ID.nl logo
SSD's getest: Welke SSD moet je kopen?
© Reshift Digital
Zekerheid & gemak

SSD's getest: Welke SSD moet je kopen?

SSD's worden nog steeds goedkoper. Inmiddels bieden SSD's met een opslagcapaciteit rond de 256 gigabyte de beste verhouding tussen opslagcapaciteit en prijs. Een SSD in dit formaat is groot genoeg voor je besturingssysteem en je programma's. Maar welke moet je kopen?

We blijven onszelf herhalen: een SSD is de beste upgrade die je kunt uitvoeren. Je systeem start sneller op, programma's starten sneller en de computer voelt sneller aan. Het grote nadeel van een SSD is dat een dergelijke schijf per gigabyte vele malen duurder is dan een traditionele harde schijf.

Daar staat tegenover dat als je niet per se de snelste SSD wilt hebben, je al een SSD van 240 GB voor zo'n 125 euro koopt. Dat is meer dan genoeg voor je besturingssysteem en belangrijke programma's. SSD's met een opslagcapaciteit tussen de 240 en 256 gigabyte vormen momenteel dan ook de populairste modellen. We hebben voor dit artikel veertien modellen uitgekozen en getest.

We zullen niet iedere SSD los bespreken, maar lichten de meest interessante modellen toe.

Consolidatie

We verwachten dat we met het volwassener worden van de SSD-markt steeds meer consolidatie gaan zien en er uiteindelijk een paar fabrikanten overblijven. Een SSD-fabrikant die kan werken met een eigen controller, eigen flashgeheugen of allebei is daarbij in het voordeel ten opzichte van fabrikanten die alles moeten inkopen.

Een goed voorbeeld is Samsung die zijn SSD's geheel binnen het Samsung-concern produceert en hierdoor prima SSD's tegen een relatief scherpe prijs kan neerzetten. Een belangrijke consolidatieslag zagen we onlangs bij OCZ. Eerder nam OCZ controllerfabrikant Indilinx over en onlangs werd OCZ op zijn beurt weer overgenomen door Toshiba.

Uiteraard wordt in recente OCZ-SSD's de eigen controller gecombineerd met Toshiba-flashgeheugen. Crucial is een voorbeeld van een fabrikant die de controller moet inkopen, maar wel kan werken met 'eigen' flashgeheugen van moederbedrijf Micron en waarschijnlijk hierdoor een scherp geprijsd product op de markt kan zetten.

Controller

Voor de prestaties van een SSD is de controller het belangrijkste onderdeel. Opvallend is dat de best presterende SSD's een controller van de fabrikant zelf bevatten. Het gaat hierbij om OCZ en Samsung.

Toch kun je ook als fabrikant die zelf geen controller maakt een uitstekend presterende SSD maken door gebruik te maken van een Marvell- of LAMD-controller. Ook LSI SandForce is nog steeds een optie, maar de SF-2281 is al erg lang op de markt en inmiddels ingehaald door zowel Samsung, OCZ, LAMD en Marvell. LSI heeft de derde generatie SandForce-controller inmiddels wel aangekondigd. Tot slot vinden we in deze test nog één SSD met een controller van Phison.

Testprocedure

Voor het testen van SSD's maken we gebruik van een systeem met een Intel Core i3-3230 op een moederbord met de Intel Z77-chipset voorzien van Windows 7 64 bit. We gebruiken de benchmarks Iometer en AS SSD om de lees- en schrijfprestaties voor zowel kleine als grote datablokken te bepalen. Belangrijk voor thuisgebruik zijn de benchmarks PCMark 7 en 8. Deze bootsten het gebruik van echte Windows-software na en geven een indicatie van de SSD in de echte wereld.

Er wordt gebruik gemaakt van onder andere Word, Excel, Photoshop, InDesign en World of Warcraft. Naast deze benchmarks testen we met Iometer de SSD's ook in twee continutests die ieder dertig minuten duren. Hierbij wordt duidelijk hoe de prestaties van de SSD zich handhaven bij langdurig gebruik. Dit is voor thuisgebruik minder relevant, maar telt wel bij professioneel gebruik in een workstation of server. Op basis van de resultaten uit alle benchmarks is voor iedere SSD een gewogen gemiddelde berekend waarna we de best presterende SSD de score 100 hebben toegekend.

©PXimport

Een SSD bevat geen bewegende onderdelen, maar een printplaat met een controller, flashgeheugen en afhankelijk van de controller RAM-geheugen.

Topklasse

Kijken we naar het gewogen gemiddelde van de diverse benchmarks, dan blijkt OCZ's Vector 150 de best presterende SSD te zijn. Het enige verschil met zijn voorganger is dat er in de Vector 150 gebruik wordt gemaakt van Toshiba-flashgeheugen. OCZ heeft wel meer ruimte gereserveerd voor de controller, waardoor de SSD nu een 240GB-model is. Interessant is dat OCZ de Vector 150 heeft geoptimaliseerd voor een langdurige werklast. Dat wil zeggen dat ook als je de SSD langdurig belast de (schrijf)prestaties constant blijven.

Opvallend is dat dit ook geldt voor OCZ's goedkopere Vertex 460. Verwonderlijk is dat niet, want de Vertex 460 is technisch eigenlijk hetzelfde product als de Vector 150. Het verschil is dat de controller een iets lagere kloksnelheid heeft. In de lijst met de gemiddelde scores van alle benchmarks neemt de Vertex 460 een derde plaats in. De tweede plaats wordt ingenomen door Samsungs SSD 840 Pro, die al eerder goed scoorde in onze tests. Het voordeel van Samsungs SSD is dat hij absoluut wat goedkoper is dan OCZ's Vector 150 en daarbij meer netto-opslagcapaciteit biedt. Per gigabyte is hij dus een stuk goedkoper. Voor vrijwel alles is de 840 Series Pro net zo snel als OCZ's Vector 150, in de PCMark-benchmarks scoort hij zelfs iets beter.

Ook Plextor doet goede zaken met de M5 Pro, die gebaseerd is op de Marvell 88SS9187-controller. Deze controller wordt ook door andere fabrikanten gebruikt, maar vereist dat de fabrikant zelf een firmware schrijft. Plextor is daar kennelijk goed in en perst de meeste prestaties uit de Marvell-controller. De Seagate 600, Corsair Neutron GTX 240 GB V2 en SanDisk Extreme II complementeren de topklasse. De Seagate en Corsair maken gebruik van de LAMD LM87800-controller. Deze controller hebben we eerder gezien en presteert erg goed. SanDisk gebruikt dezelfde Marvell-controller als Plextor, maar SSD van SanDisk presteert wat minder.

©PXimport

De OCZ Vector 150 is de snelste SSD in onze test.

Iets langzamer ook uitstekend

Natuurlijk is een snelle SSD altijd beter, maar eerlijk gezegd maakt het voor de doorsnee computergebruiker weinig uit welke moderne SSD je kiest. Je kunt daarom gerust een wat langzamer en dus goedkoper exemplaar kiezen. De goedkoopste SSD in deze test is de Crucial M500, die gebruik maakt van een Marvell-controller. Crucial is onderdeel van Micron en dat zorgt er vermoedelijk voor dat Crucial de SSD die Micron-flashgeheugen bevat tegen een scherpe prijs op de markt kan zetten.

Met de prestaties is weinig mis (hij is sneller dan de op SandForce gebaseerde SSD's) en we geven de M500 daarom het Redactie Tip-keurmerk. Een andere sterke budget-SSD is Samsungs SSD 840 Evo. Net als voor het topmodel maakt Samsung alle onderdelen zelf. De 840 Evo maakt als enige SSD gebruik van TLC-geheugen dat 3 bit in plaats van 2 bit per cel kan opslaan. Hierdoor zijn er fysiek kleinere chips nodig en dat is uiteraard goedkoper.

Daar staat tegenover dat TLC-geheugen langzamer is dan het gebruikelijke MLC-geheugen. Samsung lost dit op door een gedeelte van de SSD in te zetten als SLC-geheugen (met 1 bit per cel). Dit cachegedeelte is extra snel, waardoor de 840 Evo eigenlijk prima presteert. Alleen als de SSD langdurig zwaar belast wordt, storten de prestaties helemaal in. Bij normaal consumentengebruik zal dat niet zo snel gebeuren en is de 840 Evo een prima SSD.

Je ziet dit ook terug in PCMark 7 en 8. Toshiba heeft met de Q-Series een SSD die een beetje tussen de topklasse en de rest in ligt. De SSD is snel, maar interessanter is dat het energieverbruik het laagste in de test is. Dat kan van pas komen als je net een kwartiertje langer op je notebook wilt werken. Kijken we naar de overige SSD's, dan zijn er eigenlijk geen interessantere exemplaren dan de genoemde Crucial en Samsung. De andere SSD's zijn duurder en presteren vrijwel gelijk of zelfs minder.

De prijzen zouden veranderd kunnen zijn tegen de tijd dat je dit artikel leest. Je kunt de huidige prijzen raadplegen in onze prijsvergelijker.

©PXimport

De goedkoopst SSD in deze test, de Crucial M500, zal in veel gevallen voldoen.

Conclusie

OCZ doet goede zaken met zowel de Vector 150 als de Vertex 460. De OCZ Vector 150 mag zich de snelste SSD van dit moment noemen. De OCZ Vertex 460 is niet veel langzamer en heeft een overtuigende derde plek. De tweede plek is voor Samsung met de nog altijd overtuigende SSD 840 Pro. Er kan er maar één de beste zijn en we geven de Vector 150 daarom het keurmerk Best Getest.

Doe je geen heel veeleisende zaken op je pc, dan maakt het eigenlijk niet veel uit welke SSD je kiest en speelt de prijs een grote rol. Wij raden je de Crucial M500 of de Samsung SSD 840 Evo aan waarmee je een prima SSD tegen een scherpe prijs in huis haalt. We geven zowel de Crucial M500 als de Samsung SSD 840 Evo een Redactie TIP. Uiteraard zou het zo kunnen zijn dat een van de andere SSD's veel goedkoper wordt of dat er ergens een scherpe aanbieding is. Is een dergelijke SSD goedkoper dan de Crucial M500 of Samsung SSD 840 Evo, dan kun je daar uiteraard voor kiezen.

▼ Volgende artikel
Review Ring Outdoor Cam Pro – Interessant, maar niet voor iedereen
© Wesley Akkerman
Zekerheid & gemak

Review Ring Outdoor Cam Pro – Interessant, maar niet voor iedereen

De Ring Outdoor Cam Pro is een redelijk prijzige, slimme beveiligingscamera voor buiten die flink wat in zijn mars heeft. Het apparaat kost 199,99 euro en daar komt – waarschijnlijk – nog maandelijks een abonnement bovenop.

Goed
Conclusie

De Ring Outdoor Cam Pro biedt fijne hardware, waaronder 4K-video met 10x digitale zoom (die nog redelijk acceptabel is ook). De installatie is eenvoudig, maar de camera mist wel de nodige smarthome-integraties (waardoor hij dus niet voor iedereen even handig is). Bovendien is hij aan de prijzige kant en heb je voor het optimale gebruik een abonnement nodig, waardoor je maandelijks of jaarlijks terugkerende kosten hebt. Daardoor betaal je hier meer voor dan bij Eufy, en daarom is de Outdoor Cam Pro alleen interessant als je al andere Ring-producten hebt.

Plus- en minpunten
  • Goede beeldkwaliteit
  • Nachtzicht met of zonder kleur
  • Installatie zo gepiept
  • Beschermd tegen weer en wind
  • Geen invloed op beeldkwaliteit
  • Abonnement voelt bijna nodig
  • Mist smarthomefuncties
  • Geen lokale opslagopties

De nieuwe Ring Outdoor Camera Pro heeft een compact, stabiel en minimalistisch ontwerp waardoor je hem direct als een Ring-apparaat herkent. Dankzij de compacte afmetingen kun je hem subtiel aan de muur ophangen. Je bent verzekerd van bescherming tegen weer en wind (een IP-rating is niet bekend) en er is een extra afdekking voor de kabelaansluitingen. Ring levert de camera daarnaast met een kogel-gelagerde muurbeugel en montagemateriaal. De stroomvoorziening verloopt via de usb-c-kabel achterop; dit is helaas geen model met eigen batterij.

De installatie is, zoals gebruikelijk bij Ring, snel en ongecompliceerd. Je maakt verbinding via wifi na het scannen van de QR-code en over het algemeen is de verbinding stabiel. We hebben gedurende de testperiode geen storingen opgemerkt. Mocht je de camera willen ophangen, dan moet je wel zelf even een gaatje boren; daar zit voornamelijk het werk in. In de doos zit overigens alles wat je nodig hebt om dat te doen. Denk dan aan die eerdergenoemde muurbeugel, maar ook aan alle schroeven en dergelijke. Je hoeft alleen de boor er zelf bij te pakken.

©Wesley Akkerman

Weinig zeggenschap over het beeld

De Ring Outdoor Cam Pro heeft een 4K-resolutie en een brede kijkhoek van 140 graden. Overdag zorgen natuurlijke kleuren en HDR-ondersteuning ervoor dat details en gezichten duidelijk herkenbaar blijven, zelfs bij tegenlicht. 's Nachts schakelt de camera automatisch over op helder zwart-witbeeld dankzij infrarood. Het systeem is bovendien in staat nachtvisie in kleur te leveren, maar daarvoor is er wel voldoende licht nodig. Hij schakelt automatisch van stand op basis van de hoeveelheid licht; je kunt helaas niet zelf bepalen of je in kleur of zwart-wit filmt.

Ring maakt verder gebruik van betrouwbare bewegingsdetectie, waarbij je via de app zones kunt instellen om vals alarm te voorkomen. De Ring Outdoor Cam Pro heeft 3D-bewegingsdetectie en Bird's Eye View (een typische Ring-uitvinding) voor nauwkeurige afstandsmetingen en het volgen van bewegingen. Met een Ring Protect-abonnement krijg je toegang tot geavanceerde herkenning van personen, dieren en voertuigen. Voor zaken als tweewegcommunicatie en de live-feed hoef je gelukkig niet in de buidel te tasten.

Het gebrek aan kleur komt door de mist.

Verplichte cloudopslag

Over het abonnement gesproken: daarmee krijg je ook nog toegang tot een uitgebreide videohistorie. Dat kost je wel minimaal 3,99 euro per maand. De opgenomen beelden blijven dan voor 180 dagen bewaard. Een belangrijk punt blijft echter de cloud-exclusiviteit; Ring maakt het nog steeds niet mogelijk om beelden lokaal op te slaan. Je bent dus verplicht een abonnement af te nemen als je je huisbeveiliging een beetje serieus neemt. De app faciliteert wel een overzichtelijk rechtenbeheer voor gezinsleden en waarschuwt bij allerlei ongeregeldheden.

De Ring-camera integreert tot slot met Alexa (de slimme assistent van Amazon) en IFTTT (een gratis en eenvoudige service voor smarthome-automatiseringen), maar mist helaas ondersteuning voor Google Home en Apple HomeKit (zoals dat al jaren het geval is). Via de Ring-app, beschikbaar voor Android en iOS, heb je de controle over de instellingen, inclusief het in- of uitschakelen van de sirene en bewegingsdetectie. De app toont een overzicht van gebeurtenissen en maakt het mogelijk voorgeprogrammeerde berichten af te spelen voor je bezoekers.

Van links naar rechts: infraroodnachtzicht, nachtzicht met kleur en nachtzicht zonder infrarood.

Lees ook onze review van de Ring Floodlight Cam Pro (2e gen)

Ring Outdoor Cam Pro kopen?

De Ring Outdoor Cam Pro biedt fijne hardware, waaronder 4K-video met 10x digitale zoom (die nog redelijk acceptabel is ook). De installatie is eenvoudig, maar de beveiligingscamera mist wel de nodige smarthome-integraties (waardoor hij dus niet voor iedereen heel handig is). Bovendien is hij aan de prijzige kant en heb je voor het optimale gebruik een abonnement nodig, waardoor je maandelijks of jaarlijks terugkerende kosten hebt. Daardoor betaal je hier meer voor dan bij Eufy, en daarom is de Outdoor Cam Pro alleen interessant als je al andere Ring-producten hebt.

▼ Volgende artikel
Tracker in je e-bike verstoppen? Dit zijn de beste plekken (en de risico's van een AirTag)
© Halfpoint - stock.adobe.com
Mobiliteit

Tracker in je e-bike verstoppen? Dit zijn de beste plekken (en de risico's van een AirTag)

Wist je dat er dagelijks tussen de 200 en 300 e-bikes gestolen worden? Als jij een elektrische fiets hebt, doe je er natuurlijk alles aan om dat te voorkomen. Maar zelfs wanneer je hem met meerdere sloten vastzet, is dat geen garantie dat dieven hem laten staan. Wordt je fiets toch gestolen, dan kan een tracker helpen om hem terug te vinden. Alleen: waar verstop je zo'n tracker het best, en welke systemen werken echt goed?

Dit artikel in het kort

📡Het verschil: bluetooth vs. GPS-trackers (en wat jij nodig hebt)
📡De 6 populairste plekken om een zender onzichtbaar te monteren
📡Wanneer moet je kiezen voor een gespecialiseerd systeem met abonnement?

Twee soorten trackers: bluetooth vs. GPS

Voordat je een tracker koopt, is het belangrijk om het onderscheid te kennen tussen de twee systemen die op de markt zijn. Het verschil zit hem vooral in de techniek en de prijs.

  1. Bluetooth-trackers (zoals de Apple AirTag): Deze zijn goedkoop (20 tot 40 euro) en compact. Ze hebben geen eigen internetverbinding of GPS, maar 'liften mee' op het signaal van telefoons van voorbijgangers.

  2. GPS-trackers: Ze hebben een ingebouwde simkaart en een eigen GPS-module. Ze zenden zelfstandig hun locatie uit, waar ze ook zijn, maar vereisen vaak wel een abonnement.

Bluetooth-trackers (zoals de Apple AirTag of goedkopere varianten) zijn inmiddels overal verkrijgbaar. De werking is heel simpel: de tracker zendt een bluetooth-signaal uit dat wordt opgepikt door smartphones van toevallige voorbijgangers. Die telefoons sturen vervolgens anoniem de locatie door via hun eigen internetverbinding. In drukke stadscentra werkt dit vaak prima, omdat er altijd wel iemand in de buurt is.

AirTag in je fiets? Dit zijn de nadelen en risico's

Rene Bolt is Chief Technology Officer bij Conneqtech, een bedrijf dat trackingsystemen voor e-bikes ontwikkelt. Volgens de expert is er op zich weinig mis met voordelige trackers, al laten de prestaties vaak te wensen over: bij budgetmodellen is de batterij vaak al na een maand leeg of blijkt de locatiebepaling onnauwkeurig, zegt hij.

Het grootste probleem zit hem volgens Bolt echter in het ontwerp. Een AirTag is bedoeld voor zoekgeraakte sleutels of tassen, niet voor gestolen fietsen. Dat brengt een onbedoeld risico met zich mee: om stalking te voorkomen, waarschuwt Apple automatisch mensen die ongewild gevolgd worden. "Een fietsendief wordt dus ook genotificeerd als er een onbekende AirTag meereist", waarschuwt Bolt. "Als hij een iPhone heeft, geeft die een alarm af en kan hij de tracker zelf opsporen."

🚲Lees ook: In 7 stappen de juiste e-bike-verzekering

©wachiwit - stock.adobe.com

View post on TikTok

Populaire verstopplekken

Juist omdát een dief vroeg of laat een melding op zijn telefoon kan krijgen, is de verstopplek cruciaal. Je wilt immers voorkomen dat hij het zendertje binnen tien seconden van je fiets plukt en weggooit. Wil je ondanks de risico's toch een bluetooth-tracker gebruiken? Zorg dan dat hij extreem moeilijk te vinden is. Populaire verstopplekken zijn onder meer een opbergvakje onder het zadel, de bidonhouder, een fietsbel, een fietstas, een fietsmand of bak, of - bij modellen met brede banden - tussen band en velg.

De meeste trackers geven een prima signaal af wanneer je ze verstopt achter de kunststof onderdelen van je fiets. "Wat je vooral niet moet doen, is de tracker inkapselen in metaal", legt Rene uit. "Het klinkt slim om een tracker binnenin het fietsframe te stoppen, maar waarschijnlijk kun je hem dan helemaal niet traceren."

Meer weten? Check dan: Zo vind je de beste GPS-tracker voor je e-bike

Fietsslot voor je e-bike: dit zijn 5 goede opties

Een tracker is vooral bedoeld voor wanneer je fiets al gestolen ís, maar dat wil je natuurlijk zoveel mogelijk voorkomen. Een goed slot dus:

ART-keurmerk: Het slot moet minimaal ART-2 gecertificeerd zijn (2 sterren).
Tweede slot: Veel verzekeraars verplichten tegenwoordig een tweede slot (ketting- of beugelslot) waarmee je de fiets aan de 'vaste wereld' (zoals een lantaarnpaal) vastzet.
Lengte:
Kies een ketting of vouwslot van minimaal 85 tot 100 cm, zodat je hem makkelijk ergens aan vastmaakt.

1. AXA Defender:Het klassieke ringslot dat op heel veel e-bikes standaard zit. Oersterk, ART-2 gekeurd en makkelijk uit te breiden met een insteekketting.
2. ABUS Iven Chain 8210: Deze ketting van 110 cm is van gehard staal, maar heeft een flexibele hoes die lakschade aan je fiets voorkomt. Uiteraard ART-2.
3. AXA Fold Ultra 90:Een compact alternatief voor de zware ketting. Dit vouwslot is makkelijk mee te nemen in de houder op je frame en vouwt uit tot 90 cm. Voldoet aan de ART-2 norm.
4. AXA Newton Promoto+ 2: Dit slot is ontwikkeld voor scooters, maar dankzij de ART-2 certificering perfect (en extra veilig) voor je e-bike. Voorzien van een neopreen hoes en geharde schakels.
5. AXA Absolute 9-90: Een modern kettingslot dat speciaal is ontworpen voor dagelijks gebruik. De '9-90' staat voor schakels van 9 mm dik en een lengte van 90 cm. Handig in gebruik en ART-2 gecertificeerd.

Netwerk en dekking

Ook de dekking van standaard winkeltrackers is niet altijd optimaal. Bolt noemt de techniek van Apple slim: doordat de locatie wordt bepaald via iPhones in de buurt, werkt het systeem perfect in de bebouwde kom of op drukke plekken. Zodra je de stad verlaat, is het een ander verhaal. In rustigere gebieden zijn er immers minder telefoons om verbinding mee te maken. "Zodra ik buiten de stedelijke omgeving kom," ziet hij in de praktijk, "loopt het signaal direct achter."

©Sebastian Rothe

Gespecialiseerd e-bike-trackers

Voor wie zekerheid wil, raadt Rene Bolt een gespecialiseerde e-bike-tracker aan. Deze systemen vertrouwen niet alleen op bluetooth, maar hebben ook een eigen internetverbinding én GPS. Een drievoudig systeem voor locatietracking dus.

Bekende voorbeelden zijn de Tracefy Bike Tracker of de AXA-IN Smart Guard (ontwikkeld door Conneqtech). Doordat ze meerdere technieken combineren, leveren ze bijna constant een sterk signaal, ongeacht waar de fiets staat. Via een app kunnen eigenaren hun fiets daardoor altijd volgen..

Keurmerk

Deze professionele trackers zijn wel een investering: gemiddeld ben je zo’n 200 euro kwijt aan installatie, plus een jaarlijks abonnement van een paar tientjes. “Toch biedt het wel een hoop waar voor je geld”, verdedigt Bolt de prijs. "We hebben een keurmerk elektronische e-bikebeveiliging van Kiwa en werken ook met verzekeraars samen die bij de duurdere e-bikes een tracker van deze kwaliteit verplichten."

Bescherm je e-bike tegen diefstal met een stevig fietsslot

En maak het dieven niet te gemakkelijk!

Aangifte en opsporing

Mocht je fiets onverhoopt toch gestolen worden, dan is aangifte doen altijd de eerste stap. Dit is verplicht voordat je bij de verzekeraar kunt aankloppen. Verzekeringsmaatschappijen werken vaak samen met particuliere beveiligingsorganisaties die gespecialiseerd zijn in het terugvinden van fietsen. "Je hebt dan een goede kans dat ze je e-bike terugvinden, maakt niet uit waar hij naartoe is vervoerd", aldus Rene.

Deze professionele opsporingsteams werken overigens liever niet met trackers zoals de AirTag, omdat het delen van locatiegegevens daarbij veel omslachtiger is dan bij een gespecialiseerde tracker. Omdat e-bikes met professionele systemen zo goed gemonitord worden, krijgen ze vaak een waarschuwingssticker op het frame. Zo weten dieven direct dat er ergens een zender verstopt zit. Dit kan al een afschrikwekkend effect hebben.

©Rostislav Ageev

Budgetoptie

Wil je niet de hoofdprijs betalen voor beveiliging? Dan kun je voor minder dan tien euro al online een eenvoudige bluetooth-tracker kopen, soms zelfs inclusief slimme opbergaccessoires. Bedenk wel dat hier een risico aan zit: als de fietsendief zelf een iPhone heeft, krijgt hij mogelijk automatisch een melding dat jouw tracker met hem meereist.