ID.nl logo
Huis

Eigen NAS bouwen met FreeNAS

Een NAS is onmisbaar om jouw data te delen of van buiten je thuisnetwerk te benaderen. Je kunt er kant-en-klaar eentje kopen, maar een eigen NAS bouwen is wel zo uitdagend, leerzaam en geeft je meer flexibiliteit. FreeNAS helpt je daarbij.

Zowel qua hardware als qua software biedt een eigen nas alleen maar voordelen. Wat hardware betreft kun je echt alle kanten uit. Wil je een behuizing die in een 19inch-rack past of een full-tower-behuizing? Ruimte voor vier 2,5inch-schijven of twaalf 3,5inch-exemplaren? Eén, twee of vier gigabit-netwerkaansluitingen? Een zuinige singlecore-cpu of een krachtige 8-core? 4 of 64 GB ram?

Alles is mogelijk: de enige beperking is jouw budget. Wel is het belangrijk om goed na te denken wat je precies verwacht van je nas. De hardware bepaalt immers welke functies in het besturingssysteem je effectief kunt gebruiken. Enkele voorbeelden:

1. De behuizing en het moederbord beperken de maximale opslagruimte en de mogelijke raid-configuraties. Is er bijvoorbeeld ruimte voor vier 2,5inch-schijven, dan kun je maximaal 8 TB in raid1 of 12 TB in raid5 configureren (vier schijven van 4 TB).

2. Om full-hd-videostreams direct te transcoderen (voor mediaspelers met een beperkte codec-ondersteuning) heb je een krachtige cpu nodig.

3. Wil je virtuele machines op je nas draaien, voorzie deze dan van voldoende geheugen.

4. Installeer je FreeNAS als besturingssysteem, kies dan bij voorkeur ecc-geheugen.

FreeNAS of OpenMediaVault?

In principe is elke Linux-distributie geschikt om je eigen nas te installeren. Je moet dan wel over een grondige kennis van de opdrachtprompt beschikken. Gelukkig bestaan er ook nas-distributies met een gebruiksvriendelijke webinterface. Twee populaire keuzes zijn OpenMediaVault en FreeNAS. Die laatste is gebaseerd op FreeBSD en is dus wel een Unix-variant, maar geen Linux.

Het grootste verschil tussen beide systemen is dat FreeNAS ZFS ondersteunt en OpenMediaVault niet. ZFS is een modern bestandssysteem met de best mogelijke bescherming tegen datacorruptie, erg belangrijk voor een nas. FreeNAS bevat kant en klaar al heel wat functionaliteit en is verder uitbreidbaar via plug-ins en jails. In dit artikel gaan we aan de slag met versie 11 van FreeNAS.

Lees eerst het onderdeel ‘Hardware Recommendations’ in deze installatiehandleiding. FreeNAS stelt namelijk redelijk hoge eisen aan de hardware: een 64bits-multicore-cpu en 8 tot 16 GB ram zijn absoluut noodzakelijk. Bouw je liever een goedkope nas met bescheiden hardware, dan is OpenMediaVault een prima alternatief.

ZFS en datasets

In de praktijk lijkt het ZFS-bestandssysteem sterk op een combinatie van lvm (logical volume manager) en raid onder Linux, ook al is de gebruikte terminologie anders. Kort gezegd combineer je één of meerdere ‘virtual devices’ of vdevs in één grote pool, waarna je die pool eventueel verder opdeelt in verschillende datasets. In zijn meest eenvoudige vorm bestaat een vdev uit één schijf, maar dat biedt geen bescherming tegen datacorruptie! Afhankelijk van het aantal schijven in je server en de gewenste capaciteit kies je dus voor:

1. Een mirror (zoals raid1) met twee schijven en vijftig procent bruikbare capaciteit.

2. Eén van de drie raid-Z-levels met meerdere schijven en minstens 67 procent bruikbare capaciteit: raid-Z1 (zoals raid5, voor 3 tot 5 schijven), raid-Z2 (zoals raid6, voor 6 tot 8 schijven) of raid-Z3 (bestaat niet in Linux-raid, voor 9 tot 12 schijven).

Een dataset is te vergelijken met een bestandssysteem, met één belangrijk verschil: standaard mag elke dataset de volledige opslagruimte in de pool benutten. Wil je dat niet, stel dan quota in op de datasets om ze een vaste grootte te geven. Je configureert je schijven in de FreeNAS-interface via Opslag / Volumes / Volume Manager. Onder Volumenaam kies je de naam van de ZFS-pool. Klik vervolgens op het plusje onder Beschikbare schijven om de gewenste schijven toe te voegen.

©PXimport

Onder Volume-indeling stel je de vdev-configuratie in voor die schijven. Het uitklapmenu bevat meer of minder opties naargelang het aantal schijven. Klik tot slot op Volume toevoegen om de nieuwe pool aan te maken. Wil je de pool verder opdelen in verschillende datasets? Selecteer dan de onderste regel in de lijst en klik onderaan op het tweede icoontje van rechts (Gegevensset aanmaken).

Om quota in te stellen moet je wel eerst op Geavanceerde modus klikken. Voor een dataset met gecomprimeerde bestanden schakel je ZFS-compressie beter uit: dubbele compressie heeft immers weinig nut.

Zodra de datasets beschikbaar zijn, kun je ze via verschillende protocollen delen. Ga daarvoor naar Delen en klik op het gewenste protocol. Voor een maximale compatibiliteit kies je het best Windows (CIFS). Onder Pad selecteer je de gewenste dataset en onder Naam kies je een naam voor de gedeelde map die getoond wordt aan de clients.

Mag iedereen de map zonder meer benaderen, vink dan Gasttoegang aan. Wil je alleen bepaalde gebruikers toegang geven, dan heb je wat meer werk. Onder Account definieer je eerst de gewenste gebruikers en groepen. Onder Opslag selecteer je de dataset in kwestie en klik je onderaan op het eerste icoontje van links (Machtigingen instellen).

FreeNAS-plugins

Standaard bevat FreeNAS enkel de benodigde software om bestanden te delen via verschillende protocollen, zoals CIFS (voor Windows) of NFS (voor Linux). Via plug-ins voeg je extra functionaliteit toe, bijvoorbeeld om media te streamen of te downloaden via bittorrent. Een prima startpunt om data van FreeNAS te delen via het web is Nextcloud.

Na de installatie van die nieuwe plug-in activeer je die als volgt. Navigeer naar het tabblad Geïnstalleerd onder Plug-ins en klik op het schuifje bij Servicestatus om de plug-in te starten. Klik op het plusje naast Plug-ins in de navigatiebalk links en vervolgens op de naam van de plug-in om die te configureren. In het geval van Nextcloud krijg je de url te zien waarop Nextcloud bereikbaar is. Daar doorloop je de wizard van Nextcloud om de installatie af te ronden.

©PXimport

Voor maximale beveiliging start FreeNAS elke plug-in in een zogenoemde jail. Dat is een afgeschermde omgeving die geen rechtstreekse toegang heeft tot jouw FreeNAS-installatie. Elke jail heeft zijn eigen ip-adres, gebruikers, software en opslagruimte. Standaard krijgen plug-ins geen toegang tot jouw data.

Je moet elke plug-in dus expliciet toegang geven tot (een deel van) jouw data voordat je die effectief kunt gebruiken. Daarvoor ga je naar het Opslag-tabblad onder het Jails-menu. Klik op Opslag toevoegen, selecteer een geïnstalleerde plug-in uit de lijst en kies vervolgens een bron (de map in FreeNAS die je wilt delen met de plug-in) en een bestemming (de locatie in de plug-in waar je data beschikbaar komt). Ga vervolgens naar de Apps-pagina van Nextcloud, zoek de app External storage support onder Not enabled en klik op Enable. Navigeer daarna naar het onderdeel External storages op de Admin-pagina en voeg de map in jouw jail toe als externe opslag van het type Local.

Terug in de app Files zie je de gedeelde map mogelijk nog niet verschijnen. Onderliggend spelen de traditionele Unix-permissies immers nog steeds een rol. De gebruiker waaronder Nextcloud draait, moet dus toegang hebben tot de map(pen) die je wilt delen met de plug-in. Dat los je als volgt op. Selecteer de plug-in in het Jails-menu en klik op het Shell-icoontje rechts onderaan. Gebruik het commando

ps aux | grep nextcloud

om Nextclouds gebruiker op te zoeken (in dit geval is dat gebruiker www). Het commando

id www

toont je het numerieke user-id en group-id van die gebruiker (hier zijn de id’s in beide gevallen 80).

Ga vervolgens naar de tabbladen Groepen en Gebruikers onder Account en controleer of de gebruiker en de groep uit de plug-in ook bestaan in FreeNAS zelf. Is dat niet het geval, maak ze dan aan met exact hetzelfde user-id en group-id. Log daarna via ssh aan op je FreeNAS-server (ssh moet je mogelijk nog inschakelen onder Services). Navigeer naar de bovenliggende map van de gedeelde map en geef de www-groep lees- en schrijftoegang met het commando:

chgrp -R www <mapnaam>; chmod -R g+rwX <mapnaam></mapnaam></mapnaam>

Voor enkel leestoegang gebruik je in dat commando de optie g+rX. Mogelijk moet je in het onderdeel External storages de map even verwijderen en opnieuw toevoegen om alsnog toegang te krijgen.

©PXimport

Werken met Jails

Voor de andere plug-ins gebruik je een vergelijkbare procedure om data van FreeNAS te benaderen in de plug-in. Plug-ins om bijvoorbeeld back-ups te maken of media te streamen werken overigens vaak prima zonder schrijftoegang. Die schakel je dan ook het best uit voor een nóg betere beveiliging van je systeem. De lijst van plug-ins in FreeNAS is misschien minder uitgebreid dan je verwacht had.

Er zijn zo’n 25 pakketten beschikbaar: verschillende mediastreamers (zoals Subsonic en PlexMediaServer), downloadsoftware (zoals CouchPotato, SABnzbd en Transmission) en back-upsoftware (bacula-sd en crashplan). Vind je niet wat je zoekt? Dat is geen probleem. De plug-ins zijn een hulpmiddel om snel en eenvoudig een bepaald pakket te installeren en te configureren via de webinterface. Maar je kunt nog steeds elk softwarepakket installeren dat geschikt is voor FreeBSD.

Daarvoor maak je je eigen jail en log je via de opdrachtprompt in om de jail te configureren. Die is overigens niet identiek aan de Linux-opdrachtprompt. Raadpleeg bij twijfel over een commando steeds de ‘man-pages’. Een man-page (kort voor ‘manual page’) is de documentatie van een commandline-programma op het systeem. In de volgende paragraaf geven we een voorbeeld om MiniDLNA te installeren. De documentatie daarvan krijg je bijvoorbeeld met het commando

man minidlnad

Klik onder Jails op Jail toevoegen om een eigen jail aan te maken. Behalve de naam hoef je verder niets te configureren. Jails krijgen standaard via dhcp een ip-adres van je router. Het precieze adres zie je in de lijst van jails. Een shell-sessie openen in de jail kan op twee manieren: via de Shell-knop onderaan of door eerst via ssh in te loggen op je FreeNAS-server.

©PXimport

Het commando

jls

toont je een lijst van alle jails. Zoek daarin het jail id van jouw jail. Met de opdracht

jexec <jail id=""> /bin/sh</jail>

open je tot slot een shell-sessie in de jail.

Stel dat je een dlna-server wilt installeren met het MiniDNLA-pakket, dan gaat dat als volgt. Zoek en installeer het juiste softwarepakket:

pkg search minidlna; pkg install minidlna

Pas het configuratiebestand /usr/local/etc/minidlna.conf aan. Deel de benodigde mappen van je FreeNAS-server met jouw jail en pas indien nodig de permissies aan zoals hierboven uitgelegd. MiniDLNA draait onder de gebruiker en de groep dlna met user-id 993 en group-id 933. Open /etc/rc.conf en voeg aan het einde de regel

minidlna_enable="YES"

toe. Start MiniDLNA met:

/usr/local/etc/rc.d/minidlna start

Controleer of /var/log/minidlna.log geen foutmeldingen bevat.

Updaten

FreeNAS is in de basis al erg goed beveiligd door afgescheiden jails te gebruiken voor extra softwarepakketten. De jails bevatten geen overbodige services buiten diegene die jij installeert. Bovendien hoeft niet elke jail schrijftoegang te hebben tot al jouw data. Het is wel belangrijk om de extra pakketten die je installeert goed up-to-date te houden. Daarvoor gebruik je de commando’s

pkg update

(controleert op updates)

pkg audit

(toont of jouw systeem kwetsbaar is) en

pkg upgrade

(installeert alle beschikbare updates). Ook FreeNAS zélf krijgt geregeld beveiligingsupdates. Je controleert dat onder Systeem / Bijwerken. Ben je bang dat je dat vergeet? Configureer dan de uitgaande mailserver onder Systeem / E-mailadres en klik op Testmail verzenden om de configuratie te testen. FreeNAS vertelt je daarna via e-mail als er een update beschikbaar is.

Conclusie

De bedoeling van je eigen cloud opzetten is natuurlijk dat je vanaf elke plek bij je data kunt. Op je router stel je dus portforwarding-regels op naar de juiste poorten én de juiste ip-adressen van de verschillende jails op je FreeNAS-server. Vergeet niet dat de ip-adressen momenteel nog dynamisch zijn. Je moet dus óf in de FreeNAS-interface een statisch ip-adres instellen voor elke jail, óf voor elke jail reserveer je een ip-adres op je router.

Die tweede optie heeft als voordeel dat je in je routerconfiguratie meteen een centraal overzicht hebt van alle gereserveerde ip-adressen in je netwerk. We raden je trouwens af om poorten op je router te forwarden naar de FreeNAS-server zelf. Mocht je het slachtoffer worden van een beveiligingslek, dan minimaliseren jails tenminste de impact. Je wilt toch niet al jouw data verliezen door een kwetsbaarheid in bijvoorbeeld back-upsoftware die niet eens schrijftoegang nodig had tot jouw data?

▼ Volgende artikel
Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt
© Anders Beier
Huis

Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt

Lange documenten in Word voorzie je natuurlijk van paginanummers. Maar wat als je project begint met een voorblad en een inhoudsopgave? Dan wil je de paginanummering misschien pas later laten starten, bijvoorbeeld bij het eerste hoofdstuk. Gelukkig kun je zelf bepalen vanaf welke pagina de nummering begint en hoe die wordt weergegeven.

Stap 1: Sectie-einde

Stel dat je de paginanummering pas op pagina vier wilt laten beginnen. Plaats dan de cursor aan het einde van de tekst op de derde pagina. Ga naar het tabblad Indeling, klik op Eindemarkeringen en kies onder Sectie-einden de optie Volgende pagina. Zo voeg je een sectie-einde toe tussen pagina drie en vier.

Plaats een sectie-einde voor de pagina waar de nummering moet beginnen.

Stap 2: Ontkoppel de sectie

Klik in de kop- of voettekst van pagina vier. Je ziet nu het label Koptekst (Sectie 2) of Voettekst (Sectie 2) verschijnen. Zodra je dit doet, opent automatisch het tabblad Koptekst en voettekst. Klik op Aan vorige koppelen in de groep Navigatie om de kop- en voettekst van deze sectie los te koppelen van de vorige. Zo voorkom je dat de paginanummers ook op de eerste drie pagina’s verschijnen.

Zorg dat de optie 'Aan vorige koppelen' is uitgeschakeld voordat je nummers toevoegt.

Stap 3: Nummering plaatsen

Plaats de cursor opnieuw in de kop- of voettekst van pagina vier waar je de nummering wilt starten. Ga naar Paginanummer, kies waar je het nummer wilt tonen (bovenaan of onderaan) en kies een stijl. Je ziet nu waarschijnlijk dat pagina vier het cijfer 4 krijgt. Dat wil je aanpassen. Klik opnieuw op Paginanummer en kies Opmaak paginanummers. Selecteer hier Beginnen bij en vul het gewenste startnummer in – in dit voorbeeld: 1. Klik op OK. Nu begint de nummering pas op pagina vier, met het cijfer 1.

De eerste drie pagina’s hebben nu geen nummering. Als je die drie pagina’s door middel van Romeinse cijfers wilt nummeren, dan ga je terug naar de allereerste pagina en weer klik je op Paginanummer. Je beslist of de nummering boven- of onderaan de pagina moet komen. In het pop-up venster Opmaakpaginanummers selecteer je bovenaan de Romeinse stijl en in het vak Beginnen bij selecteer je 1.

Vanaf nu krijgt de vierde pagina het nummer 1.

▼ Volgende artikel
Slim en veilig delen: zo voorkom je dat vertrouwelijke bestanden uitlekken
© ID.nl
Huis

Slim en veilig delen: zo voorkom je dat vertrouwelijke bestanden uitlekken

Vroeg of laat moet je bepaalde informatie digitaal delen. Denk aan contracten, medische gegevens of vertrouwelijke rapporten. Dat is vaak ook precies het moment waarop het mis kan gaan. Eén foutieve klik en je bestand belandt in verkeerde handen. Gelukkig zijn er slimme en relatief eenvoudige manieren om het risico te beperken, zonder paranoïde toestanden.

Wat gaan we doen

In deze workshop leer je stap voor stap hoe je gevoelige informatie digitaal kunt delen zonder risico. We laten zien hoe je metadata verwijdert, bestanden versleutelt met 7-Zip en toegang beperkt via OneDrive. Ook ontdek je hoe je e-mails extra beveiligt met Outlook, Gmail of Proton Mail. Zo weet je precies welke methode het beste past bij jouw situatie en houd je vertrouwelijke documenten echt vertrouwelijk.

Lees ook: 20 tips om je online privacy te waarborgen

Om te voorkomen dat vertrouwelijke informatie terechtkomt bij onbevoegden, gebruik je bij voorkeur een combinatie van beveiligingsmaatregelen. Versleutel je bestanden vóór verzending, gebruik wachtwoorden of toegangsrechten en kies voor veilige overdrachtsdiensten in plaats van standaardmail. Beperk daarnaast de toegang tot enkel de juiste personen of groepen. Zo houd je je data echt privé, ook na verzending. 

Metadata verwijderen

Welke versie van Windows je ook gebruikt: als je gevoelige bestanden deelt, is het verstandig om eerst de metadata te wissen. Wanneer je een bestand aanmaakt, slaat het systeem automatisch extra gegevens op, zoals de naam van de auteur, de datum van de laatste wijziging, de computernaam en meer. Deze metadata kunnen onbedoeld gevoelige informatie prijsgeven.

Gelukkig kun je deze metadata in Windows Verkenner eenvoudig verwijderen. Navigeer naar het bestand dat je wilt delen. Klik er met de rechtermuisknop op en kies Eigenschappen. Of gebruik de toetscombinatie Alt+Enter. Ga naar het tabblad Details. Klik onderaan op Eigenschappen en persoonlijke gegevens verwijderen. Hier kun je ook de optie Maak een kopie waarbij alle mogelijke eigenschappen zijn verwijderd selecteren. Bevestig met OK. Hierdoor ontvang je een kopie van het bestand zonder de metadata.

Je kunt ook selectief de metadata selecteren die je wilt verwijderen.

➡️7-Zip

Installeren

Ben je van plan om een bestand via internet te versturen? Dan is versleuteling een slimme zet. Door een bestand te versleutelen, voorkom je dat onbevoegden toegang krijgen tot de inhoud, zelfs als ze dat per ongeluk in handen krijgen. Hoewel Windows 11 zelf versleutelingsopties biedt, zijn die alleen bedoeld voor lokale opslag en dus niet geschikt voor bestanden die je wilt delen. Gebruik daarom een externe tool zoals 7-Zip, een gratis, opensource-programma dat uitstekend werkt voor veilige compressie én encryptie.

7-Zip installeer je via de Opdrachtprompt: Open het Startmenu en zoek naar Opdrachtprompt. Klik met de rechtermuisknop op het resultaat en kies Als administrator uitvoeren. Typ de volgende opdracht en druk op Enter: winget install --id 7zip.7zip.

De tool wordt automatisch gedownload en geïnstalleerd. Zodra 7-Zip klaarstaat, kun je je bestand inpakken in een met een wachtwoord beveiligd archief (7z of zip) met sterke AES-256-encryptie. Op die manier kun je het bestand veilig versturen, bijvoorbeeld via e-mail of een cloudservice, mits je het wachtwoord apart en veilig deelt.

Installeer 7-Zip via de Opdrachtprompt.

Versleutelen

Om 7-Zip te starten, zoek je via Startmenu naar 7-Zip File Manager. Open de app en navigeer naar het bestand dat je wilt beveiligen. Selecteer dat en klik op de groene knop Toevoegen. Onderaan, in het gedeelte Versleuteling, vul je een wachtwoord in om het bestand te beveiligen. Typ het wachtwoord twee keer ter bevestiging.

Je kunt ervoor kiezen om het wachtwoord zichtbaar te maken, zodat je zeker weet dat je geen typfouten maakt. Daarnaast kun je ook de bestandsnaam versleutelen. Dat zorgt ervoor dat zelfs de naam van het bestand niet meer herkenbaar is, wat de inhoud extra goed afschermt voor nieuwsgierige ogen. Het resultaat is een versleuteld archiefbestand - een soort digitale container - dat alleen geopend kan worden met het ingestelde wachtwoord.

Standaard blijft het originele, niet-versleutelde bestand behouden. Wil je dat automatisch laten verwijderen? Vink dan in het venster Toevoegen aan archief de optie Bestanden na inpakken verwijderen aan. Zo blijft enkel de beveiligde versie over.

Voer een wachtwoord in om de container te beveiligen.

Uitpakken

Op het eerste gezicht lijkt het misschien alsof het bestand niet aan een programma is gekoppeld, maar 7-Zip herkent het formaat en pakt het zonder problemen uit. Houd er rekening mee dat de ontvanger ook over 7-Zip moet beschikken om het versleutelde archief te openen.

Deze opent het bestand in 7-Zip, selecteert het en klikt op de knop Uitpakken. Daarna vraagt 7-Zip waar het uitgepakte bestand moet worden opgeslagen en voert de ontvanger het juiste wachtwoord in. Stuur het wachtwoord nooit samen met het bestand. Verstuur het wachtwoord via sms, telefoon of een ander chatplatform.

Geef aan waar de container wordt uitgepakt en voer het wachtwoord in.

Versleutelen en splitsen

Wil je nog een extra beveiligingslaag toevoegen? Dan kun je het bestand niet alleen versleutelen met 7-Zip, maar ook opsplitsen in meerdere delen. Vervolgens kun je elk deel apart versturen, eventueel zelfs op verschillende momenten of via verschillende kanalen.

Open opnieuw 7-Zip en voeg het bestand toe dat je op deze manier wilt beveiligen. Stel een encryptiewachtwoord in en bevestig dat. In het veld Opsplitsen in volumes, bytes kies je de gewenste bestandsgrootte per deel. Dit is vooral handig voor grote bestanden. Stel dat het originele bestand 40 MB groot is. Als je 10 MB opgeeft, maakt 7-Zip er automatisch vier gelabelde delen van.

Voor maximale veiligheid kun je elk deel via een andere dienst of e-mailaccount verzenden. De ontvanger selecteert alle delen in 7-Zip (houd hiervoor de Ctrl-toets ingedrukt tijdens het aanklikken) en kiest daarna Uitpakken. Zodra het juiste wachtwoord wordt ingevoerd, worden de delen automatisch samengevoegd en ontsleuteld.

Op deze manier wordt het bestand opgesplitst in pakketten van maximaal 10 MB.

➡️OneDrive

Machtigingen

Met OneDrive stel je eenvoudig machtigingenin waarmee je bepaalt wie er toegang krijgt tot het bestand dat je eerder met 7-Zip hebt versleuteld. Het delen kun je op elk moment weer stopzetten. Open OneDrive via verkenner en navigeer naar de map waarin de versleutelde container staat. Klik met de rechtermuisknop op het bestand en kies voor Delen.

In het pop-upvenster voer je het e-mailadres in van de persoon met wie je het bestand wilt delen. Je kunt ook meerdere e-mailadressen of een mailgroep invoeren. Klik vervolgens op het potloodicoon om aan te geven of de ontvanger het bestand mag Bewerken of Alleen mag bekijken. Ben je klaar? Klik dan op Verzenden. De ontvanger krijgt een e-mail met een link om het bestand te downloaden.

Mag de ontvanger het bestand alleen lezen of mag hij het ook wijzigen?

➡️Outlook

E-mailversleuteling

Heb je een Microsoft 365-abonnement? Dan kun je gebruikmaken van de ingebouwde versleutelfunctie in Outlook om je e-mails en bijlagen extra te beveiligen.

Open de Outlook-app en klik op Nieuwe e-mail om een nieuw bericht op te stellen.Ga eventueel naar het tabblad Invoegen en kies Bestand bijvoegen.Selecteer via Op deze computer zoeken het gewenste bestand en klik op Openen.

Daarnaga je naar het tabblad Opties bovenaan het Lint.Klik op de knop Versleutelen. Je kunt hier ook kiezen uit verschillende beveiligingsniveaus.Maak je bericht af zoals gewoonlijk en klik op Verzenden.De e-mail wordt nu automatisch versleuteld verstuurd. De inhoud is onderweg beschermd en kan alleen worden geopend door de bedoelde ontvanger.

Gebruik de knop Versleutelen in het tabblad Opties.

Beveiligingsopties

Onder de knop Versleuteling zie je drie opties als je een Microsoft 365 Family- of Personal-abonnement gebruikt. De eerste optie is Niet doorsturen. Hierdoor blijft je bericht versleuteld binnen Microsoft 365 en kan de ontvanger het niet kopiëren of naar anderen doorsturen. Kies je Versleutelen, dan kunnen ontvangers met een Outlook.com- of Microsoft 365-account de bijlagen downloaden vanuit Outlook.com of de mobiele Outlook-app.

Wie een andere e-mailclient gebruikt, zoals Gmail, Thunderbird of Apple Mail, ontvangt een bericht dat er een Microsoft Office 365-versleutelde e-mail op hem wacht. Als de ontvanger op de link Bericht lezen klikt, dan schakelt hij naar het Microsoft 365 Portal voor berichtversleuteling en daar moet hij zich aanmelden met een eenmalige wachtwoordcode. Die code ontvangt hij in zijn e-mailclient en daarmee kan hij dan het bericht op de portal openen.

De derde optie is Geen machtiging ingesteld en daarmee verwijder je eerdere machtigingen. De versleutelfunctie in Outlook is ideaal voor wie snel en zonder technische omwegen gevoelige informatie wil delen binnen een professionele context. Je hoeft geen extra tools te installeren.

Gebruikt de ontvanger geen Outlook, dan wordt hij verwezen naar de Microsoft 365 Portal.

➡️Gmail

Vertrouwelijke modus

De extra beveiliging in Gmail heet Vertrouwelijke modus. Hiermee versleutel je je berichten, zodat alleen de bedoelde ontvanger ze kan lezen, zelfs als iemand anders toegang krijgt tot diens mailbox. Klik op Opstellen om een nieuw bericht te maken. Vul het e-mailadres van de ontvanger in, kies een onderwerp en typ je bericht. Voor je op Verzenden klikt, activeer je de extra beveiliging. Onderaan het berichtvenster zie je een aantal grijze knoppen. Helemaal rechts staat een pictogram van een slot met een wijzerplaat. Klik daarop om de Vertrouwelijke modus in te schakelen.


Gebruik je de mobiele app? Tik dan op de drie puntjes rechtsboven en kies daar het slotje. Ontvangers kunnen deze mail vervolgens niet doorsturen, kopiëren, afdrukken of downloaden. Er verschijnt ook een pop-upvenster waarin je de vervaltijd van het bericht instelt. Je kunt kiezen uit: 1 dag, 1 week, 1 maand, 3 maanden of 5 jaar. Na afloop van de gekozen periode verdwijnt het bericht automatisch uit de postbus.

Terwijl je de vervaltijd instelt, zie je ook de exacte einddatum.

Sms-beveiliging

In hetzelfde pop-upvenster kun je een extra beveiligingslaag toevoegen via de optie Toegangscode vereisen. Vink hier de optie Sms-toegangscode aan. De ontvanger kan het bericht dan pas lezen nadat hij of zij een code invoert die via sms op de mobiele telefoon wordt bezorgd. Hiermee voeg je een tweede beveiligingsfactor toe, wat het voor een indringer vrijwel onmogelijk maakt om toegang te krijgen. Die moet immers niet alleen de mailbox, maar ook de sms-berichten van de ontvanger onderscheppen. Dat is een bijzonder lastige combinatie.

Klik op Opslaan en vervolgens op Verzenden. Op dit moment kun je eventueel nog de vervaltijd van het bericht aanpassen. Dan verschijnt er nu een tweede pop-upvenster waarin je het telefoonnummer van de ontvanger moet invoeren. Klik opnieuw op Verzenden. De ontvanger krijgt vervolgens een e-mail met daarin een knop om het vertrouwelijke bericht in de browser te openen. Is sms-verificatie ingeschakeld? Dan ziet de ontvanger ter bevestiging de laatste twee cijfers van zijn of haar gsm-nummer. Na een klik op Send passcode wordt de toegangscode per sms verstuurd.

Voer het gsm-nummer in van de ontvanger.

Lees ook: 20 (écht) onmisbare tips voor Gmail

Documenten ondertekenen op je iPhone? Zo maak je een handtekening aan

View post on TikTok

➡️Proton Mail

Zwitserse veiligheid

De grote mailproviders maken er geen geheim van dat ze het e-mailverkeer scannen. Volgens eigen zeggen doen ze dat om hun dienstverlening te verbeteren. Daarbij richten ze zich vooral op de metadata van berichten: wie met wie communiceert, wanneer en hoe vaak. Ben je op je privacy gesteld, dan geeft dit idee een onbehaaglijk gevoel, zeker wanneer het om vertrouwelijke informatie gaat.

In dat geval kun je overstappen naar een ultraveilige aanbieder zoals Proton Mail (https://proton.me), een dienst die privacy centraal stelt. De servers staan in Zwitserland, waardoor de dienst onderworpen is aan een van de strengste privacywetgevingen ter wereld. Proton Mail werkt standaard met end-to-end-encryptie. Bij gewone e-mails is de verbinding tussen jou en de server meestal wel versleuteld met TLS (Transport Layer Security), maar de e-mail zelf wordt op de server in leesbare vorm opgeslagen.

End-to-end-encryptie (E2EE) bij e-mail betekent dat alleen de afzender en de beoogde ontvanger de inhoud van het bericht kunnen lezen. Zelfs de e-maildienst zelf kan niet zien wat er in de e-mail staat, omdat de versleuteling pas wordt verwijderd op het toestel van de ontvanger.

De gratis versie, Proton Free, biedt dezelfde sterke beveiliging als de betaalde formules, maar met enkele beperkingen. Je beschikt over één e-mailadres en 1 GB e-mailopslag. Daar staat tegenover dat je volledig reclamevrij werkt, niet gevolgd wordt en je berichten niet worden geanalyseerd of gelogd. Wie meer nodig heeft, kan upgraden naar een betaald abonnement, zoals Mail Plus (3,99 euro per maand bij jaarlijkse betaling).

Bij Proton Mail geniet je van end-to-end-versleuteling, wachtwoordbeveiliging en automatische verwijdering.


Zeg je Zwitsers en handig, dan zeg je …

Zakmessen!