ID.nl logo
Zekerheid & gemak

Blacklight-posters. Werken met aanpassingslagen en kleurkanalen.

Photoshop is zo'n uitgebreid pakket, dat u misschien niet alle mogelijkheden kent. Neem bijvoorbeeld aanpassingslagen en kleurkanalen. Hebt u daar wel eens van gehoord, maar weet u niet precies wat u er mee kunt? In deze 3-delige cursus vertellen we wat ze doen en hoe u ze inzet. Zo haalt u alles uit Photoshop

In deel 1 hebt u gezien welke invloed aanpassingslagen en kleurkanalen hebben op zwart/wit-foto's, en in deel 2 zag u hoe u meer leven brengt in uw kleurenfoto's. In dit laatste deel maken we een blacklight-poster en laten we u meer bijzondere toepassingen zien. In deze cursus maken we gebruik van Photoshop 7, maar elke versie die kanalen en aanpassingslagen ondersteunt is bruikbaar. Veel mensen laten kleurkanalen in Photoshop onbenut, maar door ze selectief te combineren, bewerken en mengen krijgt u er een aantal unieke, creatieve mogelijkheden bij. In dit laatste deel van de cursus maken we bijvoorbeeld een blacklight-poster. ***01manhattan.jpeg ***02manhattan-blacklight.jpg Een beetje nostalgie In de jaren zeventig waren ze niet aan te slepen: blacklight-posters. Hang er één aan de muur, richt er een blacklight op en het plaatje spat bijna van de wand. Dat komt doordat de fluorescerende kleuren van zo'n poster onder invloed van het ultraviolet van de lamp oplichten. Helaas kunt u met een alledaagse printer geen echte fluorescerende kleuren maken, maar met de kleurkanalen van Photoshop kunt u het effect en de sfeer van zo'n afbeelding goed benaderen. We openen daarvoor een foto (afbeelding 1) en schakelen van de standaard rgb-modus over op het minder gebruikelijke model van lab-kleuren. Net als rgb kent lab drie kanalen, één voor lichtsterkte en twee kleurkanalen A en B. We selecteren nu de hele foto, kiezen kanaal A en kopiëren dat. Vervolgens dupliceren we de foto. Het duplicaat converteren we weer terug naar rgb-modus. Nu plakken we de kopie van het A-kanaal in één van de kanalen R, G of B van het duplicaat. Bij deze foto geeft het blauwe kanaal het beste resultaat. Om de kleuren nog wat sprekender te maken passen we op elk kanaal afzonderlijk de functie Autocontrast toe (afbeelding 2). Of en in welke mate het effect werkt verschilt per foto en hangt af van de oorspronkelijke en de gewenste kleurstelling. Door van de lab-afbeelding A of B te kopiëren naar R, G, of B van het duplicaat krijgt u zes mogelijke uitkomsten die u het best stuk voor stuk kunt proberen. Met de sneltoetsen Ctrl+C, Ctrl+V en Ctrl+Z gaat dat heel vlug. Vooral door Autocontrast per kanaal toe te passen kan een flets resultaat in één klap het gewenste effect krijgen. ***03manhattan-blauwbruin.jpg Het verleden herleeft! In de wat luxere oude boeken staan vaak illustraties in tweekleurendruk die gebruikmaken van blauw en roodbruin. Het nostalgisch gehalte van dat soort plaatjes is vele male groter dan van een oud gemaakte afbeelding met het nogal afgezaagde sepia-filter. We kunnen het verleden in Photoshop met veel foto's razendsnel oproepen met een zeer eenvoudig trucje. We openen daarvoor weer de foto van afbeelding 1 en maken een duplicaat. Het origineel zetten we in cmyk-modus en het duplicaat in rgb-modus. Vervolgens selecteren we het gehele origineel en kopiëren het cyaan-kanaal. Dit plakken we in het blauw-kanaal van het duplicaat. Vervolgens kopiëren we het magenta-kanaal van het origineel naar het rood-kanaal van het duplicaat en klaar is Kees (afbeelding 3). Het kopiëren van kleurkanalen naar kanalen in een ander kleurmodel, het inverteren van kanalen of het cyclisch verwisselen van kanalen (rood wordt groen, groen wordt blauw, blauw wordt rood, enzovoort) levert een schat aan mogelijkheden. Wie er mee experimenteert zal beloond worden. ***04manhattan-geel.jpg ***05manhattan-zononder.jpg *** 06manhattan-silhouet.jpg *** 07manhattan-valsekleuren.jpg Valse kleuren In de wetenschap – bijvoorbeeld in de astronomie – worden afbeeldingen vaak in valse kleuren getoond om anders nauwelijks zichtbare details aan het licht te brengen. Dit geldt bijvoorbeeld voor veel van de spectaculaire foto's van de Hubble ruimtetelescoop. Het werken met valse kleuren kan natuurlijk ook een creatief doel dienen, zoals u hierboven al zag. Tot nu toe mengden we complete kanalen met elkaar of vervingen de ene door de andere; typisch een voorbeeld van quick and dirty. Een veel grotere mate van controle krijgen we wanneer we gebruikmaken van kleurkanalen in combinatie met alfakanalen en aanpassingslagen. We gaan weer uit van afbeelding 1. Het is duidelijk dat de gebouwen als gevolg van belichting door de ondergaande zon een hoog gehalte aan geel bevatten. Willen we de gebouwen van een valse kleur voorzien dan kunnen we dus de informatie in het geel-kanaal van de cmyk-afbeelding nuttig gebruiken. We dupliceren eerst de afbeelding en zetten het duplicaat in cmyk-modus. We selecteren de hele afbeelding (Ctrl+A) en kopiëren de inhoud van het geel-kanaal. We gaan in het origineel naar het tabblad Kanalen en klikken op Nieuw Kanaal. Daarin plakken we de selectie. Om het effect van het alfakanaal wat zwaarder te laten wegen kunnen we het nog geprononceerder maken met Autocontrast of door handmatig het contrast te verhogen (afbeelding 4). We gaan nu naar het tabblad Lagen en kiezen Achtergrond (de originele kleurenafbeelding). In het menu Selecteren/Selectie Laden kiezen we het zojuist gemaakte kanaal Alfa1. Dit gaat nu als masker dienen voor onze volgende bewerking. Zoals u in afbeelding 4 ziet is het masker tamelijk zwart op de plaats van de gebouwen. Dat betekent dat elk effect dat we via dit masker uitvoeren de gebouwen juist ongemoeid laat. Willen we de gebouwen te lijf dan moeten we de selectie dus omkeren. Dat kan door het vakje Omkeren aan te vinken wanneer we het masker laden. We maken nu een nieuwe aanpassingslaag voor Kleurtoon/Verzadiging. Met deze laag hebben we een zee van mogelijkheden. Draaien we de verzadiging bijvoorbeeld omhoog naar 50 dan bereiken we een gigantische versterking van het ondergaande zon-effect op de gebouwen, terwijl de rest ongemoeid blijft (afbeelding 5). Draaien we verzadiging en helderheid naar -100 dan hebben we een silhouet van de stad (afbeelding 6). Maar dit terzijde, het gaat tenslotte om valse kleuren. Voor een subtielere blacklight-afbeelding maken we de gebouwen fluorescerend groen. Dat doen we door de kleurtoon op +65 en de verzadiging op +30 te zetten. Nu willen we de lucht te lijf. We kopiëren daarvoor het cyaan-kanaal uit het duplicaat naar een nieuw alfakanaal in het origineel. Voor het effect verhogen we het contrast en inverteren we gelijk de afbeelding (Ctrl+I) om het effect op de juiste delen van de foto toe te passen. We maken van deze Alfa2 weer een masker en creëren een nieuwe aanpassingslaag voor Kleurtoon/Verzadiging. Met waarden van +80 voor kleurtoon en +70 voor verzadiging maken we de blauwe lucht hardroze. Tot slot moeten we het water en de schaduwen te lijf. Daarvoor gebruiken we het zwart-kanaal van de cmyk-afbeelding. We volgen weer dezelfde procedure. Met Alfa3 als masker en met kleurtoon +160, verzadiging +80 op de derde aanpassingslaag worden de schaduwen dieppaars en het water donkergroen (afbeelding 7). Experimenteren De beste instellingen en kanaalselecties verschillen uiteraard per foto, maar deze werkwijze leent zich voor zeer veel toepassingen. U kunt namelijk niet alleen elke denkbare valse-kleurenafbeelding maken, maar u kunt ook heel boeiende effecten bereiken door op deze wijze filters toe te passen in plaats van aanpassingslagen. Veel plezier met experimenteren!

▼ Volgende artikel
Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt
© fotomek
Huis

Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt

Denk je net goed bezig te zijn met een A+++-wasdroger, blijkt die vanaf juli 2025 opeens een magere C te scoren. Wat is hier aan de hand? Geen paniek: je apparaat is niet plotseling minder efficiënt geworden, het energielabel wordt een stuk strenger. In dit artikel lees je waarom de regels zijn veranderd, wat het nieuwe label precies meet en hoe je wél de juiste conclusies trekt bij je volgende aankoop.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Vanaf 1 juli 2025 – morgen dus! – verandert het energielabel van wasdrogers in heel Europa. De bekende klassen als A+, A++ en A+++ verdwijnen en maken plaats voor een overzichtelijker schaal van A tot en met G. Hierdoor krijgen veel huidige A+++-drogers voortaan een label C. Niet omdat ze slechter presteren, maar omdat de normering strenger en toekomstbestendiger wordt.

Waarom een nieuw energielabel nodig was

Het oude systeem was zijn doel voorbijgeschoten. Doordat fabrikanten steeds energiezuinigere apparaten ontwikkelden, werden er voortdurend plussen aan de A-klasse toegevoegd. Daardoor ontstond een wildgroei aan energielabels die de consument eerder in verwarring bracht dan hielp. Met het nieuwe label keert de rust terug: één heldere schaal die opnieuw ruimte laat aan de top. De zuinigste klasse A blijft voorlopig zelfs leeg, zodat alleen uitzonderlijk efficiënte apparaten die plek mogen innemen.

©Bemmel & Kroon

Wat je ziet op het nieuwe label

Het nieuwe energielabel bevat veel meer informatie dan alleen een letter. Naast de energieklasse geeft het label nu ook inzicht in het verbruik per honderd droogbeurten, gemeten volgens een gestandaardiseerd Eco-programma. Ook de programmaduur, het maximale vulgewicht van de trommel, het geluidsniveau in decibel en de condensatie-efficiëntie staan erop vermeld. Via een QR-code kun je bovendien extra technische details opzoeken in de Europese EPREL-database. Deze toevoegingen zorgen ervoor dat je als consument beter kunt inschatten welk apparaat past bij jouw huishouden en gebruik. Meer informatie vind je op deze pagina.

©Bemmel & Kroon

1. QR-code met link naar de EU database
2. Energie-efficiëntieklasse
3. Energieverbruik in kWh/100 droogcycli*
4. Condensatie-efficiëntieklasse en -percentage

5. Geluidklasse en geluidemissie in dB(A)**
6. Maximale laadcapaciteit (nominale capaciteit in kg)**
7. Duur in uren en minuten**

* Waarden gelden voor een gewogen gemiddelde van halve en volle ladingen met een verhouding van 0,62 (24x volle lading, 76x halve lading).
** Droogcyclus van katoen eco-programma bij volle lading.

Het lastige van vergelijken

Oude en nieuwe energielabels kun je niet zomaar naast elkaar leggen. Een A+++-droger uit 2024 kan volgens de nieuwe testmethodes een label C krijgen, terwijl het apparaat in de praktijk nog steeds even zuinig is. Dat verschil komt puur door de aangescherpte meetnormen, en niet door een verandering in prestaties. Laat je dus niet misleiden door een ogenschijnlijke 'verslechtering' van het label, maar kijk naar de echte verbruiksgegevens en technische kenmerken van jouw wasdroger.

Wat dit voor jouw keuze betekent

Bij het kopen van een nieuwe droger is het dus belangrijk om verder te kijken dan alleen de letter op het label. De vermelding van het energieverbruik per honderd droogcycli geeft je een veel concreter beeld van de stroomkosten op jaarbasis. Ook het geluidsniveau, de capaciteit van de trommel en de duur van het droogprogramma bepalen in sterke mate hoe comfortabel en efficiënt het apparaat in de praktijk is. Dankzij de QR-code kun je bovendien snel en eenvoudig controleren of de technische gegevens aansluiten bij je verwachtingen.

©Viktoria

Slim kiezen met het nieuwe label

De vernieuwde energielabels maken het makkelijker om een slimme, bewuste keuze te maken. Niet alleen zie je in één oogopslag hoe energiezuinig een apparaat is volgens de nieuwste normen, je hebt ook toegang tot de details die er écht toe doen. Zo kun je jouw keuze afstemmen op wat je belangrijk vindt: lage kosten, weinig geluid, korte droogtijd of een groot vulgewicht. Door te letten op de werkelijke prestaties in plaats van alleen op een letter, maak je een duurzame keuze die ook op de lange termijn rendeert.

Wil je hulp bij het kiezen van een energiezuinige droger of persoonlijk advies over welk type het best bij jouw huishouden past? Laat je dan informeren door een specialist, zodat je met vertrouwen de juiste keuze maakt voor nu én de toekomst.

Op zoek naar een écht zuinige droger?

Bekijk de beste deals bij Bemmel & Kroon!
▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op
© zephyr_p
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op

Een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser kiezen begint niet bij het design of de functies – het begint met een meetlint. Want hoe mooi of geavanceerd een apparaat ook is, als het nét niet past, zit je met een kostbare misser. Een paar millimeter speling kan het verschil maken tussen een perfect passende keuken en een frustrerende inbouwervaring. Met deze meetinstructies weet je zeker dat je straks niet voor verrassingen komt te staan.

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over:

• Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Goed meten is het halve werk

Voordat je aan de slag gaat met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik altijd een betrouwbare rolmaat en eventueel een digitale schuifmaat voor extra precisie. Meet de binnenafmetingen van de nis (dus niet de buitenkant van je keukenkast) en noteer breedte, hoogte én diepte.

Houd daarnaast rekening met de ventilatieruimte: meestal is 2 tot 5 cm aan de achterkant en zijkanten nodig. En check of er ruimte is voor stopcontacten, wateraansluitingen en kabeldoorvoeren – die bepalen vaak óók of het apparaat goed kan worden geplaatst.

©Andrey Sinenkiy

Waar moet je op letten per apparaat?

Elk soort inbouwapparaat heeft zijn eigen eisen en aandachtspunten. Hieronder lees je per type waar je bij het opmeten en installeren specifiek op moet letten. Zo kom je niet voor verrassingen te staan.

Inbouwkoelkast of -vriezer

De hoogte van de nis is hier allesbepalend. Veelvoorkomende maten voor inbouwkoelkasten en -vriezers zijn 88, 140 en 178 cm, maar afwijkingen komen vaak voor. Let op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme vraagt meestal om iets meer ruimte in de breedte. Diepte is vaak 55 cm, maar modellen met een ventilator achterop kunnen richting de 60 cm gaan.

Inbouwoven of -magnetron

Standaard? Niet helemaal. De nisbreedte is meestal 56 cm, terwijl het frontpaneel iets breder is (ca. 59,5 cm) voor een nette aansluiting. Hoogtes verschillen: compacte ovens zijn 45 cm hoog, standaardmodellen 60 cm. Magnetrons vragen soms extra ruimte aan de bovenkant voor uitstekende bedieningspanelen.

Inbouwvaatwasser

Hier draait het vooral om hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 cm, met verstelbare poten voor wat speling. Meet ook de plinthoogte (van vloer tot onderkant kast), en vergeet de watertoevoer niet – reken op zo’n 5 cm extra ruimte in de diepte voor de slang.

Inbouw-espressomachine

Kleiner apparaat, maar niettemin precisiewerk. De breedte is vaak rond de 56 cm, maar de diepte varieert sterk. Let vooral op het waterreservoir (dat tot 55 cm diep kan zijn) en op kleppen of deurtjes die naar voren openen: die hebben extra werkruimte nodig.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Veelgemaakte fouten die je makkelijk voorkomt

Zelfs met zorgvuldige metingen kan het misgaan, vaak doordat kleine details worden vergeten. Denk aan ventilatieruimte, uitstekende stekkers of leidingen die net in de weg zitten. Een handige tip: plak een strook tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het apparaat komt, en markeer waar stekkers en leidingen zitten. Zo zie je snel of er iets in de weg zit.

Ook niet onbelangrijk: controleer of de nis waterpas is! Zeker bij koelkasten met uitschuiflades kan een scheve ondergrond voor problemen zorgen. Pas waar nodig je kast of ondervloer aan voordat je installeert.

Bij renovaties gelden vaak afwijkende maten. Oudere keukens hebben soms dikkere wanden of ongebruikelijke dieptes. Meet dus altijd de huidige situatie én de specificaties van je nieuwe apparaat. Twijfel je? Schakel een keukenexpert in, zeker bij combinaties zoals een oven met magnetron, waarbij elk detail telt.

En tot slot: de allerbelangrijkste stap

Het klinkt als een open deur, maar het voorkomt de meeste problemen: meet altijd twee keer! Schrijf je maten op en leg ze naast de officiële productspecificaties. Let daarbij op details als verstelbare voetjes, uitsparingen voor de deur of een uitschuifbaar bedieningspaneel. Zo weet je zeker dat jouw nieuwe inbouwapparaat niet alleen technisch past, maar ook mooi aansluit bij de rest van je keuken. Want uiteindelijk draait het om één ding: alles moet kloppen – tot op de millimeter.