ID.nl logo
Review Ninja CRISPi – Glashelder gemak voor kleine porties en restjes
© Ninja
Huis

Review Ninja CRISPi – Glashelder gemak voor kleine porties en restjes

Ninja pakt het concept van airfryers met de CRISPi helemaal anders aan. In plaats van een groot apparaat met bakmanden, is dit een compact geheel van glazen schalen waarop je een pod plaatst waar de hitte uit komt. Is dit een handig alternatief? ID.nl test het.

Fantastisch
Conclusie

Alles bij elkaar is de Ninja CRISPi een logische keuze voor wie meestal 1-3 porties bereidt, restjes krokant wil opwarmen en waarde hecht aan glaswerk dat direct de koelkast in kan. Wie juist grote batches en precieze temperatuurregeling zoekt, is beter uit met een klassieke, grotere airfryer. Maar voor dagelijks, compact en veelzijdig gebruik overtuigt de CRISPi absoluut.

Plus- en minpunten
  • Slim systeem: PowerPod + twee schalen
  • Transparante glazen kommen
  • Recrisp-stand werkt goed voor ‘kliekjes’
  • Goede prestaties en makkelijk op te bergen
  • Minder temperatuurcontrole dan klassieke airfryers
  • Capaciteit: je bakt niet voor een compleet gezin in één ronde
  • Eén PowerPod: je gebruikt niet twee kommen tegelijk

Eerste indruk

De CRISPi pakt airfryen anders aan: geen dichte mand, maar glazen zogeheten Tempware-schalen met daaraan vastgemaakt handgrepen. Daar bovenop klem je de PowerPod (verwarming + ventilator). In Europa geeft Ninja 1700 watt op als vermogen; dat is meer dan de 1500 watt die het apparaat in de VS heeft.

In de doos vind je een kleine kom van ongeveer 1,4 liter en een grote kom van ongeveer 3,8 liter, beide met zogeheten Crisper Plates om in de schalen te leggen, en bijpassende deksels. Ook levert Ninja een full-colour instructie- en inspiratieboekje mee, met uitgebreide uitleg over de werking, voorbeeldrecepten en tabellen met instellingen en baktijden voor zowel de kleine als de grote schaal. Ninja lijkt de kleine schaal vooral te hebben bedoeld voor snacks en bijvoorbeeld lunchgerechten voor één persoon, terwijl de grote schaal eerder voor avondeten bedoeld is.

©Saskia van Weert

Ninja benadrukt op meerdere plekken dat de CRISPi en de schalen niet alleen bedoeld zijn om eten te airfryen, maar ook om voedsel te marineren. Doe er bijvoorbeeld kip en marinade in, sluit de schaal af met het deksel, zet alles in de koelkast, waarna je tegen etenstijd de kip erin bereidt. Of je dekt na het eten de kliekjes in de schaal af met het deksel en zet het geheel na afkoelen in de koelkast. Dat meervoudige gebruik is even een mindset die je jezelf als gebruiker moet aanleren.

Uitpakken en installatie

Het in elkaar zetten is niet moeilijk: na een eerste keer proberen is het duidelijk. De Crisper Plates moeten elk in hun bijpassende schaal worden gelegd. Ze hebben rubber pootjes aan alle vier de hoeken; deze moeten met de bolletjes omlaag in de schaal worden gelegd, zonder druk uit te oefenen. Druk je te hard of leg je de platen ondersteboven in de schalen, dan kunnen de pootjes loslaten, en die kun je daarna niet meer terugplaatsen.

Gebruik je de kleine schaal, dan plaats je de PowerPod er direct op. Gebruik je de grote schaal, dan zet je eerst de adapter op de schaal en klik je daar de PowerPod in.

Doordat de schalen van glas zijn, kun je in theorie via de zijkant de garing in de gaten houden. In de praktijk is het handiger om de pod tijdens het airfryen op te tillen en van boven te kijken. Dat is sowieso wel makkelijk, omdat je etenswaren tijdens het bakken doorgaans een aantal keer moet omdraaien voor optimaal resultaat.

Bediening en functies

De PowerPod heeft maar een paar drukknoppen. Met de ronde knop kies je een van de vier mogelijke standen: Air Fry, Roast, Recrisp (opnieuw krokant) en Keep Warm. Ninja geeft geen temperaturen op voor de verschillende standen. Air Fry is de hoogste stand met 185 graden, zo vonden we online. Roast is wat minder heet, bedoeld voor bijvoorbeeld vlees. Recrisp is bedoeld voor snacks die afgekoeld of koud zijn en die je wilt oppiepen, en Keep Warm is uiteraard bedoeld om eten op temperatuur te houden.

©Saskia van Weert

Met de ronde knop kies je de gewenste stand, met de plus- en minknop pas je de tijd aan, en met Start gaat alles van start, of juist niet. De opties lichten op zodra de PowerPod goed bevestigd is en je de stekker aansluit. Standaard staat de machine na het aanzetten op Air Fry en 10 minuten.

Alles werkt heel intuïtief. Is de tijd voorbij, dan hoor je een pieptoon en komt er 'End' in het display te staan. De CRISPi gaat niet automatisch uit; dat moet je zelf doen door de stopknop lang ingedrukt te houden of de stekker uit het stopcontact te halen. Doe je dat niet en zet je de Pod na het serveren van het eten weer terug op de schaal, dan begint hij weer doodleuk met 10 minuten Air Fry. Tijdens de testperiode haalden we de stekker daarom maar gewoon uit het stopcontact om stroomverspilling tegen te gaan.

Als je de pod tussentijds optilt om het eten te bekijken of te draaien, dan stopt de pod uiteraard wel. Hij gaat verder als je hem terugplaatst en op Start drukt.

Klein minpunt: je kunt niet twee kommen tegelijk gebruiken; er is één pod. Je kunt de pod natuurlijk wel eerst op de ene schaal zetten en meteen erna op de andere, maar dat zal meestal niet heel praktisch zijn.

Prestaties in de keuken

Tijdens de testperiode is de CRISPi voor werkelijk elk denkbaar doeleinde gebruikt. Niet alleen voor het bakken van diepvriessnacks en patat/friet, maar ook voor het opwarmen van worstenbroodjes, kip met marinade voor de tikka masala, speklapjes, aardappeltjes: alles lukte. Omdat de schalen compact zijn, is voorverwarmen eigenlijk niet nodig. Net als bij alle andere airfryers is het een kwestie van proberen welke stand en welke tijd de beste zijn.

De standen Roast en Air Fry worden in de praktijk het meest gebruikt. Air Fry omdat dit de heetste stand is, en Roast voor zaken die minder snel warm moeten worden, zoals kippenpoten en stukken vlees. Je kunt trouwens ook makkelijk tussendoor de instellingen aanpassen, bijvoorbeeld eerst een tijdje op Roast en daarna 'afgrillen' met Air Fry.

©Ninja

Naast de uitstekende prestaties valt ook het gemak op waarmee je de CRISPi er even bij pakt. Omdat hij klein is en de schalen van glas zijn, oogt hij niet massief, dus kan hij bij veel mensen vast gewoon op het aanrecht staan. Als je de Crisper Plates eruit haalt, kun je de kleine glazen schaal in de grote zetten, en dan de adapter en pod erbovenop. Je hebt dan een betrekkelijk klein stapeltje met bijna alle onderdelen bij elkaar.

©Ninja

Onder de kom en de Pod bevinden zich het hitteschild en een stel harde pootjes, waardoor je ze veilig op het aanrecht of een tafel parkeert. Ninja claimt dat dit ook direct na de bereiding kan, maar gezien de warmte hebben we dat maar niet gedaan. We zetten de pod en de schalen voor de zekerheid liever op onderzetters. De handgrepen blijven wel koel genoeg om de schalen zonder keukenhandschoenen op tafel te zetten.

Schoonmaken & materialen

De glazen kommen, deksels en adapter mogen in de vaatwasser. Glas neemt geen geurtjes op, dus het vuil weekt makkelijk los. De Crisper Plates hebben een (keramische) antiaanbaklaag en alles is PFAS-vrij.

Er is desondanks één schoonmaak-aandachtspunt. De handgrepen lopen onder de schalen door in het hitteschild, en er zit een opening tussen het glas en het zwarte hitteschild. Meerdere malen zaten er toch vegen of kruimels vast tussen het glas en het kunststof. Ik heb dit verwijderd door een lang mes te omwikkelen met keukenpapier en dat tussen de spleet te wringen. Het zou handig zijn als Ninja met een dunne ragger of iets anders zou komen om ook die spleet goed schoon te houden.

Water blijft er soms ook in staan vanuit de vaatwasser, dus om te drogen is het verstandig de schalen op een theedoek schuin tegen een wand te zetten, zodat de druppels eruit kunnen lopen.

Met een siliconen tang haal je je gerechten veilig uit de CRISPi

Je brandt je handen niet en voorkomt krassen op je Crisper Plates

Gebruikerservaringen (NL + internationaal)

Nederlandse gebruikers op fora en websites prijzen vooral het compacte formaat, het relatief geringe geluid en het feit dat je na het koken weinig afwas hebt. De CRISPi verdwijnt zó in een keukenkastje. Een terugkerend puntje is de condens die na het koken soms in de dekselrand blijft hangen; even droogmaken helpt. Ook zagen we regelmatig dat mensen in het begin moesten zoeken naar de juiste tijden, juist omdat je niet per graad kunt instellen.

In professionele reviews uit het buitenland wordt de CRISPi neergezet als een echte kleine-keukenwinnaar: ideaal voor snacks en restjes dankzij de Recrisp-stand. In metingen kwam de thermostaat af en toe zo'n 5 graden Celsius lager uit dan de ingestelde waarde, maar dat had weinig invloed op het eindresultaat. De draagbaarheid wordt overal genoemd: de PowerPod is licht en het geheel is makkelijk te verplaatsen.

©Saskia van Weert

Eindoordeel

De Ninja CRISPi onderscheidt zich met een andere benadering van airfryen: een compacte PowerPod boven op glazen Tempware-schalen met handgrepen. Het meervoudige gebruik (marineren, bereiden, bewaren) maakt de CRISPi functioneel buiten het daadwerkelijke airfryen om. De CRISPi pakt door zijn formaat bovendien snel op en is door zijn geringe omvang makkelijk op het aanrecht te laten staan; onderdelen zijn bovendien compact in elkaar te stapelen.

Er zijn aandachtspunten. Met één Pod kun je niet met twee schalen tegelijk werken, en wie graag per graad regelt, mist die fijnmazigheid. Door het glas kun je de garing volgen, maar in de praktijk is bovenlangs kijken het meest accuraat, te meer omdat tussentijds draaien voor het beste resultaat nodig blijft. Positief is dat schalen en deksels in de vaatwasser kunnen, het materiaal PFAS-vrij is en de handgrepen voldoende koel blijven om zonder handschoenen te serveren.

Alles bij elkaar is de Ninja CRISPi een logische keuze voor wie meestal één tot drie porties bereidt, restjes krokant wil opwarmen en waarde hecht aan glaswerk dat direct de koelkast in kan. Wie juist grote batches en precieze temperatuurregeling zoekt, is beter uit met een klassieke, grotere airfryer. Maar voor dagelijks, compact en veelzijdig gebruik overtuigt de CRISPi absoluut.

▼ Volgende artikel
Waarom je luchtreiniger in de herfst meer doet dan je denkt
© Leonid Iastremskyi
Energie

Waarom je luchtreiniger in de herfst meer doet dan je denkt

Veel mensen denken dat een luchtreiniger vooral nuttig is in het voorjaar en de zomer, als het pollenseizoen in …uhm volle bloei staat. Maar ook – of juist – in de herfst is zo’n apparaat een echte hulp voor een gezonder binnenklimaat in huis. Hoe dat precies zit, lees je in dit artikel.

Dit artikel in het kort

Een luchtreiniger doet meer dan alleen pollen, rook en huisstofmijt uit de lucht halen. Zeker in de herfst, als we minder ventileren, helpt hij de lucht in beweging te houden, allergenen te verminderen en de luchtkwaliteit op peil te houden. In dit artikel lees je wat er verandert zodra het kouder wordt, hoe je het effect van je luchtreiniger vergroot met slim ventileren en waar je op let bij gebruik en plaatsing voor een stabieler binnenklimaat.

Lees ook: Schimmel in je badkamer? Zo kom je er voor eens en altijd vanaf!

Open deur: minder ventilatie = minder frisse lucht

Waar in de zomer ramen en deuren openstaan, houden we in de herfst juist alles vaker dicht. Dat houdt de warmte binnen, maar doordat de lucht minder goed circuleert blijven vocht, stof en geuren langer hangen. In badkamers, keukens en woonkamers met goed sluitende kozijnen merk je dat direct: de lucht voelt wat bedompter aan en ruikt sneller muf. Een luchtreiniger helpt dat te voorkomen door fijnstof, pollen en andere kleine deeltjes actief uit de lucht te filteren. Zo blijft het binnenklimaat merkbaar frisser, ook wanneer de ramen dicht blijven.

Luchtfiltering uitgelegd

De meeste luchtreinigers gebruiken een HEPA-filter dat microscopisch kleine deeltjes opvangt. Sommige modellen combineren dat met een koolstoffilter dat geuren en vluchtige stoffen neutraliseert. Zo verdwijnt niet alleen stof, maar ook kookluchtjes en sigarettenrook sneller uit de ruimte. Een goed HEPA-filter verwijdert tot 99,97 procent van de deeltjes van 0,3 micrometer of groter, waaronder fijnstof, pollen en schimmelsporen.

Minder allergieklachten

Wie gevoelig is voor huisstofmijt of schimmelsporen, merkt dat klachten vaak toenemen in de herfst. Dat komt doordat vocht en temperatuur in huis precies de omstandigheden bieden waarin deze allergenen goed gedijen. Een luchtreiniger helpt door de lucht continu in beweging te houden en allergenen te vangen. Wat je wel moet weten: schimmelsporen worden door een filter grotendeels uit de lucht gehaald, maar de bron – vaak vochtige muren of slecht geventileerde ruimtes – moet je nog steeds aanpakken. Zonder die bronbestrijding blijft het probleem terugkomen. Een luchtreiniger helpt dus vooral bij de symptomen, niet bij de oorzaak.

De ideale stand

Laat de luchtreiniger liever langdurig op lage stand draaien dan af en toe kort op volle kracht. Zo blijft de luchtkwaliteit stabiel. Veel luchtreinigers meten zelf de luchtkwaliteit met sensoren en schakelen automatisch een tandje bij als dat nodig is. Op lage stand gebruiken ze meestal 20 tot 40 watt, vergelijkbaar met een ledlamp.

©Philips

Ventileren en luchtvochtigheid

Een luchtreiniger is geen vervanger voor ventilatie. Ventileren blijft nodig om koolstofdioxide, vocht en geur af te voeren. Wie de ramen regelmatig openzet en daarnaast een luchtreiniger laat draaien, houdt de lucht zowel vers als schoon. De luchtreiniger pakt de fijne stofdeeltjes aan, terwijl ventilatie zorgt dat nieuwe zuurstof binnenkomt.

In de herfst speelt ook de luchtvochtigheid een rol. Door de verwarming kan de lucht binnen te droog worden, en daar doet een luchtreiniger weinig aan. Wil je het binnenklimaat prettig houden, combineer hem dan met een luchtbevochtiger.

De beste plek om je luchtreiniger neer te zetten

Zet de luchtreiniger niet in een hoek, maar vrij in de kamer zodat lucht rondom het apparaat kan circuleren. In de buurt van een deur of raam werkt vaak het best. Zet hem niet op de grond, maar juist wat hoger – bijvoorbeeld op een kast of bijzettafel. Zo zuivert hij de lucht op borsthoogte (dus de hoogte waarop je lucht inademt) beter en verdeelt hij de schone lucht gelijkmatig door de ruimte.

Betere lucht, beter binnenklimaat

Een luchtreiniger is geen wondermiddel, maar wel een apparaat dat in de herfst meer doet dan veel mensen denken. Hij haalt stof, pollen en schimmelsporen uit de lucht, helpt muffe geur te voorkomen en ondersteunt de ventilatie in huis. Zeker in goed geïsoleerde woningen, waar de lucht snel stil komt te staan, merk je het verschil. De lucht voelt frisser aan, je ademt prettiger en het binnenklimaat blijft in balans – precies wat je nodig hebt in het seizoen waarin we het liefst binnen blijven.



Minder stof = een beter binnenklimaat

Heb jij al een plumeau in huis?
▼ Volgende artikel
Privacygevoelige gegevens verwijderen uit foto's en bestanden
© ID.nl
Huis

Privacygevoelige gegevens verwijderen uit foto's en bestanden

Mediabestanden, zoals foto’s, audio en diverse documenten, bevatten vaak extra informatie over het bestand zelf, de zogeheten metadata. Niet al die gegevens hoeven natuurlijk voor iedereen leesbaar te zijn. Hoe pas je die gegevens aan, en kun je ze ook helemaal verwijderen?

Wat gaan we doen?

We laten je zien hoeveel informatie er in je foto’s, muziek en documenten verstopt zit. Je ontdekt hoe je die metadata zelf kunt bekijken, wissen of juist aanvullen – met slimme tools en praktische ingrepen.

Metadata betekent letterlijk gegevens over gegevens. Het gaat namelijk om informatie die iets over het bestand zelf zegt, maar geen deel uitmaakt van de hoofdinhoud. Bij foto’s kan dit bijvoorbeeld de opnamedatum zijn, maar ook de locatie, cameramodel en instellingen. Muziekbestanden bevatten dan weer gegevens zoals titel, artiest, album, jaartal, albumhoes en songteksten. In video’s vind je informatie terug zoals gebruikte software, resolutie en lengte. Ook in pdf’s en Office-documenten als pdf zitten vaak extra data, zoals auteursnaam, aanmaakdatum en revisies.

Metadata zijn vaak erg handig. Je kunt je vakantiefoto’s bijvoorbeeld automatisch sorteren op locatie of datum, en als fotoliefhebber kun je instellingen zoals iso of sluitertijd analyseren. In muziekbestanden toont je mediaspeler alle informatie in de afspeellijst (inclusief gesynchroniseerde lyrics) en kun je snel tracks per genre of jaar terugvinden. Bij documenten zie je naast de auteur onder meer ook wanneer het bestand is aangemaakt en welke revisies zijn doorgevoerd.

Metadata bevatten vaak interessante informatie over een bestand.

Waarom bewerken?

Metadata zijn dus zeker handig, maar soms bevatten ze informatie die je liever niet deelt of die simpelweg niet klopt. Denk aan foto’s die je online plaatst: je wilt dan meestal geen locatiegegevens meegeven zoals je thuisadres. En misschien ook liever niet welk toestel je gebruikt of dat je bewerkingen hebt uitgevoerd. Anderzijds wil je voor archiveringsdoelen misschien nog trefwoorden toevoegen of locatiegegevens invoeren bij foto’s die je binnenshuis nam.

In veel muziekbestanden zitten onjuiste tags, zoals verkeerd gespelde album- of artiestnamen. Of je wilt ontbrekende albumhoezen of lyrics aanvullen, of extra tags toevoegen om je collectie beter te structureren per jaar, genre of tracknummer.Bij documenten kan het juist gaan om het verbergen van de auteur of doorgevoerde aanpassingen, of om het wissen van revisies met gevoelige inhoud. Soms wil je ook bepaalde metadata eenduidiger gebruiken in meerdere bestanden, bijvoorbeeld voor professionele doeleinden.

De meeste smartphones en camera’s leggen standaard ook de gps-coördinaten van je foto’s vast.

Locatiegegevens in foto's

Laten we starten met foto’s en in het bijzonder met locatiegegevens, want deze kunnen voor veel gebruikers belangrijk zijn. De kans is groot dat je smartphone deze informatie standaard bewaart bij elke foto. Je kunt dit controleren en aanpassen. Op Android open je de camera-app, tik je op het tandwielpictogram voor Instellingen, zoek je naar Locatie opslaan, GPS-tags of Geotagging en schakel je de functie uit. Op sommige toestellen kun je ook instellen dat telkens eerst om je toestemming wordt gevraagd.

Op een iPhone open je Instellingen en ga je naar Privacy en beveiliging. Tik op Locatievoorzieningen, scrol naar Camera en kies Nooit of Vraag volgende keer of wanneer ik deel, om telkens zelf te beslissen.

Bij de meeste digitale fotocamera’s werkt het net zo. Ze gebruiken een gps-module of bluetooth met je smartphone om locatiegegevens toe te voegen. Via het menu kun je deze functie ook hier uitschakelen.

Je kunt in Android via de camera-app aangeven dat je de locatie (niet) wilt opslaan.

Metadata foto’s

Om de vaak talrijke metadata van foto’s gestructureerd te bewaren en weer te geven, zijn er in de loop der jaren verschillende metadata-frameworks ontstaan. Het eerste dat echt als standaard doorbrak, was EXIF (EXchangeable Image File format). Vrijwel alle digitale camera’s en smartphones voegen dit automatisch toe, met informatie zoals datum, tijd, gps-coördinaten, cameramerk en diafragma. Om gebruikers ook zelf metadata te laten toevoegen, werd eind vorige eeuw het IPTC-IIM-formaat ontwikkeld (International Press Telecommunications Council - Information Interchange Model), voor gegevens zoals copyright en beschrijvende tags. Hierop volgden nog diverse uitbreidingen.

Begin deze eeuw lanceerde Adobe XMP (eXtensible Metadata Platform), vooral bedoeld voor metadata tijdens fotobewerking. Deze worden ook opgeslagen in het fotobestand zelf of in een apart xmp-bestand (een sidecar genoemd). Alles bij elkaar is dit dus behoorlijk complex, vooral omdat er in één foto metadata van deze drie frameworks tegelijk kunnen voorkomen.

Locatie aanpassen

Sommige apps en diensten verwijderen locatiegegevens automatisch uit foto’s. WhatsApp bijvoorbeeld stript standaard alle metadata. Toch is het veiliger om gevoelige informatie vooraf zelf te wissen. Op een iPhone doe je dat vanuit de Foto’s-app: selecteer de foto, tik op het info-icoon of veeg omhoog. Je ziet een kaart met locatie, en via Pas aan kun je de locatie wijzigen of instellen op Geen locatie. Met Voeg een locatie toe kun je ook zelf gegevens toevoegen. Op Android is dit wat lastiger. Google Foto’s biedt geen optie om locatiegegevens te verwijderen of aan te passen als die al in de EXIF-metadata zitten. Zelf locatiegegevens toevoegen kan wel, maar slechts beperkt. Externe apps bieden dan meer mogelijkheden.

Photo Metadata Remover geeft je de mogelijkheid om een of meerdere foto’s tegelijk te strippen van locatie en andere metadata. Je kiest de bronmap en de doellocatie voor de opgeschoonde bestanden. Wil je metadata wijzigen in plaats van verwijderen, dan gebruik je een gratis app als Photo EXIF Editor - Metadata. Open een fotomap, selecteer een foto en je ziet een reeks EXIF-tags, zoals Geolocation, Captured time, Aperture en Exposure time. Tik op een tag om deze aan te passen. Bij Geolocation krijg je een kaart te zien waarop je een nieuwe locatie aanduidt, die je bevestigt met het vinkje en het diskette-icoontje.

Losse bestanden in XnView

Het is prettiger om de metadata van je foto’s op je pc te bewerken. In beperkte mate kan dat via Verkenner: klik met rechts op een foto, kies Eigenschappen, open het tabblad Details en beweeg je muis over de kolom Waarde om te zien welke items je kunt aanpassen. Voor meer mogelijkheden zijn er gratis externe tools beschikbaar. We denken bijvoorbeeld aan de uitgebreide opdrachtregeltool ExifTool, de flexibele fotobeheerder XnView MP of het Adobe Lightroom-alternatief darktable.Hier focussen we op de handigste functies binnen XnView MP. Start de tool (ook als portable versie beschikbaar) en open een foto via het menu Bestand of de ingebouwde bestandsbrowser. Icoontjes op de miniatuur tonen welke metadata aanwezig zijn (xmp, ipct-iim en exif). Helemaal onderaan vind je het tabblad Info met de metadata op aparte tabbladen. Op het tabblad Kaart bekijk je de locatie. Controleer in het menu Beeld of alle gewenste opties bij Info panelen zijn aangevinkt.

In het menu Metagegevens kies je bij Opschonen welke soorten metadata je wilt verwijderen. Andere opties, die geen verdere toelichting behoeven, zijn GPS-gegevens bewerken en Tijdstempel wijzigen. Met IPTC bewerken en XMP bewerken pas je metadata aan via meerdere tabbladen. Klik hier op Schrijven om je wijzigingen toe te passen. In het Info-paneel zul je merken dat veel aanpassingen tegelijk op zowel ITPC-IIM- als XMP-niveau doorgevoerd worden.

Je kunt metadata verwijderen, maar ook zelf bewerken in XnView MP.

Batch-aanpassingen in XnView

Met XnView MP kun je metadata ook in meerdere foto’s tegelijk aanpassen of verwijderen. Open Hulpmiddelen / Reeks converteren (Ctrl+U) en voeg bestanden of een hele map toe met Bestanden toevoegen of Map toevoegen. Ga daarna naar het tabblad Acties, klik op Actie toevoegen, kies Metagegevens en selecteer een optie als IPTC-IMM/XMP, Metagegevens wissen of XMP. We gaan even uit van deze laatste. Vul de tagvelden die verschijnen naar wens in.

Op het tabblad Uitvoer bepaal je waar de gewijzigde bestanden terechtkomen (dit hoeft zeker niet de bronmap te zijn). Bevestig met Converteren om de aangepaste metadata op te slaan in de geselecteerde foto’s. Je controleert dit via het Info-paneel op het tabblad XMP (onder meer bij het onderdeel dc). Op vergelijkbare manier kun je ook IPTC-IIM-metadata aan meerdere foto’s toevoegen of aanpassen.

Je kunt metadata in één keer ook in meerdere fotobestanden toevoegen.

Metadata in audio

Net als bij foto’s kunnen ook audiobestanden metadata opslaan, in verschillende headers en op uiteenlopende manieren. Het bekendste formaat is ID3 (voornamelijk bij mp3), met informatie als titel, artiest, album, genre en jaar. De latere versie, ID3v2, ondersteunt ook songteksten, albumhoezen en eigen velden. Andere populaire formaten zijn APE en Vorbis Comments, onder meer gebruikt bij FLAC- en OGG-bestanden.

Zoals eerder genoemd zijn er verschillende praktische redenen om metadata in audiobestanden aan te passen of toe te voegen. Twee uitstekende en gratis tools hiervoor zijn TagScanner en Mp3tag. We nemen deze laatste als voorbeeld. Laat je niet afschrikken door de naam: de tool ondersteunt verschillende audio- en metadataformaten, waaronder de drie hierboven genoemde.

De metadata van een mp3-bestand kan onder andere de albumhoes bevatten die getoond wordt als je het bestand afspeelt.

Losse bestanden in Mp3tag

Download en installeer Mp3tag onder Windows (eventueel als portable versie) en start de app. Sleep een audiobestand naar het hoofdvenster en selecteer het. In het linkerdeelvenster zie je de metadata zoals Titel, Artiest, Album en Jaar. In de kolom Tag verneem je het type metadata, bijvoorbeeld Vorbis Comment, ID3v2.4 of APE. Je past de metadata aan door in een tagveld te klikken en de inhoud te wijzigen of aan te vullen. Klik met rechts op het veld met het cd-icoon, kies Cover toevoegen en verwijs naar een geschikte afbeelding. Gebruik Bestand / Tag opslaan (Ctrl+S) om je wijzigingen te bewaren.

Je kunt ook metadata ophalen via online databases. Mp3tag ondersteunt standaard drie bronnen: freedb (of beter: opvolger gnudb, aangezien freedb niet langer operationeel is), Discogs en MusicBrainz. Deze opties vind je in het menu Tagbronnen. Bij het eerste gebruik van Discogs meld je je aan met een gratis account en autoriseer je Mp3tag met een code. Voor MusicBrainz en freedb is dat niet nodig, al vul je voor freedb wel bij voorkeur een (willekeurig) e-mailadres in via Bestand / Opties bij Tagbronnen / Freedb (de overige gegevens kun je ongewijzigd laten). Je kunt nu allerlei metadata, inclusief coverart, opvragen via deze bronnen.

Je kunt metadata handmatig aanpassen, maar ook online bronnen ter hulp roepen.

Batch-aanpassingen in Mp3tag

Soms wil je metadata van meerdere muziekbestanden tegelijk aanpassen of toevoegen, bijvoorbeeld nummers van dezelfde cd. Dat kan ook in Mp3tag: sleep een map met nummers naar het hoofdvenster of open die via Bestand / Map toevoegen. Selecteer de bestanden die je tegelijk wilt aanpassen; met Ctrl+A selecteer je alles. In het linkerdeelvenster verschijnt dan standaard <houden> bij tagvelden die al ingevuld zijn. Laat je <houden> staan, dan wijzigt Mp3tag dat veld niet. Klik je op het pijlknopje, dan kun je <wissen> kiezen om het veld te legen, een bestaande tag selecteren of zelf iets invoeren. Bevestig ook hier met Ctrl+S om je wijzigingen op te slaan.

Je kunt metadata ook automatisch laten invullen op basis van bestandsnamen. Die bevatten soms bruikbare informatie terwijl de metatags zelf leeg zijn. Selecteer de juiste bestanden en kies Converteren / Bestandsnaam - Tag. Pas het veld Formattering aan zodat het overeenkomt met de structuur van je bestandsnamen, bijvoorbeeld %track% - %artist% - %title%. Onderaan zie je de overeenkomende tags. Klik op Voorbeeld en bevestig met OK. Het omgekeerde kan trouwens ook, via Tag - Bestandsnaam.

Stel je metadata samen op basis van de bestandsnamen (of omgekeerd).

Metadata in documenten

Niet alleen mediabestanden bevatten metadata, dit geldt net zo goed voor ‘gewone’ documenten. Deze informatie kan bijvoorbeeld handig zijn bij het ordenen, zoals op auteur of trefwoorden, en bij het archiveren en zoeken. We beperken ons hier tot twee populaire formaten: pdf en docx. Om de metadata van een pdf te bekijken, open je die in een gratis applicatie als Adobe Acrobat Reader. Klik met rechts op het document en kies Document properties (Ctrl+D). Op het tabblad Description kun je tags invullen zoals Title, Author, Subject en Keywords.

Voor docx-bestanden kun je Verkenner gebruiken: klik met rechts op het bestand, kies Eigenschappen en blader op het tabblad Details door de metadata. Je kunt dit uiteraard ook rechtstreeks in Microsoft Word doen: open het document, ga naar Bestand, kies Info en klik op Alle eigenschappen weergeven.

Ook vanuit Verkenner kun je allerlei metadata van (bijvoorbeeld) docx-bestanden bekijken.

Documenten bewerken

Bij docx-bestanden kun je metadata niet alleen bekijken, maar vaak ook aanpassen, zowel via Verkenner als in Word. Beweeg je muiscursor over een veld en verschijnt er een kader, dan kun je de inhoud wijzigen of wissen. Wil je meerdere metadata tegelijk verwijderen, dan kies je beter een andere aanpak. Dit kan via het tabblad

Details in het eigenschappenvenster van het bestand. Klik onderaan op Eigenschappen en persoonlijke gegevens verwijderen. In het dialoogvenster staat standaard ingesteld dat er een kopie wordt gemaakt zonder eigenschappen, maar je kunt ook de optie De volgende eigenschappen uit dit bestand verwijderen kiezen. Vink dan de gewenste metadata aan of klik op Alles selecteren, en bevestig met OK.

Je kunt ook bewerken vanuit Word: ga naar Bestand, kies Info en klik op Controleren op problemen / Document controleren. Laat alle onderdelen aangevinkt en klik op Controleren. Vervolgens kies je Alles verwijderen bij de onderdelen die je uit het document wilt halen. Rond af met Sluiten.

Vanuit Word kun je aangeven welke extra elementen, waaronder metadata, je uit het document wilt verwijderen.

PDF-bestanden bewerken

Voor het gratis bewerken van metadata in een pdf-bestand gebruik je bijvoorbeeld PDF24 Creator. Start de tool na installatie. In de toolbox onderaan zie je onder meer de knoppen Remove PDFMetadata en Edit PDF metadata. Sleep een of meerdere pdf’s naar het venster. Met de eerste knop verwijder je alle metadata in één keer, met de tweede pas je velden aan zoals Title, Author, Subject en Keywords. Je kunt hiermee helaas geen eigen metadata toevoegen.

Dat kan wel met een zeldzame gratis (online-)tool zoals Sejda. Klik op Change metadata (ook Remove all metadata is hier beschikbaar), vul de gewenste velden in of klik op + Add new field, en geef een naam en waarde op. Bevestig met Add Field en Update PDF Metadata, en download de aangepaste pdf. Je kunt deze eigen velden bekijken met Acrobat Reader, via Document properties op het tabblad Custom.

PDF24 bevat een indrukwekkende toolbox voor pdf-bewerkingen, waaronder verwijderen en aanpassen van metadata.