ID.nl logo
Huis isoleren? Vergeet je voordeur niet!
© Dniel - stock.adobe.com
Energie

Huis isoleren? Vergeet je voordeur niet!

Bij het verduurzamen van je huis denk je al snel aan het plaatsen van zonnepanelen en het isoleren van muren, vloeren en daken. Het vervangen van de voordeur is echter iets wat makkelijk over het hoofd wordt gezien. Toch brengt dit de nodige voordelen met zich mee. We leggen je uit hoe dat zit.

In dit artikel vertellen we je: 🚪 Wanneer je van een geïsoleerde voordeur spreekt. 🚪 Uit welke materialen je kunt kiezen. 🚪 Waar je op kunt letten bij het uitzoeken van een isolerende voordeur. 🚪 Wanneer je recht hebt op subsidies.

De voordeur is vaak een van de grootste bronnen van warmteverlies in huis. Tocht het als je de tussendeur van de woonkamer naar de hal opent? Dan is je voordeur waarschijnlijk aan vervanging toe. Je merkt dit vooral in oudere huizen waar de voordeur nog nooit of inmiddels al heel wat jaren geleden vervangen is. 

Een geïsoleerde voordeur kan zowel uit hout, kunststof als aluminium bestaan en is vaak opgebouwd uit meerdere lagen. Deze deuren bevatten doorgaans een isolatielaag tussen twee aluminium platen aan de binnenzijde. Het gaat bijvoorbeeld om XPS-schuim of PU-schuim. In metalen deuren is het van belang dat er een thermische onderbreking in de vorm van een luchtkamer aanwezig is om geen warmte door te laten via het materiaal. 

Er zijn echter ook houtsoorten die van zichzelf zó goed isoleren dat er geen isolatiekern benodigd is. Denk bijvoorbeeld aan vuren, accoya en andere lichte houtsoorten. Doordat het materiaal wordt behandeld tegen onder meer houtrot en schimmels, zijn deze houten deuren net zo geschikt als voor- en achterdeur als hardhout. 

Lees ook: Hypotheek afsluiten voor verduurzaming van je nieuwe huis: zo zit het

Hier kun je op letten bij het kiezen van een isolerende voordeur

Bij het kiezen van een goed isolerende voordeur is de U-waarde van belang. Hoe lager deze waarde, hoe beter de isolatie. Een U-waarde van 1,2 of lager is een goede houvast. Als de deur een of meerdere ruiten bevat, is het belangrijk dat het minstens om HR++-glas gaat. Voor de beste isolatie kies je voor triple glas. Sommige deuren maken gebruik van gecoat glas, om warmteverlies te verminderen en geen UV-straling binnen te laten. 

©Photographee.eu

In sommige situaties kan het zinvol zijn om ook je deurkozijnen te vervangen of in elk geval eventuele naden en kieren tussen het kozijn en deur goed te dichten. Anders verlies je mogelijk alsnog warmte via het kozijn, waardoor je geïsoleerde voordeur minder efficiënt is. Ook kan het zijn dat je nieuwe voordeur een stuk dikker is dan je oude, waardoor de nieuwe deur niet goed op de deurpost past. 

Wie een nieuwe voordeur koopt, zal vaak automatisch op een deur met meerpuntssluiting uitkomen. Dat is mooi meegenomen, want je voordeur is dan beter beveiligd tegen inbraakpogingen en je kunt alle vergrendelpunten bovendien via hetzelfde slot bedienen. Als je huidige voordeur niet over een meerpuntssluiting beschikt, kun je het vervangen van de voordeur het beste uitbesteden aan een vakman. De installatie is namelijk wat complexer. 

Ook interessant: Zo installeer je een slim slot op je voordeur

Kun je een subsidie krijgen voor het vervangen van je voordeur?

Vervang je je huidige voordeur door een isolerende deur met HR++ of triple glas? Dan heb je mogelijk recht op subsidie wanneer je deze maatregel combineert met een andere isolatiemaatregel. Om in aanmerking te komen voor een subsidie moet je wel aan bepaalde voorwaarden voldoen. Zo moet je in totaal een minimaal aantal vierkante meters isoleren, mag de U-waarde van de maatregelen niet te hoog zijn en is isolerend glas in de voor- en achterdeur is een vereiste. De plaatsing van de deur moet bovendien worden uitgevoerd door een gecertificeerde specialist. 

Lees ook:Je huis beter isoleren, zo pak je dat aan!

🚪 Voor bij je nieuwe deur!

Vraag een offerte aan voor isolatie:

▼ Volgende artikel
Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys
© ID.nl
Huis

Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys

Een paar bestanden hernoemen is zo gebeurd. Maar zodra je tientallen of honderden namen moet aanpassen, schiet handmatig werk tekort. Dan komt externe software goed van pas. PowerRename, onderdeel van de PowerToys-collectie, biedt uitkomst. Met deze slimme tool kun je grote aantallen bestanden in één keer hernoemen. Dat gaat snel, efficiënt en precies zoals jij het wilt.

Dit gaan we doen

In dit artikel zie je hoe je PowerRename uit PowerToys instelt en gebruikt om grote aantallen bestanden tegelijk te hernoemen. We laten zien hoe je de tool activeert, hoe je hem oproept via Verkenner en hoe je zoek-en-vervangacties, letterinstellingen en automatische nummering toepast. Zo wijzig je in één keer volledige reeksen bestandsnamen, zonder handmatig werk.

Lees ook: Leuker, sneller en handiger: boost je Windows-pc met PowerToys

PowerRename activeren

PowerRename is een stuk krachtiger dan de standaard hernoemfunctie van Windows. De tool maakt deel uit van PowerToys, een opensource-project van Microsoft. Wil je de Microsoft Store-versie installeren? Open dan het Startmenu, zoek naar Microsoft Store en start de app. Typ PowerToys in het zoekveld bovenaan. Klik op Installeren zodra je het programma hebt gevonden. Na installatie verschijnt PowerToys in het systeemvak van Windows. Open het, kies in de linkerkolom PowerRename en je ziet meteen een korte animatie van hoe de tool werkt. Klik op Instellingenopenen en controleer of PowerRename is ingeschakeld. Let op: bij ons werkte PowerRename pas na een herstart van het systeem.

Een animatie toont hoe PowerRename werkt.

Contextueel menu in Verkenner

Open de map met de bestanden die je wilt hernoemen. Selecteer ze allemaal met Ctrl+A en klik met de rechtermuisknop op de selectie. In het contextmenu van Windows Verkenner kies je onderaan de opdracht Naam wijzigen met PowerRename.

Haal PowerRename uit het contextueel menu in Windows Verkenner.

Zoeken en vervangen

Daarna opent het venster van PowerRename. In het veld Zoeken geef je in welk deel van de bestandsnaam je wilt vervangen. In het veld eronder typ je de nieuwe tekst. In ons voorbeeld vervangen we het woord Image door Kreta2015. Nog vóór de wijziging wordt uitgevoerd, toont PowerRename een overzicht: links de oorspronkelijke bestandsnamen, rechts de nieuwe. Zo zie je meteen wat er verandert. Daaronder kies je of de aanpassing moet gelden voor de volledige naam inclusief extensie, alleen de bestandsnaam, of alleen de extensie.

Met de knoppen onder Tekstopmaak pas je eenvoudig het hoofdlettergebruik aan, van alles in kleine letters, naar alles in hoofdletters, alleen een hoofdletter aan het begin, of elke beginletter van een woord in hoofdletters. Het laatste pictogram schakelt de nummering in. Activeer je dat, dan voegt PowerRename automatisch nummers tussen haakjes toe aan de bestandsnamen.

De nieuwe namen verschijnen in voorvertoning naast de oorspronkelijke namen.     

Je allermooiste foto's hernoemd?

Druk ze af en plak ze in een foto-album
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen