere delen wat ghosting op. Gamers moeten het zonder Freesync en G-Sync stellen, en professionele foto- en videobewerkers zullen opmerken dat de uniformiteit, zeker in donkere beelden, niet heel strak is. Ook is de monitor niet in hoogte verstelbaar. Kortom, deze Samsung combineert een goed paneel met een aantal duidelijke concessies, maar op dit bescheiden prijspunt is dat ook het maximaal haalbare.

©PXimport

Samsung LC27JG50QQU

Prijs
€ 245,-
Websitewww.samsung.com7Score70

  • Pluspunten

  • Goede beeldkwaliteit

  • Hogere snelheid voor gamers

  • 1440p-resolutie

  • Minpunten

  • Niet zo goed als ips

Het beste van beide werelden

Gigabyte Aorus FI27Q

De Aorus FI27Q van Gigabyte is een stuk duurder dan de Samsung, maar kent dan ook minder concessies. Op papier lijkt de circa 549 euro kostende monitor niet direct heel anders met zijn 2560x1440p-resolutie, 27inch-schermdiagonaal en 165Hz-refreshrate, maar het paneel én de mogelijkheden zijn een klasse beter. Dit ips-paneel komt met een breed kleurbereik en een betere fabriekskalibratie. Dat maakt hem een reële optie voor serieuze beeldbewerkers. Tegelijkertijd is ook de snelheid een stuk beter dan bij de goedkopere va-alternatieven. Bovendien is er ondersteuning voor FreeSync en G-Sync, wat de game-ervaring ten goede komt. Dit is daadwerkelijk die fijne balans tussen een goed productiviteitsscherm en een goed gamescherm.

Gigabyte heeft ook zeker niet bezuinigd op de behuizing. De grotendeels stalen poot is heel stevig en er zit zelfs wat rgb-verlichting in om gamers te overtuigen. Dat laatste is misschien een beetje overbodig, net als de opvallende mogelijkheid om achtergrondgeluid weg te filteren wanneer je een microfoon op je monitor aansluit. Maar gezien de kwaliteiten van het onderliggende paneel zien we dat graag door de vingers.

©PXimport

Gigabyte Aorus FI27Q

Prijs
€ 549,-
Websitewww.gigabyte.com  9Score90

  • Pluspunten

  • Uitstekende beeldkwaliteit

  • Lekker snel voor gamers

  • 1440p-resolutie

  • Minpunten

  • Prijs

Serieuze foto- en videobewerking

LG 27UL850

Wil je écht serieus aan de slag met foto- en videobewerking, dan adviseren we om naar 4K-ips-monitoren te kijken. Voor algemeen gebruik is de meerwaarde van een resolutie boven 1440p beperkt, maar de extra scherpte en werkruimte komen creatieve applicaties zeker ten goede.

De LG 27UL850 is een 27inch-4K-scherm met een uitstekend ips-paneel met goede helderheid, kijkhoeken en kleurbereik. De kleurweergave is vanuit de fabriek zelfs al goed genoeg afgesteld voor (semi)professioneel beeldbewerken. Ook kent hij een ruime selectie aan mogelijkheden. Naast zaken als hoogteverstelling, speakers en een usb-hub, kun je ook je usb-c-laptop met één kabel aansluiten voor beeld en opladen (opladen gaat met 60 watt). Daarmee is dit een zeer veelzijdig scherm. Deze LG en praktisch alle andere 4K-monitoren zijn wel beperkt tot een verversingssnelheid van 60 Hz, waar serieuze pc-gamers niet heel warm van zullen worden. Al is een incidenteel spelletje uiteraard prima mogelijk.

©PXimport

LG 27UL850

Prijs
€ 299,-
Websitewww.lg.com9Score90

  • Pluspunten

  • Beeldkwaliteit en werkruimte

  • Uitstekende featureset

  • Minpunten

  • Relatief traag met 60 Hz

Game- en werkbeest met 4K

ASUS ROG Strix XG27UQ

Hoewel snelle 4K-schermen zeldzaam zijn, bestaan ze wel degelijk. De ASUS ROG Strix XG27UQ meet 27 inch en heeft een 4K-ips-paneel met een refresh rate van 144 Hz. Het paneel heeft een uitstekende kleurweergave en is net als de LG uitermate geschikt voor serieus foto- of videowerk. Met zijn 4K-resolutie is deze monitor bovendien een flinke stap omhoog ten opzichte van 1440p-alternatieven, met extra veel werkruimte als gevolg. Met zijn hoge refresh rate is dit ook nog eens een echte gamemonitor, al heb je wel een high-end videokaart nodig om dit aan te sturen (bij voorkeur een RTX 2080 Super of beter). Speel je graag consolegames op de PS4 of Xbox, dan komt de 4K-resolutie vaak ook beter tot zijn recht dan 1440p.

Qua uitrusting is dit model erg compleet, met hoogteverstelling, een usb-hub, veel aansluitingen en softwarematige controle over alle instellingen. De XG27UQ heeft wel echt de uitstraling van een gamemonitor, waardoor hij in een wat serieuzer thuiskantoor misschien niet op zijn plaats is. Het grootste probleem van deze compromisloze aanpak is uiteraard de prijs, want met zo’n 900 euro is hij enkele honderden euro’s duurder dan bijvoorbeeld de Gigabyte FI27Q.

©PXimport

ASUS ROG Strix XG27UQ

Prijs
€ 899,-
Websitewww.asus.com9Score90

  • Pluspunten

  • Beeldkwaliteit en werkruimte

  • Uitstekende gameprestaties

  • Goede featureset

  • Minpunten

  • Prijs

Conclusie

▼ Volgende artikel
Offline op pad: navigeren zonder internetverbinding
© MelissaMN - stock.adobe.com
Mobiliteit

Offline op pad: navigeren zonder internetverbinding

Navigeren, bijvoorbeeld met je smartphone, verloopt vlot met een internetverbinding. Maar wat als er geen mobiel netwerk is? Met vooraf gedownloade kaarten is ook offline navigeren gelukkig geen probleem.

In dit artikel laten we zien hoe je offline kunt navigeren met je smartphone:

  • Download de kaarten van je favoriete navigatie-app
  • Maak offline gebruik van turn-by-turn navigatie en spraakbegeleiding
  • Download en importeer kant-en-klare GPX-routes
  • Maak zelf GPX-routes

Tip 1 Wel of geen internet

Navigeren met je smartphone gaat het makkelijkst met een stabiele internetverbinding, maar in het buitenland kan dit hoge roamingkosten opleveren. En wat als je reist in gebieden zonder mobiel netwerk of waar het netwerk plots wegvalt? Offline navigatie, waarbij je vooraf kaarten downloadt, is dan een praktische oplossing. Een gedownloade kaart laadt sneller en verbruikt minder batterij dan een app die constant data ophaalt. Neem tijdens je route bij voorkeur wel een opgeladen powerbank mee om te voorkomen dat je zonder stroom komt te zitten.

Zonder internet bepaalt je smartphone de locatie volledig via gps. Binnen de gedownloade regio kun je meestal routeberekeningen maken en navigatie-instructies ontvangen. Sommige apps bieden in offline modus ook een POI-zoekfunctie (Points of Interest).

Zonder internet werken deze functies niet: realtime verkeersinformatie (zoals files, werkzaamheden en flitsers), live ov-gegevens, bepaalde zoekopdrachten, street view en satelliet- of hybride kaarten (wel standaard wegenkaarten). Controleer vooraf of je eerder gedownloade kaarten nog actueel zijn en werk ze regelmatig bij.

Laten we enkele populaire mobiele apps bekijken die offline navigatie ondersteunen. Het is handig om meerdere apps met offline kaarten bij de hand te hebben. Je kunt dit testen door tijdelijk de vliegtuigmodus in te schakelen of wifi en mobiele data uit te zetten. De populaire navigatie-app Waze laten we hier buiten beschouwing omdat deze geen offline kaarten aanbiedt.

Street view is voorbehouden aan de online modus (hier Google Maps). 

Tip 2 Google Maps

We starten met een van de populairste navigatie-apps: Google Maps. Open de app, tik rechtsboven op je profielfoto of initialen en kies Offline kaarten. Selecteer je eigen kaart via Selecteer je eigen kaart (Android) of Je eigen kaart selecteren (iPhone). Zoom in en uit met twee vingers en verplaats de kaart met één vinger totdat het gewenste gebied binnen het blauwe kader valt. Onderaan zie je hoeveel opslagruimte nodig is. Tik op Downloaden om het gebied op te slaan. Na de download keer je automatisch terug naar Offline kaarten, waar een overzicht van je gedownloade kaarten verschijnt. Om een kaart een andere naam te geven, tik je op het icoon met de drie puntjes en kies je Naamwijzigen.

De kaart is nu klaar voor offline gebruik en je kunt nog extra kaarten downloaden. Navigeer zoals gebruikelijk: de app schakelt automatisch over op de gedownloade kaarten als er geen mobiel internet is.

Werk je offline kaarten regelmatig bij: tik op de drie puntjes en kies Updaten. Hier kun je kaarten trouwens ook verwijderen.

In Google Maps kun je offline kaarten downloaden, hernoemen, bekijken, updaten en verwijderen.

Tip 3 HERE WeGo

Net als Google Maps is HERE WeGo volledig gratis. De kaarten komen van Here Technologies, dat begon als Navteq, werd later door Nokia overgenomen en is nu in handen van Duitse autofabrikanten. Via https://mapcreator.here.com kunnen gebruikers eigen kaartgegevens toevoegen.

Voor offline kaarten trek je de onderste balk omhoog voor het menu. Tik op Kaarten downloaden en schakel bij voorkeur Uitsluitend downloaden via wifi in. Tik opnieuw op Kaarten downloaden, kies het continent en vervolgens het land of de regio die je nodig hebt. De benodigde opslagruimte wordt weergegeven. Tik op het downloadicoon om de kaart op te slaan.

Om te voorkomen dat de app tijdens offline navigatie tevergeefs een internetverbinding zoekt, stel je in het menu de App-verbinding tijdelijk in op Offline. Updates worden bij Kaarten downloaden naast de betreffende kaart aangegeven en kun je direct ophalen. Om een kaart weg te halen, selecteer je deze en kies je Verwijderen.

De volledige offline kaart van Nederland bijvoorbeeld neemt bij HERE WeGo zo’n halve gigabyte in beslag.

Tip 4 OsmAnd

OsmAnd (OpenStreetMap Automated Navigation Directions) is een mobiele app voor offline kaarten en navigatie, gebaseerd op OpenStreetMap-gegevens. Deze worden door een wereldwijde gemeenschap bijgewerkt en je krijgt meestal gedetailleerde en actuele kaartinformatie.

Bij de eerste keer opstarten, kun je de kaart van je huidige regio downloaden. Tik op de drie streepjes, kies Kaarten en hulpmiddelen en open Downloads om zelf een land of regio te selecteren. In de gratis versie kun je tot zeven kaarten downloaden. Naast de kaart zelf kun je voor een gebied ook hoogtelijnen, Wikipedia-informatie, een terreinkaart en weersvoorspellingen installeren, maar deze functies zijn voorbehouden aan de betaalde versie (ongeveer 3 euro per maand).

Om te navigeren binnen het gedownloade gebied tik je op de kaart of gebruik je de optie Zoeken in het menu. Tik op Navigatie, kies het vervoermiddel (auto, fiets of te voet) en tik op Start. Dit biedt turn-by-turn-aanwijzingen met spraakbegeleiding. Wil je de route als GPX-track opslaan, kies dan Details, tik op het downloadknopje en vul een naam in bij Bewaar als nieuwe track. Bevestig met Opslaan. Op Android wordt het bestand standaard opgeslagen in Android/data/net.osmand/files/tracks. Vanuit het menu, bij Plan een route, kun je de tracks direct openen of ook een eigen GPX-route importeren (zie ook tip 8).

OsmAnd geeft ook gesproken turn-by-turn-aanwijzingen.

Tip 5 MAPS.ME

MAPS.ME is een gratis navigatie-app die net als OsmAnd gebruikmaakt van OpenStreetMap-kaarten. In de gratis versie kun je ongeveer tien kaarten downloaden.

Open de app en zoom in op het gewenste gebied totdat een prompt verschijnt om de kaart te downloaden. Dit gebeurt meestal wanneer de indicatie 5 km zichtbaar is. Bevestig met Download.

Een andere en vaak handigere manier om kaarten te downloaden is via de optie Meer, waar je Gedownloadekaarten selecteert. Bovenaan kun je naar een locatie zoeken. Als de app deze herkent, verschijnt direct de downloadknop om het gebied op te halen.

Als je bij de instellingen de optie Markeer gedownloade kaarten hebt ingeschakeld, dan kun je op de kaart zien welke gebieden reeds offline beschikbaar zijn.

Voor navigatie gebruik je de zoekfunctie of tik je op de kaart om een locatie te selecteren. Kies vervolgens Route naar of eventueel Route van en bepaal het vervoermiddel: auto, te voet of per fiets. Ook offline krijg je turn-by-turn-navigatie.

Je kunt gedownloade kaarten updaten door bij Gedownloade kaarten op Controleren te tikken. Om een kaart te verwijderen, selecteer je deze, tik je op de drie puntjes en kies je Verwijderen.

Kleurmarkeringen geven duidelijk aan welke gebieden je al gedownload hebt voor offline navigatie.

Tip 6 Sygic

Sygic is misschien minder bekend in Nederland en België, maar de app biedt wel hoogwaardige 2D- en 3D-kaarten van TomTom. Om Sygic te gebruiken, moet je je eerst registreren. In de gratis versie kun je in principe onbeperkt kaarten downloaden; grotere landen zijn opgesplitst in regio’s. Om kaarten te downloaden, open je het menu en kies je Offline kaarten (toevoegen).

Deze kaarten worden in de gratis versie driemaal per jaar automatisch geüpdatet. In de betaalde Premium-variant gebeurt dit maandelijks en krijg je ook turn-by-turn-navigatie en gesproken instructies en (in de online modus) ook de actuele verkeersdrukte, snelheidslimieten en mobiele flitsers.

Houd er rekening mee dat Sygic zich volledig richt op autoverkeer. Er zijn geen routeberekeningen specifiek voor fietsers of wandelaars.

Je kunt in Sygic een onbeperkt aantal offline kaarten downloaden.

Tip 7 Komoot en RouteYou

Waar Sygic zich vooral richt op autoverkeer, zijn Komoot en RouteYou juist gespecialiseerd in (sportieve en recreatieve) wandel- en fietsroutes. In de gratis versie van Komoot kun je helaas slechts één regio ontgrendelen voor offline navigatie en spraakinstructies. Extra regio’s zijn beschikbaar tegen een prijs tussen circa 4 en 9 euro, afhankelijk van de grootte, of je kunt alle wereldregio’s in één keer aanschaffen voor ongeveer 30 euro.

Ga via de Profiel-knop naar de rubriek Maps, tik op de +-knop en zoek de gewenste regio. Selecteer de ontgrendelde regio en schakel Opslaan voor offline in. Je kunt ook een route plannen (uitsluitend met internetverbinding aangezien de berekening via de Komoot-servers verloopt) en deze vervolgens bewaren. Tik hiervoor op Opslaan en vink Opslaan voor offline gebruik aan. Na bevestiging kun je de route offline volgen, inclusief spraaknavigatie, vooropgesteld dat deze regio is ontgrendeld.

Ook RouteYou biedt de mogelijkheid routes met een achtergrondkaart offline te downloaden, maar dit is alleen beschikbaar in de betaalde versies. Een Plus-account kost ongeveer 36 euro per jaar. Je vindt gedownloade routes dan bij Gedownloade routes via de knop Profiel.

In Komoot kun je ook specifieke regio’s (tegen betaling) downloaden voor offline navigatie.

Alles over Komoot lees je in dit artikel: Wandelen en fietsen buiten de gebaande paden met Komoot

Tip 8 GPX-import via OsmAnd en Komoot

Verschillende navigatie-apps – en gps-handhelds – ondersteunen het importeren van GPX-tracks en -routes, die vervolgens offline kunnen worden gebruikt. In het kader ‘GPX’ lees je meer over dit bestandstype. Gratis import en offline gebruik zijn mogelijk in onder meer OsmAnd en in Komoot voor ontgrendelde regio’s.

In OsmAnd open je het menu, kies je Plan een route en tik je op Importeer track. Vervolgens selecteer je een GPX-bestand. Tijdens tests bleek deze functie helaas niet altijd even betrouwbaar. In Komoot verloopt dit proces vlotter. Ga naar Home, open Profiel, kies Opgeslagen routes en tik bovenaan op Importeren en vervolgens op Importeer een bestand (GPX). Selecteer het gewenste GPX-bestand en kies Bestandopenen om de route of track in de routeplanner te openen en als geplande tour op te slaan, of Bestand opslaan om deze direct als voltooide tour te bewaren.

In beide gevallen geef je het verplaatsingstype aan, zoals Wandelen, Fietsen, Mountainbiken of Bergwandelen, en bevestig je de keuze. Bij het opslaan kun je de tour een naam geven en Opslaan voor offline gebruik aanvinken. Je vindt de route dan terug bij Opgeslagenroutes of bij Voltooide activiteiten. Als de bijbehorende kaart al is gedownload, kun je direct navigeren.

Handig om weten: in Komoot kun je GPX-routes ook via de dienst Garmin Connect met je Garmin-toestel synchroniseren.

GPX-routes werken ook op een smartwatch: Waar voor je geld: 5 waterdichte smartwatches met GPS-functie

Een pas geïmporteerde GPX-route kun je als een ‘tour’ (voor offline gebruik) bewaren in Komoot.

GPX

Doorgewinterde wandelaars en fietsers kennen waarschijnlijk GPX-bestanden (GPS Exchange Format). Dit zijn XML-gebaseerde bestanden waarmee geografische locatiegegevens worden opgeslagen en uitgewisseld. Ze worden vooral gebruikt om gps-tracks, routes en waypoints vast te leggen en te delen tussen apparaten en apps.

Waypoints zijn specifieke punten met coördinaten (lengte- en breedtegraad en soms hoogte).

Tracks bestaan uit reeksen gps-punten die een daadwerkelijk afgelegde route weergeven, doorgaans automatisch geregistreerd door een gps-apparaat of navigatie-app tijdens verplaatsing. Elk punt bevat meestal een tijdstempel en soms ook snelheid.

Routes daarentegen bestaan uit reeksen gps-punten die een geplande route aangeven, zonder exacte tijdstempels. Deze worden handmatig of met een routeplanner opgesteld en bevatten meestal minder gedetailleerde informatie dan tracks.

Sommige apps of diensten ondersteunen geen GPX-import, maar wel KML-bestanden (Keyhole Markup Language). Via www.gpx2kml.com kun je deze gratis converteren, in beide richtingen.

Tip 9 GPX-routes downloaden

In tip 8 lees je hoe je GPX-routes en -tracks in navigatie-apps importeert. Ook in de meeste gps-apparaten is zo’n import mogelijk. In tips 10 en 11 ontdek je hoe je zelf zo’n GPX-bestand maakt, maar dat is niet altijd nodig. Er zijn namelijk diverse sites waar je kant-en-klare GPX-routes en -tracks ook gratis kunt downloaden voor (offline) navigatie.

Een optie is AllTrails. Meld je aan, voer een regio in en kies een voorgestelde trail. Klik onderaan op de groene knop (Hit the trail of Daar gaan we) en selecteer Export map file of Kaartbestand exporteren/ GPXTrack of GPX Route zonder tijdstempels (zie kader ‘GPX’). Andere exportopties zijn onder meer Google Earth KML/KMZ en Garmin FIT.

Ook RouteYou (zie ook tip 7) biedt GPX-routes. Registreer je (gratis) en klik op Zoek een route. Geef het routetype aan, kies locatie en lengte en klik op Toon <x> routes. Selecteer een route, klik op Downloaden en kies GPX. Andere opties zijn bijvoorbeeld Garmin en Google Earth (KML).

Voor talrijke fiets- en wandelroutes in Nederland, België en Duitsland kun je terecht op onder meer Routiq. Kies een route en klik op Download de GPX. Dit vereist wel een Premium-account (circa 15 euro per jaar).

Bij AllTrails kun je routes in diverse formaten downloaden, waaronder GPX.

Tip 10 GPX-routes zelf maken

Je kunt ook zelf GPX-routes maken en deze downloaden naar je navigatie-app of gps-toestel voor offline gebruik. Dit kan gratis via verschillende sites, zoals www.gpx.studio.

Klik op App en zoom in tot je voldoende kaartdetails hebt. Klik op het potloodicoon, laat Routing ingeschakeld en kies een activiteitstype, zoals Bike, Run/hike of Motorcycle. Klik op het potlood-icoon en plaats de routepunten op de kaart. De route wordt automatisch langs bestaande wegen gemarkeerd. Onderaan zie je de routelengte en het hoogteprofiel.

Wil je POI’s (waypoints) toevoegen? Klik op het pin-icoon, vul een naam en beschrijving in, kies een geschikt icoon en bevestig met Create point of interest.

Stel geheel zelf je GPX-route samen in gpx.studio.

Tip 11 RouteYou

Ook op de website van RouteYou kun je zelf routes maken en gratis (openbaar) opslaan. Ze worden dan automatisch beschikbaar in de mobiele app van RouteYou. Als je bent aangemeld met hetzelfde account, vind je ze terug bij Profiel / Mijn routes. Je kunt de routes ook downloaden.

Meld je aan en klik op het pijlknopje bij Plan een route. Kies uit Maak een route, Uploadeen route (voor GPX-import), Wandelknooppunten of Fietsknooppunten. De laatste twee maken handig gebruik van het uitgebreide knooppuntennetwerk in Nederland en België.

Bij Maak een route geef je het routetype aan, met subtypes zoals Recreatieve fietsroute, Gravelbikeroute of Mountainbike route. Voor een A-naar-B-route vul je start- en aankomstlocatie in, bij een lusvormige route kies je de startplaats en lengte (en eventueel de kompasrichting). Bevestig met Opslaan / Route opslaan. Klik op Downloaden en kies (bijvoorbeeld) GPX.

Je kunt ook routes samenstellen op de site van RouteYou en deze als GPX-bestand downloaden.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Van gas naar inductie? Let hierop bij de aankoop
© nerudol
Huis

Van gas naar inductie? Let hierop bij de aankoop

Overweeg je om je gasfornuis in te ruilen voor een inductiekookplaat? Goed idee! Koken op inductie is sneller, energiezuiniger én veiliger. Ook staat een inductiekookplaat vaak mooier in de keuken. Maar waar moet je op letten als je een inductiekookplaat koopt? Wij geven je tips. 

In het kort

Het is niet verrassend dat steeds meer mensen overstappen op inductie, want koken op inductie kent allerlei voordelen. Maar als je een kookplaat koopt die te klein is, niet eenvoudig te bedienen is of te veel herrie maakt, ga je er alsnog niet op vooruit. In dit artikel leggen we uit waar je op moet letten als je een inductiekookplaat koopt, zodat koken écht leuker wordt.

Lees ook: Zo kook je extra zuinig op een inductiekookplaat

De meeste mensen kiezen voor inductie omdat het een stuk efficiënter werkt dan gas. Tijdens koken op inductie gaat energie rechtstreeks naar de pan, waardoor er weinig warmte verloren gaat. Je verbruikt dus minder energie voor hetzelfde resultaat. Door de efficiënte warmteoverdracht is inductie bovendien een stuk sneller: een pan met water heb je zo aan de kook. Ook fijn: een inductiekookplaat maak je in een handomdraai schoon. In plaats van etensresten uit gaspitjes te peuteren, haal je gewoon een doekje over het oppervlak. Scheelt weer tijd na een lange werkdag.
Een inductiekookplaat kopen doe je natuurlijk niet zomaar even. Weet je niet waar je moet beginnen? Let in elk geval op de volgende punten. 

Inbouw of vrijstaand

Wie van het gas afstapt, kiest meestal voor een ingebouwde inductiekookplaat. Deze wordt via een speciale aansluiting ingebouwd in het aanrecht, zodat hij strak oogt in de keuken. Ingebouwde inductiekookplaten hebben meestal vier kookzones of meer. Sommige modellen hebben een geïntegreerd afzuigsysteem, dat zich tussen de kookzones bevindt. In plaats van de kookdampen omhoog te trekken, zoals een traditionele afzuigkap doet, trekt zo'n afzuigsysteem de dampen juist omlaag. Ideaal voor open keukens waarin je geen ontsierende afzuigkap wilt ophangen.
Er zijn ook vrijstaande inductiekookplaten. Zo'n vrijstaande plaat zet je los op het aanrecht. Stekker erin en koken maar. Vrijstaande inductiekookplaten zijn meestal bedoeld voor kleinere keukens of bijvoorbeeld voor in de caravan. Ze hebben één tot vier kookzones en je bergt zo'n kookplaat makkelijk weer op als je hem even niet nodig hebt.

©alfa27 - stock.adobe.com

Hoeveelheid kookzones

Denk bij het kopen van een inductiekookplaat goed na over hoeveel je kookt en hoeveel ruimte je hebt. De meeste ingebouwde kookplaten hebben vier kookzones, maar er zijn ook modellen met vijf of zelfs zes zones. Let daarnaast op de breedte van de kookplaat. 60 cm past in een standaard keukenkastje. 70 cm geeft wat meer ruimte tussen de pannen, maar vaak bevatten deze modellen geen afzuigsysteem. 80 cm geeft nog meer comfort en biedt vaak wel ruimte voor afzuiging. 90 cm is het grootst; hierop passen vijf of meer zones, tenzij je kiest voor een ingebouwd afzuigsysteem. Dan zijn het er meestal vier. 

Extra functies

Veel inductiekookplaten zijn uitgerust met allerlei handige functies die het koken een stuk makkelijker én veiliger maken. Zo hebben veel modellen een boostfunctie die tijdelijk het vermogen van de kookplaat verhoogt: handig als je snel een pan kokend water nodig hebt. Sommige kookplaten beschikken over een flexzone: hiermee koppel je losse kookzones aan elkaar voor een groter kookoppervlak. Dat komt bijvoorbeeld van pas als je met grillplaten of een braadslee aan de gang gaat.
Vind je energiezuinigheid belangrijk? Dan wil je een inductiekookplaat met pandetectie. Pas als er een (geschikte) pan op een kookzone staat, slaat de kookplaat aan. Dit voorkomt energieverlies en het voorkomt ongelukken. Nog zo'n veilige functie is automatische uitschakeling: deze schakelt de kookplaat vanzelf uit als hij een tijdje niet is gebruikt of als er iets overkookt. Kook je vaak met meerdere pannen tegelijk (of ben je gewoon snel afgeleid)? Kies dan een model met ingebouwde timers, zodat je tijdens het koken niet met je telefoon in de weer hoeft. Met kinderen en huisdieren in huis is een kinderslot een must: dat voorkomt dat het apparaat per ongeluk aangezet wordt. 

©Lazy_Bear - stock.adobe.com

Bediening

Inductiekookplaten zijn er met moderne touchbediening of 'ouderwetse' draaisystemen. Touchpanelen zien er strak en modern uit en werken vaak erg makkelijk en snel, maar sommige mensen vinden draaiknoppen toch prettiger. Vooral als je natte handen hebt, geeft een draaisysteem je vaak meer controle dan touchbediening. Aan de andere kant zijn veel touchpanelen tegenwoordig zo intuïtief dat ze ook met natte vingers prima werken. Om erachter te komen wat je het prettigst vindt, kun je inductiekookplaten het beste in de winkel uittesten óf betrouwbare gebruikersreviews lezen. 

Geluidsniveau

De meeste inductiekookplaten zijn niet volledig stil. Ze maken ook weer geen herrie, maar vaak hoor je wel een zacht zoemend of tikkend geluid, vooral bij hogere standen. Wil je een echt stille kookplaat, bijvoorbeeld omdat je een open keuken hebt en er in de buurt gezellig getafeld of tv gekeken wordt? Kijk dan naar modellen met een geluidsniveau onder de 42 dB (decibel). 42 dB is vergelijkbaar met zacht geroezemoes in een klas. Ga je voor een kookplaat met ingebouwde afzuiging, kies dan voor een geluidsniveau onder de 70 dB (op de hoogste stand). 70 dB kun je vergelijken met een gewone afzuigkap of een stofzuiger. 

Nieuwe pannen nodig

Voor op je inductiekookplaat?