ID.nl logo
Stappenplan: zelf een mediaserver maken op je pc of NAS met Jellyfin
© PXimport
Huis

Stappenplan: zelf een mediaserver maken op je pc of NAS met Jellyfin

Heb je een grote collectie films, video’s, foto’s en muziek, maar vind je het lastig om snel de gewenste media te vinden? Gebruik dan Jellyfin: een gratis mediaserver voor je NAS of computer, waarmee je hele collectie voortaan supermakkelijk te doorzoeken en gebruiken is. ID.nl legt stap voor stap uit hoe je met Jellyfin aan de slag kunt..

Wie een grote collectie films, video’s, foto’s en muziek zal waarschijnlijk wel eens moeite hebben gehad om snel de gewenste media te vinden. De gratis mediaserver Jellyfin kan een uitweg bieden. In dit artikel leggen Jellyfin helemaal aan jou uit. We behandelen het volgende:

Er bestaan diverse mediaservers en tot de bekendste horen Kodi, Plex, Emby en Jellyfin. Plex en Emby zijn beide gebruiksvriendelijk, maar voor meer geavanceerde functies moet je helaas de portemonnee trekken. Kodi en Jellyfin zijn beide gratis en opensource, maar Kodi blijkt veel complexer dan Jellyfin. Kortom, wie houdt van opensource, gratis, gebruiksvriendelijk en flexibel komt haast vanzelf bij Jellyfin uit. 

 

Jellyfin is eigenlijk een afsplitsing van Emby en werd door de Emby-community ontwikkeld uit onvrede met de beslissing om Emby deels closedsource te maken en bepaalde features achter een betaalmuur te plaatsen. Jellyfin is beschikbaar voor uiteenlopende platformen, waaronder diverse Linux-distributies, macOS, Windows. Verder is er een portable versie (voor systemen met een .NET Core-runtime) en een Docker-image. Voor bijna alle platformen is er zowel een stabiele als een minder stabiele maar recentere versie beschikbaar. In dit artikel gaan we aan de slag met de meest recente stabiele versie: Jellyfin 10.8.5. We laten je eerst zien hoe je Jellyfin op een Synology-NAS met Docker-ondersteuning installeert en vervolgens hoe je Jellyfin op een pc met Windows 11 zet. 

De interface van Jellyfin is prettig vormgegeven en erg gebruiksvriendelijk. 

Jellyfin installeren op een NAS 

Als je over een NAS met Docker-ondersteuning beschikt, dan is het wel zo handig als je een mediaserver als Jellyfin op dat apparaat installeert. Immers, je NAS is waarschijnlijk (bijna) continu ingeschakeld en makkelijk bereikbaar vanuit je thuisnetwerk – en wellicht ook van buitenaf. We laten je zien hoe je dit voor elkaar krijgt op een Synology-NAS, op een DS220+ met DSM 7.0. 

 

Start de Docker-app in het Synology Package Center, open het onderdeel Image, klik op Toevoegen en kies Toevoegen van URL. Bij Pagina Hub of opslagplaats-URL kun je jellyfin/jellyfin of linuxserver/jellyfin invullen, afhankelijk van de gewenste image-bron. Wij kozen voor de tweede, omdat we goede ervaringen hebben met de Docker-images van de site linuxserver.io: deze zijn gestandaardiseerd, krijgen regelmatig updates en zijn vaak voorzien van degelijke documentatie. In de praktijk maakt het echter niet zoveel uit welke van beide image-varianten je installeert. Voor wie graag experimenteert: je kunt zelfs beide naast elkaar installeren, weliswaar elk op een andere lokale poort. 

 

Bevestig je image-keuze met Toevoegen en wacht af tot deze is geladen en je bij Kies tag de gewenste versie kunt installeren. We raden je aan hier latest te selecteren, voor de meest recente stabiele versie. In principe kun je ook voor een ‘nightly version’ gaan, maar weet dat deze wellicht minder stabiel zal zijn. Bevestig met Selecteren en wacht af tot de download compleet is (circa 800 MB voor linuxserver/jellyfin en 946 MB voor jellyfin/jellyfin). 

Het toevoegen van een Jellyfin-image in de Docker-app van je Synology-NAS is zo gebeurd. 

Configuratie container 

Selecteer het opgehaalde image in de rubriek Image en druk op Starten. Geef de container een naam (bijvoorbeeld linuxserver-jellyfin1) en klik op Geavanceerde instellingen. Op het tabblad Volume klik je op Map toevoegen en verwijs je naar de map waarin je alle media voor Jellyfin wilt plaatsen (desnoods maak je de gewenste map via Map maken). Selecteer deze en vul bij Pad koppelen het gewenste ‘mount path’ in, bij voorkeur /media. Open ook even het tabblad Poortinstellingen. Je zult zien dat de Containerpoort ingesteld staat op 8096 (voor http, voor https is dit 8920). 

 

Wellicht staat bij Lokale poort de optie Automatisch ingesteld, wat maakt dat je de Jellyfin-server vanaf je netwerk doorgaans op dezelfde poort als de containerpoort kunt bereiken, maar je kunt hier dus zelf ook een andere lokale poort intikken als je hier de voorkeur aan geeft. Dit hebben wij bij wijze van experiment gedaan om de twee image-varianten op verschillende poorten te laten draaien. Bevestig met Toepassen

 

Je vindt het toegevoegde image nu terug in de rubriek Container waar je die kunt in- en uitschakelen. Rechtsklik op je container en kies Details voor alle relevante informatie, op de tabbladen Overzicht, Proces, Logboek en Terminal

Als het goed is, kun je de mediaserver nu bereiken vanuit je netwerk door in je browser <ip-adres-nas>:<ingesteld-lokaal-poortnummer> in te tikken, bijvoorbeeld: http://192.168.0.105:8096. Hoe het verdergaat, lees je vanaf paragraaf 4. 

Je kunt op elk moment een statusoverzicht van de toegevoegde containers opvragen.

 

Jellyfin installeren in Windows 

Heb je geen NAS, dan kun je Jellyfin natuurlijk ook op een eventueel wat oudere pc installeren. Die moet dan natuurlijk wel zijn ingeschakeld om media via de server te kunnen streamen. Dit kan zowel op Linux, macOS als Windows. We nemen een pc met Windows 11 als voorbeeld. 

 

Download het installatiebestand (van de stabiele versie) via Jellyfin Stable Windows Archives en start het met een dubbelklik. Klik op Next en I Agree. In het volgende venster moet je kiezen tussen Basic Install en Install as a Service. Deze laatste is iets handiger aangezien je dan niet bij Windows hoeft aangemeld te zijn om de server toch te kunnen bereiken, maar het maakt het delen van bibliotheken wel iets lastiger (zie ook de volgende paragraaf) en mogelijk werkt hardware-acceleratie dan niet (meer informatie hierover vind je via jellyfin.org

 

Bevestig met Next en stel de installatie- en de datamap in. Had je voor Install as a Service gekozen, dan laat je het best Use Network Service account geselecteerd en plaats je een vinkje bij Start Service after Install. Je start de installatie met de knop Install

 

Als het goed is, laat de mediaserver zich nu vanaf een browser op die pc bereiken via http://localhost:8096

Installeren als een service heeft zo zijn voordeel, maar kan ook nadelen hebben. 

Basisconfiguratie van Jellyfin 

De eerste keer dat je de webinterface van Jellyfin start, moet je nog een en ander configureren. Allereerst wordt om de weergavetaal gevraagd. Standaard staat deze ingesteld op English, maar wij kiezen voor Nederlands. Druk op Volgende en vul de velden Gebruikersnaam en Wachtwoord (2x) in voor het beheerdersaccount. Klik op Volgende voor het beheer van je mediabibliotheken. Klik hier op Voeg Media Bibliotheek toe, duid het beoogde Inhoud type aan, zoals Films, Muziek, Series of Foto’s en vul een Weergave naam in. Klik op het plusknopje bij Mappen en verwijs naar de gewenste mediamap(pen) voor deze bibliotheek. Je kunt hier tevens een UNC-pad naar een gedeelde netwerkmap invullen, zoals \\nas\toon\jellyfin\films

 

Verschijnt er een foutmelding over een ontoegankelijk pad, dan heb je wellicht een installatie als een service gekozen. Deze draait namelijk onder een specifiek account (doorgaans Network service) en dit account heeft wellicht geen toegang tot de beoogde map. Dit kun je oplossen door de machtigingen van die map aan te passen door het contextmenu van die map in de Verkenner te openen, Eigenschappen te kiezen en op het tabblad Beveiliging via Toevoegen de gebruiker NETWORK SERVICE de benodigde rechten toe te kennen. Klik op OK om je bibliotheek te maken, waarna je eventueel nog andere bibliotheken kunt toevoegen. 

 

Voeg alle gewenste mediabibliotheken aan je server toe. 

 

Bibliotheekconfiguratie 

Een bibliotheek toevoegen kan dus zo eenvoudig zijn, maar dan ga je wel voorbij aan enkele interessante opties en functies. Klik maar even op het knopje met de drie puntjes bij zo’n toegevoegde bibliotheek. Naast opties als Naam wijzigen, Scan bibliotheek en Verwijderen vind je hier ook Bibliotheek beheren. Wanneer je die optie selecteert, kun je mappen verwijderen en toevoegen, maar ook diverse opties instellen, afhankelijk van het eerder ingestelde inhoudstype. We bekijken er enkele. 

 

Zo plaats je het best een vinkje bij Prefereer ingesloten titels boven bestandsnamen wanneer de bestandsnamen van je media de bestandsinhoud niet duidelijk genoeg maakt. Plaats je bij Metadata Opslag een vinkje bij Nfo, dan zal Jellyfin de metadata en de afbeeldingen naar de mappen van je media kopiëren in plaats van die in zijn eigen programmamap te bewaren. Vind je zulke NFO-bestanden wat ontsierend, dan laat je dit vinkje beter weg. 

 

Verder kun je ook afbeeldingen bij video’s laten downloaden, waarbij je via de optie Afbeeldingen opslaan in mediamappen instelt of die in de mediamappen zelf mogen terechtkomen. 

 

Onderaan geef je aan wat er met hoofdstukafbeeldingen van video’s en films dient te gebeuren. Plaats je een vinkje bij Inschakelen uitpakken van hoofdstuk afbeeldingen, dan kun je scènes makkelijker herkennen tijdens het voorwaarts spoelen. Houd er wel rekening mee dat het aanmaken van zulke selectiemenu’s behoorlijk intensief is en enkele extra GB’s aan schijfruimte kan vergen. 

Er zijn verschillende, meer geavanceerde functies beschikbaar die je voor je bibliotheken kunt instellen. 

Verdere configuratie 

Ben je klaar met je bibliotheken, dan kun je vanuit het venster de bibliotheken op Volgende drukken en de globale taal- en landinstelling selecteren, zoals Dutch; Flemish en Belgium of Netherlands. De landkeuze heeft trouwens ook een effect op de leeftijdscategorie: zie de volgende paragraaf). In het volgende venster geef je aan of je ook connecties op afstand met je Jellyfin-server wilt toestaan. Het vinkje bij Schakel automatisch poort vertalen in (lees: activeer UPnP) laat je het best weg. Het lijkt ons veiliger dat je dan via een VPN-verbinding werkt of dat je zelf de poort in je router gaat doorlussen. Klik op Volgende en rond de configuratie af met Voltooien. Na je aanmelding met je beheerdersaccount klik je dan op het menu (het knopje met de drie streepjes links boven) om het hoofdmenu te openen. 

Het hoofdmenu van de Jellyfin-server. 

Gebruikers 

In dit hoofdmenu tref je onder meer de rubriek Administrator aan. Selecteer hier Dashboard voor allerlei technische informatie over je serverinstallatie, zoals het versienummer, het aantal actieve apparaten en gebruikers, het ip-adres, de paden enzovoort. Je vindt hier tevens knoppen om de server af te sluiten en te herstarten. 

 

Behalve Dashboard vind je in de linkerkolom onder meer het menu Gebruikers. Hiermee kun je extra personen, zoals andere gezinsleden, toegang geven tot de mediabibliotheken van Jellyfin. Klik hiervoor op de plus-knop naast Gebruikers, vul de velden Naam en Wachtwoord in en plaats een vinkje bij de bibliotheken waar de gebruiker toegang tot mag krijgen. Of je plaatst meteen een vinkje bij de optie Toegang tot alle bibliotheken inschakelen. Bevestig met Opslaan

 

Druk op het knopje met de drie puntjes naast een gebruiker en kies Openen om in detail alle rechten en andere opties in te stellen. Zo bepaal je op het tabblad Profiel welke diensten en functies die mag gebruiken, zoals: 

 

- Externe verbindingen met deze server toestaan

- Deze gebruiker kan de server beheren

- Media afspelen toestaan

- Wissen van media toestaan van [kies bibliotheek] enzovoort. 

 

Voor kinderen kan het tabblad Ouderlijk toezicht nuttig zijn. In het uitklapmenu bij Maximaal toegestane kijkwijzer classificatie kun je namelijk een leeftijdscategorie instellen, zoals NL-AL, BE-12 enzovoort, afhankelijk van het gekozen land. Bij Blokkeer items met geen of niet herkende beoordelingsinformatie kun je specifieke media als Films en Series blokkeren indien die geen leeftijdsaanbeveling bevatten. 

 

Als beheerder bepaal je zelf wat welke gebruiker mag of niet mag. 

 

Extra instellingen en opties 

Er is nog een hele reeks andere instellingen. Zo vind je bij Server / Afspelen onder meer opties om hardware-acceleratie in te schakelen voor het transcoderen van video, althans voor compatibele grafische kaarten van onder meer Nvidia, AMD en Intel. Je zult zelf moeten uitzoeken wat voor de gpu de optimale instellingen zijn. Op het tabblad Streamen stel je eventueel een bitrate-limiet (in Mbps ofwel Mbit/s) in om te vermijden dat externe apparaten die videostreams van je Jellyfin-server opvragen, teveel bandbreedte vereisen. 

 

In de rubriek Apparaten / DNLA bepaal je of de Jellyfin-server ook als DLNA-server mag optreden, zodat UPnP-compatibele apparaten op je netwerk door de media kunnen navigeren om deze af te spelen. Bij Standaard gebruiker leg je vast van welke gebruiker de bibliotheken standaard op de aangesloten apparaten moeten worden weergegeven. In de rubriek Geavanceerd / Netwerken kun je onder meer het lokale https-poortnummer aanpassen (standaard is dit 8920) en ook het SSL-certificaatpad evenals het bijbehorende wachtwoord invullen. Is hier de optie Externe verbindingen met deze server toestaan aangevinkt, dan kun je bij Externe IP-adressen filter eventueel nog kwijt welke ip-adressen op afstand met je Jellyfin-server mogen verbinden. 

 

Interessant is tot slot de rubriek Geavanceerd / Logboeken: als de logfunctie is geactiveerd, krijg je hier toegang tot logboeken die op dagelijkse basis worden bijgehouden, wat nuttig kan zijn bij het oplossen van problemen. 

Onder de rubriek Geavanceerd vind je allerlei netwerkinstellingen. 

 

Plug-ins 

Helemaal onderaan vind je ook de rubriek Plug-ins, waar standaard al een handvol plug-ins geïnstalleerd is: AudioDB, MusicBrainz, OMDb, Studio Images en TMDb. Op het tabblad Catalogus zijn er nog dertig plug-ins beschikbaar, opgedeeld in rubrieken als Live TV, Metadata en Notifications. In veel gevallen volstaat het op zo’n plug-in te klikken en daarna op Install te klikken, waarna je de server in de meeste gevallen even moet herstarten. Je vindt de toegevoegde plug-in vervolgens op het tabblad Mijn Plugins, waar je de gewenste server verder kunt configureren via het bijbehorende knopje met de drie puntjes en de optie Instellingen

 

We nemen de plug-in Open Subtitles even als voorbeeld. Klik hierop en klik op Install. Herstart je server, ga naar Plug-ins / Mijn plugins en klik op de drie puntjes bij Open Subtitles. Vul je de velden Gebruikersnaam en Wachtwoord in van je account bij www.opensubtitles.com (zonder API kun je tot twintig ondertitels per dag downloaden). Dit regel je via Bibliotheken, waar je bij een filmbibliotheek op de knop met de drie puntjes klikt en Bibliotheek beheren kiest. Na de installatie van Open Subtitles kun je onderaan alle nodige instellingen kwijt met betrekking tot het downloaden en weergeven van ondertitels. 

Na het installeren van de plug-in Open Subtitles duiken in je filmbibliotheek automatisch een aantal ondertitelingsopties op. 

 

Client-app 

Je server is nu helemaal in orde en ook je bibliotheken zijn inmiddels aardig aangevuld. Mooi, maar je wilt natuurlijk van al deze media kunnen genieten. Dit kan vanuit je browser, door te surfen naar <ip-adres-server>:<serverpoort>, bijvoorbeeld http://192.168.0.105:8096. Je hoeft hier maar een bibliotheek te openen en aan te geven wat je wilt afspelen. 

 

Alleen hoef je dit niet per se vanuit je browser te doen. Er zijn namelijk ook diverse client-apps voor Jellyfin beschikbaar. Je vindt een overzicht op https://jellyfin.org/clients, zowel voor smart-tv’s en mediaspelers als Roku, Android TV, Google Cast en AirPlay, maar ook desktop-apps als Kodi en Jellyfin Media Player, en mobiele apps voor onder meer iOS, iPadOS en Android. 

 

We nemen de Android-app als voorbeeld. Instaleer Jellyfin vanuit de Google Play Store (deze app vereist wel Jellyfin Server 10.7 of hoger). Start de app. Bevindt je smartphone zich in hetzelfde netwerk als je Jellyfin-server, tik dan op Kies Server. Als het goed is, verschijnt de server bij Beschikbare servers en hoef je die maar te selecteren om, na een correcte aanmelding, de media te kunnen bekijken en af te spelen op je apparaat. 

 

Je kunt natuurlijk ook handmatig het ip-adres of de hostnaam met de juiste serverpoort intikken om een verbinding te maken. In de app tref je als het goed is tevens de knop Afspelen op aan, waarmee je de media onder meer naar je Google Chromecast kunt streamen. Veel kijk- en luisterplezier met Jellyfin! 

De Jellyfin-bibliotheken, vanaf de Android client-app. 

 

▼ Volgende artikel
Hisense in 2025: nieuwe modellen en miniled-verbeteringen
© Eric Beeckmans | ID.nl
Huis

Hisense in 2025: nieuwe modellen en miniled-verbeteringen

Het 2025-aanbod van Hisense focust zich duidelijk op de verbetering van miniled, zo blijkt uit het persevent waar wij aanwezig waren. Lichte verbeteringen van het aantal zones en piekhelderheid zijn de grootste vernieuwingen. Bij de topmodellen is er een opmerkelijke vernieuwing met rgb-miniled, al zal dat voorlopig alleen in een extreem grote maat beschikbaar zijn.

We beginnen met een groot model. De UXQ is een schoolvoorbeeld van wat een vlaggenschip wordt genoemd. Het model is alleen beschikbaar in een 116 inch beeldmaat. Maar het is niet dat enorme formaat waarmee deze tv opvalt. De UXQ maakt gebruik van een gloednieuwe rgb-miniled-achtergrondverlichting. Daarin is elke miniled samengesteld uit een aparte rode, groene en blauwe miniled. Daardoor kan de UXQ niet alleen dimmen in enorm veel zones (een exact cijfer kregen we niet) om contrast te verbeteren, maar kan hij in die zones ook de kleuren individueel dimmen. Die aanpak heeft belangrijke voordelen.

De UXQ heeft een hogere helderheid (tot 10.000 nits), een breder kleurbereik (tot 97% Rec.2020) en efficiënter energieverbruik (tot 20% ten opzichte van qd-oled). Dat zijn bijzonder indrukwekkende getallen. Maar het mag wel duidelijk zijn dat dit toestel niet voor iedereen zal zijn. De 116 inch UXQ komt beschikbaar in de tweede helft van 2025.

Uitgebreid miniled-aanbod

Bij de miniled-modellen (te herkennen aan de vermelding miniled ULED), is er een nieuwkomer. De E8Q is nu het goedkoopste miniled-model. Hij voegt zich bij de U8Q, U7Q Pro en U7Q. Al die toestellen ondersteunen Dolby Vision IQ en HDR10+ Adaptive. Voor het eerst zijn er modellen met vier HDMI 2.1-poorten (de UXQ en de U7Q Pro). Verversingssnelheden gaan tot 165Hz (vanaf de U7Q Pro) en er is ondersteuning voor FreeSync Premium (vanaf de E8Q). Grote modellen winnen aan populariteit en Hisense komt om die reden met een ruim aanbod van tv's van 100 inch. Zowel de U8Q, U7Q Pro, U7Q en E7Q Pro zijn beschikbaar in die maat.

U8Q: heldere topper

De U8Q was helaas nog niet te zien op het Hisense-event, maar het toestel belooft in elk geval topprestaties. Deze miniled QLED-tv zal tot 5.000 nits piekhelderheid leveren; dat is een stevige upgrade tegenover de 3000 nits van vorig jaar. De achtergrondverlichting is onderverdeeld in 1000 tot 6000 zones. De tv is uitgerust met een Anti-Reflection Pro-laag en gebruikt een 4.1.2-kanaals audioconfiguratie. Het toestel beschikt over slechts drie HDMI 2.1-poorten die allemaal tot 4K165Hz aankunnen. De vierde HDMI-poort is vervangen door een usb-c-poort waar een DisplayPort-signaal doorheen kan lopen, erg handig voor moderne laptops. Het is voor het eerst dat we dit op een tv terugzien.  De Hisense U8Q is beschikbaar in 100, 85, 75, 65 en 55 inch.

U7Q Pro: premium middenklasse

De U7Q Pro moet het focusmodel van Hisense worden. De miniled QLED-tv is beschikbaar in 100, 85, 75, 65 en 55 inch. Met 300 tot 1000 zones in de achtergrondverlichting en een piekhelderheid van 2000 nits biedt ook dit model een stevige upgrade tegenover de voorganger. Voor gamers is deze televisie uitgerust met vier HDMI 2.1-poorten die tot 4K165Hz aankunnen. Een anti-reflectie-laag moet de contrastprestaties bij omgevingslicht verbeteren.

©Eric Beeckmans | ID.nl

U7Q: mainstream model in veel maten

Vorig jaar was de U6N het instap miniled-model; die plaats is nu ingenomen door de E8Q. De U6N kreeg een upgrade en is nu de U7Q. Samen met de U7Q Pro is dit een focusmodel voor Hisense. De miniled achtergrondverlichting gebruikt 100 - 600 zones, en levert een piekhelderheid tot 1.000 nits. Daarmee lijkt het prima uitgerust voor betaalbaar filmplezier. Er zijn vier HDMI-poorten waarvan twee HDMI 2.1 met een 48-144Hz refreshrate en ondersteuning voor AMD FreeSync Premium. De U7Q is beschikbaar in 100, 85, 75, 65, 55 en 50 inch.

©Eric Beeckmans | ID.nl

E8Q: de goedkoopste miniled

Een nieuw model dat ook mikt op gamers, maar dat wel een miniled QLED-achtergrondverlichting biedt met rond de 120 tot 240 zones. De maximale helderheid bedraagt 600 nits, en hij beschikt over vier HDMI-poorten waarvan twee HDMI 2.1 met een 48-144Hz refreshrate en ondersteuning voor AMD FreeSync Premium. De E8Q is beschikbaar in 75, 65 en 55 inch.

©Eric Beeckmans | ID.nl

E7Q Pro: instapper voor gamers

Met dit model hoopt Hisense gamers te verleiden. De E7N Pro gebruikt een Full Array QLED achtergrondverlichting  en beschikt over vier HDMI-poorten waarvan twee HDMI 2.1 met een 48-144Hz refreshrate. De E7Q Pro is beschikbaar in 100, 85, 75, 65 en 55 inch.

©Eric Beeckmans | ID.nl

TV als kunst: S7NQ Canvas TV

Hisense mikt net als Samsung en TCL op mensen die de tv willen laten dubbelen als kunstwerk. De S7NQ Canvas TV is enkel beschikbaar in 55 inch en werd vorig jaar in het najaar geïntroduceerd. Het toestel gebruikt een edge-led QLED-achtergrondverlichting die tot 400 nits levert, heeft een 144Hz refreshrate en een mat scherm om reflecties te weren. De omlijsting is beschikbaar in drie kleuren (wit, licht hout en donker hout).

©Eric Beeckmans | ID.nl

Het smart tv-platform: VIDAA U9

VIDAA U heeft, net als de andere smart tv-platformen, een relatief stabiele vorm bereikt. Er is voor versie 9 wat gesleuteld aan de lay-out. Zo staat de rij met persoonlijke aanbevelingen nu bovenaan, met op de eerste plaats de meest recente bron. De favoriete apps staan eronder, met daar op de eerste plaats de ingangen. Zodra je het pictogram van de ingangen selecteert, verschijnen de mogelijke keuzes onderaan.

©Eric Beeckmans | ID.nl

Selecteer je een app, dan zie je aanbevelingen uit die app. Verder is er in de navigatiebalk links een sectie voor games en een voor kindercontent bijgekomen. De selectie lokale apps is wat verder uitgebreid. Zo is de app voor Tv Vlaanderen/Canal Digitaal er bijgekomen en voor België is alvast Streamz en VTM Go bevestigd. Voor een volledige lijst is het wachten op de eerste testen.  VIDAA U heeft nu ook MultiView toegevoegd waarbij je twee bronnen tegelijk op het scherm zet.

©Eric Beeckmans | ID.nl

▼ Volgende artikel
Overzichtelijke teksten: zo voeg je kop- en voetteksten toe
© Andreas Prott - stock.adobe.com
Huis

Overzichtelijke teksten: zo voeg je kop- en voetteksten toe

Met kop- en voetteksten in Microsoft Word zorg je ervoor dat de lezer de draad niet kwijtraakt in de structuur van lange teksten. Ze bevatten doorgaans belangrijke informatie, zoals de paginanummering, de naam van de auteur en de titel van een hoofdstuk. Ook kun je telkens een andere kop- en/of voettekst instellen voor ieder hoofdstuk.

In dit artikel laten we zien hoe je in drie stappen kop- en/of voetteksten aan je document kunt toevoegen:

  • Eerst plaats je eindemarkeringen (sectie-einden)
  • Vervolgens voeg je kop-/voetteksten toe

Lees ook: Kop- en voettekst in Excel stel je zo in

Eindemarkeringen plaatsen

Om delen van een tekst een andere indeling te geven, gebruik je secties. Op die manier kun je bijvoorbeeld zorgen dat pagina 1 tot 5 uit doorlopende tekst bestaat, maar dat daarna de tekst in twee kolommen moet verschijnen. Secties zijn ook de manier om verschillende kop- en voetteksten in hetzelfde document toe te passen. Denk aan een document dat bestaat uit een inleiding en vijf hoofdstukken. Elk hoofdstuk willen we van aparte koptekst voorzien. Plaats de muisaanwijzer voor het eerste hoofdstuk en voeg een sectie-einde toe. Via het tabblad Indeling en de knop Eindemarkeringen plaats je een sectie-einde, namelijk een Pagina-einde.

Plaats een sectie-einde van het type Pagina-einde.

Eindemarkeringen controleren

Je kunt die sectie-einden beter zien door te klikken op de knop Alles weergeven in het tabblad Start. Deze knop noemt men vaak ook 'onzichtbare tekens'. Je roept deze functie nog gemakkelijker op met Ctrl+Shift+8. Ook bij de volgende hoofdstukken voeg je op dezelfde manier telkens een sectie-einde van het type Volgende pagina toe. Daarbij kun je ook de F4-toets gebruiken. Deze combinatie herhaalt telkens de laatste handeling. Dat gaat dus een stuk sneller.

Door de onzichtbare tekens weer te geven, worden de eindemarkeringen zichtbaar.

Kop- en voetteksten toevoegen

Wanneer je alle sectie-einden hebt toegevoegd, kun je de kopteksten aanbrengen. Op de eerste pagina dubbelklik je op de koptekst. Het tabblad Kop- en voettekst verschijnt dan. In het label lees je dat dit Koptekst (Sectie 1) is. Als je wilt dat de eerste pagina geen koptekst mag hebben, dan zet je een vinkje bij Eerste pagina afwijkend. Met de knop Volgend ga je naar de volgende koptekst. Op die manier kun je telkens een andere tekst invullen als koptekst. Dit werkt trouwens hetzelfde bij voetteksten. Wanneer de knop Aan vorige koppelen actief is, wordt deze koptekst dezelfde als de vorige sectie. Als je dat niet wilt, moet je deze optie uitschakelen. Als je nu door het document gaat, zul je zien dat er verschillende kopteksten staan.

Voeg de nieuwe inhoud aan de kopteksten toe.