ID.nl logo
Tips voor solderen van electronica
© Reshift Digital
Zekerheid & gemak

Tips voor solderen van electronica

Iedereen die weleens wat doet met elektronica, moet op een gegeven moment met de soldeerbout aan de slag. Afgaande op voorbeelden op internet kun je gerust zeggen dat het met de soldeerkunsten van de gemiddelde knutselaar niet zo goed is gesteld. Het zou toch zonde zijn als je gesoldeerde project niet goed werkt vanwege kleine soldeerfoutjes. Dat kan beter! Wij geven 13 tips voor het solderen van je eigen tech.

Dankzij de populariteit van bordjes zoals de Raspberry Pi en de Arduino, blijft zelf knutselen aan elektronica nog altijd een populaire bezigheid voor velen. De componenten kosten een habbekrats, en op internet worden schema’s en zelfs complete projectbeschrijvingen gretig uitgewisseld. Loop je ergens mee vast, dan zijn er talloze fora met hulpvaardige types die enthousiast hun kennis en kunde met je willen delen. Het is, kortom, een geweldige tijd voor elektronica-hobbyisten.

01 Zelf bedenken of hergebruiken?

Bij aanvang van zo’n project sta je al meteen voor de keuze of je de schakeling helemaal zelf moet bedenken of dat iemand het al heeft uitgevonden. In verreweg de meeste gevallen kun je met wat aanpassingen werk van iemand anders hergebruiken.

Voor de nodige aanpassingen en voor projecten die je van de grond af moet opbouwen, is het breadboard een onmisbaar hulpmiddel. Prik de componenten erin, verbind ze met jumperdraden en je hebt binnen een paar minuten een eerste versie van de schakeling.

Doordat de code in veel gevallen componenten overbodig maakt – denk aan combinaties van condensatoren en weerstanden voor oscillatoren en timers – worden schakelingen steeds eenvoudiger en zitten fouten eerder in de code dan in de hardware. Als het spul op het breadboard staat, gaat de meeste tijd uit naar het debuggen van de code. En als de software eenmaal werkt, is de basis van het elektronische gedeelte van het project af.

Dat is het moment waarop het echte werk kan beginnen: het inbouwen van de schakeling, zodat je project daadwerkelijk te gebruiken is. Het verhuizen van de componenten van het breadboard naar een printplaat is dan de eerstvolgende stap.

©PXimport

02 Experimenteerprintplaat

Voor de meeste meet- en regelschakelingen volstaat een experimenteerprintplaat prima (ook wel protoboard of stripboard genoemd). Stukken goedkoper en het scheelt het zelf ontwerpen van een printplaatlay-out, een te lastige stap voor de hobbyist. Bij het kiezen van het meest geschikte plaatje zijn de afmetingen niet eens het belangrijkste: printplaatmateriaal is makkelijk met een ijzerzaagje op maat te maken. Veel belangrijker is de wijze waarop de koperbaantjes op de printplaat zijn verdeeld. Die variëren van uitsluitend losse eilandjes tot over de volle lengte doorgetrokken banen. Een kwestie van smaak, maar wij vinden plaatjes met groepjes doorverbonden eilandjes ideaal, onder andere te koop bij www.conrad.nl. Kosten: afhankelijk van de afmeting minder dan één euro tot ca. tien euro.

©PXimport

03 Bestukken

Voor het plaatsen van de componenten wordt een verbastering van het Duitse bestücken (voorzien van) gebruikt: bestukken. Anders dan bij industriële serieproductie gaat het bij hobbyisten meestal om componenten waarvan de pootjes of pinnen door de printplaat heen gaan om ze aan de onderkant te solderen. De industrie is al in de jaren 90 overgestapt op smd-componenten (surface-mounted device), die veel kleiner zijn en volledig geautomatiseerd worden aangebracht (zie kader ‘Surface-mounted devices’).

Bij experimenteerprintplaten moet je bij het bestukken goed nadenken over de plaats van de componenten. Onderdelen waartussen veel verbindingen lopen, kun je logischerwijs beter dicht bij elkaar zetten.

Het plaatsen zelf is een secuur werkje. Het is het efficiëntst om eerst alle componenten aan te brengen en pas daarna te solderen. Dat lijkt wellicht lastig, want om te solderen moet je de printplaat ondersteboven houden en zonder maatregelen vallen de componenten dan van de printplaat af. Om dat te voorkomen buig je van iedere component die je aanbrengt ten minste twee uitstekende pootjes een stukje om, in tegengestelde richting. Zo blijft die component hangen als je de printplaat omdraait. Knip met een kleine zijkniptang de uiteinden van alle (dus ook de niet gebogen) pootjes af op een lengte van ongeveer twee millimeter. Plaats dan de volgende component enzovoort.

Let er bij het plaatsen van iedere component op dat alle pootjes of pinnen op een eigen eilandje zitten, anders verbind je ze immers met elkaar. Integrated circuits en controllers kunnen daardoor vaak maar op één manier worden aangebracht: over de breedte van het printplaatje.

©PXimport

Surface-mounted devices

Een aparte categorie onderdelen zijn de smd-componenten. Deze ‘surface-mounted devices’ hebben slechts vertinde uiteinden of heel kleine pootjes en worden gesoldeerd aan de kant waarop ze op de printplaat zitten. Dat is dus anders dan de traditionele componenten waarvan de pootjes dóór de printplaat heen gaan en die aan de onderkant worden gesoldeerd. Het met de hand solderen van smd-onderdelen is voor gevorderden, smd-componenten zijn daar dan ook niet voor bedoeld; een van de voordelen is juist dat ze volledig geautomatiseerd zijn aan te brengen en te solderen door robots.

04 Welke soldeerbout?

Het belangrijkste gereedschap is uiteraard de soldeerbout. De prijs ervan loopt uiteen van een tientje tot honderden euro’s, waarbij die laatste groep absoluut te duur is voor gebruik voor hobbyprojecten. Dat zijn soldeerstations die tot op de graad nauwkeurig zijn in te stellen en dat is voor dit handwerk zwaar overdreven. Met een soldeerstation van enkele tientjes is namelijk prima te werken. Bij Conrad zijn er al leuke modellen van rond de 25 euro te vinden. Zo’n station bestaat uit een voeding, de temperatuurregeling en een houder voor de soldeerbout. Een losse soldeerbout is niet aan te raden, tenzij je het een goed idee vindt om een stuk metaal van tegen de 400 graden los op je bureau te hebben liggen. Plaats hem altijd in een houder, die biedt bovendien ruimte aan een vochtige spons, waaraan je de soldeerstift kunt schoonvegen.

©PXimport

05 Kwaliteit soldeerstift

De soldeerstift is het gedeelte waarmee je daadwerkelijk soldeert en dat is dan ook bepalend voor de kwaliteit van de soldeerbout. De samenstelling en de daarmee samenhangende hardheid van het materiaal bepalen de warmteoverdracht van de stift. En hoelang die meegaat, want corrosie ligt altijd op de loer in een vijandige omgeving van gesmolten tin en sterk wisselende temperaturen. Ook de vorm is van belang: voor fijne elektronica heb je weinig aan de grove punt van een typische bouwmarkt-bout. Voor elektronica is er een brede selectie, variërend van beitel- of schroevendraaiermodel tot een kegelvormige punt in diverse lengtes. De keuze voor een stift hangt af van de specifieke toepassing, een vaste hand en persoonlijke voorkeur.

©PXimport

Gebruik een soldeerbout van minimaal 30 watt, zelfs voor fijne elektronica.

-

06 Temperatuur

En tweede kwaliteitscriterium is het verwarmingselement en dan specifiek het vermogen ervan. Om te voorkomen dat het soldeer niet goed smelt of te vroeg stolt, mag de temperatuur van de stift niet te veel dalen tijdens het solderen. Door de veel lagere temperatuur van de te solderen onderdelen (kamertemperatuur) daalt de tempartuur van de stift scherp zodra je die tegen de onderdelen aan houdt en dat moet het verwarmingselement direct kunnen compenseren. Gebruik om die reden dan ook een soldeerbout van minimaal 30 watt, zelfs voor fijne elektronica. Dat is dan ook meteen de reden om een temperatuurgeregelde soldeerbout te kiezen: boven de 400 graden gaan de meeste onderdelen snel kapot, dus een verwarmingselement moet uitgeschakeld worden bij het bereiken van een bepaalde temperatuur. In de praktijk werkt een temperatuur van net onder de 400 graden dan ook prima, ook voor loodvrije legeringen.

07 Soldeertin: wel of geen lood?

Tot iets meer dan tien jaar geleden gebruikte iedereen een legering van lood en tin om elektronica te solderen. Voor apparatuur die binnen de EU wordt verkocht, mag sinds 2006 geen loodhoudende soldeer meer gebruikt worden. Om gezondheidsredenen wordt aangeraden zelf ook te werken met loodvrije soldeer, die bestaat uit legeringen van tin en koper en/of zilver. Het nadeel van de loodvrije alternatieven is een hoger smeltpunt en doffe verbindingen. Dat betekent solderen op iets (ongeveer 40 graden) hogere temperaturen, dus een iets hoger risico op beschadiging van gevoelige componenten. Belangrijker is dat je de kwaliteit van de verbinding moeilijker kunt bepalen, een doffe verbinding is bij lood-tin-soldeer een indicatie voor een slechte las. Wie met lood-tin wil solderen, kan dat nog wel gewoon kopen.

08 Harskernsoldeer

Welke legering je ook kiest, het type soldeer waarover het hier gaat is zogenoemde harskernsoldeer. Dat bestaat uit een holle draad van de tinlegering, waarbinnen een vloeimiddel (ook wel flux genoemd) is aangebracht. Dit vloeimiddel (hars) zorgt voor gelijkmatiger vloeien van het soldeer en gaat tegelijk oxidatie van de tinlegering tegen. Dat laatste gebeurt namelijk direct bij verwarming van het soldeer en maakt solderen zonder vloeimiddel onmogelijk: het laagje oxide verhindert hechting aan de printplaat en de componenten.

Harskernsoldeer is in diverse diktes verkrijgbaar als klos, in een cilindervormige houder, of in kleine hoeveelheden gewikkeld om een kartonnetje. De prijs voor soldeertin loopt uiteen van een paar tot tientallen euro’s (afhankelijk van de dikte en hoeveelheid meter). Maar om een voorbeeld te geven: de spoel waar wij in de jaren 90 mee zijn begonnen zijn, is nog lang niet op.

©PXimport

09 De praktijk

Hoewel de meeste mensen weleens een soldeerbout hebben gebruikt, blijkt dat met name het fijnere werk vaak wordt onderschat. Afgaande op de kwaliteit van wat je zoal online voorbij ziet komen, kunnen wat simpele tips nooit kwaad. Het is namelijk niet ingewikkeld om deugdelijke soldeerverbindingen te maken, maar je moet er wel even echt voor gaan zitten. Het begint bij de soldeerbout, specifiek de soldeerstift. Zorg dat deze goed rondom vertind is, door wat soldeer erop te laten smelten. Veeg de stift goed af aan een vochtig sponsje of andere soldeerpuntreiniger, zodat er geen druppels tin meer te zien zijn. Nu pas is de soldeerbout klaar voor gebruik.

Leg nu de printplaat omgekeerd op het werkblad van je bureau (zorg voor een ondergrond die vies mag worden) en druk de soldeerstift zowel tegen het koperen eilandje op de printplaat als tegen het pootje van de te solderen component. Met je andere hand houd je het uiteinde van het soldeer op korte afstand van de soldeerstift tegen het koper. Dat vergt misschien enige oefening, aangezien je de soldeerbout vasthebt in je schrijfhand. Afhankelijk van de motoriek van je andere hand kan het positioneren van het soldeer best lastig zijn. De meeste instructies schrijven voor dat je met het soldeer niet de soldeerstift raakt, omdat een deel van het soldeer dan aan de stift blijft plakken en dus niet op je werkstuk belandt. Maar doe daar vooral niet al te krampachtig over! Het smelten gaat echt een stuk makkelijker door het soldeer wel degelijk heel kort tegen de punt van de stift te houden. Kijk uitsluitend naar het pootje en het koperen eilandje en zorg dat daar voldoende tin op terechtkomt.

Met name het fijnere werk met een soldeerbout, wordt vaak onderschat.

-

10 Concentreer je op je werkstuk

Doordat het vloeimiddel gaat koken en deels verbrandt, vormt zich direct een rookwolkje boven je werkstuk. Laat je daardoor niet afleiden: dat hoort er nu eenmaal bij. Als je goed blijft kijken naar de punt van de bout, zie je dat pas na ongeveer een halve seconde het soldeer begint uit te vloeien en na ongeveer een paar seconden zijn uiteindelijke vorm heeft. Haal de stift zeker nooit binnen die tijd al weg, dat uitvloeien is essentieel voor een goede soldeerverbinding! Afhankelijk van het type component en de dikte van het pootje is tussen de één en vijf seconden over het algemeen een goede richtlijn voor het maken van een goede verbinding.

De hoeveelheid soldeer die je gebruikt, hangt af van de dikte van het pootje en de diameter van het doorvoergat in de printplaat. In de tijd die het uitvloeien duurt, kun je prima zien of er soldeer bij moet, dus begin rustig. Tin erbij is nu eenmaal een stuk eenvoudiger dan tin eraf (zie paragraaf ‘Teveel soldeer’). Veeg tussen het maken van twee verbindingen telkens de stift rondom af aan de vochtige spons. Zo blijft de stift goed vertind en schoon, zonder overtollige druppels en restanten verbrande hars.

11 Veelgemaakte fouten

Niet goed gevloeide soldeer is waarschijnlijk de meest gemaakte fout en de oorzaak van niet (goed) werkende schakelingen. Veel raadselachtige storingen zijn erdoor te verklaren, logisch als een pinnetje de ene keer wel en de andere keer geen contact maakt. De soldeerstift pas weghalen als het soldeer helemaal is uitgevloeid is de eenvoudige remedie. Vloeit er niets meer, maar zit de tin niet op de gewenste plek, voeg dan voorzichtig wat meer soldeer toe. Doordat er dan ook vloeimiddel bij komt, zul je zien dat de boel weer gaat bewegen. Sommige prutsers schijnen soldeer op de stift te smeren en het daarna proberen over te brengen op de printplaat, zonder daar soldeer aan toe te voegen. Het behoeft geen toelichting dat dat geen goede verbindingen oplevert.

©PXimport

12 Teveel soldeer

Een ander probleem kan ontstaan als je toch net teveel soldeer ineens toevoegt, of het uiteinde ervan net op de verkeerde plek komt. Er kan dan soldeer tussen twee printbaantjes terechtkomen, waardoor die baantjes onbedoeld elektrisch worden verbonden. Hoewel dat eenvoudig is te verhelpen met een desoldeerpomp (zie kader ‘Accessoires’) is er een trucje waarmee je je de aanschaf daarvan kunt besparen. Voeg op de per ongeluk verbonden plek juist wat extra soldeer toe, zodat er een bolletje tin op de printplaat ligt. Houd met de hand waar je net de soldeertin mee vasthield de pintplaat verticaal vast en duw de schone soldeerstift ertegenaan. Op het moment dat het soldeer helemaal vloeibaar is klop je de met printplaat eenmaal op tafel. Het soldeer vliegt eraf en met een beetje geluk is de verbinding weg, wat je uiteraard goed controleert. Wel zul je hierna de wél gewenste verbinding nogmaals moeten solderen.

Accessoires

Rond solderen bestaat een hele industrietak en het zal dan ook niemand verbazen dat er ontelbare accessoires te vinden zijn. Dat loopt uiteen van ‘derde handjes’ die je werkstuk in de meest onmogelijke posities houden terwijl je je handen vrij houdt, tot complete rookafzuigsystemen voor de professionele markt. Over die laatste categorie kunnen we kort zijn: veel te duur. Met een strategisch geplaatste ventilator en een open raam kom je een heel eind.

Een derde handje is een ander verhaal, het kost slechts enkele euro’s en is dan ook zeker een aanrader. Voor wie nog niet zo’n vaste hand heeft, is een siliconen (hittebestendig) soldeermatje een leuke optie. En met een desoldeerpompje (ook wel tinzuiger genoemd) maak je je verzameling compleet. Soms worden soldeerstations compleet met deze accessoires verkocht, wat erg voordelig kan uitpakken. Iets om bij aanschaf op te letten.

©PXimport

13 Tot slot

Goed solderen is te leren, en met een paar aandachtspunten maak je na een paar keer oefenen betrouwbare verbindingen die jaren meegaan. Zolang het nog mag, zijn lood/tin-legeringen de betere keuze voor wie met solderen begint. Kijk naar de verbinding die je maakt en wees niet bang om het soldeer goed te laten uitvloeien. Laat je tot slot niet gek maken door al het moois dat er te koop is: voor minder dan vijf tientjes heb je een prima set om mee te kunnen beginnen. Wil je verder, dan kun je altijd nog iets kopen uit het hogere segment.

▼ Volgende artikel
Slimmer overstappen zorgverzekering 2026: pak dubbel voordeel met CashbackXL
© ID.nl
Zekerheid & gemak

Slimmer overstappen zorgverzekering 2026: pak dubbel voordeel met CashbackXL

Naar verwachting stappen dit jaar weer ruim 1,2 miljoen mensen over van zorgverzekering. Verstandig, maar het kan nóg slimmer. Wie overstapt via CashbackXL profiteert namelijk dubbel: je bespaart op de premie én ontvangt cashback-punten die je kunt inwisselen voor keiharde euro's.

We zitten midden in het overstapseizoen. Tot en met 31 december heb je de tijd om je huidige zorgverzekering op te zeggen en een nieuwe te kiezen. De ontevredenheid over de hoge premies is voor velen de belangrijkste reden om te wisselen. Daarnaast kiezen steeds meer mensen voor een minder uitgebreide aanvullende verzekering om de kosten te drukken. Er valt vaak honderden euro's per jaar te besparen door simpelweg te vergelijken. Maar waarom zou je genoegen nemen met alléén een lagere premie?

Punten scoren (en cashen!)

Als je via CashbackXL overstapt, ontvang je voor elke nieuw afgesloten zorgverzekering bij de grote vergelijkers Poliswijzer.nl, Zorgkiezer en Overstappen.nl 2.750 punten. Deze punten zijn geld waard: 1 punt staat gelijk aan € 0,01. Dit betekent dat je per overstap € 27,50 extra voordeel pakt.
Of je nu kiest voor a.s.r., VGZ Bewuzt, OHRA, Zilveren Kruis Ziezo of een van de vele andere verzekeraars uit de lijst: als je via de juiste vergelijker overstapt, pak je die bonus mee. In onderstaand overzicht zie je bij welke vergelijker je moet zijn voor een specifieke verzekeraar.

💡Slimme tip: zo krijg je meerdere cashbacks op één adres

Stappen jij en je partner allebei over? Let dan even goed op. Normaal gesproken geldt de regel: één cashback per vergelijker, per adres/gezin. Maar daar is een slimme oplossing voor. Wil je voor meerdere gezinsleden een cashback ontvangen? Sluit de verzekeringen dan af bij verschillende vergelijkers.

Voorbeeld: Jij sluit je nieuwe verzekering af via Poliswijzer.nl (2.750 punten) en je partner sluit af via Overstappen.nl (ook 2.750 punten). Zo ontvang je op hetzelfde adres twee keer de cashback!

Belangrijk om te weten: geduld wordt beloond

Overstappen doe je vóór 1 januari, maar de controle duurt even. Zorgverzekeraars keuren de aanvragen namelijk pas definitief in april 2026. Het duurt dus even voordat de punten in je account op 'goedgekeurd' staan, maar dat is het wachten waard.

Voorwaarden puntenactie zorgverzekering 2026

Wil je in aanmerking komen voor deze actie, lees dan onderstaande voorwaarden even aandachtig door:

• Je moet 18 jaar of ouder zijn.
• Het moet gaan om een nieuwe verzekering (als je verlengt bij je huidige verzekeraar (ook al sluit je een andersoortige verzekering af) dan geldt dat hier niet als overstappen.
• Alle genoemde cashbacks gelden altijd voor elk eigen risico.

Zo werkt de zorgverzekerings-cashback

Wil jij 2026 financieel goed beginnen? Volg dan deze stappen voor de perfecte tracking:

1. Maak een account aan op CashbackXL.
2. Klik bovenaan in de blauwe balk op Zorgverzekering 2026.
3. Bekijk in het overzicht welke verzekeraar via welke vergelijker (Poliswijzer, Zorgkiezer of Overstappen) beschikbaar is.
4. Klik op de link en start de vergelijking. Let op: accepteer alle cookies op de site van de vergelijker en zet je adblocker uit. Dit is noodzakelijk om de punten te kunnen registreren.
5. Sluit de verzekering af.
6. Je aankoop wordt geregistreerd en na goedkeuring in april 2026 kun je jouw punten verzilveren in euro's.

Waarom je CashbackXL kunt vertrouwen

CashbackXL is de grootste cashback-site van Nederland. De site registreert 97 procent van alle aankopen succesvol en scoort op Kiyoh een klantwaardering van een 9,0. Je ontvangt je uitbetaling maandelijks (of wanneer jij wilt, zonder minimumbedrag), krijgt de hoogste cashback-percentages en kunt terecht bij een toegankelijke klantenservice.

▼ Volgende artikel
Dit wil je weten over tweestapsverificatie, óók zonder je smartphone
© Looker_Studio - stock.adobe.com
Huis

Dit wil je weten over tweestapsverificatie, óók zonder je smartphone

Je inloggegevens alleen met een wachtwoord beveiligen is vragen om problemen. Steeds meer diensten en apps bieden daarom tweefactorauthenticatie (2FA) aan, of ze verplichten dit zelfs. Naast een wachtwoord heb je dan een tweede factor nodig. Vaak gebruik je hiervoor je smartphone, maar wat doe je als je (tijdelijk) geen telefoon hebt?

Dit artikel in het kort

Tweestapsverificatie (2FA) beschermt je accounts beter dan alleen een wachtwoord. Vaak gebruik je hiervoor je smartphone, maar dat hoeft niet. In dit artikel lees je hoe je ook zonder telefoon veilig kunt inloggen. Zo ontdek je hoe desktop-authenticators zoals Proton of KeePassXC werken, hoe je een hardwaresleutel zoals een YubiKey instelt, en hoe je back-upcodes aanmaakt voor noodgevallen. Ook wordt uitgelegd wat een digitale en fysieke token precies doen en hoe toegangssleutels (passkeys) een alternatief vormen voor klassieke wachtwoorden.

Wachtwoorden kun je vergeten, of ze worden gehackt. Daarom is het niet handig om de toegang tot een dienst of app alleen met een wachtwoord te beveiligen. Voor meer veiligheid voeg je daar een tweede authenticatiemethode aan toe. We hebben het over het aanmelden via 2FA (tweefactorauthenticatie oftewel tweestapsverificatie).

Bij 2FA heb je naast iets wat je weet, meestal een wachtwoord, ook iets wat je 'hebt' of 'bent' nodig om in te loggen. Zo'n tweede factor is vaak een unieke, eenmalige code via een authenticator-app op je smartphone. Het kan ook een sms-code, pushmelding, hardwaresleutel of een biometrische beveiliging zijn. Zo kan een aanvaller met je wachtwoord niet binnendringen, want hij heeft ook die tweede factor nodig. Een geraden of gelekt wachtwoord is dus niet meer voldoende, wat de veiligheid verhoogt.

Smartphone

Veel 2FA-oplossingen werken via een smartphone, bijvoorbeeld met de authenticator-app van Authy, Google of Microsoft, of via sms-berichten naar je telefoon. Dit is handig, maar er zijn ook nadelen. Je hebt altijd je telefoon nodig en bij een lege batterij, verlies of diefstal kom je mogelijk niet bij je accounts. Ook al je je in een gebied zonder mobiel bereik bevindt, is het lastig of onmogelijk om een sms te ontvangen.

2FA via sms is bovendien kwetsbaar voor praktijken als sim-swapping. Hierbij zet een aanvaller jouw telefoonnummer om naar een eigen simkaart om zo sms-codes te ontvangen. Je smartphone kan ook besmet raken (via phishing) met malware. Ook daarmee kan een aanvaller andere 2FA-codes onderscheppen.

Het kan ook zijn dat je geen smartphone voor je werk hebt en dat je je privételefoon liever niet gebruikt voor werkgerelateerde 2FA-authenticaties. Je kunt er natuurlijk ook nog bewust voor kiezen om geen eigen smartphone te hebben.

Gelukkig bestaan er veilige alternatieven om je ook zonder smartphone via 2FA aan te kunnen melden, zoals de rest van dit artikel duidelijk maakt.

Lees ook: Waarom je beter geen sms voor tweestapsverificatie kunt gebruiken

Een eenmalige code via een (mobiele) authenticator-app is een van de populairste 2FA-verificatiemethoden.

Desktop-authenticator

Veel mensen gebruiken als tweede factor een eenmalige code via een authenticator-app. Daarvoor bestaan verschillende gratis mobiele apps, maar je kunt ook je desktop of laptop inzetten. Je hoeft geen virtuele Android-omgeving op te zetten met een tool als BlueStacks om zo bijvoorbeeld de mobiele Android-authenticator van Google of Microsoft te kunnen draaien. Installeer gewoon de desktopversies, zoals het Zwitserse Proton of het Zweedse Yubico.

We vertellen je in het kort hoe je hiermee bij Google aanmeldt. De procedure bij andere diensten en apps gaat op een vergelijkbare manier. Surf naar https://myaccount.google.com en open Beveiliging. Kies Tweestapsverificatie en zorg dat deze is ingeschakeld. Klik bij tweede stap op Authenticator en daarna op Authenticator instellen. Er verschijnt een QR-code, maar voor je desktop-app klik je op Kun je de code niet scannen. Je krijgt nu de nodige gegevens om de geheime sleutel (zie kader Werking digitale token) handmatig in te voeren.

Als je dit in je authenticator-app hebt ingesteld (zie de alineaProton Authenticator), klik je op Volgende en voer je de code in die de app genereert. Je kunt nu definitief tweestapsverificatie bij Google aanzetten. Bij de volgende aanmeldingen voer je nu voortaan naast je wachtwoord ook de gevraagde code in.

De tweestapsverificatie bij Google is geactiveerd, met (voorlopig alleen) een authenticatorcode als tweede factor.

Proton Authenticator

We nemen Proton Authenticator voor Windows als voorbeeld (ook beschikbaar voor macOS en Linux). De installatie bedraagt slechts enkele muisklikken. Start daarna de app start op en klik op Create new code. Vul bij Title bijvoorbeeld Google account in en plak de sleutel van 32 tekens in het veld Secret.

Bij Issuer kun je Google opgeven. Via Advanced options pas je eventueel instellingen aan als de dienst specifieke eisen heeft voor het aantal cijfers (standaard 6), tijdsinterval (standaard 30 seconden), algoritme (standaard SHA1) of type (standaard TOTP, maar kies STEAM voor het Steam-gameplatform van Valve). Klik op Save code om de code toe te voegen.

Via het tandwielpictogram kun je onder meer je codes back-uppen, exporteren, importeren en ook synchroniseren tussen apparaten via een gratis Proton-account. Na het aanmaken verschijnt de code in het hoofdvenster, met een geanimeerd pictogram dat de resterende geldigheidsduur toont. Je hoeft deze code nu maar bij de juiste dienst in te vullen als tweede factor, naast je wachtwoord.

Via Proton Authenticator voeg je een TOTP-code toe aan Googles 2FA-verificatieproces.

Werking digitale token

De meeste mensen gebruiken een digitaal token als tweede factor, zoals een pushmelding of een eenmalige cijfercode. Dit laatste wordt ook wel TOTP genoemd (Time-based One-Time Password) en werkt als volgt.

Bij het instellen van 2FA genereert de dienst een unieke geheime sleutel. Deze wordt één keer met je authenticator-app gedeeld via een QR-code of handmatige invoer. Zowel de server van de dienst als je authenticator-app gebruiken deze sleutel samen met het actuele tijdstip om met dezelfde wiskundige formule een code van meestal 6 cijfers te berekenen. Zo'n code blijft standaard dertig seconden geldig. Zodra je deze code invoert, vergelijkt de server deze met zijn eigen berekening. Is er een match, dan weet de server dat jij de juiste geheime sleutel hebt en dat de code actueel is, waarna je kunt inloggen.

©TvD | ID.nl

De achterliggende werking van een TOTP-systeem.

TOTP-wachtwoordmanager

Wachtwoorden zijn vooralsnog niet verdwenen (zie ook kader Zonder wachtwoord) en daarom is een wachtwoordmanager aan te raden. Zo hoef je al je wachtwoorden niet zelf te onthouden, voorkom je dat je ze achteloos noteert en vermijd je te veel dezelfde of simpele varianten.

Enkele wachtwoordmanagers ondersteunen ook TOTP-codes voor 2FA, zodat je geen aparte authenticator-app nodig hebt. Gratis opties voor Windows-desktop zijn onder meer Bitwarden en KeePassXC.

We nemen KeePassXC als voorbeeld, dat ook voor macOS en Linux beschikbaar is. Je installeert de tool met enkele muisklikken. Bij de eerste start klik je op Database aanmaken, voer je een naam en eventueel een omschrijving in. Klik daarna op Doorgaan. Laat de instellingen gerust ongewijzigd en klik op Doorgaan. Geef een sterk hoofdwachtwoord in (twee keer) en bevestig met Gereed. Kies een locatie voor de database en klik op Opslaan.

Voer in het hoofdvenster de accountgegevens in, zoals Titel, Gebruikersnaam, Wachtwoord en URL, en bevestig met OK. Het item wordt toegevoegd. Klik er met de rechtermuisknop op, kies TOTP / TOTP instellen en vul de Geheime sleutel in. Pas via Aangepaste instellingen eventueel de parameters aan en bevestig met OK. Om de TOTP-code te zien, kies je TOTP / TOTP (QR code) weergeven in het contextmenu.

Je kunt ook de KeePassXC-browserextensie downloaden en installeren om je online wachtwoorden en TOTP-codes automatisch in de browser in te vullen.

Ook wachtwoordbeheerder KeePassXC kan TOTP-codes genereren.

Hardwaresleutel

In plaats van een digitale sleutel kun je ook een fysieke hardwaresleutel gebruiken als tweede factor. Zo'n sleutel is extra veilig omdat deze via internet niet kan worden gekopieerd of gestolen. Ook phishers maken nauwelijks kans, want de sleutel is gekoppeld aan de originele website-url van de dienst. Zelfs als iemand je sleutel heeft, blijft je wachtwoord nodig en vaak ook een pincode of biometrie om de sleutel te gebruiken. Bij verlies rest meestal alleen een alternatieve tweede factor, zoals een TOTP-code of back-upcodes (zie hieronder), tenzij je een reservesleutel hebt.

We nemen als voorbeeld een YubiKey 5 NFC USB-A van Yubico (circa 60 euro). Dit kan ook een ander merk of type zijn, zoals Feitian, Nitrokey of SoloKeys. Ga in Windows 11 naar Instellingen, kies Accounts / Aanmeldingsopties en selecteer Beveiligingssleutel / Beheren. Plaats de sleutel in de pc en activeer deze. Klik op Toevoegen bij Pincode voor beveiligingssleutel. Je kunt ook de Yubico Authenticator downloaden die ook beschikbaar is voor macOS en Linux. Ga door met installeren en start als administrator op. Open nu Passkeys, klik op Set PIN, voer tweemaal een pincode in en klik op Save.

We nemen opnieuw Google als voorbeeld, waar je inmiddels tweestapsverificatie hebt ingeschakeld. Op de webpagina van je Google-account open je Beveiliging en klik je op Toegangssleutels en beveiligingssleutels. Kies + Toegangssleutel maken, klik op Ander apparaat gebruiken, selecteer Beveiligingssleutel en klik op Volgende en daarna op OK (twee keer). Voer de pincode van de sleutel in, bevestig met OK en activeer de sleutel. Deze is nu bruikbaar als tweede factor.

Bij Google maak je eenvoudig een toegangssleutel aan.

Werking fysieke token

Je kunt als tweede factor ook een fysieke token gebruiken. Bij banken kan dit een klein kastje zijn dat codes genereert, maar het kan ook een hardwaresleutel zijn zoals een YubiKey. Zo'n sleutel koppel je aan je computer via usb of bij smartphones via bluetooth of NFC. Dit werkt als volgt.


Je koppelt de sleutel één keer aan je account, waarbij een uniek cryptografische sleutelpaar wordt aangemaakt. De publieke sleutel gaat naar de server van de dienst, terwijl de privésleutel veilig in het hardwaretoken blijft en deze nooit verlaat. Na het invoeren van je wachtwoord vraagt de server aan de sleutel om een unieke digitale handtekening te maken voor die specifieke aanmelding.

Jij bevestigt de aanvraag, bijvoorbeeld door het token te activeren. Vervolgens stuurt de sleutel de handtekening naar de server, die controleert of deze overeenkomt met de eerder opgeslagen publieke sleutel. Bij een match weet de server dat jij de echte sleutel bezit en kun je inloggen.

Onder meer Yubico heeft diverse hardwaretokens (YubiKey) in het aanbod.

Back-upcodes

We hebben nu al twee methoden om ons via een desktop-pc of laptop bij 2FA aan te melden: digitale TOTP-codes en een hardwaresleutel. Heb je ook een toegangssleutel, bijvoorbeeld gekoppeld aan je Windows Hello-inlogmethode, dan zijn het er zelfs drie opties. Al is dit eigenlijk geen klassieke 2FA maar een methode zonder wachtwoord (zie kader Zonder wachtwoord).

De meeste diensten die 2FA ondersteunen, bieden ook back-upcodes aan, hoewel deze eigenlijk bedoeld zijn als noodingreep. We raden je in elk geval aan deze te genereren of te downloaden en offline te bewaren, bijvoorbeeld in een kluis of andere water- en brandveilige plek. Laat ze zeker niet rondslingeren en deel ze nooit digitaal.

Voor je Google-account bijvoorbeeld werkt dit als volgt. Meld je opnieuw aan op je accountpagina, open Beveiliging, scrol naar beneden en klik op Back-upcodes en daarna op Back-upcodes genereren. Google maakt direct tien codes aan die je kunt downloaden en/of afdrukken. Dit is meestal voldoende om problematische aanmeldingen op te lossen. Je kunt op elk moment weer tien nieuwe codes aanmaken, waarmee de vorige tien codes automatisch ongeldig worden.

Google genereert tien back-upcodes die je goed dient te bewaren voor het geval er iets misgaat.

Zonder wachtwoord

2FA combineert dus iets dat je 'weet' (wachtwoord) met iets wat je 'hebt' (zoals een code of sleutel) of 'bent' (biometrie). Er komt ook steeds meer concurrentie van een oplossing zonder wachtwoord via zogeheten toegangssleutels (passkeys). Dit systeem is enkel gebaseerd op iets wat je 'hebt' (een hardwarematige of softwarematige sleutel), vaak gecombineerd met een vorm van biometrie.

Je hebt hierbij dus geen wachtwoord meer nodig. Je kunt direct inloggen met zo'n sleutel, meestal na een geslaagde vingerafdruk, gezichtsherkenning of pincode. Onderliggend werkt dit via de FIDO2-standaard met het hardwareprotocol CTAP2 en het webprotocol WebAuthn.

Op www.passkeys.io/ vind je een demonstratie en een lijst van enkele tientallen sites en apps die toegangssleutels als volledig wachtwoordalternatief ondersteunen. Nog meer diensten staan op https://passkeys.directory, een door de community beheerde lijst. De aanduiding MFA (Multi Factor Authenticatie) betekent hier dat toegangssleutels ook inzetbaar zijn als extra beveiligingslaag naast andere inlogmethodes. Zo kun je onder meer bij Google via een toegangssleutel, zoals een pincode, inloggen, zonder zelfs je wachtwoord te hoeven intikken.

Passkeys-directory: ook Google ondersteunt volop toegangssleutels.

Offline dingen veilig bewaren?

Haal een kluis in huis!