ID.nl logo
Dit moet je weten over smarthome-protocollen
© PXimport
Zekerheid & gemak

Dit moet je weten over smarthome-protocollen

Een smarthome kan handig zijn, maar als je een paar slimme producten van verschillende merken koopt, moet je ervoor zorgen dat ze allemaal met elkaar samenwerken. Dat gebeurt met protocollen: afspraken om met elkaar te communiceren. Er zijn diverse smarthome-protocollen van allerlei types. Hoe verhouden die zich tot elkaar? En waar moet je op letten als je al je slimme apparaten met elkaar wilt laten communiceren?

Slimme producten kunnen alleen maar slim zijn door communicatie met andere producten. Een lamp die gewoon lamp is en die je niet op afstand kunt in- of uitschakelen, is niet slim. Je moet hem minstens op afstand kunnen aansturen, en het liefst ook met een app. En je kunt pas echt van een slimme lamp spreken als je ze via een smarthome-controller kunt aansturen. Dan kun je de lamp bijvoorbeeld automatisch in- en uitschakelen op basis van de aanwezigheid van personen, het tijdstip of zonsondergang.

01 Gelaagde protocollen

Die communicatie met slimme producten verloopt via een protocol. Dat is in wezen een standaard die allerlei afspraken vastlegt over hoe uitgewisselde berichten eruitzien. Alle producten die zich aan hetzelfde protocol houden, kunnen in principe met elkaar communiceren. Maar het ene protocol is het andere niet. 

We kunnen diverse soorten protocollen onderscheiden, en je kunt ze in lagen voorstellen. De bovenste laag staat het dichtst bij ons, de gebruiker. De onderste laag staat het dichtst bij de apparaten. En sommige protocollen bevinden zich in tussenlagen om een vertaling te maken tussen protocollen erboven en eronder. Bovendien bestaat heel wat protocollen zelf uit deelprotocollen, die ook elk in een eigen tussenlaag zitten.

02 Bovenlaag en onderlaag

Ruwweg kun je de smarthome-protocollen in twee lagen opdelen. Aan de bovenkant heb je de protocollen waarmee je als eindgebruiker in aanraking komt. Dat zijn bijvoorbeeld Google Assistant, Amazon Alexa of Apple HomeKit. Deze zorgen dat je ondersteunde apparaten via een app of spraak kunt aansturen. Maar ook smarthome-controllers uit de zelfbouwwereld, zoals Home Assistant of Domoticz, bieden een API en webinterface of app aan die het mogelijk maken dat je met apparaten kunt communiceren, ongeacht de onderliggende technologie.

Aan de onderkant heb je protocollen die een specifiek medium gebruiken om apparaten met elkaar te laten communiceren. Vaak gaat het om draadloze protocollen, zoals Zigbee of Z-Wave. Ook Thread, dat meer en meer ingeburgerd raakt, bevindt zich in dit rijtje. En uiteraard heb je ook smarthome-protocollen die via bekabeling in huis werken, zoals KNX.

©PXimport

03 Vier lagen van de internetprotocolsuite

Smarthome-protocollen worden vaak naar analogie met de internetprotocolsuite (TCP/IP) in vier lagen onderverdeeld. Onderaan zit de verbindingslaag, die het fysieke medium beschrijft. Wifi (802.11), IEEE 802.15.4 en ethernet bevinden zich in deze laag. Daarboven bevindt zich de netwerklaag, die communicatie over netwerkgrenzen heen mogelijk maakt. Hier vind je bijvoorbeeld het ip-protocol.

De transportlaag daarboven zorgt dat data correct worden afgeleverd. Denk daarbij aan udp en TCP. De applicatielaag tot slot, helemaal bovenaan, zorgt ervoor dat applicaties op dezelfde of verschillende apparaten met elkaar kunnen communiceren. Http bevindt zich in deze laag. Maar ook de smarthome-protocollen waarmee je als eindgebruiker in aanraking komt.

04 Protocollen over meerdere lagen

De internetprotocolsuite heeft mooi afgescheiden lagen. Van internetprotocollen kunnen we daarom doorgaans duidelijk aangeven in welke laag ze zich bevinden. Maar veel smarthome-protocollen zijn niet voor internet gebouwd, en bevinden zich daarom in meerdere lagen. Laten we er een aantal bekijken.

Z-Wave is een protocol waarbij alle vier de lagen nauw op elkaar aansluiten. Ze worden in de praktijk dan ook als één geheel beschouwd. Bij Zigbee daarentegen zijn de lagen duidelijker. Zigbee bevindt zich in de netwerklaag, transportlaag en applicatielaag. 

Die laatste heet bij dit protocol Zigbee Cluster Library (ZCL), en een universelere versie daarvan die je ook boven andere protocollen kunt gebruiken is Dotdot. Voor de verbindingslaag maakt Zigbee gebruik van IEEE 802.15.4, een draadloos mesh-netwerk dat op een frequentie van 2,4 GHz werkt.

©PXimport

05 Ip-gebaseerd

Een nieuw op ip-gebaseerd smarthomeprotocol is Thread. Net zoals Zigbee bouwt Thread voor zijn verbindingslaag voort op IEEE 802.15.4. Thread zelf bevindt zich in de netwerklaag en transportlaag en heeft dus geen applicatielaag. Eigenlijk is Thread dus strikt gezien geen smarthome-protocol, maar louter een protocol om op een betrouwbare manier data te transporteren over een draadloos mesh-netwerk.

Interessant aan Thread is dat de netwerklaag bestaat uit 6LoWPAN. Die standaard maakt het mogelijk om een IPv6-netwerk over de verbindingslaag 802.15.4 te draaien. In de transportlaag zit udp, dat we al kennen van de internetprotocolsuite. Het resultaat is dat elk Thread-apparaat een IPv6-adres heeft en op die manier rechtstreeks kan communiceren met normale IPv6-apparaten. Je thuisnetwerk (met ethernet en/of wifi) is via een borderrouter verbonden met je Thread-netwerk, en dat stuurt eenvoudigweg datapakketten in de netwerklaag door.

06 HomeKit over Thread

Boven Thread kun je dus allerlei applicatieprotocollen voor smarthomes draaien. Een van die protocollen is HomeKit van Apple. Zo is de HomePod mini niet alleen een Thread-borderrouter, maar ook een hub waarmee je je HomeKit-compatibele apparaten kunt aansturen. Onder andere fabrikant Eve heeft heel wat apparaten die HomeKit over Thread ondersteunen.

Voor HomeKit maakt het niet uit of je slimme apparaten via wifi, bluetooth of Thread zijn verbonden. Je kunt ze allemaal op dezelfde manier aanspreken via het HomeKit-platform. Dat kan via je iPhone, iPad of Apple Watch en je kunt je apparaten ook bedienen met Siri. Het enige waarop je moet letten, is dat het apparaat het logo voor HomeKit-ondersteuning toont.

©PXimport

07 Matter

Een nieuwere applicatielaag is Matter, dat aanvankelijk bekendstond als Connected Home over IP. Zoals de vorige naam al aangeeft, staat het Internet Protocol hierin centraal. In principe draait Matter dus boven elke ip-stack. Voorlopig zijn Thread, wifi en ethernet ondersteund, en Matter over een mobiel netwerk komt er ook aan.

Matter werd gestart door de Zigbee Alliance, de organisatie die achter de standaardisatie van Zigbee zit. De applicatielaag is dan ook sterk geïnspireerd door die van Zigbee. Door de nieuwe focus heeft de Zigbee Alliance zijn naam ondertussen veranderd in Connectivity Standards Alliance.

Dit jaar zouden de eerste Matter-apparaten op de markt moeten komen. Heel wat grote namen in de smarthomewereld scharen zich achter de standaard: niet alleen Amazon, Apple en Google, maar ook Signify (van Philips Hue), IKEA, Samsung (van SmartThings) en Tuya. Doordat Matter-apparaten ip-gebaseerd zijn, is het voor fabrikanten gemakkelijker om ze compatibel te maken met smarthome-systemen en stemassistenten zoals Apple HomeKit, Amazon Alexa en Google Assistant.

Online of offline?

Veel smarthome-protocollen werken lokaal, zoals Zigbee, Z-Wave, Thread en zelfs Matter. Dat betekent dat je al je apparaten nog altijd kunt aansturen als je internet uitvalt. Je lokale smarthome-controller heeft immers geen internet nodig. Ook een Philips Hue-bridge is volledig lokaal aan te sturen met een API.  Dat is anders met de spraakassistenten zoals Apple Siri, Amazon Alexa en Google Assistant: zij werken via de cloud en hebben offline geen of weinig mogelijkheden. Sinds iOS 15 kun je wel al heel wat zaken offline doen met Siri, en Google Assistant heeft ook een beperkte offline ondersteuning.  Kies je voor een smarthome-platform dat van de cloud gebruikmaakt, dan hang je ook af van de goede wil van de producent. Zo besloot Wink in 2020 om zijn gratis clouddienst betalend te maken. Gebruikers die niet wilden betalen (ze waren immers gelokt met de belofte dat de dienst altijd gratis zou zijn), kregen geen toegang meer tot hun Wink-apparaten.

08 Protocollen koppelen

Je zult zelden allemaal apparaten met hetzelfde protocol in huis hebben. De markt evolueert immers, en jouw vereisten waarschijnlijk ook. Misschien ben je ooit met Z-Wave-apparaten begonnen, heb je dan Philips Hue-lampen en andere Zigbee-apparaten toegevoegd, en heb je nu je zinnen gezet op Thread. Dat hoeft allemaal geen probleem te zijn, want met de juiste hardware kun je meerdere protocollen koppelen.

Bij ip-gebaseerde protocollen zoals Thread en het bovenliggende Matter is die koppeling eenvoudig: dankzij de borderrouter is elk apparaat via zijn ip-adres te benaderen. Protocollen die niet op ip gebaseerd zijn, zoals Zigbee en Z-Wave, hebben een vertaalslag nodig om de apparaten met je thuisnetwerk te koppelen en bijvoorbeeld via je smartphone te kunnen benaderen.

09 Bridge

Het apparaat dat voor die vertaalslag zorgt, heet een bridge, gateway, hub of controller. Een voorbeeld is de Philips Hue-bridge. Die bevat enerzijds een Zigbee-chip die met de Hue-lampen (en andere lampen die de Zigbee Light Link-standaard ondersteunen) communiceert, en anderzijds een ethernetkabel die je op je thuisnetwerk aansluit.

Met de Philips Hue-app op je smartphone kun je dan je lampen aansturen. De app communiceert via je thuisnetwerk met de Hue-bridge, die de opdrachten vertaalt naar de juiste Zigbee-berichten. 

De bridge bevat ook een webserver met een REST API: hiermee kun je met andere domotica-controllers, zoals Home Assistant je Hue-lampen aansturen via de bridge. Tot slot ondersteunt de Hue-bridge ook Apple HomeKit. Zo kun je al je lampen ook bedienen door het aan Siri te vragen op een van je Apple-apparaten.

©PXimport

10 Controller voor alle protocollen

Je kunt voor elk protocol een eigen bridge hebben, maar al gauw heb je dan meerdere kastjes in huis staan die allemaal stroom verbruiken en die je allemaal op je netwerk moet aansluiten. Als je meerdere smarthome-protocollen in huis gebruikt, is het vaak interessanter om een geïntegreerde controller te gebruiken die deze allemaal ondersteunt.

Een voorbeeld van zo’n controller is de Homey Pro. Dit bolvormige apparaat ondersteunt wifi, bluetooth low-energy, Zigbee, Z-Wave Plus, infrarood en radiosignalen op 433 MHz en 868 MHz. In de webinterface en de bijbehorende mobiele app kun je al deze apparaten op een eenvormige manier aansturen en automatiseren.

©PXimport

11 Zelfbouwcontroller

Zo’n geïntegreerde controller kun je ook zelf bouwen. Je neemt dan bijvoorbeeld een Raspberry Pi en sluit er transceivers aan voor Zigbee, Z-Wave, 433 MHz enzovoort. Als software draai je er dan een opensource-platform op, zoals Home Assistant, Domoticz of openHAB. Net zoals bij Homey kun je hier dan al je apparaten op een eenvormige manier aansturen, onafhankelijk van het onderliggende protocol.

Je kunt ook een deel van de protocollen in je zelfbouwcontroller ondersteunen en een deel extern. Zo kun je de Philips Hue-bridge via de lokale API vanuit Home Assistant aansturen. De opensource-smarthome-platforms kunnen doorgaans ook volledig zonder internet werken, maar als je dat wil kun je ook clouddiensten integreren. Zo ondersteunt Home Assistant integratie met Google Assistant en Amazon Alexa.

©PXimport

Uitbreidbaarheid

Het is niet altijd eenvoudig om ondersteuning voor een nieuw protocol toe te voegen aan bestaande slimme apparaten. Informeer je goed bij de fabrikanten. Zo heeft Eve in 2020 enkele van zijn bluetooth low-energy-apparaten voor HomeKit dankzij een firmware-upgrade voorzien van ondersteuning voor Thread. Dat was mogelijk omdat zowel bluetooth low-energy als Thread op dezelfde frequentie werken en door de gebruikte chip werden ondersteund.  Op dezelfde manier zijn ook veel Zigbee-apparaten met een firmware-upgrade naar Thread om te zetten. Bovendien belooft Eve dat zijn Thread-gebaseerde HomeKit-apparaten later ook via een firmware-upgrade ondersteuning voor Matter zullen krijgen. Signify pakt het dan weer anders aan: het belooft ondersteuning voor Matter, maar alleen in de Philips Hue-bridge. Die zal nog altijd via Zigbee met de individuele lampen en schakelaars communiceren, zodat je niet volop van de voordelen van Matter kunt profiteren.

▼ Volgende artikel
Receiver of stereoversterker? Dit zijn de verschillen
© NAD Electronics
Huis

Receiver of stereoversterker? Dit zijn de verschillen

Wil je losse speakers op een audiosysteem aansluiten? Kies dan tussen een receiver en stereoversterker. Welk apparaat je het best kunt kopen, hangt grotendeels af van het luistergedrag, het budget en de akoestische ruimte. Bovendien hebben beide audiosystemen zelf ook nog de nodige verschillen. Die doen we in dit artikel uit de doeken.

In dit artikel bespreken we:

  • Wat de voornaamste verschillen zijn tussen een receiver en stereoversterker
  • Of je het best een receiver of stereoversterker kunt kopen
  • Hoe het zit met de prijs-kwaliteitverhouding van een receiver en stereoversterker

Ook interessant: Wat is beter, stereo- of surroundgeluid?

Als je de achterzijden van een stereoversterker en receiver met elkaar vergelijkt, zie je de nodige verschillen. Zo heeft laatstgenoemd apparaat over het algemeen véél meer in- en uitgangen. Maar is dat per definitie ook beter? Dat is afhankelijk van verschillende factoren.

Twee of meer luidsprekers?

Het voornaamste verschil tussen beide audiosystemen is eigenlijk heel simpel. Een stereoversterker loodst het geluid naar twee kanalen (stereogeluid), terwijl een receiver doorgaans meer kanalen (surroundgeluid) ondersteunt. Denk in het laatste geval bijvoorbeeld aan een 5.1- of 7.2-kanaals opstelling. Aan jou de vraag of je geluid uit twee of (veel) meer speakers wilt horen. Voor de weergave van lage tonen hebben vrijwel alle receivers en bepaalde stereoversterkers een subwooferuitgang.

©Advance Paris

Op de Advance Paris A12 Classic-versterker kun je alleen een linker- en rechterspeaker aansluiten.

Focus op muziek óf film en gaming

Belangrijk is de vraag waarvoor je het audiosysteem hoofdzakelijk gaat gebruiken. Fanatieke muziekliefhebbers luisteren het liefst naar stereogeluid. Logisch, want veruit de meeste albums zijn voorzien van een stereomix. Dat kun je tijdens het luisteren van een liedje duidelijk horen. De linkerspeaker produceert bijvoorbeeld een gitaarsolo, terwijl de rechterluidspreker felle drums laat horen. Deze wisselwerking tussen twee kanalen ligt voor het luisteren van muziek prettig in het gehoor. Je hebt tenslotte ook maar twee oren.

Een stereoversterker telt meerdere analoge en digitale audiopoorten. Hierop sluit je verschillende audiobronnen aan, zoals een draaitafel, cd-speler en cassettedeck. Uitgebreide modellen hebben daarnaast een (draadloze) netwerkaansluiting en/of bluetooth-ontvanger. Nuttig voor het geval je afspeellijsten via Spotify, Apple Music, Tidal of een andere muziekdienst wilt streamen. Overigens bestaan er ook stereoversterkers met videopoorten. Sluit dan met behulp van HDMI bijvoorbeeld een tv-ontvanger of gameconsole aan. De versterker verwerkt het geluid en stuurt het videosignaal naar een aangesloten televisie.

Kijk je elke avond naar Netflix en/of speel je graag games? In dat geval is een receiver met minimaal vijf speakers en een subwoofer het overwegen waard. Deze luidsprekers werken naadloos samen met de televisie. Schiet een sluipschutter bijvoorbeeld vanaf het dak van een wolkenkrabber, dan hoor je achter of boven je het zoevende geluid van een kogel. Uiteraard is het dan wel een voorwaarde dat alle speakers correct zijn opgesteld. Elke receiver bevat meerdere audio- en videopoorten, zodat je onder meer een tv-ontvanger, blu-rayspeler, cd-speler en gameconsole kunt aansluiten. Met een receiver luister je desgewenst ook naar muziek via de twee voorste luidsprekers. Lees voor meer informatie het artikel Receiver kopen? Let op deze aandachtspunten.

Stereoversterker kopen?

Bekijk hier alle modellen op een rij!

Prijs-kwaliteitverhouding

Heb je een relatief bescheiden budget? Als je goed geluid belangrijk vindt, investeer je elke euro bij voorkeur in een audio-opstelling met twee kanalen. Binnen dezelfde prijsklasse presteert een stereoversterker in de regel beter dan een receiver. De aanwezige voeding hoeft de beschikbare energie tenslotte maar over maar twee kanalen te verdelen.

Bij een receiver zijn dat er veel meer. Om die reden is er dus minder vermogen per speaker beschikbaar. Het resultaat is een wat vlakker geluid met minder hoorbare details. Bij een stereo-opstelling is de drempel ook nog eens lager om in twee hoogstaande luidsprekers en goede audiokabels te investeren. Wil je een surround-opstelling met ongeveer dezelfde geluidskwaliteit, dan is dat trouwens ook mogelijk, alleen kleeft daar wel een veel hoger prijskaartje aan.

©NAD Electronics

Besteed voor het beste geluid je volledige budget aan een stereoversterker en twee luidsprekers.

Akoestische ruimte

Naast je persoonlijke voorkeuren en budget speelt ook de akoestische ruimte een belangrijke rol. Het is namelijk cruciaal dat de geluidsgolven voldoende 'bewegingsruimte' hebben. Daarom ligt het plaatsen van een uitgebreide surroundset in een kleine (woon)kamer niet voor de hand. Wanneer de geluidsgolven afkomstig van meerdere luidsprekers volop tegen de muren, de vloer, het plafond en overige harde objecten weerkaatsen, ontstaat er een rommelig geluid. Dat ligt onprettig in het gehoor. Kies in een bescheiden ruimte daarom liever voor een stereo-opstelling. Je kunt op bepaalde stereoversterkers eventueel een subwoofer aansluiten. Creëer op die manier evengoed een thuisbioscoop met nadreunende bastonen.

Kijk je in een behoorlijke ruimte naar films of speel je games? Je kunt overwegen om meerdere luidsprekers in de kamer te plaatsen. Een uitgebalanceerd surroundgeluid heeft dan wel degelijk meerwaarde. Zorg wel voor een goede positie van de speakers. Bovendien is het noodzakelijk om lange kabels aan te leggen. Meer informatie over het verbinden van luidsprekers lees je in het artikel Zo sluit je het best een receiver aan.

©Dali

Een effectieve surround-opstelling vereist een behoorlijke akoestische ruimte.

Conclusie

Houd bij de aanschaf van een geschikt audiosysteem rekening met je persoonlijke voorkeuren, budget en akoestische ruimte. De kunst is om hiertussen de juiste balans te vinden. Heb je eenmaal een keuze gemaakt, dan vind je volop receivers of stereoversterkers in uiteenlopende prijsklassen.

▼ Volgende artikel
Beheren en controleren: zo werkt de wachtwoordkluis van Edge
© Kishan - stock.adobe.com
Huis

Beheren en controleren: zo werkt de wachtwoordkluis van Edge

Op internet heb je veel wachtwoorden nodig. Geen stress, want Microsoft Edge is een van de browsers die je wachtwoorden opslaat. Edge waarschuwt als bepaalde wachtwoorden niet meer veilig zijn. Bovendien kun je alle gebruikte wachtwoorden bekijken, wijzigen en kopiëren.

In drie stappen laten we zien hoe het wachtwoordbeheer binnen Edge werkt:

  • Open de Portemonnee om je opgeslagen wachtwoorden te zien
  • Bekijk of er zwakke of gelekte wachtwoorden zijn
  • Kopieer en/of bewerk de opgeslagen wachtwoorden

Lees ook: 🔓 Zo log je zonder wachtwoord in bij Windows

Stap 1: Portemonnee

Als je Edge open hebt staan, moet je bij de Instellingen zijn. Op de computer ga je daarvoor naar de drie puntjes rechtsboven. Gebruik je een mobiele versie van Edge, dan vind je onderaan drie puntjes of drie balkjes onder elkaar. Tik of klik op Instellingen. In de linkerbalk zie je een aantal categorieën. Zorg dat de Profielen geselecteerd zijn. Rechts zie je de groep Portemonnee. Klik of tik op de knop Portemonnee openen. Dan kom je in Microsoft Wallet, die ze hier Portemonnee noemen. Selecteer in de linkerbalk de optie Wachtwoorden.

In dit voorbeeld heeft Edge de wachtwoorden van 86 sites en apps verzameld.

Stap 2: Wachtwoordcontrole

Nu krijg je een lijst met websites waarvan Edge de wachtwoorden heeft opgeslagen. Zijn er wachtwoorden buitgemaakt in een datalek, dan staan ze bovenaan die lijst. Als dat het geval is, dan selecteer je Details van lekkage weergeven. Edge somt trouwens niet alleen de gelekte wachtwoorden op, maar ook de wachtwoorden die je verschillende keren gebruikt. Op het laatste tabblad staan eventuele zwakke wachtwoorden. Om zo’n onveilig wachtwoord te bekijken, klik of tik je op het oogje en moet je ter controle de pincode of het wachtwoord van je account invoeren. Hier staat ook een knop om dit onveilige wachtwoord te wijzigen en het nieuwe op te slaan.

Twee wachtwoorden zijn uitgelekt.

Hoe belangrijk sterke wachtwoorden zijn?

Dat lees je in dit boek van Daniël Verlaan

Stap 3: Bewerken

Terug naar de lijst websites met opgeslagen wachtwoorden. Wanneer je het wachtwoord wilt zien, klik of tik je op het pijltje achter de naam van de website. Geef weer je pincode of hoofdwachtwoord in om de gegevens te zien. Achter ieder wachtwoord staat een knop om de gegevens met één klik te kopiëren. In de desktopversie is er ook een optie Bewerken om dit wachtwoord te wijzigen. In de mobiele versie van Edge kun je het wachtwoord bewerken op dezelfde pagina waar je het bekijkt. Ten slotte is het mogelijk om bij iedere webdienst een notitie toe te voegen. In de desktopversie kun je zelfs een categorie toevoegen om de lijst met wachtwoorden overzichtelijk te houden.

Ieder wachtwoord kun je bekijken en bewerken.

Watch on YouTube