ID.nl logo
De perfecte foto op ieder feestje
© Reshift Digital
Huis

De perfecte foto op ieder feestje

Gasten die alle kanten opstuiven en je hun rug toekeren, gedempt licht dat ook nog eens snel wisselt. Op een feest is het voor veel smartphonegebruikers bijna onmogelijk om mooie foto's te maken. Wil je toch een aantal herinneringen vastleggen op een feestje? Lees dan verder.

De eigenaar van de feestzaal heeft het licht gedimd voor een lekker sfeertje. De dj draait z'n muziek en baadt de zaal voor wat extra sfeer in snel wisselende felle kleuren. De hapjes die zo mooi werden geserveerd zien er na twee minuten uit als een miniatuur-slagveld. Wie zegt dat fotograferen op een feest gemakkelijk is?

Ook als je nog nooit tijdens een feest gefotografeerd hebt, kun je je wel een beetje voorstellen wat de problemen zijn. Het gebrek aan licht is voor de meeste smartphones een flinke uitdaging. Ruis zal vrijwel meteen opduiken in je foto's. Bovendien is het vinden van een juiste compositie ook niet eenvoudig. Op feesten is het vaak druk, waardoor het beeld snel rommelig wordt. We helpen je in deze cursus op weg. Hierbij nemen we de smartphone als basis, maar maken we ook uitstapjes naar de compactcamera en de spiegelreflexcamera, waarmee nog meer mogelijk is.

Licht

De lichtomstandigheden op een feest stellen je voor twee uitdagingen: er is vaak maar weinig licht en de (wisselende) kleuren brengen de automatische witbalans van je telefoon al snel in de war. Als het mogelijk is om handmatig de instellingen op je telefoon aan te passen, dan kun je zelf het een en ander verbeteren. Je kiest een langere sluitertijd, een groot diafragma (klein diafragmagetal) en een hoge ISO-waarde. Hierdoor kun je bijna altijd een goed belichte foto maken, hoe slecht de lichtomstandigheden ook zijn. Het gebruik van deze uiterste waarden levert echter wel problemen op. Allereerst geeft een te lange sluitertijd namelijk bewogen beelden. Dit houdt in dat zowel de mensen die je fotografeert, maar ook jijzelf volledig stil moeten staan om bewegings-onscherpte te voorkomen.

©PXimport

En tijdens een feest staat niemand echt stil. Daarbij krijg je met een te groot diafragma, een te kleine scherptediepte. Dit houdt in dat er maar een zeer klein gebied van je foto scherp wordt. Zeker als je meerdere mensen in één opname wilt vangen, moet je voldoende scherptediepte hebben om iedereen scherp op de foto te krijgen. En het laatste probleem uit dit rijtje, is dat een te hoge ISO-waarde veel ruis oplevert. Dit is een probleem dat vooral door de relatief kleine sensor van je telefoon zeer snel zal opspelen. Gelukkig worden feestfoto's vooral op social media gedeeld, en dus op computers, tablets en smartphones bekeken. Een grote weergave of een afdruk komt dus niet vaak voor.

Balans vinden

Als je niet handmatig de instellingen van je camera kunt bepalen, zul je creatief aan de slag moeten tijdens het fotograferen. Houd hierbij de vorige drie problemen in de gaten en zoek telkens naar een goede balans.

Door scherp te stellen op donkere delen in je foto, zoals een donker silhouet, zal je camera automatisch een langere sluitertijd kiezen, waardoor je foto's beter belicht zijn. Andersom geldt ook dat je foto's donkerder worden wanneer je scherpstelt op lichtere objecten, zoals een lamp of reflecterend wit T-shirt. Daarnaast hebben een heleboel telefoons de optie om HDR-opnamen te maken. In dat geval maakt de camera kort achter elkaar meerdere foto's met verschillende sluitertijden en combineert de resultaten tot één beeld. Nadeel hieraan is dat de kans op bewegingsonscherpte zeer groot is omdat het langer duurt om één foto te maken.

Inzoomen

Een van de belangrijkste regels bij het fotograferen met een smartphone is dat je met je smartphone niet moet inzoomen. Je telefoon maakt namelijk gebruik van een digitale zoom, waardoor er veel kwaliteitsverlies optreedt. De ruis in de foto wordt nog beter zichtbaar en je verliest detaillering. Breng je onderwerp dus groter in beeld door een paar stappen naar voren te zetten.

©PXimport

Flitsen

Lukt het met de hiervoor genoemde instellingen niet om een goede foto te maken, dan rest er slechts één ding: licht toevoegen. Je kunt natuurlijk vragen of de tl-verlichting aan mag, maar de kans is klein dat je daar de feestgangers warm voor krijgt. Dus ben je aangewezen op de door velen gevreesde flitser. Je kunt de flitser in je telefoon niet gebruiken om een hele kamer uit te lichten. Daar is het kleine led-lampje simpelweg niet toe in staat. Je kunt het daarentegen wel gebruiken om kleine details bij te lichten zoals een gezicht, hapjes op een tafel of lege glazen. Bij flitslicht gaat het (wederom) om de juiste balans, dit maal tussen de flits en het aanwezige licht.

Zodra het flitslicht de overhand krijgt, zijn lelijke platte flitsfoto's het resultaat. Houd daarom voldoende afstand tot je onderwerp en probeer tegelijk zo veel mogelijk van het omgevingslicht te vangen. Zet je flitser continu aan zodat je ziet waar en hoe het licht valt. Liever iets te veel licht dan te weinig, overbelichting is namelijk eenvoudiger te corrigeren dan onderbelichting. Naast je eigen flitser kan je ook het led-lampje van een andere smartphone of een klein zaklampje gebruiken om je onderwerp uit te lichten.

Als het omgevingslicht voornamelijk afkomstig is van lampen die aan het plafond hangen dan kun je last krijgen van harde schaduwen. Gebruik in dat geval een wit papier onder je telefoon. Je flitslicht en het omgevingslicht zullen dan namelijk op het papier reflecteren waardoor de lelijke schaduw wat verzacht zal worden.

Onthoud wel dat flitsen niet erg bevorderlijk is voor de duur van je accu van je telefoon. Als je echt een avond en nacht wilt doorhalen met fotograferen, neem dan altijd een externe accu mee om je smartphone tussendoor bij te kunnen laden.

Kleurtemperatuur van flitslicht

Pas op met flitslicht. Dat heeft doorgaans een kleurtemperatuur van 5000 kelvin, net als het daglicht midden op de dag. In verhouding tot het meestal warme licht op een feest, is flitslicht dus vrij koel. Wanneer je iemand verlicht met een flitser, terwijl de mensen eromheen verlicht worden door kaarslicht, verschillen de gezichten nogal in kleurtemperatuur. Probeer dit eventueel te corrigeren in de nabewerking.

Witbalans

Mensen die weleens tijdens een concert geprobeerd hebben om een foto te maken met hun smartphone, kennen het witbalans-probleem ongetwijfeld al. Misschien niet van naam, maar wel van het resultaat. Door de flitsende lampen en de wisselende kleuren, bleken je foto's volledig uit en zal er niet meer te zien zijn dan een zweem rood, paars of blauw. Dit komt omdat de telefoon de witbalans bepaalt vóórdat de daadwerkelijke foto wordt gemaakt. De kans is dus groot dat er op het meetmoment een andere kleur lamp brandt dan tijdens het maken van de foto. Hier valt weinig tegen te doen. Er zijn echter twee manieren om toch nog redelijke resultaten te krijgen bij dit soort moeilijke omstandigheden. Ten eerste: speel in op het 'lampenritme'.

©PXimport

Het klinkt misschien gek, maar in al het bonte geflits en geflikker van de lampen, zit wel degelijk een herkenbaar patroon. Vooral tijdens concerten is er vaak per nummer een voorgeprogrammeerde lampen-routine. Na één minuut heb je deze meestal wel door en kun je, als je handmatig je witbalans kunt aanpassen, de juiste instellingen kiezen en wachten tot dezelfde lichtomstandigheden zich weer voordoen. Het vergt veel geduld maar zorgt wel voor mooi belichte resultaten. De tweede manier om betere resultaten te krijgen, is correctie in je nabewerking. Zelfs met simpele bewerkingsapps kun je je uitgebeten en verkleurde foto's aardig oplappen. Door het aanpassen van de tint, kun je de kleur aanzienlijk verbeteren. Hoewel het verleidelijk is, moet je nooit je belichting zomaar verhogen in de nabewerking. De hoeveelheid ruis zal namelijk exponentieel toenemen. Lukt het aanpassen van je kleuren niet? Kies dan voor een omzetting naar zwart-wit en verhoog het contrast.

Compositie

Op feesten is het vaak druk, waardoor je al snel rommelige foto's krijgt. Te veel onderwerpen in één opname levert zelden een mooie plaat op. Door mensen te isoleren, krijg je vaak aantrekkelijkere foto's. Dit kun je op verschillende manieren doen:

- Met flitslicht kun je ervoor kiezen om één persoon uit te lichten. De omgeving is dan een stuk donkerder en je onderwerp zal er echt 'uitspringen'. Dit kun je in de nabewerking verder benadrukken door te kiezen voor een donker vignet.

- Door te kiezen voor een groot diafragma (klein diafragmagetal) beperk je de scherptediepte. Je kunt je onderwerp dan isoleren door deze in het scherpteveld te plaatsen en alle overige storende elementen daarbuiten te zetten. Om hiermee te kunnen spelen moet er wel voldoende omgevingslicht zijn.

- In de nabewerking kun je nog handmatig selecteren welke gebieden je scherp en onscherp wilt hebben. Zorg echter wel voor soepele overgangen anders ziet het er al snel onverzorgd uit.

©PXimport

Groepsfoto's

Bij sommige feesten heb je het probleem dat je van veel mensen alleen de rug te zien krijgt. Het is afhankelijk van je stijl of je alleen registreert of ook regisseert. Als je niet bang bent om mensen aan te sturen, kun je vragen of dat groepje vrienden even wil poseren. Je kunt ze dan bijvoorbeeld net even iets draaien, zodat je een rustigere achtergrond krijgt, of je vraagt ze om iets dichterbij elkaar te gaan staan, zodat jij ook dichterbij kunt komen. Over het algemeen zullen mensen op een feest eerder geneigd zijn om te poseren dan in andere situaties. Sterker nog: vaak zal het initiatief om te poseren juist van de feestgangers komen. Houd daarbij in gedachten dat groepsfoto's het beste werken bij twee of drie personen.

Als je mensen niet laat poseren, moet je het vaak doen met wat je voor je camera krijgt. De kunst is om uit dat rommelige geheel toch beelden met een leuke compositie te halen. Om creatieve standpunten te krijgen, moet je oefenen én snel kunnen reageren.

©PXimport

Creatief

Als er één gelegenheid is om naar hartenlust te experimenteren met creatieve beelden, is het wel op een feest. Wees niet bang om gekke dingen te doen. Houd je camera schuin voor dynamische effecten. Wissel af tussen portretten en overzichtsfoto's. Neem een hoog of juist een laag standpunt in. Ga bijvoorbeeld eens in de hoek van een ruimte op een stoel staan, om een overzicht te kunnen maken van een grotere groep mensen. Bij feestfotografie zijn er maar weinig regels, dus experimenteer veel. Omdat er meestal veel foto's worden gemaakt, is de afwisseling van verschillende perspectieven aangenaam voor de kijker. Een belangrijke regel om wél in acht te nemen, is: fotografeer geen mensen die eten in hun mond stoppen! En: als mensen zitten, maak dan portretten. Bij staande mensen kun je het beeld wat ruimer nemen.

Observeer

Om mooie herinneringen tijdens een evenement te vereeuwigen, is het goed om de hele tijd alert te blijven en zelf niet te veel in het feestgedruis op te gaan. Er zullen zich altijd momenten voordoen die bijzonder zijn om te fotograferen. Een klein groepje mensen dat het uitschatert van het lachen. Mensen die bijzondere moves uitvoeren op de dansvloer. Vrienden die een toost uitbrengen. Schalen met lekkere hapjes die worden geserveerd. Zorg ervoor dat je deze momenten niet mist!

Emotie

Wat was jouw laatste feest? Het laatste feest waarbij je zelf feestganger was? Welk feest van de laatste jaren herinner je je? En wat herinner je je van dat feest? Negen van de tien keer zal het antwoord iets te maken hebben met een emotie of een gevoel. Het supergezellige feest met vrienden die je al jaren niet meer had gezien. De tranen van oma die op haar vijftigjarige bruiloft het cadeau van haar achterkleinkinderen kreeg. Of dat dansfeest waarbij je helemaal uit je dak ging op die meeslepende muziek.

Herinneringen zijn vaak gebaseerd op emoties en gevoelens. Dus focus je op emoties en uitingen van mensen. Het zijn juist deze elementen die je in je beelden moet zien te vangen.

Voorbereiden

Als je echt fanatiek bent en een hele rapportage van de avond wilt maken, zorg dan dat je vroeg aanwezig bent, zodat je tijd hebt om jezelf voor te bereiden. Je kunt alvast testopnames met de instellingen van camera en eventueel flitser maken. En je kunt kijken welke witbalans voor dit feest het beste is. Ook kun je de locatie verkennen voordat de mensen aanwezig zijn. Je hebt dan vaak een beter overzicht en je kunt bepalen waar je bijzondere standpunten kunt innemen. Als je vroeg aanwezig bent, kun je ook detailopnames maken die mooi in de reportage passen. Denk aan schalen met hapjes, die op dat moment nog geheel gevuld zijn. Misschien kun je zelfs mooie detailopnames maken van het bereiden van het eten.

©PXimport

Professioneel

Als je écht fanatiek bent in het maken van foto's tijdens feesten, overweeg dan om een systeem- of zelfs spiegelreflexcamera aan te schaffen. Het grote voordeel hiervan is dat de sensor bijna tien keer zo groot is. De camera kan daardoor onder veel moeilijkere lichtomstandigheden werken en zal aanzienlijk minder ruis veroorzaken in het beeld. Een ander groot voordeel is de mogelijkheid tot het fotograferen in raw-formaat. Met dit bestandstype blijft veel meer informatie bewaard en kun je achteraf nog grove instellingen veranderen zoals de witbalans. Een systeemcamera heeft nog een redelijk handzaam formaat en kan, in vergelijking tot een smartphone, veel meer instellingen handmatig doorvoeren. Ook kun je werken met een externe flitser, waardoor je mooiere resultaten krijgt. In de nabewerking valt er bij het gebruik van een systeem- of spiegelreflexcamera meer te verbeteren doordat de kwaliteit van de foto's stukken beter is. De beelden kunnen zonder problemen op groter formaat worden afgedrukt.

Oefenen

Zoals bij elke tak van fotografie geldt: ervaring is de beste leermeester. Je zult dus veel moeten fotograferen om het onder de knie te krijgen. Gelukkig zijn er altijd wel feestelijkheden om te oefenen. Dus is er een feestje waar je als gast heen gaat? Neem de camera mee en oefen een halfuurtje. Je zult zien dat jouw vaardigheden snel vooruit gaan. Feestfotografie is niet gemakkelijk, maar je kunt er vast heel veel plezier aan beleven!

©PXimport

▼ Volgende artikel
Waarom je luchtreiniger in de herfst meer doet dan je denkt
© Leonid Iastremskyi
Energie

Waarom je luchtreiniger in de herfst meer doet dan je denkt

Veel mensen denken dat een luchtreiniger vooral nuttig is in het voorjaar en de zomer, als het pollenseizoen in …uhm volle bloei staat. Maar ook – of juist – in de herfst is zo’n apparaat een echte hulp voor een gezonder binnenklimaat in huis. Hoe dat precies zit, lees je in dit artikel.

Dit artikel in het kort

Een luchtreiniger doet meer dan alleen pollen, rook en huisstofmijt uit de lucht halen. Zeker in de herfst, als we minder ventileren, helpt hij de lucht in beweging te houden, allergenen te verminderen en de luchtkwaliteit op peil te houden. In dit artikel lees je wat er verandert zodra het kouder wordt, hoe je het effect van je luchtreiniger vergroot met slim ventileren en waar je op let bij gebruik en plaatsing voor een stabieler binnenklimaat.

Lees ook: Schimmel in je badkamer? Zo kom je er voor eens en altijd vanaf!

Open deur: minder ventilatie = minder frisse lucht

Waar in de zomer ramen en deuren openstaan, houden we in de herfst juist alles vaker dicht. Dat houdt de warmte binnen, maar doordat de lucht minder goed circuleert blijven vocht, stof en geuren langer hangen. In badkamers, keukens en woonkamers met goed sluitende kozijnen merk je dat direct: de lucht voelt wat bedompter aan en ruikt sneller muf. Een luchtreiniger helpt dat te voorkomen door fijnstof, pollen en andere kleine deeltjes actief uit de lucht te filteren. Zo blijft het binnenklimaat merkbaar frisser, ook wanneer de ramen dicht blijven.

Luchtfiltering uitgelegd

De meeste luchtreinigers gebruiken een HEPA-filter dat microscopisch kleine deeltjes opvangt. Sommige modellen combineren dat met een koolstoffilter dat geuren en vluchtige stoffen neutraliseert. Zo verdwijnt niet alleen stof, maar ook kookluchtjes en sigarettenrook sneller uit de ruimte. Een goed HEPA-filter verwijdert tot 99,97 procent van de deeltjes van 0,3 micrometer of groter, waaronder fijnstof, pollen en schimmelsporen.

Minder allergieklachten

Wie gevoelig is voor huisstofmijt of schimmelsporen, merkt dat klachten vaak toenemen in de herfst. Dat komt doordat vocht en temperatuur in huis precies de omstandigheden bieden waarin deze allergenen goed gedijen. Een luchtreiniger helpt door de lucht continu in beweging te houden en allergenen te vangen. Wat je wel moet weten: schimmelsporen worden door een filter grotendeels uit de lucht gehaald, maar de bron – vaak vochtige muren of slecht geventileerde ruimtes – moet je nog steeds aanpakken. Zonder die bronbestrijding blijft het probleem terugkomen. Een luchtreiniger helpt dus vooral bij de symptomen, niet bij de oorzaak.

De ideale stand

Laat de luchtreiniger liever langdurig op lage stand draaien dan af en toe kort op volle kracht. Zo blijft de luchtkwaliteit stabiel. Veel luchtreinigers meten zelf de luchtkwaliteit met sensoren en schakelen automatisch een tandje bij als dat nodig is. Op lage stand gebruiken ze meestal 20 tot 40 watt, vergelijkbaar met een ledlamp.

©Philips

Ventileren en luchtvochtigheid

Een luchtreiniger is geen vervanger voor ventilatie. Ventileren blijft nodig om koolstofdioxide, vocht en geur af te voeren. Wie de ramen regelmatig openzet en daarnaast een luchtreiniger laat draaien, houdt de lucht zowel vers als schoon. De luchtreiniger pakt de fijne stofdeeltjes aan, terwijl ventilatie zorgt dat nieuwe zuurstof binnenkomt.

In de herfst speelt ook de luchtvochtigheid een rol. Door de verwarming kan de lucht binnen te droog worden, en daar doet een luchtreiniger weinig aan. Wil je het binnenklimaat prettig houden, combineer hem dan met een luchtbevochtiger.

De beste plek om je luchtreiniger neer te zetten

Zet de luchtreiniger niet in een hoek, maar vrij in de kamer zodat lucht rondom het apparaat kan circuleren. In de buurt van een deur of raam werkt vaak het best. Zet hem niet op de grond, maar juist wat hoger – bijvoorbeeld op een kast of bijzettafel. Zo zuivert hij de lucht op borsthoogte (dus de hoogte waarop je lucht inademt) beter en verdeelt hij de schone lucht gelijkmatig door de ruimte.

Betere lucht, beter binnenklimaat

Een luchtreiniger is geen wondermiddel, maar wel een apparaat dat in de herfst meer doet dan veel mensen denken. Hij haalt stof, pollen en schimmelsporen uit de lucht, helpt muffe geur te voorkomen en ondersteunt de ventilatie in huis. Zeker in goed geïsoleerde woningen, waar de lucht snel stil komt te staan, merk je het verschil. De lucht voelt frisser aan, je ademt prettiger en het binnenklimaat blijft in balans – precies wat je nodig hebt in het seizoen waarin we het liefst binnen blijven.



Minder stof = een beter binnenklimaat

Heb jij al een plumeau in huis?
▼ Volgende artikel
Privacygevoelige gegevens verwijderen uit foto's en bestanden
© ID.nl
Huis

Privacygevoelige gegevens verwijderen uit foto's en bestanden

Mediabestanden, zoals foto’s, audio en diverse documenten, bevatten vaak extra informatie over het bestand zelf, de zogeheten metadata. Niet al die gegevens hoeven natuurlijk voor iedereen leesbaar te zijn. Hoe pas je die gegevens aan, en kun je ze ook helemaal verwijderen?

Wat gaan we doen?

We laten je zien hoeveel informatie er in je foto’s, muziek en documenten verstopt zit. Je ontdekt hoe je die metadata zelf kunt bekijken, wissen of juist aanvullen – met slimme tools en praktische ingrepen.

Metadata betekent letterlijk gegevens over gegevens. Het gaat namelijk om informatie die iets over het bestand zelf zegt, maar geen deel uitmaakt van de hoofdinhoud. Bij foto’s kan dit bijvoorbeeld de opnamedatum zijn, maar ook de locatie, cameramodel en instellingen. Muziekbestanden bevatten dan weer gegevens zoals titel, artiest, album, jaartal, albumhoes en songteksten. In video’s vind je informatie terug zoals gebruikte software, resolutie en lengte. Ook in pdf’s en Office-documenten als pdf zitten vaak extra data, zoals auteursnaam, aanmaakdatum en revisies.

Metadata zijn vaak erg handig. Je kunt je vakantiefoto’s bijvoorbeeld automatisch sorteren op locatie of datum, en als fotoliefhebber kun je instellingen zoals iso of sluitertijd analyseren. In muziekbestanden toont je mediaspeler alle informatie in de afspeellijst (inclusief gesynchroniseerde lyrics) en kun je snel tracks per genre of jaar terugvinden. Bij documenten zie je naast de auteur onder meer ook wanneer het bestand is aangemaakt en welke revisies zijn doorgevoerd.

Metadata bevatten vaak interessante informatie over een bestand.

Waarom bewerken?

Metadata zijn dus zeker handig, maar soms bevatten ze informatie die je liever niet deelt of die simpelweg niet klopt. Denk aan foto’s die je online plaatst: je wilt dan meestal geen locatiegegevens meegeven zoals je thuisadres. En misschien ook liever niet welk toestel je gebruikt of dat je bewerkingen hebt uitgevoerd. Anderzijds wil je voor archiveringsdoelen misschien nog trefwoorden toevoegen of locatiegegevens invoeren bij foto’s die je binnenshuis nam.

In veel muziekbestanden zitten onjuiste tags, zoals verkeerd gespelde album- of artiestnamen. Of je wilt ontbrekende albumhoezen of lyrics aanvullen, of extra tags toevoegen om je collectie beter te structureren per jaar, genre of tracknummer.Bij documenten kan het juist gaan om het verbergen van de auteur of doorgevoerde aanpassingen, of om het wissen van revisies met gevoelige inhoud. Soms wil je ook bepaalde metadata eenduidiger gebruiken in meerdere bestanden, bijvoorbeeld voor professionele doeleinden.

De meeste smartphones en camera’s leggen standaard ook de gps-coördinaten van je foto’s vast.

Locatiegegevens in foto's

Laten we starten met foto’s en in het bijzonder met locatiegegevens, want deze kunnen voor veel gebruikers belangrijk zijn. De kans is groot dat je smartphone deze informatie standaard bewaart bij elke foto. Je kunt dit controleren en aanpassen. Op Android open je de camera-app, tik je op het tandwielpictogram voor Instellingen, zoek je naar Locatie opslaan, GPS-tags of Geotagging en schakel je de functie uit. Op sommige toestellen kun je ook instellen dat telkens eerst om je toestemming wordt gevraagd.

Op een iPhone open je Instellingen en ga je naar Privacy en beveiliging. Tik op Locatievoorzieningen, scrol naar Camera en kies Nooit of Vraag volgende keer of wanneer ik deel, om telkens zelf te beslissen.

Bij de meeste digitale fotocamera’s werkt het net zo. Ze gebruiken een gps-module of bluetooth met je smartphone om locatiegegevens toe te voegen. Via het menu kun je deze functie ook hier uitschakelen.

Je kunt in Android via de camera-app aangeven dat je de locatie (niet) wilt opslaan.

Metadata foto’s

Om de vaak talrijke metadata van foto’s gestructureerd te bewaren en weer te geven, zijn er in de loop der jaren verschillende metadata-frameworks ontstaan. Het eerste dat echt als standaard doorbrak, was EXIF (EXchangeable Image File format). Vrijwel alle digitale camera’s en smartphones voegen dit automatisch toe, met informatie zoals datum, tijd, gps-coördinaten, cameramerk en diafragma. Om gebruikers ook zelf metadata te laten toevoegen, werd eind vorige eeuw het IPTC-IIM-formaat ontwikkeld (International Press Telecommunications Council - Information Interchange Model), voor gegevens zoals copyright en beschrijvende tags. Hierop volgden nog diverse uitbreidingen.

Begin deze eeuw lanceerde Adobe XMP (eXtensible Metadata Platform), vooral bedoeld voor metadata tijdens fotobewerking. Deze worden ook opgeslagen in het fotobestand zelf of in een apart xmp-bestand (een sidecar genoemd). Alles bij elkaar is dit dus behoorlijk complex, vooral omdat er in één foto metadata van deze drie frameworks tegelijk kunnen voorkomen.

Locatie aanpassen

Sommige apps en diensten verwijderen locatiegegevens automatisch uit foto’s. WhatsApp bijvoorbeeld stript standaard alle metadata. Toch is het veiliger om gevoelige informatie vooraf zelf te wissen. Op een iPhone doe je dat vanuit de Foto’s-app: selecteer de foto, tik op het info-icoon of veeg omhoog. Je ziet een kaart met locatie, en via Pas aan kun je de locatie wijzigen of instellen op Geen locatie. Met Voeg een locatie toe kun je ook zelf gegevens toevoegen. Op Android is dit wat lastiger. Google Foto’s biedt geen optie om locatiegegevens te verwijderen of aan te passen als die al in de EXIF-metadata zitten. Zelf locatiegegevens toevoegen kan wel, maar slechts beperkt. Externe apps bieden dan meer mogelijkheden.

Photo Metadata Remover geeft je de mogelijkheid om een of meerdere foto’s tegelijk te strippen van locatie en andere metadata. Je kiest de bronmap en de doellocatie voor de opgeschoonde bestanden. Wil je metadata wijzigen in plaats van verwijderen, dan gebruik je een gratis app als Photo EXIF Editor - Metadata. Open een fotomap, selecteer een foto en je ziet een reeks EXIF-tags, zoals Geolocation, Captured time, Aperture en Exposure time. Tik op een tag om deze aan te passen. Bij Geolocation krijg je een kaart te zien waarop je een nieuwe locatie aanduidt, die je bevestigt met het vinkje en het diskette-icoontje.

Losse bestanden in XnView

Het is prettiger om de metadata van je foto’s op je pc te bewerken. In beperkte mate kan dat via Verkenner: klik met rechts op een foto, kies Eigenschappen, open het tabblad Details en beweeg je muis over de kolom Waarde om te zien welke items je kunt aanpassen. Voor meer mogelijkheden zijn er gratis externe tools beschikbaar. We denken bijvoorbeeld aan de uitgebreide opdrachtregeltool ExifTool, de flexibele fotobeheerder XnView MP of het Adobe Lightroom-alternatief darktable.Hier focussen we op de handigste functies binnen XnView MP. Start de tool (ook als portable versie beschikbaar) en open een foto via het menu Bestand of de ingebouwde bestandsbrowser. Icoontjes op de miniatuur tonen welke metadata aanwezig zijn (xmp, ipct-iim en exif). Helemaal onderaan vind je het tabblad Info met de metadata op aparte tabbladen. Op het tabblad Kaart bekijk je de locatie. Controleer in het menu Beeld of alle gewenste opties bij Info panelen zijn aangevinkt.

In het menu Metagegevens kies je bij Opschonen welke soorten metadata je wilt verwijderen. Andere opties, die geen verdere toelichting behoeven, zijn GPS-gegevens bewerken en Tijdstempel wijzigen. Met IPTC bewerken en XMP bewerken pas je metadata aan via meerdere tabbladen. Klik hier op Schrijven om je wijzigingen toe te passen. In het Info-paneel zul je merken dat veel aanpassingen tegelijk op zowel ITPC-IIM- als XMP-niveau doorgevoerd worden.

Je kunt metadata verwijderen, maar ook zelf bewerken in XnView MP.

Batch-aanpassingen in XnView

Met XnView MP kun je metadata ook in meerdere foto’s tegelijk aanpassen of verwijderen. Open Hulpmiddelen / Reeks converteren (Ctrl+U) en voeg bestanden of een hele map toe met Bestanden toevoegen of Map toevoegen. Ga daarna naar het tabblad Acties, klik op Actie toevoegen, kies Metagegevens en selecteer een optie als IPTC-IMM/XMP, Metagegevens wissen of XMP. We gaan even uit van deze laatste. Vul de tagvelden die verschijnen naar wens in.

Op het tabblad Uitvoer bepaal je waar de gewijzigde bestanden terechtkomen (dit hoeft zeker niet de bronmap te zijn). Bevestig met Converteren om de aangepaste metadata op te slaan in de geselecteerde foto’s. Je controleert dit via het Info-paneel op het tabblad XMP (onder meer bij het onderdeel dc). Op vergelijkbare manier kun je ook IPTC-IIM-metadata aan meerdere foto’s toevoegen of aanpassen.

Je kunt metadata in één keer ook in meerdere fotobestanden toevoegen.

Metadata in audio

Net als bij foto’s kunnen ook audiobestanden metadata opslaan, in verschillende headers en op uiteenlopende manieren. Het bekendste formaat is ID3 (voornamelijk bij mp3), met informatie als titel, artiest, album, genre en jaar. De latere versie, ID3v2, ondersteunt ook songteksten, albumhoezen en eigen velden. Andere populaire formaten zijn APE en Vorbis Comments, onder meer gebruikt bij FLAC- en OGG-bestanden.

Zoals eerder genoemd zijn er verschillende praktische redenen om metadata in audiobestanden aan te passen of toe te voegen. Twee uitstekende en gratis tools hiervoor zijn TagScanner en Mp3tag. We nemen deze laatste als voorbeeld. Laat je niet afschrikken door de naam: de tool ondersteunt verschillende audio- en metadataformaten, waaronder de drie hierboven genoemde.

De metadata van een mp3-bestand kan onder andere de albumhoes bevatten die getoond wordt als je het bestand afspeelt.

Losse bestanden in Mp3tag

Download en installeer Mp3tag onder Windows (eventueel als portable versie) en start de app. Sleep een audiobestand naar het hoofdvenster en selecteer het. In het linkerdeelvenster zie je de metadata zoals Titel, Artiest, Album en Jaar. In de kolom Tag verneem je het type metadata, bijvoorbeeld Vorbis Comment, ID3v2.4 of APE. Je past de metadata aan door in een tagveld te klikken en de inhoud te wijzigen of aan te vullen. Klik met rechts op het veld met het cd-icoon, kies Cover toevoegen en verwijs naar een geschikte afbeelding. Gebruik Bestand / Tag opslaan (Ctrl+S) om je wijzigingen te bewaren.

Je kunt ook metadata ophalen via online databases. Mp3tag ondersteunt standaard drie bronnen: freedb (of beter: opvolger gnudb, aangezien freedb niet langer operationeel is), Discogs en MusicBrainz. Deze opties vind je in het menu Tagbronnen. Bij het eerste gebruik van Discogs meld je je aan met een gratis account en autoriseer je Mp3tag met een code. Voor MusicBrainz en freedb is dat niet nodig, al vul je voor freedb wel bij voorkeur een (willekeurig) e-mailadres in via Bestand / Opties bij Tagbronnen / Freedb (de overige gegevens kun je ongewijzigd laten). Je kunt nu allerlei metadata, inclusief coverart, opvragen via deze bronnen.

Je kunt metadata handmatig aanpassen, maar ook online bronnen ter hulp roepen.

Batch-aanpassingen in Mp3tag

Soms wil je metadata van meerdere muziekbestanden tegelijk aanpassen of toevoegen, bijvoorbeeld nummers van dezelfde cd. Dat kan ook in Mp3tag: sleep een map met nummers naar het hoofdvenster of open die via Bestand / Map toevoegen. Selecteer de bestanden die je tegelijk wilt aanpassen; met Ctrl+A selecteer je alles. In het linkerdeelvenster verschijnt dan standaard <houden> bij tagvelden die al ingevuld zijn. Laat je <houden> staan, dan wijzigt Mp3tag dat veld niet. Klik je op het pijlknopje, dan kun je <wissen> kiezen om het veld te legen, een bestaande tag selecteren of zelf iets invoeren. Bevestig ook hier met Ctrl+S om je wijzigingen op te slaan.

Je kunt metadata ook automatisch laten invullen op basis van bestandsnamen. Die bevatten soms bruikbare informatie terwijl de metatags zelf leeg zijn. Selecteer de juiste bestanden en kies Converteren / Bestandsnaam - Tag. Pas het veld Formattering aan zodat het overeenkomt met de structuur van je bestandsnamen, bijvoorbeeld %track% - %artist% - %title%. Onderaan zie je de overeenkomende tags. Klik op Voorbeeld en bevestig met OK. Het omgekeerde kan trouwens ook, via Tag - Bestandsnaam.

Stel je metadata samen op basis van de bestandsnamen (of omgekeerd).

Metadata in documenten

Niet alleen mediabestanden bevatten metadata, dit geldt net zo goed voor ‘gewone’ documenten. Deze informatie kan bijvoorbeeld handig zijn bij het ordenen, zoals op auteur of trefwoorden, en bij het archiveren en zoeken. We beperken ons hier tot twee populaire formaten: pdf en docx. Om de metadata van een pdf te bekijken, open je die in een gratis applicatie als Adobe Acrobat Reader. Klik met rechts op het document en kies Document properties (Ctrl+D). Op het tabblad Description kun je tags invullen zoals Title, Author, Subject en Keywords.

Voor docx-bestanden kun je Verkenner gebruiken: klik met rechts op het bestand, kies Eigenschappen en blader op het tabblad Details door de metadata. Je kunt dit uiteraard ook rechtstreeks in Microsoft Word doen: open het document, ga naar Bestand, kies Info en klik op Alle eigenschappen weergeven.

Ook vanuit Verkenner kun je allerlei metadata van (bijvoorbeeld) docx-bestanden bekijken.

Documenten bewerken

Bij docx-bestanden kun je metadata niet alleen bekijken, maar vaak ook aanpassen, zowel via Verkenner als in Word. Beweeg je muiscursor over een veld en verschijnt er een kader, dan kun je de inhoud wijzigen of wissen. Wil je meerdere metadata tegelijk verwijderen, dan kies je beter een andere aanpak. Dit kan via het tabblad

Details in het eigenschappenvenster van het bestand. Klik onderaan op Eigenschappen en persoonlijke gegevens verwijderen. In het dialoogvenster staat standaard ingesteld dat er een kopie wordt gemaakt zonder eigenschappen, maar je kunt ook de optie De volgende eigenschappen uit dit bestand verwijderen kiezen. Vink dan de gewenste metadata aan of klik op Alles selecteren, en bevestig met OK.

Je kunt ook bewerken vanuit Word: ga naar Bestand, kies Info en klik op Controleren op problemen / Document controleren. Laat alle onderdelen aangevinkt en klik op Controleren. Vervolgens kies je Alles verwijderen bij de onderdelen die je uit het document wilt halen. Rond af met Sluiten.

Vanuit Word kun je aangeven welke extra elementen, waaronder metadata, je uit het document wilt verwijderen.

PDF-bestanden bewerken

Voor het gratis bewerken van metadata in een pdf-bestand gebruik je bijvoorbeeld PDF24 Creator. Start de tool na installatie. In de toolbox onderaan zie je onder meer de knoppen Remove PDFMetadata en Edit PDF metadata. Sleep een of meerdere pdf’s naar het venster. Met de eerste knop verwijder je alle metadata in één keer, met de tweede pas je velden aan zoals Title, Author, Subject en Keywords. Je kunt hiermee helaas geen eigen metadata toevoegen.

Dat kan wel met een zeldzame gratis (online-)tool zoals Sejda. Klik op Change metadata (ook Remove all metadata is hier beschikbaar), vul de gewenste velden in of klik op + Add new field, en geef een naam en waarde op. Bevestig met Add Field en Update PDF Metadata, en download de aangepaste pdf. Je kunt deze eigen velden bekijken met Acrobat Reader, via Document properties op het tabblad Custom.

PDF24 bevat een indrukwekkende toolbox voor pdf-bewerkingen, waaronder verwijderen en aanpassen van metadata.