ID.nl logo
Het kastje aan de muur: Leer uw netwerk kennen
© CIDimport
Huis

Het kastje aan de muur: Leer uw netwerk kennen

Achter de knipperende lampjes van het kastje dat de internetprovider u heeft gegeven gaat een wereld aan mogelijkheden schuil. Wie zijn router leert kennen kan veiliger werken op internet — en vaak nog sneller ook.

©CIDimport

De gemiddelde installatie -handleiding van een provider wekt associaties op met de bouwhandleidingen van Ikea. Gele stekker in gele poort, witte stekker in computer, grote stekker in stopcontact...en internetten maar. Wat er gebeurt in dat doosje met die lampjes is voor velen een mysterie.  Dat doosje is een modem en het verstuurt digitaal signaal over de televisiekabel, telefoondraad of over glasvezelkabel naar de provider en ontvangt vanaf daar ook weer antwoord. Naast deze basisfunctie werken de modems ook als router.

Dat betekent dat ze zorgen dat alle computers in huis met elkaar, en met internet kunnen praten. Omdat we meer met de routerfunctie doen dan met de modemfuncties, hebben we het voor het gemak hier over de router (hoewel we formeel  gezien over de modem/router zouden  moeten praten). Om het u makkelijk te maken worden de basisinstellingen door de provider gemaakt, zodat u kunt inpluggen en internetten. Dat betekent niet dat u daar geen veranderingen in aan kunt brengen.

Soms hebt u daar zelfs voordeel bij. Het helpt dan om te weten wat de ver -schillende technische termen in de router betekenen. Wij hebben de meest voorkomende functies van de verschillende routers in kaart gebracht en lopen met u door de betekenis heen. Om het  overzicht te bewaren (en omdat de meeste routers dat ook doen) heb-ben wij de functies onderverdeeld in lan-instellingen, draadloze instellingen en wan-instellingen. Om de router te benaderen start u uw web-browser en gaat u in de adresbalk naar het ip-adres van uw router. Dat staat meestal op de installatieposter  of  op de router zelf. In veel gevallen is het 192.168.1.1 of 192.168.1.254. We noemen de functies in het  Engels, omdat dit in veel routers ook het geval is, maar verklaren de teksten in het Nederlands.

Lan-instellingen

Lan is de afkorting voor local area network. Met deze term wordt uw thuisnetwerk bedoeld. De meeste  routers maken een onderscheid tussen het bedrade netwerk, dat onder LAN staat, en het draadloze netwerk, dat onder WLAN of Wireless-LAN staat. Wij richten ons hier op het bedrade lan.  


IP Address:

  Zoals ieder huis in een straat zijn eigen postcode en huisnummer heeft, zo heeft ieder apparaat binnen een lan zijn eigen ip-adres. Dit adres gebruikt de rou -ter om de verschillende computers op uw thuisnetwerk uit elkaar te houden. De router zelf heeft ook een ip-adres. Dat is onder deze noemer terug te vinden. Schrijf het ergens op als u dit adres veran-dert, want u hebt het nodig om de  router te benaderen.   


MAC Address

:  Ieder apparaat dat op een netwerk kan, heeft een mac-adres, of het nu een laptop is, een router of bijvoorbeeld een smartphone. Het is een uniek  serienummer waarmee het netwerk dat specifieke apparaat kan herkennen. Overigens moet u het woord uniek met een korrel zout nemen. Sommige routers bieden de mogelijkheid om een mac-adres te veranderen (MAC Address Spoo-fing). Deze kopieertruc is nuttig als u een eigen router wilt aansluiten in plaats van de router die de provider heeft geleverd. De meeste providers controleren het modemtype aan de hand van het mac-adres; als u dat op uw nieuwe router gelijk maakt aan de oude, kunt u de provider voor de gek houden.


Subnet Mask:

  Met een subnet-mask maakt de router onderscheid tussen uw eigen netwerk en het internet. De computer vult hier standaard de juiste waarde in en het loont om daar niet zelf mee aan de slag te gaan.  


DHCP-server:

De dhcp-server wijst automatisch ip-adressen toe aan computers die op het netwerk inlog-gen. Dhcp staat standaard aan zodat u een computer aan kunt sluiten door de netwerkstekker met de rou-ter te verbinden. U kunt uw eigen  computer een vast ip-adres geven via het Netwerkcentrum in Windows; dit versnelt de opstarttijd van de machine. U hoeft daarvoor de dhcp-server niet uit te zetten. Als u meerdere routers in uw netwerk gebruikt, mag dhcp maar op één router aan staan.


Start IP Address:

  Dhcp wijst auto -matisch ip-adressen toe vanaf dit adres. Als u besluit om computers een vast adres te geven is het handig om deze waarde hoger te maken dan het hoogste nummer van de vast aangewezen computers. U voor-komt zo dat Windows een foutmel -ding geeft dat twee computers op het netwerk hetzelfde ip-adres hebben.


End IP Address:

Het hoogste ip-adres dat dhcp kan toewijzen. Er zijn weinig goede redenen te bedenken om dit nummer laag te maken. Er is een heel goede reden om dat niet te doen. Als het bereik van automatisch uitgedeelde adressen lager is dan de hoeveelheid computers op het netwerk, krijgt u een foutmelding.  


Leased Time (hour):

  Na de hier ingestelde tijd krijgen computers met een door dhcp toegekend adres  een nieuw adres toegekend. Dit staat meestal op 24 uur het is een functie die vooral in hele grote netwerken van belang is, maar die ook op routers voor heel bescheiden netwerken voorkomt.


NAT:

  Aan nat (Network Address Translation) is weinig in te stellen, dit stukje techniek zorgt ervoor dat u één internetaansluiting kunt delen met meerdere computers. Belangrijk is dat onder nat meestal  de tabbladen zitten voor Virtual Ser-vers, Port Triggering en DMZ Host. Dit zijn handige instellingen om te kennen omdat u hier bepaalde poorten op uw router kunt open zetten. Internet stuurt, afhankelijk van de toepassing die u gebruikt, gegevens over een bepaalde poort naar uw router.  E-mail komt bijvoorbeeld binnen via poort 110 en webpagina’s via poort 80. Alle poorten die niet  standaard nodig zijn, zet de router op slot. Voor bepaalde toepassingen, bijvoorbeeld downloaden  met bittorrent, is het noodzakelijk om poorten open te zetten en dat doet u met behulp van deze drie instellingen.


Virtual Servers:

  Hier stelt u in dat een bepaald bereik aan poorten open staat voor één computer in het netwerk met het hier opgegeven ip-adres.


Port Triggering:

  Hier stelt u in dat gegevens die van internet via bepaalde poorten binnen komen door mogen naar poorten binnen uw netwerk. Dat lijkt op Virtual Servers, maar geldt voor alle computers in het netwerk.


DMZ Host:

  hiermee geeft u een ip-adres binnen uw netwerk aan waarvoor de hardwarematige firewall helemaal uit staat. Dat is voor de veiligheid niet zo verstandig, maar wel erg handig als u wilt controleren of het uw instellingen zijn die verkeer blokkeren, of dat de blokkade buiten uw router opgeworpen wordt.

Draadloze instellingen

Bij de meeste providers kunt u een draadloze router bij de internetaansluiting krijgen. Zonder kabels werken is natuurlijk wel zo makkelijk. Minstens zo makkelijk is dat draadloos verbonden computers gewoon onderdeel zijn van het hierboven beschreven lan. Omdat voor draadloos net iets meer specifieke instellingen gelden, staat het in routers meestal los genoemd.


Enable Wireless:

Met deze instelling kunt u aangeven of het draadloze netwerk aan of uit moet staan.    
 

SSID:

De naam die u aan uw net-werk geeft. Dit is de naam die in Windows verschijnt als u zoekt naar draadloze netwerken.


BSSID: 

Dit is een uniek nummer dat ieder draadloos netwerkstati on heeft; u kunt het vergelijken met het mac-adres dat we onder lan beschreven.


Hide Access Port:

Dit is een mis -plaatste poging om draadloze netwerken te beveiligen. Door deze optie te activeren zendt uw net -werk zijn naam (ssid) niet meer uit. Dat weerhoudt eventuele  hackers er niet van om te zien dat er een netwerk is, wat ze genoeg informatie geeft om binnen te komen. Het maakt het voor het bezoek wel een stuk lastiger om uw netwerk te vinden.


Security:

Bij de beveiliging van het draadloze netwerk kunt u voor meerdere opties gaan. Als we de opties uitermate kort de revue laten passeren: none (slecht idee), WEP (zwakke beveiliging, ook een slecht idee), WPA+WPA2 (goede beveiliging).    WLAN key: ervan uitgaande dat u onze subtiele hint bij Security volgt, geeft u bij deze instelling het wachtwoord op dat ingetypt moet worden door mensen die via wpa+ wpa2 contact met het draad-loze netwerk willen maken.

 

MAC Filter:

Ook dit is een slechte beveiliging. De theorie is dat alleen machines met het mac-adres dat in een lijstje dat u hier opgeeft op het draadloze netwerk kunnen. Dat lijkt veilig, maar zoals u eerder heeft kunnen lezen is het verval-sen van een mac-adres een triviale handeling voor een hacker. In praktijk levert deze ‘beveiliging’ daarom voornamelijk u problemen op: iedere keer als bezoek op uw netwerk wil moet u door deze instelling eerst hun mac-adres  toevoegen aan de lijst op de router.


Channel:

  Draadloos internet stuurt u rond via radiogolven.  Binnen de frequentie waarin uw station uitzendt is het dringen geblazen. Daar zitten namelijk naast andere draadloze stations (van de buren) ook andere appara-ten. Om toch wat lucht te geven in de drukte, kunt u aan uw apparaat een kanaal toewijzen tussen de 1 en de 13. De meeste apparaten staan op de standaardwaarde 6. Door bij Channel een ander kanaal af te stellen kunt u de betrouwbaarheid van uw draadloze signaal behoorlijk opschroeven.

Wan-instellingen

Wan staat voor wide area network en is daarmee de tegenhanger van het local area network (lan). Uw router vormt de brug tussen het brede netwerk van uw provider  en het lokale netwerk thuis. Instellingen die heel specifiek naar uw provider wijzen staan in deze sectie bij elkaar.


WAN IP-Address:

  Het ip-adres dat uw router officieel op internet heeft. Omdat uw computers de internetverbinding delen via nat (zie boven) lijkt het voor compu -ters die van buiten naar uw net -werk komen (bijvoorbeeld de com-puters die webpagina’s naar u toe sturen) alsof alle computers in uw netwerk dit adres hebben.


Primary (of Secondary) DNS Server: 

Hoewel u in de adresbalk van uw browser een internetadres zoals bijvoorbeeld www.computeridee.nl kunt typen om op een webpagina uit te komen, heeft de computer eigenlijk een ip-adres nodig. Dns-servers zetten de adressen die u typt om in numerieke ip-adressen. Op deze plek staat de dns-server van uw provider (Secondary is de terugvaloptie). Deze adressen worden automatisch door de router achterhaald bij het aansluiten van uw internet. Als u uw pc een vast ip-adres geeft in Windows, is het handig om hier te kijken wat u binnen Windows bij de DNS Server instellingen moet opgeven.

Dit artikel komt uit Computeridee nummer 3, jaargang 2012

▼ Volgende artikel
MediaMonkey: jouw digitale jukebox
© Mr.Pancho Store - stock-adobe.com
Huis

MediaMonkey: jouw digitale jukebox

Bezit je veel audiobestanden van uiteenlopende artiesten? Het is dan een hele uitdaging om de boel enigszins netjes te ordenen. De gratis versie van MediaMonkey helpt je hierbij. Maak met dit Windows-programma een overzichtelijke muziekbibliotheek en speel je favoriete liedjes op de computer af.

In dit artikel laten we zien hoe je eenvoudig je muziekcollectie kunt beheren met MediaMonkey:

  • Installeer en configureer MediaMonkey
  • Voeg muziek toe vanuit je computer, NAS of cloudopslag
  • Gebruik slimme zoekfuncties om snel je favoriete nummers te vinden
  • Maak en personaliseer afspeellijsten
  • Rip en brand cd’s
  • Pas metadata aan voor een overzichtelijke bibliotheek
  • Stream muziek binnen je thuisnetwerk naar andere apparaten

Lees ook: De beste apparatuur om in huis lekker naar muziek te luisteren

Tip 1 Digitale jukebox

MediaMonkey is eigenlijk een digitale jukebox. Het programma ondersteunt nagenoeg alle gangbare audioformaten, zoals flac, ogg, wma, ape en natuurlijk mp3. Alle liedjes die je aan dit programma toevoegt, belanden in een overzichtelijke catalogus. Het maakt niet uit of je nou honderden, duizenden of honderdduizenden nummers toevoegt, want MediaMonkey ordent zorgvuldig alle bestanden.

Om MediaMonkey te downloaden, klik onder Standard Version op DOWNLOAD [versienummer]. Dubbelklik op het exe-bestand en selecteer de Nederlandse taal, waarna je bevestigt met OK. Je klikt nu telkens op Volgende om de installatie te doorlopen. Accepteer hierbij de licentieovereenkomst. Klik als laatste op Installeren / Voltooien.

Download de gratis Windows-versie van MediaMonkey naar je computer.

Tip 2 Liedjes toevoegen

Misschien heb je op de computer of NAS flink wat muziek opgeslagen. In de tijd dat downloaden voor eigen gebruik nog min of meer gedoogd werd, lagen de audiobestanden immers voor het oprapen. Wellicht kun je omstreden downloadnetwerken als Napster, Kazaa, LimeWire, bittorrent en usenet (nieuwsgroepen) nog herinneren. Daarnaast kun je natuurlijk ook kopieën van cd’s op de computer bewaren (zie tip 6).

MediaMonkey wil eerst weten waar jouw digitale audiocollectie zich bevindt. Hierbij selecteert het programma automatisch de standaard muziek- en video-map in Windows. Staan daar geen liedjes in, dan haal je de vinkjes voor deze bestandslocaties weg. Klik rechtsboven op LOCATIE TOEVOEGEN en kies Lokale opslag. Zodra je de juiste map met muziek hebt gevonden, zet je hier een vinkje voor. Je kunt zo meerdere bestandslocaties selecteren. Klik daarna op OK.

Naast lokale mappen voeg je net zo eenvoudig muziek van andere apparaten toe, zoals een NAS of pc. Kies in dat geval LOCATIE TOEVOEGEN / Netwerk of Mediaserver, waarna je de juiste map of server selecteert. Klik daarna op OK.

Via VOLGENDE / VOLGENDE / VOLTOOIEN importeert MediaMonkey alle nummers in de bibliotheek. Dit proces kan even duren. Klik tot slot op SLUITEN.

Geef aan in welke (netwerk)map de muziek staat opgeslagen.

Tip 3 Eerste blik

Het hoofdvenster van MediaMonkey opent eerst met een welkomstscherm. Klik linksboven op Home om je muziekcollectie te tonen. Als het goed is, zie je verschillende albumhoesjes. Met de standaardinstellingen staan de secties Artiesten en Albums op alfabetische volgorde gerangschikt. Klik achter een sectie op alles weergeven om een volledig overzicht te tonen. Gebruik als alternatief bovenaan de knoppen Alle bestanden, Albums en Genres om binnen jouw muziekverzameling te snuffelen. Via Home keer je op ieder moment weer terug naar het beginvenster.

Zeker in een omvangrijke collectie is het nog een hele kunst om dat ene liedje te vinden. Gelukkig heeft MediaMonkey een snelle zoekfunctie. Klik rechtsboven op het vergrootglas om het zoekveld te ontvouwen. Je hoeft maar een deel van een liedje, albumtitel of artiest te typen. Het programma laat namelijk meteen de bijbehorende resultaten zien. Klik voor een uitgebreidere zoekfunctie bovenaan op Naar Geavanceerd.

MediaMonkey maakt van alle muziek een overzichtelijke bibliotheek met albumhoesjes.

Grotere albumhoesjes

Vind je de albumhoesjes in de muziekcatalogus te klein? Dat kun je aanpassen! Navigeer bovenin de menubalk achtereenvolgens naar Beeld / Weergave hoofdvenster / Afbeeldingsgrootte. Sleep het oranje schuifje nu naar rechts om de albumcovers te vergroten. Je klikt als laatste op OK om het resultaat te bekijken.

Maak de albumhoesjes desgewenst tweemaal zo groot.

Tip 4 Muziek luisteren

Uiteraard wil je de muziek ook graag beluisteren. Als je op een albumhoesje klikt, komen de onderliggende nummers tevoorschijn. Afhankelijk van in welke sectie je zit, dien je mogelijk nogmaals op de afbeelding te klikken. Gebruik achter de albumtitel de afspeelknop om alle liedjes in chronologische volgorde af te spelen. Je hoort meteen geluid.

Je kunt de liedjes ook husselen. Klik in dat geval op het pictogram met de twee gekruiste pijlen en luister in willekeurige volgorde naar de nummers. Wil je een specifiek liedje van het album horen? Zweef dan met de muisaanwijzer boven een titel en klik daarna op de afspeelknop.

Achter ieder albumhoesje schuilen er meerdere nummers.

Tip 5 Afspeellijst maken

Je maakt in MediaMonkey eenvoudig een eigen afspeellijst. Daarmee luister je naar jouw favoriete nummers van verschillende artiesten. Klik in de menubalk op Bewerken / Nieuwe afspeellijst. Er verschijnt aan de rechterkant een nieuw deelvenster. Typ een relevante naam en bevestig met Enter.

Zoek nu een nummer dat je aan de lijst wilt toevoegen. Klik eerst op de naam van het liedje en sleep deze audiotrack met ingedrukte muisknop naar het rechterdeelvenster. Je kunt als alternatief ook met de rechtermuisknop op een nummer klikken. Navigeer vervolgens naar Verzenden naar / Afspeellijst en klik op de juiste naam. Je maakt zoveel favorietenlijstjes als je maar wilt. Alle afspeellijsten zijn in het linkermenu bereikbaar.

Geen zin om zelf een afspeellijst te maken? Laat MediaMonkey dit dan voor je doen. Ga naar Bewerken / Nieuwe Auto-Afspeellijst. Er verschijnt een nieuw venster waarin het programma volgens zelfgekozen criteria liedjes selecteert. Misschien wil je bijvoorbeeld alleen maar rockmuziek horen. Klik in dat geval op het plusteken en kies Genre. Je typt volgens bovengenoemd voorbeeld Rock, waarna je bevestigt met Enter. Uiteraard staat het je vrij om andere criteria te gebruiken. Geef de automatische afspeellijst tot slot een andere naam.

Voeg via het contextmenu goede nummers aan een afspeellijst toe.

Tip 6 Audio-cd’s rippen

Wil je een digitale kopie van een fysiek muziekalbum op de computer bewaren? Dan komt de ripfunctie van MediaMonkey goed van pas. Daarmee kopieer je de inhoud van een audio-cd naar de pc. Een voorwaarde is dat het systeem is voorzien van een (extern) cd/dvd-station.

Doe eerst een muziek-cd in de lade van de optische drive. Na even wachten verschijnt in MediaMonkey vanzelf het venster Albumgegevens kiezen. Selecteer in het overzicht het juiste muziekalbum. Dat is belangrijk, want het programma koppelt zo de juiste eigenschappen aan elk liedje. Denk onder meer aan de artiest, de naam van het nummer en het genre. Maak een keuze en bevestig met OK.

Klik in de menubalk op Extra / Audio-CD rippen. De nummers van het album komen tevoorschijn. Standaard staan voor alle liedjes vinkjes. Als je een bepaald nummer niet op de computer wilt bewaren, haal je het desbetreffende vinkje weg.

Heb je alleen interesse in de grootste hits van een album? Verwijder voor de overige nummers dan de vinkjes.

Tip 7 Ripinstellingen

Voordat je de cd naar de computer kopieert, neem je eerst de instellingen door. Geef aan in welke map je de nummers wilt opslaan. Zodra je op CONFIGUREREN klikt, komt er een nieuw venster tevoorschijn. Ga via BLADEREN naar de gewenste map en bevestig met OK om deze opslaglocatie te selecteren. MediaMonkey plaatst elk geript album in een eigen submap. Sluit het venster met OK.

Met de huidige instellingen maakt het programma mp3’tjes. Je kunt desgewenst ook een ander audioformaat instellen. Klik dan eerst op MP3 en kies bijvoorbeeld WMA, WAV of FLAC. De twee laatstgenoemde bestandsformaten bieden over het algemeen een hogere audiokwaliteit. Daarentegen nemen de liedjes wel meer opslagruimte in beslag. Mp3 staat bekend om zijn acceptabele geluidskwaliteit en geringe bestandsomvang.

Bij sommige audioformaten kun je de kwaliteit aanpassen, zoals in het geval van ogg, wav, wma, aiff en flac. Klik dan achter de gekozen indeling op INSTELLINGEN. Een hogere waarde resulteert doorgaans in een betere geluidskwaliteit. Houd hierbij wel rekening met grotere bestanden en een langere ripduur. Maak een keuze en klik op OK. Bevestig nogmaals met OK om het ripproces te starten. Na afloop belanden de nummers vanzelf in de bibliotheek van MediaMonkey.

Bepaal in welke (sub)map je de geripte nummers wilt opslaan.

Tip 8 Schijfjes branden

De omgekeerde route werkt ook: niet rippen, maar brand een album naar een schijfje en speel deze cd vervolgens af op een cd-speler. Handig voor wie nog een klassieke audioset met goede speakers bezit. Overigens heb je voor dit klusje wel een (externe) cd-brander en leeg schijfje nodig.

Doe een beschrijfbare cd-r in de lade van de cd-brander. Je kunt hier normaal gesproken tachtig minuten muziek op kwijt. Klik nu met de rechtermuisknop op een albumhoes en kies Verzenden naar / Audio-CD (Branden). Belangrijk is dat in het kleine venster achter Schijf: de juiste cd-brander is geselecteerd. Klik op BRANDEN om het proces te starten. Na afloop hoor je een geluidssignaal en wordt de cd uitgeworpen. Overigens kun je deze opties eventueel uitvinken.

Je brandt desgewenst ook nummers van verschillende albums en artiesten op een cd. Het is dan handig om van jouw favoriete liedjes eerst even een afspeellijst te maken (zie tip 5). Je navigeert in het linkermenu daarna naar Afspeellijsten. Klik met de rechtermuisknop op de bewuste lijst en kies Verzenden naar / Audio-CD (Branden) / BRANDEN.

Brand een muziekalbum of afspeellijst eenvoudig naar een lege cd.

Muziek vanuit cloud

MediaMonkey kan ook muziek bij diverse clouddiensten ophalen. Deze optie is nuttig voor wie audiobestanden op een online server van een bekende aanbieder bewaart. Er is ondersteuning voor Microsoft OneDrive, Google Drive en Dropbox ingebakken.

Klik in de menubalk op Bestand / Bestanden herscannen/toevoegen. Ga via LOCATIE TOEVOEGEN naar Cloudopslag. Na het aanwijzen van de juiste aanbieder opent er een webpagina in de browser. Je dient MediaMonkey toegang tot jouw persoonlijke cloudomgeving te geven. Log zo nodig in en beslis of je het mediaprogramma wel of geen toegang geeft.

Klik in MediaMonkey op OK / NU SCANNEN om audiobestanden vanuit de cloud te importeren. Daarnaast bewaar je optioneel een kopie van de muziekbibliotheek op een online server. Gebruik hiervoor het tabblad Inhoud bibliotheek. Je kunt de koppeling tussen MediaMonkey en de clouddienst op elk moment weer verbreken.

Als je MediaMonkey toegang tot jouw Google Drive-omgeving geeft, voeg je audiobestanden vanuit de cloud toe.

Tip 9 Metadata wijzigen

Elk digitaal opgeslagen liedje bevat metadata. Dit noemt men ook wel tags. Hierin staan allerlei gegevens, zoals de artiest(en), de naam van het nummer en het uitgiftejaar. Het is belangrijk dat alles klopt, want MediaMonkey deelt op basis van deze informatie zijn bibliotheek in. Bovendien bevindt zich in de metadata ook een hoesafbeelding.

Met name bij gedownloade bestanden klopt de metadata soms niet. Gelukkig herstel je eenvoudig een foutje. Klik in MediaMonkey met de rechtermuisknop op het bewuste liedje en kies Eigenschappen. Er verschijnt een venster met verschillende kenmerken. Pas naar eigen inzicht een of meerdere velden aan. Bij Score laat je eventueel ook nog jouw waardering voor het nummer blijken. Kies tussen een waarde van één tot vijf sterren.

Bij het tabblad Details staan nog meer kenmerken van het liedje. Die kun je eveneens allemaal wijzigen. Verder voeg je via Songteksten vrijblijvend een complete liedtekst toe. Kijk tot slot ook nog even bij Illustraties, want je kunt hier zo nodig een andere albumhoes selecteren. Klik op OK om eventuele wijzigingen op te slaan.

Controleer in de Eigenschappen of het liedje aan de juiste albumhoes is gekoppeld.

Tip 10 Automatisch taggen

Het aanpassen van metadata heet ook wel het taggen van muziek. MediaMonkey heeft hiervoor een slimme functie, want het programma wijst op jouw verzoek automatisch de juiste metadata aan alle nummers van een album toe.

Klik met rechts op een muziekalbum en kies Auto-labelen. Het programma gaat nu op zoek naar de correcte gegevens. Hebben liedjes bijvoorbeeld geen titels, dan probeert de software deze via een zogenoemde audiovingerafdruk te achterhalen. Door de huidige audiodata met dat van een database te vergelijken, komt MediaMonkey de juiste tags op het spoor. Er wordt zo nodig ook een verse albumhoes opgehaald. Vink de nummers aan waarvan je de metadata wilt aanpassen en bevestig met LABELEN EN DOORGAAN.

Wijs in één klap correcte tags aan alle liedjes van een muziekalbum toe.

Tip 11 Mediaserver

Tijdens de installatie activeert MediaMonkey op de achtergrond een mediaserver. Het voordeel hiervan is dat je met andere apparaten in je thuisnetwerk de muziekbibliotheek kunt benaderen. Denk onder andere aan een geschikte smart-tv, netwerkreceiver, wifi-speaker en soundbar. Je speelt de nummers op deze apparaten af.

Open maar eens met de afstandsbediening de bronlijst van een smart-tv en kies MediaMonkey Bibliotheek. Daarachter staat waarschijnlijk ook nog de naam van jouw computer vermeld. Je dient deze televisie nu toegang tot de muziekbibliotheek te geven. Klik in MediaMonkey op JA. Zodra je de bibliotheek op de smart-tv vernieuwt, heb je toegang tot alle albums en afspeellijsten.

Stream de nummers over je thuisnetwerk naar andere apparaten, zoals een smart-tv.

MediaMonkey Gold

Er bestaat ook een betaalde Gold-versie van MediaMonkey. Die bevat nóg meer functies. Met name op het gebied van audio-cd’s rippen zijn er meer mogelijkheden. Zo stel je desgewenst een hogere geluidskwaliteit voor de gekopieerde nummers in. Een andere handige functie is dat je een ongelimiteerd aantal nummers tegelijk automatisch kunt taggen. Daarnaast bevat MediaMonkey Gold extra opties om liedjes te ordenen en over je eigen (thuis)netwerk te streamen. De betaalde versie kost ca. 39 euro. Je kunt voor ca. 97 euro ook een zogeheten lifetime-licentie aanschaffen.

Voor het gebruik van MediaMonkey Gold dien je een gebruikersnaam en licentiesleutel in te voeren.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Nieuw van L'OR: Barista Absolu – een koffiemachine die ook ijskoffie zet
© L'OR
Huis

Nieuw van L'OR: Barista Absolu – een koffiemachine die ook ijskoffie zet

IJskoffie is populairder dan ooit. Om in te spelen op die trend lanceert L'OR de Barista Absolu: een nieuwe koffiemachine die niet alleen warme, maar ook gekoelde koffie zet. Samen met de speciale capsules zet je er thuis gewoon zelf een goede ijskoffie mee – mét smaak en cremalaag.

Gekoelde koffie met één druk op de knop

De Barista Absolu is de eerste koffiemachine van L'OR die speciaal is ontworpen met ijskoffie in gedachten. Een opvallend detail is de knop 'Enjoy Over Ice'. Die activeert een langzamere, zachte extractie van de koffie, zodat de smaken behouden blijven en niet verwateren door het ijs. Voeg zelf ijsklontjes toe aan het glas en je krijgt een koude koffie met een volle cremalaag en een verfrissende smaak.

Wie liever iets romigs of zoets drinkt, kan de basis eenvoudig aanvullen met melk, siroop of slagroom. Ook warme koffievarianten zijn mogelijk: van ristretto en espresso tot lungo of twee koppen tegelijk. Dankzij 19 bar pompdruk en geavanceerde extractietechnologie belooft de machine koffie met de intensiteit van een barista.

©L'OR

Tot 18 koffievariaties

De L'OR Barista Absolu is geschikt voor zowel standaard- als XXL-capsules van L'OR, waarmee je tot 18 verschillende koffievariaties kunt bereiden. Met de knop 'Intensity Boost' verhoog je de extractieduur voor een krachtiger kopje. De machine is beschikbaar in zwart, wit en grijs, met een adviesprijs van 129 euro.


Ook nieuw: zomerse (ijs)koffiesmaken

Speciaal voor de zomer introduceert L'OR twee nieuwe capsules, speciaal voor ijskoffie: 🥥 Coconut Iced Een zachte koffie met kokossmaak, bedoeld om koud te serveren. De blend is gemaakt van 100% gecertificeerde koffie (Common Grounds) en zit in recycleerbare capsules. Geschikt voor zowel L'OR Barista- als Nespresso-machines. 🧊 Iced Coffee XXL Een capsule met dubbele inhoud voor grotere ijskoffies. De smaak is krachtig en fris, en ideaal als basis voor recepten met ijsblokjes, melk of siroop.