ID.nl logo
Zo bewerk je eenvoudig raw-foto's
© Reshift Digital
Zekerheid & gemak

Zo bewerk je eenvoudig raw-foto's

Standaard rollen er jpg-foto's uit een camera. Die plaatjes kunnen er al best fraai uitzien, maar het kan beter! Door de camera op 'raw' in te stellen, haal je pas echt het maximale uit je fototoestel. Ook zijn er dan meer mogelijkheden om een minder geslaagde foto te redden in de nabewerking.

Tip 01: Kant-en-klaar

We zijn gewend dat er kant-en-klare foto's uit onze digitale camera's komen rollen. Deze jpg-bestanden kunnen we meteen bekijken, afdrukken en delen. Minder bekend is dat veel camera's ook nog een ander bestandsformaat kennen. Dat is het raw-formaat. Een raw-bestand is alleen geen kant-en-klare foto. Verre van dat zelfs. Het bevat alleen de bouwstenen waaruit je een foto samenstelt; de ruwe gegevens van de beeldsensor. Wat heb je er dan aan?

Vergelijk een jpg-foto met een kant-en-klaar maaltijd. Die hoef je alleen nog maar op te warmen. Lekker makkelijk en snel. Je kunt er alleen weinig aan veranderen, want alles is al bereid. Hooguit kun je er nog wat peper of zout bij doen, maar dat is het dan ook. Een raw-bestand kun je zien als de ingrediënten die nodig zijn om een maaltijd mee te maken. Je kunt er nog alle kanten mee op en de maaltijd volledig naar eigen smaak bereiden. Je hebt er wel een recept bij nodig en bent meer tijd kwijt.

©PXimport

Tip 01 Met een raw-bestand stel je als het ware zelf je gerecht samen.

Tip 02: Raw-foto's

Stel dat een foto veel te licht of te donker is of de kleuren kloppen niet. Als het om een jpg-foto gaat, kun je dit maar beperkt herstellen in een fotobewerker. Jammer, het had zo'n mooie foto kunnen zijn. Gaat het om een raw-bestand, dan is er ineens heel veel te repareren. De belichting kan in hoge mate worden opgeknapt en kleuren zijn volledig te herstellen zonder dat de foto beschadigd raakt. Dat komt omdat in een raw-bestand de pure informatie van de beeldsensor is opgeslagen. Fotografeer je in jpg, dan bewerkt jouw camera die beeldinformatie: kleuren worden ingesteld, het contrast wordt verhoogd, de foto wordt verscherpt en er wordt ruisreductie toegepast.

De camera bepaalt dus hoe de foto er moet uitzien en daar moet je het maar mee doen. In een fotobewerker kun je kleine correcties aanbrengen, maar de foto radicaal veranderen lukt niet. Dat kan alleen als je in raw fotografeert. Tot slot verkleint de camera een jpg-foto om ruimte te besparen. Hierbij gaat enorm veel kostbare data verloren. Raw-bestanden bevatten wel alle originele beeldinformatie. Ze nemen daarom meer ruimte in beslag op het geheugenkaartje, maar dat is het meer dan waard.

©PXimport

Tip 02 Een raw-bestand bevat onbewerkte gegevens rechtstreeks van de sensor.

Welke camera

Elke spiegelreflex kan in raw fotograferen, net als systeemcamera's. Bij compactcamera's kunnen alleen de meer geavanceerde modellen dit. Hoe weet je of jouw camera het kan? In het menu vind je dan een optie waarmee je aangeeft of de camera in jpg of in raw moet fotograferen. Twijfel je of jouw camera het ondersteunt of kun je de optie niet vinden, raadpleeg dan de handleiding van het toestel.

Op veel camera's kun je er ook voor kiezen om beide formaten te laten wegschrijven. Dus elke keer dat je een foto maakt, krijg je dan zowel een (klein) jpg- als een raw-bestand. Het geheugenkaartje raakt nu nog sneller vol, maar het grote voordeel is dat je de kant-en-klare jpg-bestanden kunt gebruiken zolang de foto's piekfijn in orde zijn. Alleen als het nodig is om een foto te bewerken, pak je het raw-bestand erbij en maak je met een fotobewerker jouw eigen geoptimaliseerde foto. Zodoende hoef je niet onnodig duizend(en) vakantiefoto's te bewerken.

Tip 03: Fotobewerker

Een raw-bestand is geen toonbare foto. Het gaat immers om de ruwe data van de beeldsensor. Er is altijd een fotobewerker nodig om er een echte foto van te maken. Welke fotobewerker heb je nodig? Grote kans dat er bij jouw camera een fotobewerker is meegeleverd. Vaak is dat de software van de fabrikant zelf en die is specifiek bedoeld voor de raw-bestanden van dat ene merk. Hiermee kun je waarschijnlijk best uit de voeten.

Er zijn ook bekendere fotobewerkers, zoals Adobe Photoshop Elements of Corel Paintshop Pro. Die weten raad met de raw-bestanden van alle bekende cameramerken. Er bestaat ook software specifiek bedoeld voor het beheren en bewerken van raw-foto's, zoals Adobe Lightroom en Corel AfterShot. Die software is vooral handig als je nagenoeg alleen met raw-bestanden werkt en dat zo efficiënt mogelijk wilt doen. Tot slot bestaat er ook nog gratis software zoals Raw Therapee. Omdat Photoshop Elements een populair en veelgebruikt pakket is, laten wij zien hoe je hier je raw-bestanden mee bewerkt. Gebruik je zelf een ander pakket, dan kun je waarschijnlijk (bijna) al deze bewerkingen ook uitvoeren, mogelijk net op een andere manier.

©PXimport

Tip 03 Met een fotobewerker maak je van een raw-bestand een foto.

Tip 04: Adobe Camera Raw

Zodra je een raw-bestand opent met Photoshop Elements, verschijnt deze niet meteen in de fotobewerker zoals je gewend bent. Eerst kom je in Adobe Camera Raw (ACR) terecht. Dit is een extra programma dat is meegeleverd met Photoshop. Het is een soort voorportaal waarin je alle essentiële bewerkingen uitvoert. Pas daarna zal de foto in Photoshop Elements zelf verschijnen. De bedoeling is dat je zo veel mogelijk in ACR aan de foto sleutelt, omdat dit de beste beeldkwaliteit oplevert.

Zodra ACR is gestart, zie je een voorbeeld van de foto. Die is meestal wat minder sprankelend dan je van jouw camera gewend bent. Geen paniek, het komt doordat je naar de pure beeldinformatie kijkt waar jouw camera nog niets mee heeft gedaan. Jij kunt de foto nu zelf optimaal gaan bewerken. Boven de foto zie je een rijtje gereedschappen en rechts van de foto zie je een histogram met eronder een drietal tabbladen. Op de eerste twee tabbladen vind je de belangrijkste bewerkingen terug. Het derde tabblad heb je niet snel nodig.

©PXimport

Tip 04 Zodra je een raw-bestand opent, start Adobe Camera Raw.

Tip 05: Belichting

Het eerste tabblad is zeer uitgebreid. Hier optimaliseer je voornamelijk kleur en belichting. Met de schuifregelaar Belichting is bijvoorbeeld de volledige foto lichter of donkerder te maken. Omdat we met de originele sensorgegevens uit een raw-bestand werken, is het resultaat aanzienlijk beter dan bij een jpg-bestand. Een te donkere foto met +2 of +3 lichter maken is doorgaans geen enkel probleem. Toch is vaak maar een klein deel van een foto over- of onderbelicht.

Met Hooglichten kun je dan de allerlichtste tinten herstellen, zoals een felle wolkenlucht. Met Schaduwen licht je de schaduwpartijen wat op, zodat ze niet meer zwart zijn en er weer details in te zien zijn. Gebruik Witte tinten om alleen de lichte delen van een foto lichter of donkerder te maken, terwijl de donkere delen nagenoeg intact blijven. Andersom gebruik je Zwarte tinten om juist alleen de donkere delen lichter of donkerder te maken, terwijl nu de lichtere gebieden vrijwel hetzelfde blijven. Het idee is dat je eerst Belichting gebruikt om de globale belichting van de foto in te stellen. Daarna pak je de resterende probleemgebieden aan met de andere vier schuifregelaars. Speel met de schuifregelaars om de juiste instelling voor de foto te krijgen, bij het verplaatsen van een schuifregelaar zie je het resultaat direct in de foto.

©PXimport

Tip 05 Met vijf schuifregelaars optimaliseer je selectief de belichting.

Soorten raw

Elke camerafabrikant heeft een eigen formaat voor raw-bestanden bedacht. Aan de extensie kun je in ieder geval herkennen met welk merk bepaalde foto's zijn gemaakt. Canon gebruikt bijvoorbeeld CR2 als achtervoegsel, Nikon noemt ze NEF en die van Sony heten ARW. Ook verschilt het formaat van raw-bestanden per cameramodel. Het is daarom essentieel dat de fotobewerker niet alleen de raw-bestanden van jouw cameramerk ondersteunt, maar vooral ook van jouw specifieke camera.

Bestaat dat model al wat langer, dan zit het wel goed. Koop je echter een model dat nog maar net op de markt is, dan kan het een aantal weken of maanden duren voordat de raw-bestanden ervan verwerkt kunnen worden door de fotobewerker. Controleer daarom regelmatig op updates. Tussentijds kun je dan in jpg werken of de door de fabrikant meegeleverde fotobewerker gebruiken.

Tip 06: Contrastrijk

Mocht je de foto nog wat te vlak vinden, dan kun je via Contrast de foto wat meer pit geven. Hiermee trek je de lichte en donkere delen wat verder uit elkaar, zodat er meer contrast ontstaat. Is er juist te veel contrast, dan is dit hiermee uiteraard ook te verminderen. De schuif Lokaal contrast is erg interessant. Beweeg je die naar rechts, dan worden allerlei kleine details extra benadrukt en lijkt de foto scherper en gedetailleerder. Dit heet ook wel microcontrast. Het werkt niet in elke foto even goed en pas ook op dat je het effect niet overdrijft, want dan oogt de foto te onnatuurlijk.

©PXimport

Tip 06 Met Lokaal contrast oogt een foto scherper en gedetailleerder.

Tip 07: Histogram

Tijdens het bewerken is het aan te raden het histogram in de gaten te houden. Hierin is precies te zien wat er met de foto gebeurt. Uiterst links staat voor zwart, helemaal rechts is wit en hiertussen bevinden zich alle lichtwaarden tussen zwart en wit. Je ziet dus aan de hoogte van de grafiek meteen hoeveel lichte en donkere delen er in de foto zijn. Gebruik je de schuifregelaars uit de voorgaande tips, let dan eens op hoe het berglandschap verschuift en van vorm verandert. Klik op de driehoekjes in de bovenhoeken van het histogram om een waarschuwing voor onder- en overbelichting aan te zetten. Die gebieden van de foto krijgen dan een kleurtje.

Rood voor overbelichting (te licht), blauw voor onderbelichting (te donker). Je kunt zodoende zelf bepalen of je het wilt oplossen met de schuifregelaars. Zo hoeft overbelichting van een wolkje helemaal geen probleem te zijn, zolang de persoon die je fotografeert maar wel goed belicht is.

©PXimport

Tip 07 Over- en onderbelichte delen krijgen een kleurtje.

Tip 08: Kleuren

Een camera legt de wereld in drie kleuren vast: rood, groen en blauw (RGB). Tijdens het maken van een jpg-foto worden die drie kleuren door de camera vermengd, zodat kleuren ontstaan zoals wij die zien. Essentieel hierbij is dat de witbalans goed staat ingesteld. Want afhankelijk van het soort verlichting, moet die vermenging anders plaatsvinden. Fotografeer je in raw, dan maakt de witbalans-instelling in de camera niet meer uit. Het mengen van kleuren gebeurt pas in de fotobewerker, dus je kunt nog alle kanten op, wederom zonder dat er kwaliteitsverlies optreedt. Vind je de kleuren niet mooi? In Adobe Camera Raw stel je bij Witbalans dan alsnog de gewenste lichtbron in. Zoals zon, bewolking, of gloeilampen.

Kloppen de kleuren daarna nog niet (helemaal)? Gebruik de schuif Temperatuur om te finetunen. Naar links koel je de foto af, bijvoorbeeld als een foto die je binnenshuis hebt gemaakt te geel is geworden door het lamplicht. Naar rechts warm je de foto juist op, handig voor een foto die in de schaduw is gemaakt op een zonnige dag, waardoor sneeuw of een wit kleed een blauwe tint heeft gekregen. Met Kleur breng je alleen indien nodig nog de laatste correcties aan.

©PXimport

Tip 08 Kies een witbalans of stel de kleurtemperatuur in.

Tip 09: Witbalans

Vind je de schuifregelaars Temperatuur en Tint wat lastig te bedienen en wordt het via de schuif Witbalans ook niet in één keer goed? Gebruik dan het (gelijknamige) gereedschap Witbalans, dat is het pictogram met het pipetje boven de foto. Zoek in de foto een egaal gekleurd gebied op waarvan je weet dat het in het echt wit, grijs of zwart moet zijn. Klik er met het gereedschap op en de schuifregelaars Temperatuur en Tint verspringen vanzelf.

Herhaal dit eventueel totdat je een natuurgetrouwe kleurweergave hebt. Daarna kun je indien nodig met Temperatuur en Tint nog wat kleine correcties aanbrengen. Laat de schuif Witbalans echter met rust, want die maakt het gereedschap Witbalans weer ongedaan. Wil je de kleuren sprankelender maken, dan kan dat via twee schuifregelaars. Breng je Levendigheid naar rechts, dan verzadig je alle kleuren behalve huidskleuren. Ideaal voor portretfoto's. Met Verzadiging pas je wel alle kleuren aan. Naar links schuiven kan natuurlijk ook, met minder verzadigde kleuren krijgt je foto een wat ouderwets effect.

©PXimport

Tip 09 Klik op een gebied dat wit, grijs of zwart hoort te zijn om de witbalans aan te passen.

Tip 10: Ruisreductie

Zodra je de aanpassingen op het eerste tabblad naar wens hebt gedaan, is het tijd voor het tweede tabblad. Hier kun je de foto verscherpen en indien nodig nog wat ruisreductie toepassen. Met Hoeveelheid bepaal je de mate van verscherping. De standaardwaarde van 25 voldoet meestal wel. De schuif Luminantie gebruik je alleen als er storende ruis in de foto zit doordat er met een hoge ISO-waarde is gefotografeerd. De ruis wordt gereduceerd, maar de foto wordt er ook iets onscherper door, dus gebruik het met mate. Bestaat de ruis uit gekleurde stippen en vlakjes, dan verhelp je dit met de schuifregelaar Kleur.

©PXimport

Tip 10 Verminder de ruis als er met een hoge ISO-waarde gefotografeerd is.

Tip 11: Opslaan

Boven de foto vind je diverse gereedschappen, bijvoorbeeld om een scheve foto recht te zetten, een uitsnede te maken en rode ogen in een flitsfoto te verhelpen. Dit zijn bewerkingen die je in principe ook in Photoshop Elements zelf kunt doen. Er is wel een cruciaal verschil. Alle bewerkingen die je hier in ACR doet, zijn niet-destructief. Wat dit betekent? Alle bewerkingen worden als een soort recept in een extra bestand opgeslagen met als achtervoegsel xmp.

Het originele raw-bestand blijft altijd intact, wat je ook doet. Dit betekent dat je alles wat je hier aanpast, later gewoon weer kunt veranderen of helemaal ongedaan maken. Vind je na enkele dagen of een jaar de belichting of de kleuren toch minder goed gelukt? Dan verander je ze gewoon weer, zonder kwaliteitsverlies. Klaar met bewerken in ACR? Klik rechtsonder op Afbeelding openen. De foto wordt nu gegenereerd en in Photoshop Elements geopend. Je kunt de foto nu meteen als jpg-bestand bewaren via Bestand / Opslaan als, of je bewerkt hem nog wat meer met de gereedschappen van Photoshop Elements. Het raw-bestand behoudt altijd de status van het moment dat je ACR hebt verlaten.

©PXimport

Tip 11 Sla de foto tot slot op als jpg-bestand.

Tip 12: Lightroom

Als je genoeg hebt aan de bewerkingen die in Adobe Camera Raw zitten, gebruik je Photoshop Elements eigenlijk alleen nog maar om de jpg-foto op te slaan. Dat is wat omslachtig. In dat geval kun je overwegen om over te stappen op Adobe Lightroom. Dat pakket is specifiek bedoeld voor raw-bestanden. Je krijgt dan nog veel meer gereedschappen tot je beschikking en kunt razendsnel grote aantallen jpg-foto's genereren. Je hoeft dan niet meer steeds in en uit de fotobewerker te springen. Heb je soms toch speciale fotobewerkingen nodig die niet in Lightroom zitten, dan kun je zo'n foto altijd nog rechtstreeks vanuit Lightroom naar je favoriete fotobewerker sturen.

©PXimport

Tip 12 Een pakket als Lightroom is handiger als je erg veel met raw-bestanden werkt.

▼ Volgende artikel
Slimme tweestapsverificatie: zo werk je met fysieke beveiligingssleutels
Zekerheid & gemak

Slimme tweestapsverificatie: zo werk je met fysieke beveiligingssleutels

Inloggen met enkel een wachtwoord blijft riskant. Steeds vaker stappen diensten daarom over op tweestapsverificatie of op volledig wachtwoordloos inloggen. In combinatie met een fysieke beveiligingssleutel leveren beide een nog robuustere bescherming op. Hoe werkt dit precies en wat zijn enkele concrete mogelijkheden?

We hoeven je niet meer uit te leggen dat inloggen met alleen een wachtwoord niet veilig is, zeker niet als je hetzelfde eenvoudige wachtwoord bij meerdere diensten gebruikt. Een wachtwoordbeheerder als Bitwarden helpt je wel complexere en verschillende wachtwoorden te gebruiken, maar de zwakheden blijven: wachtwoorden kunnen via phishing worden onderschept, bij een datalek buitgemaakt of met brute-force achterhaald. Daarom winnen alternatieve loginmethodes aan populariteit. Denk aan tweestapsverificatie, waarbij je naast je wachtwoord nog een extra factor gebruikt, zoals een code of biometrie, en aan wachtwoordloos inloggen, een methode op basis van een cryptografisch sleutelpaar. Beide methoden verhogen de beveiliging, maar met een fysieke beveiligingssleutel kun je het nog veiliger maken.

Fysieke sleutel

Zo’n fysieke sleutel is een stukje hardware van doorgaans zo’n 4 cm lang en 2 cm breed, enkele mm dik en met een gewicht van circa 4 gram. Er bestaan ook wel kleinere sleutels in de vorm van een usb-c-dongel, die nauwelijks uitsteken uit de poort van een computer. Verderop bekijken we enkele concrete, uiteenlopende toepassingen, maar hoe werkt zo’n sleutel eigenlijk?

Wanneer je een sleutel voor het eerst koppelt aan een dienst of account, wordt er een cryptografisch sleutelpaar aangemaakt. De private sleutel blijft altijd veilig in een aparte chip van de beveiligingssleutel, terwijl de publieke sleutel naar de server van de betreffende dienst wordt doorgestuurd. Wanneer je vervolgens inlogt op de site, vraagt de server via je browser de sleutel om een cryptografische handtekening te zetten.

De meeste beveiligingssleutels wegen slechts een paar gram en kun je altijd meenemen.

Veiligheid

De sleutel checkt daarbij welke domeinnaam in de browser actief is, bijvoorbeeld account.google.com, en zet de handtekening alleen als dit overeenkomt met het domein waarvoor je de sleutel eerder hebt geregistreerd. Daardoor is het systeem nagenoeg phishing-bestendig, in tegenstelling tot bijvoorbeeld sms- of OTP-codes. Zo’n code kun je immers ook op een valse site intypen, waarna een aanvaller deze meteen kan doorsturen naar de echte site. Bij wachtwoorden, sms en OTP bestaan bovendien gedeelde geheimen, zoals codes of hashes, die bij een datalek gestolen kunnen worden, terwijl er bij een fysieke sleutel zelfs bij een serverdatalek niets bruikbaars te halen valt. Een smartphone kan bovendien malware bevatten of gestolen worden, waardoor een aanvaller toegang kan forceren; een fysieke sleutel daarentegen bewaart de geheime sleutel veilig in een niet-uitleesbare chip.

Een beveiligingssleutel vormt (vaak samen met een wachtwoord) een solide log-in.

Nadelen

Zo’n fysieke sleutel geldt dus als een van de veiligste methoden, al zijn er ook enkele praktische nadelen. Zo moet je de sleutel bij je hebben tijdens het inloggen en bij verlies of diefstal riskeer je buitengesloten te raken als je geen back-up hebt, bijvoorbeeld in de vorm van back-upcodes of een tweede, veilig bewaarde sleutel. Bovendien ondersteunen nog niet alle sites of diensten zo’n sleutel. Op onder meer www.kwikr.nl/f2sup en www.kwikr.nl/yubisup vind je wel lijsten met diensten die via een of ander protocol inloggen met een fysieke sleutel ondersteunen. Tot slot kost een sleutel ook wel iets: tussen de 30 en 80 euro, afhankelijk van de ondersteunde functies en standaarden.

Yubico laat je kiezen tussen onder meer protocol, apptype en sleuteltype.
Meerdere protocollen

Er zijn verschillende producenten van beveiligingssleutels, zoals Feitian, Nitrokey, SoloKeys en Yubico, elk met een divers aanbod. In dit artikel focussen we op de populaire multi-protocol YubiKey 5-serie, die de protocollen FIDO U2F, FIDO2/WebAuthn, OTP, OpenPGP en PIV smartcard ondersteunt (zie ook www.kwikr.nl/yubi5). Zonder ons in technische details te verliezen, gaan we kort in op deze protocollen.

FIDO U2F (Fast IDentity Online Universal 2nd Factor) gebruikt de sleutel als tweede factor naast je wachtwoord. Bij het inloggen raak je de sleutel aan en die bewijst cryptografisch dat jij aanwezig bent. FIDO2/WebAuthn is de algemeen geaccepteerde opvolger van U2F, waarbij je niet alleen een tweede factor kunt gebruiken, maar ook volledig wachtwoordloos inlogt via een uniek sleutelpaar (passkeys). Met OTP (One-Time Password) kan de sleutel een eenmalige code genereren, zoals bij een authenticator-app. Je tikt de sleutel aan en er verschijnt een unieke code die je als extra log-infactor inzet. Met OpenPGP (Pretty Good Privacy) kan de sleutel je private PGP-sleutels opslaan, zodat je bijvoorbeeld e-mails kunt versleutelen en ondertekenen. Met PIV smartcard (Personal Identity Verification) functioneert de sleutel als slimme chipkaart, zoals een bedrijfsbadge. Je gebruikt dit bijvoorbeeld voor digitale handtekeningen, inloggen op Windows-domeinen of VPN-verbindingen. 

Inloggen via 2FA

We weten nu hoe een sleutel eruitziet, hoe die werkt en waarom die zo veilig is. Dat volstaat om er zelf mee aan de slag te gaan, in verschillende scenario’s en met diverse protocollen. In dit artikel gebruiken we een YubiKey 5(C) NFC die ongeveer 65 euro kost, maar je kunt ook andere sleutels inzetten zolang ze de vereiste protocollen ondersteunen. Sleutels die enkel FIDO U2F en FIDO2 ondersteunen, zijn al verkrijgbaar vanaf 15 euro.

Laten we als voorbeeld starten met de sleutel als tweede factor bij een Facebook-account. Hiervoor volstaat een sleutel met FIDO U2F, al accepteren niet alle diensten U2F. Zo vereisen Apple en Microsoft in dit geval een FIDO2-sleutel.

Meld je aan bij je Facebook-account via https://accountscenter.facebook.com. Ga in Accountinstellingen naar Wachtwoord en beveiliging. Open Tweestapsverificatie en selecteer je Facebook-account. Na het invullen van een verificatiecode via mail kies je de gewenste methode. Klik op Beveiligingssleutels en bevestig met Doorgaan. Na de controle van de beveiligingscode klik je op Beveiligingssleutel registreren. Selecteer Beveiligingssleutel, druk op Volgende en OK. Plaats de sleutel, raak deze even aan en klik opnieuw op OK. Bevestig ten slotte met je wachtwoord zodat de sleutel als tweede factor wordt toegevoegd.

De beveiligingssleutel is zojuist als tweede factor bij Facebook (Meta) toegevoegd.

2FA in Bitwarden

Zolang je nog met wachtwoorden werkt, is een wachtwoordbeheerder sterk aan te raden. Een degelijke en gratis te gebruiken tool is Bitwarden. We gaan ervan uit dat je deze hebt gedownload en geïnstalleerd (via www.kwikr.nl/bwpers; beschikbaar voor Windows, macOS en Linux) en dat je een Bitwarden-account hebt aangemaakt. Handig is ook de Bitwarden-browserextensie, die automatisch invullen en opslaan van wachtwoorden in je browser veel eenvoudiger maakt, maar daar gaan we hier niet verder op in. We bekijken hier namelijk vooral het koppelen van je fysieke sleutel aan je Bitwarden-account.

Meld je aan op https://vault.bitwarden.com. Open Instellingen en kies Beveiliging. Ga naar het tabblad Tweestapsaanmelding en klik op Beheren bij FIDO2 WebAuthn. Vul je Bitwarden-hoofdwachtwoord in en voer bij Naam een korte beschrijving van de sleutel in. Plaats je sleutel (via usb of NFC) en klik op Sleutel lezen. Als de sleutel om een pincode vraagt, vul je die in en raak je de sleutel kort aan. Bevestig met OK en klik op Opslaan zodat de sleutel wordt toegevoegd. Op dezelfde manier kun je ook een andere sleutel als reserve koppelen (zie ook verderop ‘10 Voorzorgsmaatregelen’). Bij het inloggen, ook via de Bitwarden-app, moet je nu naast je wachtwoord ook je sleutel gebruiken.

Bitwarden vraagt naast je wachtwoord ook om je beveiligingssleutel.

Inloggen met passkey

Steeds meer diensten ondersteunen wachtwoordloze aanmeldingen via toegangssleutels, oftewel passkeys. Wil je hiervoor je fysieke sleutel gebruiken, dan moet deze FIDO2/WebAuthn ondersteunen, waarbij de private sleutel van het cryptografische sleutelpaar op de sleutel zelf wordt bewaard. Om in te loggen hoef je de sleutel enkel te plaatsen of via NFC op je smartphone te gebruiken, als dit wordt ondersteund, en daarna te bevestigen met pincode en aanraaksensor. Kortom, je sleutel wordt je loginmiddel. We tonen dit met een Google-account.

Log in via https://myaccount.google.com. Ga naar Beveiliging en klik bij Inloggen bij Google op Tweestapsverificatie. Klik indien nodig op Tweestapsverificatie aanzetten. Voeg desgewenst een telefoonnummer toe en klik bij Toegangssleutels en beveiligingssleutels op Beveiligingssleutel toevoegen. Klik vervolgens op + Toegangssleutel maken en kies Ander apparaat gebruiken. Selecteer in het pop-upvenster Beveiligingssleutel. Druk op Volgende en daarna tweemaal op OK. Plaats nu de sleutel en voer de pincode in, of maak een nieuwe aan als de sleutel nieuw of gereset is. Bevestig met OK en raak de sleutel kort aan. De sleutel staat nu in de lijst met toegangssleutels in je Google-account.

Wanneer je je daarna bij Google afmeldt en opnieuw aanmeldt, zul je merken dat je je wachtwoord – op ondersteunde browsers en platformen – niet meer hoeft in te geven en met de sleutel kunt aanmelden. Google acht deze methode namelijk veilig genoeg. Wil je dit toch niet, open dan opnieuw Beveiliging, klik bij Inloggen bij Google op Wachtwoord overslaan als dat mogelijk is en schakel deze optie uit. Je sleutel fungeert dan enkel nog als tweede factor, waarvoor in principe FIDO U2F volstaat.

De beveiligingssleutel is zojuist aan ons Google-account toegevoegd.

Passkey bij Microsoft

Bij veel diensten werkt het koppelen vergelijkbaar als bij Google. We tonen je wel kort hoe je een beveiligingssleutel inzet in een wachtwoordloze oplossing bij Microsoft, die hiervoor een wat eigenzinnige werkwijze en terminologie hanteert.

Meld je aan via https://account.microsoft.comen open Beveiliging. Klik op Beheren hoe ik me aanmeld en kies Een methode voor aanmelden of verifiëren kiezen. Selecteer Gezicht, vingerafdruk, pincode of beveiligingssleutel en kies Beveiligingssleutel. Druk op Volgende en daarna tweemaal op OK, plaats de sleutel, voer desgevraagd de pincode in en raak de sleutel aan. Klik opnieuw op OK, geef de sleutel een naam en bevestig met Volgende en OK. De sleutel verschijnt nu in de lijst bij Een wachtwoordcode gebruiken (waar je hem ook kunt hernoemen of verwijderen). Je kunt de sleutel vanaf nu als tweede inlogfactor inzetten, ook op andere apparaten.

Wil je de sleutel volledig wachtwoordloos gebruiken, dan verplicht Microsoft je eerst de Microsoft Authenticator-app te installeren en hier via de plusknop je Microsoft-account toe te voegen. Klik daarna op je accountpagina in de rubriek Beveiliging op Inschakelen bij Account zonder wachtwoord en druk op Volgende. In de Authenticator-app verschijnt nu een melding die je bevestigt met Goedkeuren, waarna op de website wordt gemeld dat je wachtwoord is verwijderd. Voortaan kun je ook zonder wachtwoord inloggen, met je beveiligingssleutel.

Het opzetten van een wachtwoordloze login via je beveiligingssleutel bij Microsoft is wat complexer.
Lokaal Windows-account

Het leek veelbelovend: open je in Windows de Instellingen en ga je naar Accounts / Aanmeldingsopties, dan zie je wellicht Beveiligingssleutel staan. Voor lokale of persoonlijke Microsoft-accounts werkt dit helaas niet. Dit blijkt enkel mogelijk bij zakelijke Active Directory- of Entra ID-accounts.

Heb je een compatibele Yubico-sleutel, zoals de YubiKey 5(C) NFC, dan kun je deze wel als tweede inlogfactor gebruiken voor een lokaal Windows-account. Hiervoor heb je de gratis tool Yubico Login for Windows nodig (www.kwikr.nl/yubilogin). Zorg wel dat je de gebruikersnaam en het wachtwoord van het lokale account kent. Installeer de tool en herstart Windows. Meld je daarna aan met je lokale account via de optie Yubico Login en start de app Login Configuration als administrator. Gemakshalve kun je Express configuration kiezen. Plaats de sleutel en volg de instructies (zie ook www.kwikr.nl/yubiwin). Bewaar de herstelcode zorgvuldig. Voor de gekozen gebruiker is voortaan naast gebruikersnaam en wachtwoord ook de beveiligingssleutel vereist.

Je kunt een YubiKey ook als tweede factor inzetten voor je Windows-login.

Inloggen met TOTP

Als je beveiligingssleutel ook OATH-TOTP ondersteunt (Initiative for Open AuTHentication - Time-based One-Time Password), kun je die gebruiken om een eenmalige code te genereren, net als met authenticator-apps van Google, Microsoft, Proton of Authy. Veel apps en diensten ondersteunen deze 2FA-methode.

We nemen Dropbox als voorbeeld. Meld je aan op www.dropbox.com, klik op je profielicoon rechtsboven, kies Instellingen en open het tabblad Beveiliging. Schakel Tweestapsverificatie in, selecteer Authenticatie-app en druk op Verzenden. Je ziet nu een QR-code en de bijbehorende geheime sleutel.

Download en installeer vervolgens de gratis app Yubico Authenticator (www.kwikr.nl/yubiauth). Start de app, plaats je beveiligingssleutel en open Accounts. Klik op Add account en kies Scan QR code als je een camera hebt, of voer de geheime code handmatig in bij Secret Key. Vul bij Issuer bijvoorbeeld Dropbox in en bij Account name het e-mailadres van je Dropbox-account. Bevestig met Save. In de app verschijnt een cijfercode die je op de Dropbox-site invult bij Bevestigingscode. Noteer de herstelcodes, bewaar ze goed en rond af met Voltooien.

Bij het aanmelden op Dropbox tik je eerst je wachtwoord in en daarna de actuele eenmalige code die je in Yubico Authenticator bij je Dropbox-account ziet.

Net als veel andere diensten ondersteunt ook Dropbox TOTP (op een beveiligingssleutel) als 2FA-methode.

Challenge/Response

Tot slot tonen we je nog de challenge-response-methode. Hierbij genereert een dienst of app een willekeurige wiskundige vraag (challenge) in de vorm van een bitreeks. Deze gaat naar je beveiligingssleutel, die de overeenkomstige cryptografische response berekent en terugstuurt. Als de codes overeenkomen, krijg je toegang. We lichten dit kort toe voor de gratis wachtwoordbeheerder KeePassXC (www.keepassxc.org; Windows, macOS, Linux) om een lokaal bewaarde wachtwoordkluis te openen.

Verschillende sleutels ondersteunen deze methode, waaronder de meeste YubiKeys. Download en installeer voor zo’n sleutel eerst de gratis YubiKey Manager (zie kader ‘Sleutelbeheer’). Start de app, ga naar Applications/OTP en klik op Configure bij een vrij slot. Kies Challenge-response, klik op Generate voor de geheime sleutel, zet eventueel een vinkje bij Require touch voor extra veiligheid en sluit af met Finish.

Open vervolgens KeePassXC en laad je database. Ga naar Database / Database beveiliging, kies Aanvullende bescherming toevoegen / Challenge-Response toevoegen, selecteer het juiste slot van je geplaatste sleutel en bevestig met OK. Voortaan is je wachtwoordkluis enkel toegankelijk met je wachtwoord en je beveiligingssleutel.

Je (lokale) wachtwoordkluis is voortaan alleen toegankelijk met je beveiligingssleutel.
Sleutelbeheer

Beschik je over een beveiligingssleutel, dan zul je vroeg of laat de beheertool van de producent nodig hebben. Als voorbeeld nemen we de YubiKey Manager (www.kwikr.nl/yuman), die je het best als administrator opstart. Hiermee kun je functies of interfaces uitschakelen (OTP, FIDO U2F, FIDO2, OpenPGP, PIV en OATH), een pincode instellen of resetten voor FIDO2 of PIV, statische wachtwoorden of OTP-slots programmeren en certificaten beheren in PIV-modus (smartcardfunctie).

In de beheertool kun je ook specifieke protocollen uitschakelen, mocht je dat willen (hier: YubiKey Manager).

Voorzorgsmaatregelen

In het artikel hebben we al, ook tussen de regels door, enkele tips gegeven om (veiligheids)problemen te vermijden. We sommen ze kort nog even op.

Zo registreer je best altijd twee fysieke sleutels bij elke dienst, zodat je bij verlies of diefstal via de back-upsleutel toegang behoudt. Bewaar deze op een veilige plaats en test af en toe of de sleutel nog werkt. Activeer daarnaast bij elke dienst een alternatieve 2FA- of noodmethode, zoals TOTP-toegang via een authenticator-app, en druk back-upcodes af die je veilig bewaart. Zo kun je ook zonder sleutel nog aanmelden, al is dit wat minder robuust. Tot slot, ook al beschermt een beveiligingssleutel je technisch goed tegen phishing, blijf alert. Krijg je bijvoorbeeld een onverwachte vraag om de PIN-code van je sleutel in te voeren, wees dan op je hoede.

Heel wat diensten voorzien in (eenmalige) back-upcodes (hier: Google).
▼ Volgende artikel
Review Tefal Snack Collection - klein formaat, veel mogelijkheden
© Tefal
Huis

Review Tefal Snack Collection - klein formaat, veel mogelijkheden

Tefal lanceert een compact model tosti-ijzer dat met allerlei extra platensets te gebruiken is voor allerlei gerechten: van panini's en wafels in allerlei vormen en maten tot aan donuts en madeleines. Is de Snack Collection echt zo veelzijdig? ID.nl ging ermee aan de slag.

Uitstekend
Conclusie

De Tefal Snack Collection is een compact tosti-apparaat met verwisselbare platen, bedoeld voor wie met één toestel meerdere snacks wil bereiden. In de test leverde het apparaat goede resultaten met tosti’s en panini’s; de platen klikken stevig vast, zijn uitneembaar en vaatwasserbestendig. Met zijn kleine formaat, snoeropbergsysteem, 700 watt vermogen, maximale temperatuur van 230 graden en voorverwarm-indicator is het toestel praktisch, al is het grillvlak aan de krappe kant en is de temperatuur niet instelbaar. Per saldo is dit een ruimtebesparende keuze voor tostiliefhebbers die graag variëren.

Plus- en minpunten
  • Compact formaat en makkelijk opbergen
  • Goede grill-prestaties
  • Veel uitbreidingsmogelijkheden
  • Opwarmen duurt zo'n 4 minuten
  • Temperatuur niet instelbaar

Tafelgrills en tosti-apparaten zijn in bijna elk huishouden te vinden. Vaak gaat het om apparaten met een geribbelde grillplaat boven en onder, waar je je tosti tussen legt om die een paar minuten erna bruin en krokant uit te halen, met een lekker warme vulling. Het zijn eenvoudige apparaten die goed zijn in waarvoor ze ontwikkeld zijn. Meer dan je tosti erin maken kan vaak niet. Tefal komt nu met de compacte Snack Collection, een apparaat dat je koopt met twee bijgeleverde typen grillplaten en nog eens kunt uitbreiden door losse sets erbij te kopen.

©Saskia van Weert

Testexemplaar en meegeleverde platen

Ter review ontving de redactie een blauw testmodel, voorzien van twee grill/panini-platen (één boven, één onder in het apparaat) en twee platen om Brusselse wafels mee te maken. De Snack Collection is met zijn 28,5 centimeter breedte, 20,6 centimeter lengte en 34,5 centimeter hoogte een betrekkelijk klein apparaat dat makkelijk op te bergen is. Het snoer is aan de onderkant op te bergen, er zit een aan-uitknop aan de voorzijde, net als een vergrendeling om het ijzer op slot te zetten. Ook zit er een lampje aan de voorzijde dat groen oplicht als het apparaat is voorverwarmd. Hij heeft een vermogen van 700 watt en een maximale temperatuur van 230 graden. De temperatuur is niet handmatig in te stellen.

©Saskia van Weert

Inhoud van de doos en wisselen van platen

In de machine zit al een set grillplaten. Verder vind je in de doos twee verpakkingen die nog het meest doen denken aan videobandhoezen van vroeger. Ze zijn van harde kunststof en gaan wat lastig open. De ene doos is uiteraard leeg, want daar zaten de panini-platen in, maar we vinden er wel een receptenboekje in. In de andere doos zit de uitbreiding; in ons testexemplaar zijn dat de wafelplaten. De platen zijn los te halen uit de machine via een knopje boven en onder, en de platen kunnen er op maar één manier in vastklikken. Je kunt ze dus niet verkeerd bevestigen. Ze mogen in de vaatwasser; de machine zelf uiteraard niet.

©Saskia van Weert

Gebruik en bediening

Zoals wel vaker bij dit type apparaten is de werking enorm simpel. Je bevestigt de gewenste platen in de machine, doet de stekker in het stopcontact en zet hem aan. Dan wacht je tot het groene lampje aangaat, open je de machine, doe je je gerecht erin, sluit je alles weer netjes en wacht je tot je eten klaar is. Eet smakelijk!

©Saskia van Weert

Test: tosti's

De bijgeleverde grill/panini-plaat is net wat te klein voor een reguliere tosti van boterhammen uit de supermarkt; het korstje steekt net wat boven de plaat uit. Maar dat bleek voor het resultaat niet uit te maken: alle geteste tosti’s kwamen prima uit de Tefal. Opwarmen duurde wel wat lang, ongeveer 4 minuten.

Lees ook: Gezonde tosti’s om de hele middag op door te gaan

Brand je handen niet!

Gebruik een tang om je tosti's te serveren

Test: panini

De test met een panini had wat voeten in de aarde. De supermarkten in onze woonplaats verkochten geen panini-broodjes, maar een XL-shop in een andere plaats wel. Panini-broodjes zijn hoger dan normale afbakbroodjes en standaard voorzien van grillstrepen. Het deksel van de Snack Collection moest wel wat worden aangedrukt om de machine te kunnen sluiten met de vergrendeling, maar ook dat verliep verder prima.

Schoonmaken en opbergen 

De platen komen weer brandschoon uit de vaatwasser en klikken makkelijk vast in het apparaat. Door de betrekkelijk kleine afmetingen van dit keukenapparaat is het makkelijk op te bergen.

©Tefal

Uitbreidingssets (assortiment)

Dan de uitbreidingssets. Deze hebben we niet kunnen testen, maar zijn uiteraard te bekijken via de site van Tefal. Er is een aantal platen voor tosti’s in bijzondere vormen, zoals een schelpvorm of juist meteen als driehoek. Verder zijn er onder meer vormen voor bagels te verkrijgen. Tefal mikt duidelijk op een internationaal publiek, want er is ook een vorm voor madeleines (Franse zoete cakejes) verkrijgbaar.

Conclusie

De Tefal Snack Collection is een compact tosti-apparaat met verwisselbare platen, bedoeld voor wie met één toestel meerdere snacks wil maken. In de test leverde het apparaat nette resultaten op: tosti's kwamen goed uit de grill en panini's lukten eveneens prima na het sluiten met de vergrendeling. De platen klikken stevig vast, zijn uitneembaar en kunnen in de vaatwasser. Dankzij het kleine formaat en het opbergsysteem voor het snoer is het toestel eenvoudig weg te zetten. Het apparaat heeft een vermogen van 700 watt, een maximale temperatuur van 230 graden en een indicatielampje dat aangeeft wanneer voorverwarmen is voltooid.

Aandachtspunten: het grillvlak is aan de krappe kant voor standaardboterhammen, de opwarmtijd ligt rond de 4 minuten en de temperatuur is niet handmatig regelbaar. De uitbreidingsmogelijkheden zijn groot (onder meer wafels, donuts, madeleines en bagels), maar deze extra platen zijn in deze test niet inhoudelijk beoordeeld.

Per saldo is de Snack Collection een praktisch en ruimtebesparend apparaat voor de liefhebbers van tosti's die ook graag eens experimenteren met andere bereidingen.