ID.nl logo
Usb-soorten: Alles over poorten, aansluitingen en hubs
© Reshift Digital
Huis

Usb-soorten: Alles over poorten, aansluitingen en hubs

Een computer zonder usb-aansluiting is ondenkbaar. Die poorten op je pc zijn heel erg handig, maar tegelijkertijd is er nog altijd veel onduidelijk over de verschillende standaarden, connectoren en versies. In dit artikel lees je alles over usb, wat de verschillen zijn tussen usb-soorten en dus waarom de ene usb-kabel de andere niet is.

Usb is een zegen voor de computerliefhebber. Voordat de standaard Universal Serial Bus bestond, was er een wildgroei aan connectoren, technologieën en standaarden op de pc. Printers sloot je aan via parallelle poorten, muizen en toetsenborden moest je in de PS/2-poorten steken en andere apparaten moest je via uitbreidingskaarten op SCSI-, seriële- en games-poorten aansluiten. 

In 1995 bundelden Compaq, Microsoft, IBM, Intel, DEC, Nortel en NEC hun krachten en begonnen aan de ontwikkeling van een standaard om allerlei apparaten via één aansluiting op pc’s aan te kunnen sluiten. Een jaar later werd usb 1.0 al geïmplementeerd in de eerste computers. De connector die we daarvoor kregen, bestaat nog steeds en is 26 jaar na dato nog steeds op vrijwel alle pc’s terug te vinden.

Die mag dan nog steeds hetzelfde zijn, de snelheid waarmee data doorgevoerd kan worden met deze verbinding is ondertussen exponentieel gestegen. Usb 1.0 had een doorvoersnelheid van maximaal 1,5 Mbit/s, usb 1.1 verhoogde dit naar 12 Mbit/s. Usb 2.0 kwam in 2000 op de markt en kon 480 Mbit/s doorvoeren. Hiermee werd het interessant om harde schijven via een usb-aansluiting met de pc te verbinden. 

Usb 3.0 werd acht jaar later uitgebracht en had al een snelheid van 4,8 Gbit/s, usb 3.1 kan zelfs 10 Gbit/s door de kabel en connector pompen, een enorm verschil dus. De nieuwste standaard, usb 4.0, zal de komende jaren op computers te vinden zijn, en komt met een snelheid van maximaal 40 Gbit/s.

©PXimport

Oude apparatuur

Heb je oude apparatuur die bijvoorbeeld nog een sata-aansluiting heeft, dan kun je die gelukkig nog wel gewoon op je huidige pc aansluiten. Sata-naar-usb-adapters vind je genoeg in de online winkels. Let er bij oude apparaten wel op dat er nog een driver voor beschikbaar is en ze ondersteund worden door je besturingssysteem.

Data overzetten

Verschillende type data kunnen via usb van het ene naar het andere apparaat gestuurd worden. Zo kun je gegevens van een opslagmedium via usb op een pc bekijken en ook data van de pc via usb op het opslagmedium zetten. Ook kun je midi-data van een muziekinstrument naar je pc sturen. Of apparaten opladen middels een usb-kabel. 

Het opladen van apparaten via usb was al vanaf het begin af aan mogelijk, al gebeurde dat lange tijd maar met een vermogen van 500 mAh. De nieuwste usb-versies kunnen dit met een vermogen van 2000 mAh.

©PXimport

Usb-connectoren

Usb kan verschillende gedaantes aannemen, een van de meest bekende is die van een platte connector met voor de helft een sleuf, dit is een usb-a-connector. Deze connector vind je nog wel terug op computers. Een usb-a-kabel heeft aan de andere kant vaak een usb-b-connector. Dit is een bijna vierkante stekker met twee afgeronde hoeken. Dit soort aansluitingen vind je vaak op grote apparaten die je met een pc wilt verbinden, aangezien de stekker best wat ruimte inneemt. Voorbeelden zijn bijvoorbeeld een printer of een grote externe harde schijf. 

Kleinere apparaten hebben een mini-b-connector, deze zijn qua grootte ongeveer de helft van een normale b-stekker. De micro-b-stekker is de kleinste optie en vind je op smartphones, powerbanks en e-readers, maar tegenwoordig wel telkens minder. 

Voor de snellere usb3-standaard zijn nieuwe connectoren bedacht, omdat deze verbinding wezenlijk sneller is dan usb 1 en usb 2. Het is dan ook belangrijk de juiste kabels te gebruiken als je gebruik wilt maken van de hogere snelheid. De a-stekker ziet er hetzelfde uit als bij usb 1 en 2, met het verschil dat de binnenkant meestal blauw is. 

De usb3-b-connector ziet eruit alsof er een b- en micro-b-aansluiting op elkaar zijn geplaatst. De usb3-micro-b-connector lijkt op een normale micro-b-stekker met een tweede micro-connector ernaast. Vrijwel altijd zijn deze usb3-stekkers blauw. Usb2-kabels zijn meestal zwart vanbinnen, usb1-kabels meestal wit. Sommige fabrikanten houden zich echter niet aan deze conventies, check dus altijd welke usb-standaard een connector ondersteunt.

©PXimport

Usb-c

Sinds een paar jaar is er een nieuwe usb-connector, genaamd usb-c. Deze connector is plat en heeft afgeronde hoeken. Beide kanten van de connector zijn hetzelfde, het maakt dus niet uit welke kant je waar insteekt. Ook maakt het niet uit hoe je de kabel in de poort steekt, een probleem dat bij een normale usb-a-stekker er weleens voor zorgde dat je een poort vernielde door de kabel er verkeerdom in te steken. 

Usb-c kan naast data ook stroom, video en audio doorvoeren en biedt ook ondersteuning voor technologieën als Thunderbolt, DisplayPort, HDMI, VGA en DVI. Stroom kan ook door een usb-c-poort lopen, tot wel 100 watt, genoeg om een laptop mee op te laden. Je ziet dan ook steeds vaker laptops die een usb-c-aansluiting hebben om de laptop mee op te laden.

Thunderbolt

Een misverstand is dat Thunderbolt en usb-c dezelfde dingen zijn. Je moet usb-c zien als een verbindingsformaat waardoor verschillende soorten data kunnen lopen. Thunderbolt, ooit bedacht door Intel en Apple, is een specifieke technologie om snel data te kunnen versturen tussen twee apparaten. De technologie (althans versie 3 van Thunderbolt) maakt gebruik van usb-c-connectoren, maar een Thunderbolt-poort wordt vrijwel altijd aangeduid met een bliksemschicht boven de poort of op de connector. 

Als er geen bliksemschicht bij een type c-poort staat, kun je ervan uitgaan dat het geen Thunderbolt-signalen kan doorgeven. Thunderbolt 1 en 2 werken overigens niet met usb-c-connectoren.

©PXimport

Usb-hubs

Als je niet genoeg usb-poorten op je pc hebt, maar toch vijf of zes apparaten aan wilt sluiten, dan heb je een hub nodig. Deze apparaatjes zijn vanaf een tientje te koop, maar er zijn ook docks te koop van honderden euro’s.

De eerste vraag die je jezelf moet stellen is of je een powered hub nodig hebt. Een powered hub sluit je aan op netstroom en kan stroom leveren aan de aangesloten apparaten. Dit heb je nodig als je apparaten aan wilt sluiten die veel stroom verbruiken, zoals printers, externe harde schijven en scanners. De usb-poort op je pc is niet sterk genoeg om al deze apparaten van stroom voorzien als ze op een hub zijn aangesloten. 

Sommige hubs bieden ook andere poorten aan, zoals een sleuf voor een SD-kaartje. De goedkoopste hubs hebben vaak een usb-a-stekker, hubs met een usb-c-aansluiting zijn in veel gevallen iets duurder. Als je voor een usb-c-hub kiest, dan hebben ze soms ook HDMI-poorten of bieden ze Power Delivery (zie de volgende tip) aan. 

Bedenk je van tevoren wat je allemaal op een hub wilt aansluiten, want sommige apparaten vragen veel van je usb-poort en dan is het niet verstandig die poort te delen met allerlei andere apparaten. In de handleiding van een bepaald apparaat is meestal wel te vinden of je het wel of niet op een hub aan kunt sluiten.

©PXimport

Een powered hub sluit je aan op netstroom en kan stroom leveren aan de aangesloten apparaten

-

Stroom via usb-c

Als je wilt dat een hub of usb-poort ook gebruikt kan worden om apparaten op te laden, dan moet je controleren of de poort hiervoor geschikt is en tot welk wattage. Dit wordt aangegeven met Power Delivery of PD. De meeste hubs leveren gemakkelijk een wattage van 60 watt, maar er zijn poorten en hubs die tot wel 100 watt kunnen leveren. 

Vergeet ook niet te kijken of het wattage verdeeld wordt over meerdere poorten (bij een hub) of dat het om een speciale PD-poort gaat die alleen zelf dat wattage levert. In het eerste geval kun je waarschijnlijk niet je laptop ermee opladen. Poorten met PD herken je vaak aan het icoontje van een bliksemschicht dat erbij staat.

©PXimport

Versies combineren

Omdat er zo veel verschillende usb-standaarden en -aansluitingen bestaan, kan het lastig zijn de juiste adapterkabel te vinden voor jouw specifieke geval. Het belangrijkste is dat je een kabel of adapter kiest die niet te langzaam is voor waarvoor jij hem wilt gebruiken. 

Stel, je wilt een harde schijf met een usb2-connector aan een pc met een usb2-poort aansluiten. Zou je hier een usb1-kabel voor gebruiken omdat je die toevallig nog in huis hebt liggen, dan benut je niet de maximale doorvoersnelheid van usb 2.

De doorvoersnelheid en performance geldt uiteraard ook voor de aangesloten apparaten. Als je een harde schijf met een usb2-poort op een laptop met een usb3-poort aansluit met een usb3-kabel, kan de doorvoersnelheid nooit meer zijn dan 480 Mbit/s (de maximale snelheid van usb 2). Usb3-kabels zijn – zoals we in tip 3 al vertelden – te herkennen aan de blauwe binnenkant, maar hebben ook vaak SS op de connector staan, wat staat voor SuperSpeed. 

©PXimport

Compatibiliteit

De standaard usb-poorten zijn backwards compatibel, dit betekent dat je prima een usb-a-kabel van twintig jaar oud op een nieuwere usb3-poort met type a-connector kunt aansluiten en vice versa. Wees je er alleen van bewust dat je dan niet de snelste snelheden zult halen.

Denk er bovendien aan dat usb-kabels niet te lang mogen zijn, de aanbevolen maximumlengte van een usb3-kabel is bijvoorbeeld maar drie meter. Je kunt een usb-kabel wel verlengen, daar heb je dan een actieve verlengkabel voor nodig. Je kunt zo een usb3-kabel tot wel 18 meter verlengen. 

Wel hangt het ervan af wat je met die kabel aansluit. Een lange kabel om een muis of toetsenbord aan te sluiten, is vaak geen probleem, maar wil je veel data of stroom door een lange kabel laten stromen, dan is dat over het algemeen geen goed idee.

Data en/of stroom

Je hebt het waarschijnlijk weleens gehad: je wilt data van je pc naar een smartphone, e-reader of ander apparaat sturen, maar Windows herkent het aangesloten apparaat niet. Het kan zijn dat je usb-kabel stuk is, maar een logischere verklaring is dat je een oplaadkabel probeert te gebruiken voor het kopiëren van data. Er bestaan namelijk usb-kabels die alleen geschikt zijn om apparatuur mee op te laden. 

Een usb-connector heeft vier polen, je kunt ze zien als je de connector van een usb-a-kabel eens goed inspecteert. De twee buitenste polen zijn voor het opladen van apparatuur, de binnenste twee zijn voor het doorvoeren van data. Bij een kabel die alleen kan opladen, zijn de binnenste twee polen niet met draden verbonden.

Vaak kun je van de buitenkant niet zien of dit zo is, maar als het snoer van je kabel erg dun is, kun je ervan uitgaan dat er maar twee draadjes door het snoer lopen en het dus slechts een oplaadkabel is.

©PXimport

Dongles

Er zijn talloze dongles op de markt waarmee je andere apparaten op een usb-poort aan kunt sluiten. Draadloze muizen werken vaak via een dongle die je dan in een vrije usb-poort van je pc steekt. Ook bepaalde software kan via een kopieerbeveiliging-dongle werken, al zien we dat gelukkig tegenwoordig steeds minder vaak. 

Heb je een oude laptop zonder moderne bluetooth-versie, dan kun je via zo’n dongle toch bluetooth 5.0-apparaten op je pc aansluiten.

De toekomst van usb

Usb is here to stay! En dat is maar goed ook, want het heeft ons leven een stuk eenvoudiger gemaakt. Waar we vroeger met allerlei systemen en bijbehorende kabels werden opgescheept, werkt nu vrijwel alles via usb. Toch blijkt uit dit artikel al dat de ene usb-poort de andere niet is. De toekomst van usb ziet er rooskleurig uit. We hadden het in tip 3 al even kort over usb 4, de nieuwe standaard die mondjesmaat in nieuwe pc’s wordt geïmplementeerd. Heeft je laptop een 11de generatie Tiger Lake-processor, dan is de kans groot dat je laptop een usb4-poort heeft.

Ook de nieuwe M1-laptops van Apple hebben usb 4 aan boord. De connector is hetzelfde als die van usb 3 en dus kun je gewoon de type c-poort gebruiken voor stroomtoevoer en dataoverdracht. De maximale doorvoersnelheid is 40 Gbit/s, maar er is ook een variant met een maximale snelheid van 20 Gbit/s. Kijk bij de specificaties van het product welke snelheid wordt ondersteund. Ook op de connector zou dit duidelijk moeten zijn door een logo met het cijfer 20 of 40 erop. 

Usb 4 is ook backwards compatibel, waardoor je een apparaat met een usb4-aansluiting prima op een usb-a-poort kunt aansluiten. De snelheid hangt dan uiteraard wel af van de usb-versie van de usb-a-poort.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Review Baristina Plus Stainless Steel – Foolproof design, smakelijke koffie
© Versuni
Huis

Review Baristina Plus Stainless Steel – Foolproof design, smakelijke koffie

Philips introduceert de Baristina Plus Stainless Steel, een semi-automatische koffiemachine met een roestvrijstalen design en iced coffee-functie. Dit derde apparaat in de Baristina-lijn combineert een robuuste uitstraling met veel gebruiksgemak. Kan er echt niks verkeerd gaan? ID.nl testte het uit.

Uitstekend
Conclusie

Deze machine blinkt uit in gebruiksgemak en het robuuste design zal zeker een grote groep koffiedrinkers aanspreken. Het reservoir bevat genoeg water om de dag door te komen, en er kan eigenlijk niets misgaan tijdens het gebruik. De prijs is stevig vergeleken met de eerder uitgebrachte Baristina Bean Swap, die geen optie heeft voor ice koffie maar wel weer de keuze biedt uit twee soorten koffiebonen. Ben je erg prijsbewust en wil je wel de genoemde functies voor espresso, lungo en ice koffie, maar geef je niks om verse bonen, dan is de L'OR Barista Absolu zeker een optie: die werkt met cups maar is in functionaliteit identiek. Kies je voor je eigen bonen, stijl en gebruiksgemak, dat is de Baristina Plus Stainless Steel een goede keuze.

Plus- en minpunten
  • Stijlvolle uitstraling
  • Gebruiksgemak
  • Meerdere opties voor volume/type koffie
  • Geen handleiding meegeleverd
  • Gevoelig voor vingerafdrukken
  • Prijzig

Ontwerp & specificaties

De Baristina Plus Stainless Steel is een matte, zilverkleurige koffiemachine waarmee je espresso, lungo en cold brew kunt maken van je eigen gewenste soort koffiebonen. In het apparaat zit een grinder die de bonen maalt, de gemalen koffie komt in het portafilter terecht en daarmee zet de Baristina een kop koffie in de gewenste sterkte. De machine is met zijn 5,8 kilo makkelijk te verplaatsen en niet overdreven groot: 35 centimeter hoog, 38 centimeter diep en 15 centimeter breed. De buitenzijde is uitgevoerd in RVS. Smaakvol, maar wel gevoelig voor vingerafdrukken (zoals alle apparaten van roestvrij staal).

©Versuni

Plaats in de Baristina-lijn & techniek

Deze machine is de derde variant in de Baristina-lijn. De eerste, de Baristina, bood in vergelijking met dit apparaat geen ice koffie en was eenvoudiger uitgevoerd. De tweede, de Baristina met Bean swap, bood de gebruikers de keuze om bij elke bak koffie te kiezen tussen twee soorten bonen, of een mix van beide. Dit derde, nieuwe apparaat is een premium-machine die naast een luxe uitstraling de kwaliteit van versgemalen koffie combineert met gebruiksgemak. Als extraatje vergeleken met het instapmodel is er dus de ice coffee-optie. Voor het koffiezetten zet de machine 16 bar pompdruk in voor optimale extractie.

Uitpakken & installatie

De machine zit deugdelijk verpakt in een grote doos met kartonnen bescherming. Er zit geen handleiding bij, alleen een sticker met iconen die aangeven wat er ongeveer moet gebeuren. We vinden dat echt een minpunt; wie nieuw is 'in de koffie' heeft toch wat meer informatie nodig over wat de machine precies kan.

Monteren is een groot woord voor wat je zelf nog moet doen om je eerste kop koffie te zetten. Je pakt het portafilter uit, spoelt het goed om en vult het waterreservoir van 1,2 liter. Dat kan door het reservoir los te halen uit de machine en onder de kraan te vullen. Handiger is het om het klepje bovenaan even open te doen en dan met een kan of maatbeker het water aan te vullen. Bovenin zit een reservoir voor koffiebonen. Ook dit open je met een klepje en vul je tot de rand. Dat is alles!

Bediening & functies

Dit apparaat is duidelijk ontwikkeld voor de koffieliefhebber die houdt van gemak en kwaliteit. De kwaliteit heb je natuurlijk deels zelf in de hand door het type koffiebonen dat je gebruikt. Het gemak uit zich in de bediening van de machine. Aan de bovenzijde zitten verschillende knoppen: een voor espresso, een voor lungo, een voor koffie waar je een ijskoffiedrank mee wilt maken, en een knop voor extra sterke koffie, voor als de standaardinstelling niet voldoende voor je is. Voor de ice coffee wordt de koffie eerst warm gebouwen waarna het doorstroomproces traag verloopt zodat de koffie langzaam afkoelt tijdens het zetten.

De instelling van de molen is niet aanpasbaar, het volume van de koffie in het kopje wel. Hier uit zich het gemis aan een handleiding, deze functie ontdekten we pas toen we op het YouTube-kanaal van Philips wat filmpjes bekeken over de bediening en functies. HIER vind je de betreffende video.

©Versuni

Workflow: van boon tot kop

Je duwt het portafilter in de gleuf links tot deze vastklikt. Dan kies je de gewenste drank, en beweegt (swipet) het portafilter helemaal naar rechts, waar de grinder zit. Het filter zit dan vast en de machine maalt de koffiebonen. Dat maakt uiteraard geluid, vergelijkbaar met andere koffiezetapparaten. Het filter spring terug naar de beginpositie, en de machine zet de gewenste hoeveelheid koffie. Stopt de keuzeknop met knipperen, dan is je 'bakkie' klaar. Het portafilter kun je dan loshalen, ondersteboven boven de vuilnisbak houden en met een druk op de knop de koffiedrab eruit werpen. Dat is alles.

Hier zie je in een Duitstalige video precies hoe dit werkt:

Watch on YouTube

Praktijktest

Koffiemachines moeten natuurlijk getest worden en het liefst door veel verschillende mensen. Ons testexemplaar beleefde de vuurdoop tijdens een drukke verjaardagsvisite, waarbij alle koffiedrinkende bezoekers een kopje Baristina kregen. De vraag was of de machine snel genoeg zou zijn om mensen niet nodeloos lang te laten wachten, en of het geluid van het malen de gesprekken niet zou overstemmen. Voor beide aspecten slaagde de machine met vlag en wimpel. Iedereen was erg te spreken over de smaak van de koffie. Het waterreservoir van 1,2 liter is natuurlijk na enige tijd leeg, dus moet tijdens zulke bijeenkomsten tussentijds wel worden bijgevuld.

Koffiebonen bewaar je niet in de zak uit de supermarkt

Houd ze lang vers in een speciaal bewaarblik

Aandachtspunt

Wel dook er een klein aandachtspunt op. Na enige tijd kwam er nogal waterige koffie met een raar kleurtje uit de machine en klonk het malen ook een beetje gek. De koffiebonen bleken op te zijn. Daar komt verder geen signaal of melding van, maar is iets om in de gaten te houden. Het deksel van het koffiebonen-reservoir is semi-transparant, dus normaliter zou je dat wellicht snel zien. Echter, de machine wordt niet geleverd met een handleiding, maar... met een paarse sticker precies op die plek! Als je die er niet afhaalt, zie je dus niet hoe het gesteld is met de voorraad koffiebonen.

Onderhoud & schoonmaak

De machine heeft verder weinig nodig aan energie van de gebruiker. Het lekbakje is afneembaar en kun je periodiek schoonmaken. Als je zorgt voor voldoende water en bonen en het portafilter elke keer leegmaakt na het zetten van een kopje koffie, kun je een tijd vooruit. Overigens: als je vergeet de drab weg te gooien en aan een nieuwe bak koffie wilt beginnen, kun je het portafilter niet naar de grinder bewegen, dan zit 'ie vast. Je kunt dus nooit verse koffie gemaald krijgen over de drab van een eerdere sessie.

©Versuni

Eindoordeel & alternatieven

Deze machine blinkt uit in gebruiksgemak en het robuuste design zal zeker een grote groep koffiedrinkers aanspreken. Het reservoir bevat genoeg water om de dag door te komen, en er kan eigenlijk niets misgaan tijdens het gebruik. De prijs is stevig vergeleken met de eerder uitgebrachte Baristina Bean Swap, die geen optie heeft voor ice koffie, maar wel weer de keuze biedt uit twee soorten koffiebonen. Ben je erg prijsbewust en wil je wel de genoemde functies voor espresso, lungo en ice koffie, maar geef je niks om verse bonen, dan is de L'OR Barista Absolu zeker een optie. Die werkt met cups maar is in functionaliteit identiek. Kies je voor je eigen bonen, stijl en gebruiksgemak, dat is de Baristina Plus Stainless Steel een goede keuze.

☕ Bekijk alle koffieapparaten van Philips op Kieskeurig.nl

▼ Volgende artikel
Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt
© ID.nl
Energie

Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt

Met de huidige energieprijzen letten we allemaal extra op ons stroomverbruik. Zuinig aandoen klinkt logisch, maar is best lastig als je niet weet waar de echte energieslurpers zitten. Soms zitten de kosten in een onverwachte hoek. We zetten vijf apparaten op een rij die meer stroom verbruiken dan je waarschijnlijk denkt.

Dit artikel in het kort

Na het lezen van dit artikel zie je precies welke apparaten in huis ongemerkt meer kosten dan je dacht en hoe energielabels je kunnen helpen om de kosten goed (of in ieder geval beter) in te schatten.

Lees ook: Toch nog verdienen aan je zonnepanelen? Zo doe je dat!

Altijd doen: energielabel checken of instellingen aanpassen

Als je iets in huis moet vervangen, kijk in de winkel dan altijd eerst naar het energielabel. Dat geeft een duidelijk beeld van het stroomverbruik. Blijf je liever nog even bij je huidige toestel, dan helpt het om zuiniger met de instellingen om te gaan. Denk aan het aanpassen van de standby-stand of het apparaat alleen gebruiken op momenten waarop de stroomprijs lager ligt. Dat levert al snel tientallen euro's voordeel op.

Het energielabel laat in één oogopslag zien hoe energiezuinig een apparaat is. Vanaf maart 2021 zijn de labels voor een groot aantal apparaten aangepast. Voor de meeste apparaten (zoals wasmachines, vaatwassers, koelkasten, televisies en wasdrogers) loopt de nieuwe schaal van A (het zuinigst) tot G (het minst zuinig). Bij deze groep is A+++ dus verleden tijd; een label C of D is hier vaak al erg zuinig.

Let op: Voor sommige productgroepen, zoals ovens, afzuigkappen en airco's, wordt het oude label nog wel gebruikt. Daar is A+++ nog steeds het hoogst haalbare. Kijk dus altijd goed naar de letter én de kleur op de kaart.

Op energielabel.nl kun je per apparaat opzoeken wat hoe de energielabels precies lopen.

©EPREL

1. Kokendwaterkraan: 133 euro per jaar

Meteen kokend water uit de kraan: wie eenmaal een Quooker heeft, wil niet meer zonder. Maar realiseer je wel dat zo'n kraan het water doorlopend op temperatuur moet houden. En dat zie je terug op je energierekening. Een voorbeeld: een gezin van drie personen gebruikt gemiddeld zo'n 10 liter kokend water per dag via een Quooker. Om dit water te verwarmen, is jaarlijks ongeveer 423 kWh aan energie nodig (bron: ANWB Energie) . Daarnaast kost het op temperatuur houden van het water nog eens 87,5 kWh per jaar. Dit komt neer op een totaal energieverbruik van 511 kWh per jaar. Stel dat je een energiecontract hebt waarbij je gemiddeld 0,26 euro per kWh betaalt, dan kost de kraan je 133 euro per jaar. Je moet dus zelf de afweging maken of je het extra comfort vindt opwegen tegen de extra kosten.

Waar zijn deze bedragen op gebaseerd?

Bij het berekenen van de kosten zijn we uitgegaan van een gemiddelde stroomprijs van 0,26 euro per kWh. Dit is het bedrag dat de ANWB noemt als meest actuele stroomprijs (november 2025). Je kunt de berekeningen makkelijk aanpassen door het tarief in te vullen dat je zelf betaalt.

2. Wifi-versterker: 23 euro per jaar

Overal goede wifi in huis: we kunnen niet meer zonder. Zeker wanneer je veel thuis werkt, graag streamt of kids hebt die niet achter hun gameconsole zijn weg te slaan, is een must. Grote kans dus dat je een of meerdere wifi-versterkers of repeaters gebruikt. Omdat die 24/7 hun werk doen, kost dat meer dan je misschien denkt. De gemiddelde wifi-versterker – je hebt ze met verschillende wattages – verbruikt jaarlijks 88 kWh. Dat kost je per jaar dus ongeveer 23 euro per repeater.

Verbruik uitrekenen

Hoe weet je nu hoeveel energie een apparaat verbruikt? Dat kun je zelf uitrekenen als je het vermogen in Watt (W) weet. Dit wattage vind je meestal in de specificaties of achterop het apparaat onder het kopje Vermogen. Bij vergelijkingssites zoals Kieskeurig.nl vind je die informatie ook terug:

Omdat energie op je rekening in kilowattuur (kWh) wordt afgerekend, moet je Watt eerst omrekenen: 1 kilowatt (kW) = 1000 Watt (W).

Bijvoorbeeld: Een stofzuiger van 900 Watt is: 900 ÷ 1000 = 0,9 kW.

Om de kosten te berekenen, gebruik je deze formule: Energieverbruik (kWh) = Aantal uur in gebruik (h) x Vermogen (kW)

Rekenvoorbeeld:
Gebruik je de stofzuiger van 0,9 kW elke week 3 uur? Dan is het verbruik: 0,9 x 3 = 2,7 kWh per week. De kosten hiervan zijn dan 2,7 kWh x 0,26 euro = = 0,702 per week. Op jaarbasis is dat dus ruim 36 euro per jaar.

Let op:
Deze berekening werkt alleen goed voor apparaten die constant vermogen vragen zolang ze ingeschakeld zijn. Denk aan een stofzuiger, waterkoker of straalkachel: die staan 'aan' en verbruiken dan continu stroom. Voor apparaten met een wisselend programma of thermostaat (zoals een wasmachine, vaatwasser of koelkast) werkt deze som niet, omdat ze niet constant op vol vermogen draaien. Daarvoor kun je beter naar het kWh-verbruik op het energielabel kijken.

3. Televisie: afhankelijk van grootte en schermresolutie

Niet verrassend: het stroomverbruik van een televisie is afhankelijk van het formaat van het scherm. Een 65inch-televisie verbruikt bijvoorbeeld twee keer zo veel stroom als een 43inch-exemplaar met hetzelfde energielabel. Vooral de resolutie van het scherm maakt veel uit voor het verbruik. Grotere beeldschermen hebben een hogere resolutie om een scherp beeld te krijgen, zoals een 4K- of zelfs 8K-resolutie. 8K-televisies verbruiken flink meer energie dan een 4K-televisie die net zo groot is. Bij televisies wordt daarom ook vaak het stroomverbruik apart vermeld voor zowel de SDR- als de HDR-video. In dit geval staat SDR voor Standard Dynamic Range met een resolutie van 1080p en HDR voor 4K-content.

Doordat er hier zo veel variabelen een rol spelen, kunnen we geen richtbedrag berekenen. Met deze gegevens en de uitleg over verbruik uitrekenen in het kader hierboven kun je dit het beste zelf doen.
Lees ook: Dit zijn de 11 best geteste televisies van 2025

Ook de beeldkwaliteit bepaalt hoeveel energie wordt verbruikt. Bij SDR-gebruik (1080p) krijgt deze tv energielabel E, terwijl de HDR-stand goed is voor energielabel G, een stuk minder zuinig dus.

4. Extra koelkast - tussen de 30 en 36 euro

Wanneer ze een nieuwe koelkast kopen, zetten veel mensen hun oude koelkast in de schuur of garage. Handig, maar houd er rekening mee dat oude koelkasten wel een stuk minder zuinig zijn dan nieuwe. Stel dat je een simpele, eendeurs oude koelkast als extra koelruimte gaat gebruiken. Grote kans dat zo'n koelkast dan energielabel D, E of zelfs F heeft. Daarvan is het gemiddelde jaarverbruik respectievelijk 113, 130 en 139 kWh. Dat kost je op jaarbasis al snel tussen de 30 en 36 euro op jaarbasis extra.

Het kan dus slimmer zijn om in plaats daarvan één grotere koelkast in de keuken neer te zetten. Neem een energiezuinig model als de Samsung RB38C607AB1: die heeft een koelinhoud van 273 liter en een vriesinhoud van 114. Verbruik op jaarbasis? 108 kWh, dus ongeveer 28 euro. Dat is dus lager dan die simpele, oude eendeurs koelkasten die we hierboven hebben aangehaald!

Weet je niet zeker of je aan één koelkast genoeg hebt? Veel mensen leggen uit gewoonte alles in de koelkast, maar dat is zonde van de ruimte én de energie. Sommige producten horen er zelfs liever niet in: tomaten, komkommers, avocado's en aubergines verliezen door de kou hun smaak. Daarnaast zijn harde groenten zoals pompoen, knolselderij en winterpeen op een koele plek in huis wekenlang houdbaar zonder koeling. En waarom zou je zes flessen frisdrank tegelijk koelen? Er pas een nieuwe fles in zetten wanneer de oude bijna leeg is werkt net zo goed.

Wil je de tweede koelkast toch houden, zet hem dan alleen aan wanneer je hem echt nodig hebt, bijvoorbeeld wanneer je je hele familie hebt uitgenodigd voor het kerstdiner of wanneer je je verjaardag viert.

5. Consoles en gaming-pc's - tussen de 45 en 365 euro

Ben je een fervent gamer of heb je kinderen die dat zijn? Afhankelijk van het apparaat waarmee er gegamed wordt, kunnen de kosten flink oplopen. Gebeurt dat op een Xbox of PlayStation, dan verbruikt deze tussen de 150 en 160 watt per uur. Game je 3 uur per dag, dan zit je per jaar zo aan de 45 euro.

Maar pas écht in de papieren loopt het met een game-pc: het verbruik zo'n machine komt gemiddeld per jaar – inclusief monitor – uit op ongeveer 1.400 kWh. Je hebt het dan, bij een tarief van 0,26 euro/kWh, over zo'n 365 euro. En dat staat gelijk aan het energieverbruik van drie koelkasten. Wil je echt besparen, dan is een gameconsole dus de betere keuze. En door hem echt uit te zetten in plaats van op stand-by wanneer je hem niet gebruikt, ben je nog voordeliger uit.