ID.nl logo
Zes manieren om surround-geluid in je woonkamer te krijgen
© bowers-wilkins.com
Huis

Zes manieren om surround-geluid in je woonkamer te krijgen

Surroundgeluid voegt heel wat toe aan beleving van films, tv-series, games en zelfs muziek. Maar welke opties heb je om surroundgeluid naar je woonkamer te brengen? Dat zetten we even op een rij.

In dit artikel bekijken we zes manieren om in je woonkamer surroundgeluid te krijgen. Elke optie heeft natuurlijk zijn voor- en nadelen. Wat die goede en slechte kanten zijn, geven we ook mee.

  1. Soundbar
  2. Multiroom-toestellen
  3. Tv’s met eigen soundbars
  4. Draadloze speakers (LG, Philips)
  5. AV-receiver
  6. Home theatre-systeem

Wat is het nut van surroundgeluid?

Iedereen wil surroundgeluid. Maar wat krijg je dan eigenlijk? Het ultieme qua surroundervaring krijg je in de bioscoop. In een goed afgeregelde en grote cinemazaal zijn er tientallen speakers aangebracht die geluidseffecten rond je positioneren. Het idee is dat de filmmuziek en de geluidseffecten op zo’n manier worden gebracht dat je nog meer betrokken wordt bij het beeld en het verhaal. 

Denk daarbij aan de krakende vloerplanken in een hoekje die bij een horrorfilm misschien wijzen op een zombie die zich schuilthoudt. Of de intense muziek die speelt om de spanning op te drijven. Maar ook aan de stadsgeluiden die hoog boven je hangen en die een nachtelijke clandestiene ontmoeting tussen twee spionnen nog sfeervoller maken. Of de vuurschoten in de verte die je in een Battle Royale-game op het spoor brengen van een groepje tegenstanders. Kortom, geluid dat correct rond je wordt gepositioneerd doet heel veel qua beleving.

Surroundgeluid werkt het best als jij in het midden zit van de geluidsbubbel. Met de nieuwste surroundtechnologie (Dolby Atmos en DTS:X) kunnen geluidseffecten langs alle kanten op je afkomen. Ook van bovenaf. Dolby Atmos en DTS:X worden daarom ook 3D-geluid genoemd. Maar hoe krijg je nu surroundgeluid bij je thuis? Want tientallen speakers plaatsen is wellicht geen optie …

©JBL

Een soundbar

Soundbars zijn de populairste oplossing om het tv-geluid te verbeteren. Je hebt kleine en grote soundbars, met veel verschillen qua mogelijkheden en specificaties. Dat levert ook heel uiteenlopende geluidskwaliteit en ervaringen op.  

Het begint wel altijd bij een lang toestel dat je voor tv plaatst of mee aan de muur hangt. Sommige soundbars komen met een aparte subwoofer die bassen produceert. Deze sub verbindt doorgaans draadloos met de soundbar. Ten slotte zijn er steeds meer soundbars die je kunt uitbreiden met twee extra luidsprekers die je naast en achter de bank parkeert. Deze achterspeakers zitten bij duurdere modellen erbij in de doos, bij andere uitvoeringen moet je ze apart bijkopen.

De allergoedkoopste soundbars leveren stereo. Van deze kleine toestellen mag je geen echte surround verwachten. Ze zijn vooral bedoeld om bij kleinere tv’s met heel slecht geluid wat meer volume en betere verstaanbaarheid van spraak mogelijk te houden. Voor surroundliefhebbers wordt het heel wat interessanter bij iets duurdere modellen vanaf ongeveer 300 euro. Vanaf dat prijsniveau kun je van een soundbar verwachten dat hij een surroundervaring (poogt) te bieden. 

©Eigen beeld

Wat grotere modellen hebben daarbij het voordeel dat ze geluid breder uitsturen. Vanaf circa 700-800 euro kom je soundbars tegen die allerlei slimme technieken inzetten om geluid van de muren te laten weerkaatsen. Zo krijg je de indruk dat er speakers naast en achter je staan. Hoe goed dit echt presteert, hangt wel sterk af van de vorm en inrichting van je kamer. De duurste soundbars leveren het beste resultaat. Dat komt omdat ze werken met extra speakers om geluidseffecten beter te positioneren in de kamer.

De voordelen van een soundbar? Een soundbar is relatief goedkoop (naargelang het model), eenvoudig te installeren en neemt niet zoveel plaats in. Het grote nadeel is dat een soundbar niet altijd omhullend geluid geeft. Je moet toch gauw voor een duurder model kiezen als je echt surroundgeluid wilt. De dure modellen met extra speakers en draadloze subwoofer nemen dan weer extra plaats in.

Multiroom-toestellen

Sonos is wellicht de bekendste fabrikant van speakers en soundbars met multiroom-functionaliteit.  Maar het is zeker niet de enige. Je hebt onder meer Harman Kardon met de Citation-producten en HEOS van Denon en Marantz.

Daarnaast heb je een aantal multiroom-platformen die door verschillende merken worden gebruikt. Play-Fi en BluOS zijn de meest voorkomende. Al kan het goed zijn dat je nog nooit van die namen hebt gehoord. Ze worden immers door fabrikanten ingebouwd in hun eigen toestellen. BluOS heeft overigens zijn eigen merk, Bluesound, dat naadloos samenwerkt met BluOS-apparaten van derden. Play-Fi is dan weer te vinden bij merken als Loewe, Onkyo en Philips. Ook hier kun je producten van verschillende merken combineren. 

©Sonos

De multiroom-merken die we hier aanhalen zijn allemaal in de eerste plaats ontworpen om muziekspeakers en -toestellen door het hele huis via één app te bedienen. Maar bij elk merk vind je ook oplossingen voor beter tv-geluid. Bij Sonos, HEOS, Harman Kardon, Play-Fi én BluOS vind je telkens soundbars die je kunt uitbreiden met draadloze speakers om een echt surroundverhaal te creëren. Bij de meeste aanbieders vind je eveneens een multiroom-versterker (zoals de Sonos Amp of Harman Kardon Citation Amp) die je met eigen speakers kunt combineren én beschikt over een HDMI-aansluiting voor je tv.

Het nadeel van deze toestellen is dat ze vaak wat duurder zijn. Bij sommige, zoals Sonos of Harman Kardon, ben je ook gebonden aan één merk. Play-Fi en BluOS zijn op dat vlak iets vrijer. Je kunt wel rekenen op een goede app-bediening en een vlotte installatie. Bij multiroom-merken kun je ook op je eigen ritme werken. Je hoeft dus niet alles in één keer te kopen, maar je kunt later bijvoorbeeld speakers toevoegen aan een soundbar.

Tv’s met vaste soundbars

Sta je op punt een nieuwe tv te kopen? Dan heb je nog een andere optie. Hoewel televisies over het algemeen geen denderend geluid produceren, zijn er wel uitzonderingen op de regel. Bij sommige tv-bouwers vind je toestellen met buitengewone geïntegreerde soundbars. Meestal wordt hierbij een audiomerk betrokken.

©Philips.com

Sommige Philips-tv's komen met een Bowers & Wilkins-soundbar.

Philips bijvoorbeeld, werkt hiervoor samen met Brits hifi-merk Bowers & Wilkins. Panasonic haalt dan weer kennis bij z’n zustermerk Technics, terwijl TCL op Onkyo leunt om het ingebouwde audiosysteem te verbeteren. Sony doet het weer anders: de duurdere Bravia-modellen zijn voorzien van Acoustic Surface-technologie, waarbij het glas van het scherm functioneert als grote tv-speaker. Zelfs stereo is mogelijk.

Veel van deze tv-toestellen scoren prima qua geluidsbeleving. Een mooie hifi-naam op de doos is echter geen garantie dat het ook echt goed is. Daarom is het zeker de moeite om reviews na te lezen als je zo’n toestel in het vizier hebt.

Het grote voordeel van deze toestellen is dat je snel klaar bent. Je pakt de tv uit en het geluid is meteen in orde. Of je echt surroundgeluid zult ervaren, dat hangt van het apparaat af. Een aardig minpunt is dat het bijna altijd over topmodellen gaat. Je spreekt dus over televisies uit een hoger prijssegment.

Draadloze speakers aan je tv

Minder bekend is dat je aan bepaalde televisies rechtstreeks draadloze speakers kunt koppelen. We hebben het dan niet over bluetooth-speakers. Die kun je inderdaad met de meeste tv-toestellen koppelen. Maar dan geniet je enkel van stereogeluid en heb je soms lipsync-problemen. Bij sommige modellen van LG kun je echter ook WiSA-speakers verbinden. Dat zijn draadloze speakers van merken zoals Bang & Olufsen, System Audio of Klipsch die in hoge kwaliteit audio ontvangen. Je hebt daarvoor enkel, naast WiSA-speakers, een WiSA-usb-zender nodig. Ook Bang & Olufsen en Hisense bieden WiSA-ondersteuning.

©Eigen beeld

Op LG-tv's kun je twee tot vijf WISA-speakers aansluiten.

Met WiSA-speakers kun je stereo-opstellingen bouwen, maar ook 5.1 of 5.1.2 is mogelijk. Heb je geen compatibele televisie? Dan kun je in de plaats met een WiSA-hub werken die via HDMI aan je tv hangt. Het gaat dan meestal om een klein kastje dat je achter de televisie kunt verstoppen. Het kastje verbindt dan draadloos met de speakers. WiSA-speakers bestaan zowel als losse luidsprekers en als muurspeakers.

Iets soortgelijks krijg je ook bij Sony’s HT-A9. Ook hier werk je met een compact toestel dat met een HDMI-kabel aan je tv hangt. Deze hub verbindt draadloos met vier draadloze speakers die je vrij in de kamer kunt plaatsen. Slimme software meet waar ze staan en past de weergave aan om Dolby Atmos-geluid te bieden.

Een laatste optie vind je bij Philips. De Philips-tv’s met Play-Fi kun je dankzij deze software koppelen met een losse subwoofer en Play-Fi-speakers om zo surroundgeluid te krijgen. Philips zelf biedt de nodige producten aan, maar je kunt ook werken met speakers van derden.

Echt goedkoop is deze optie niet. Draadloze WiSA-speakers zijn bijvoorbeeld prijziger, en je vindt de optie enkel bij dure tv's. De geluidskwaliteit is wel heel goed. Omdat er geen kabels nodig zijn (buiten stroom), kun je ook iets interieurvriendelijke krijgen. De Play-Fi-optie bij Philips is wat omslachtiger, maar laat je wel snel en relatief goedkoop upgraden.

Een AV-receiver

Een AV-receiver is wellicht het ingewikkeldste audiotoestel dat je kunt kopen. Het biedt versterking voor vijf, zeven, negen of zelfs meer aparte kanalen. Elk kanaal verbind je met een andere luidspreker. Je doet dus hetzelfde als in de bioscoop: je plaatst luidsprekers op (min of meer) vaste posities in de kamer. Denk aan links en rechts van het scherm, maar ook een middenspeakers achter een projectiescherm of onder de tv, telkens een speaker links en rechts van je zitplaats, en eventueel luidsprekers aan het plafond. 

©Denon

AV-receivers gaan van slanke modellen tot deze ultieme 15.4-model van Denon.

Er is gelukkig wat flexibiliteit mogelijk. Zo kun je werken met losse luidsprekers, muurspeakers of inbouwspeakers. Of een mix van deze types. Ook bevat een AV-receiver veel software, waaronder functies die kunnen compenseren voor een minder ideale plaatsing van de luidsprekers.

Aan een AV-receiver hangen veel nadelen. Het toestel zelf kost wel wat én je moet nog investeren in heel wat speakers. Al die apparatuur moet je ook nog eens in de kamer geplaatst krijgen. En dan er is nog de bekabeling. Een AV-receiver is ook relatief complex, al zijn er merken zoals Denon en Marantz die het instellen eenvoudiger proberen te maken. Aan de pluszijde staat een groot voordeel: indien juist ingesteld, ervaar je echt surroundgeluid zoals in de bioscoop. De meeste AV-receivers zijn ook krachtig als het gaat om streaming en muziek afspelen.

©Canton.de

Een home cinema-pakket kan bestaan uit speakers en een receiver. Maar soms moet je de receiver zelf apart aanschaffen.

Een home cinema-pakket

Vind je het idee van ‘echt’ surroundgeluid geleverd door een AV-receiver en losse speakers leuk – maar kan het gewoon niet? Dan is er nog een tussenoplossing die veel van de voordelen biedt: een alles-in-één-pakket waarbij je een eenvoudigere receiver en bijhorende speakers in één doos vindt. Het gaat dan vaak om eerder compacte luidsprekers of modellen met een slank design. Die passen dan misschien beter in een kleinere woonkamer. 

Het is wel wat oppassen bij heel goedkope pakketten; de afwerking en geboden geluidskwaliteit is niet altijd denderend. Sommige surroundsystemen zijn ook eerder afgestemd op gaming en pc’s, minder op tv-kijken in de woonkamer. Maar ook gevestigde merken als Canton, Teufel en Yamaha bieden dergelijke handige bundels aan. 


Dit zijn de vijf populairste soundbars van dit moment.

Top 5 populaire soundbars

Powered by Kieskeurig.nl

▼ Volgende artikel
Wat doet 120 Hz voor je televisie of monitor, en heb je het wel echt nodig?
© ER | ID.nl
Huis

Wat doet 120 Hz voor je televisie of monitor, en heb je het wel echt nodig?

Als je de specificatielijst van een moderne televisie of monitor bekijkt, zie je achter het kopje 'verversingssnelheid' vaak een getal staan gevolgd door 'Hz'. Jarenlang was 50 of 60 Hz de standaard, maar tegenwoordig pronken fabrikanten met 100, 120 of zelfs 144 Hz. Klinkt sneller, en sneller is meestal beter, maar wat betekent het nou eigenlijk voor jouw kijkervaring? Is het een noodzaak voor iedereen, of vooral leuk voor fanatieke gamers?

Om te begrijpen wat die Hertz (Hz) doet, moet je een televisie of monitor niet zien als een statisch schilderij, maar als een soort digitale flipbook. Het beeld dat je ziet, wordt immers continu opnieuw opgebouwd. Een standaard 60Hz-scherm ververst het beeld 60 keer per seconde. Dat is voor het menselijk oog snel genoeg om een vloeiende beweging waar te nemen bij normaal tv-kijken, zoals het nieuws of een dramaserie. Een 120Hz-scherm doet dat dus dubbel zo vaak: 120 keer per seconde.

©DC Studio

Waarom zou je meer beelden per seconde willen?

Het grootste voordeel van een hogere verversingssnelheid is soepelheid. Hoe meer beelden er per seconde worden getoond, hoe vloeiender bewegingen eruitzien. Bij 60 Hz kunnen snelle acties soms wat schokkerig ogen of last hebben van bewegingsonscherpte, ook wel 'motion blur' genoemd. Bij 120 Hz blijven details scherp, zelfs als de camera snel draait of als er bijvoorbeeld een raceauto voorbij raast. Daarnaast voelt de besturing van games directer aan. Tussen het moment dat je een knop indrukt en het moment dat je actie op het scherm ziet, zit minder tijd. Dat verschil in milliseconden lijkt verwaarloosbaar, maar je brein pikt het direct op als een responsievere ervaring.

Het verschil tussen 120 en 144 Hz (en hoger)

Terwijl 120 Hz de nieuwe gouden standaard is voor televisies, zie je bij computermonitors vaak getallen als 144 Hz, 165 Hz of zelfs 240 Hz en hoger. Het principe blijft hetzelfde, maar de toepassing verschilt. 120 Hz is de limiet voor de huidige generatie spelcomputers, zoals de PlayStation 5 en Xbox Series X. Televisies richten zich daarom specifiek op dat getal. Pc-gamers hebben echter vaak krachtiger videokaarten die nóg meer beelden per seconde kunnen produceren. Daarom zie je monitors met 144 Hz of meer.

Is het verschil tussen 120 en 144 Hz zichtbaar? Voor de gemiddelde gebruiker nauwelijks. Waar de stap van 60 naar 120 Hz een wereld van verschil is die bijna iedereen direct ziet, is de stap naar 144 Hz of hoger vooral voer voor professionele e-sporters die elke mogelijke fractie van een seconde winst nodig hebben. Voor de consument die een monitor zoekt voor thuisgebruik en gaming, is alles boven de 120 Hz doorgaans een uitstekende keuze.

©ER | ID.nl

Heb jij het nodig?

Het antwoord op die vraag hangt volledig af van wat je met je scherm doet; of dat nu een tv of een gamemonitor is. Kijk je voornamelijk lineaire televisie, films en series via streamingdiensten? Dan is een 120Hz-scherm geen harde noodzaak, aangezien films doorgaans in 24 beelden per seconde worden geschoten. Toch hebben 100/120Hz-panelen in televisies vaak wel een betere beeldkwaliteit en kunnen ze die films rustiger weergeven dan goedkopere 60Hz-panelen.

Ben je echter een gamer? Dan is het antwoord volmondig ja. De nieuwste spelcomputers en moderne videokaarten zijn gemaakt om die hoge snelheden te benutten. Games spelen soepeler, zien er scherper uit tijdens actiescènes en je reageert sneller op wat er gebeurt. Als je nu een nieuwe tv of monitor koopt met het oog op de toekomst en gaming, is 120 Hz of hoger eigenlijk een vereiste op je wensenlijstje. Let er bij televisies wel op dat je beschikt over een HDMI 2.1-aansluiting, want alleen die kabel kan de enorme hoeveelheid data van 4K-beeld met 120 Hz verwerken.

Drie tv's met 120 Hz of meer

De meeste high-end tv's van dit moment ondersteunen 120 Hz voor spelcomputers (PS5/Xbox Series X) en gaan zelfs tot 144 Hz als je ze aan een krachtige gaming-pc hangt.

Als we kijken naar de huidige generatie televisies, kunnen we niet om de LG OLED evo C5 heen. Dit is de gloednieuwe opvolger van de populaire C4 en wordt gezien als de standaard voor gamers en filmliefhebbers. Hij beschikt over vier HDMI 2.1-poorten die de volle 144 Hz ondersteunen, wat hem toekomstbestendig maakt voor pc-gamers, terwijl hij naadloos samenwerkt met de PlayStation 5 en Xbox Series X op 120 Hz. Het nieuwe paneel heeft een nog hogere helderheid dan zijn voorganger, waardoor HDR-beelden nog meer impact hebben.

Daarnaast is de Samsung OLED S95F een absolute blikvanger in de winkels. Waar Samsung vorig jaar hoge ogen gooide met de S95D, doet de F-serie er nog een schepje bovenop met een vernieuwde antireflectielaag die nog beter werkt in lichte kamers. Dit model combineert de diepe zwartwaarden van OLED met de intense kleuren van Quantum Dots. Ook dit scherm ondersteunt verversingssnelheden tot 144 Hz en beschikt over de uitgebreide Gaming Hub van Samsung, waarmee je zelfs zonder console games kunt streamen.

Voor wie liever geen OLED wil, is de Samsung Neo QLED QN90F de meest courante keuze in het high-end lcd-segment. Dit 2025-model maakt gebruik van geavanceerde Mini-LED-technologie, waardoor de helderheid veel hoger ligt dan bij OLED-schermen. Dat maakt hem ideaal voor een zonovergoten woonkamer. Met een verversingssnelheid die oploopt tot 144 Hz en een extreem lage invoervertraging, is dit voor veel competitieve gamers de favoriete keuze.

Drie monitors met 120 Hz of meer

Bij monitors ligt de standaard tegenwoordig al hoger dan 120 Hz, omdat snelheid de uitkomst van een potje schieten of racen bepaalt. Deze modellen zijn populair op Kieskeurig.

Op het gebied van monitoren zien we dat 240 Hz langzaam de nieuwe standaard wordt voor de serieuze gamer. Een model dat momenteel erg goed scoort op Kieskeurig is de LG UltraGear 27GR83Q. Dit is een 27-inch IPS-scherm met een razendsnelle verversingssnelheid van 240 Hz. In tegenstelling tot oudere modellen biedt dit scherm een extreem snelle responstijd van 1 milliseconde, waardoor je in snelle shooters geen last hebt van wazige beelden. Het is een van de meest complete monitoren van dit moment die zowel voor pc als console geschikt is.

Zoek je de absolute top in beeldkwaliteit, dan is de Samsung Odyssey G6 (G60SD) een model dat je veel ziet. Dit is een moderne OLED-monitor met een verversingssnelheid van maar liefst 360 Hz. Hoewel dat misschien overkill klinkt, zorgt de combinatie van de OLED-techniek en deze snelheid voor een ongekend vloeiende en scherpe ervaring. Het scherm heeft bovendien een nieuw koelsysteem waardoor de kans op inbranden – een angst bij oudere OLED-monitoren – aanzienlijk is verkleind.

Voor wie een beperkter budget heeft maar wel snelheid wil, is de MSI MAG 27CQ6F een actuele hardloper. Dit is een gebogen scherm (Curved) met een snelheid van 180 Hz, wat net dat beetje extra soepelheid geeft ten opzichte van de standaard 144 Hz-schermen. Het paneel biedt een hoog contrast en is daarmee een uitstekende instapper voor wie zijn game-ervaring wil upgraden zonder direct de hoofdprijs te betalen.

▼ Volgende artikel
Waarom QD-OLED voor veel gamers de beste keus is
© ID.nl
Huis

Waarom QD-OLED voor veel gamers de beste keus is

QD-OLED is steeds vaker terug te vinden in gamingmonitoren. Waar deze techniek eerst vooral was voorbehouden aan het hogere segment, zie je steeds vaker in modellen die voor een veel bredere groep gamers betaalbaar zijn. De vraag is natuurlijk of je dat verschil in beeldkwaliteit ook echt merkt tijdens het spelen. In dit artikel lees je hoe QD-OLED werkt en wanneer je het verschil in de praktijk merkt.

In dit artikel

In dit artikel lees je wat QD-OLED precies is en waarom deze schermtechniek vooral bij gamen zichtbaar voordeel biedt. We leggen uit hoe QD-OLED verschilt van traditionele lcd-panelen, wat je merkt bij snelle actie en donkere scènes, en hoe het zit met helderheid, HDR en reflecties. Ook besteden we aandacht aan burn-in en de beschermingsmechanismen die moderne QD-OLED-monitoren gebruiken. Tot slot lees je voor welk type gamer QD-OLED het meest geschikt is en wanneer een Mini-LED-monitor een logisch alternatief kan zijn.

Lees ook: Lcd versus oled: wat is het verschil en welke televisie moet je kiezen?

Wat QD-OLED anders maakt

Een traditioneel LCD-paneel werkt met achtergrondlicht dat door meerdere lagen heen moet voordat je een beeld ziet. Dat kost tijd en maakt dat zwart nooit volledig zwart wordt. QD-OLED laat die tussenlagen achterwege. Elke pixel geeft zelf licht en schakelt onafhankelijk van de rest. Daardoor reageert het beeld direct. De quantum-dot-laag zet het blauwe OLED-licht om in diepe en zuivere kleuren. Het voelt alsof je condens van een raam veegt: zodra de waas verdwijnt, zie je het beeld helder en zonder vertraging.

©ID.nl

Vloeiende beelden bij snelle actie

Die directe pixelreactie merk je vooral wanneer je snelle spellen speelt. Omdat pixels vrijwel meteen overschakelen naar een nieuwe kleurstand, blijven objecten die over het scherm vliegen scherp in beeld. In shooters, racespellen en andere games waarbij snelheid telt, bijvoorbeeld voetbalgames, ontstaat daardoor een rustiger beeld met minder bewegingsonscherpte. Je ogen hoeven zich minder vaak aan te passen. Daardoor raken ze minder snel vermoeid en houd je makkelijker overzicht, ook wanneer je langere tijd achter elkaar speelt.

©ID.nl

Zicht in donkere scènes

QD-OLED blinkt uit in donkere scènes. Pixels die geen licht hoeven te geven, staan volledig uit en leveren een diep zwart dat je bij LCD-panelen zelden ziet. Doordat heldere elementen hier direct naast kunnen staan zonder dat ze licht lekken, ontstaat een sterk contrast dat schaduwen en lichte accenten duidelijker scheidt. Daardoor verdwijnen grijze waasjes in schaduwhoeken en blijven contouren van objecten helder zichtbaar. Vooral in stealth-games, horrorspellen en shooters waarin je tegenstanders soms alleen als silhouet ziet, levert dat een tastbaar voordeel op.

©ID.nl

Kleurrijk zonder overdrijven

De quantum-dot-laag zorgt voor een breed kleurbereik waardoor lichteffecten, huidtinten en subtiele schaduwen goed zichtbaar blijven. Veel QD-OLED-monitoren tonen kleuren standaard wat verzadigd, vooral in de felste modi. In een sRGB- of filmmodus wordt het beeld zachter en natuurgetrouwer, wat beter aansluit bij fotobewerking en dagelijks gebruik. Zodra je de juiste modus gebruikt, lopen kleuren vloeiend in elkaar over en blijven ze gelijkmatig, terwijl uitgesproken elementen zoals neon en magie juist duidelijk opvallen. Dat merk je niet alleen in games, maar ook wanneer je foto's bewerkt of films kijkt.

Helderheid en HDR in perspectief

QD-OLED heeft op het gebied van helderheid flinke stappen gezet ten opzichte van eerdere OLED-generaties. In HDR-games kunnen lichte delen krachtig oplichten zonder dat fel zacht of dof oogt; explosies, glinsteringen op water en fel tegenlicht komen daardoor beter tot hun recht. Toch is het goed om te weten dat deze techniek niet alle beperkingen wegneemt. De helderheid van QD-OLED hangt sterk af van de schermvulling. Bij SDR (standaard dynamisch bereik, het normale helderheidsniveau voor dagelijkse pc-taken) op een volledig wit scherm ligt de helderheid meestal rond de 200 tot 250 nits. Bij kleinere, heldere onderdelen kan dit oplopen richting 400 tot 500 nits. In HDR kunnen pieken van 1000 tot 1300 nits worden bereikt, maar die waarden gelden vooral voor kleine accenten en niet voor het hele scherm. Mini-LED-monitoren houden hogere helderheidsniveaus langer vast, wat in fel verlichte kamers zichtbaar voordeel geeft in extreme highlights. QD-OLED compenseert veel daarvan met perfect zwart, waardoor het contrast wel krachtig blijft (zie ook kader QD-OLED versus Mini-LED) .

Reflecties in daglicht

De meeste QD-OLED-monitoren hebben een glanzende afwerking. Dat helpt bij de kleurweergave en het contrast, maar maakt het paneel gevoeliger voor reflecties bij daglicht. Daarnaast ontbreekt een polarisatiefilter. Daardoor kunnen zwartwaarden in fel licht een paarse of grijze waas krijgen: het diepe zwart wordt zichtbaar opgelicht, meer dan bij een gewone spiegeling. Dat drukt het contrast in een goed verlichte kamer en kan afleiden bij gamen. Gebruik je de monitor vooral in een donkere of gelijkmatig verlichte ruimte, dan speelt dit nauwelijks. In kamers met veel direct zonlicht of grote ramen komt een matte Mini-LED-monitor daarom vaak rustiger over.

©ID.nl

Minimale inputvertraging

Naast de snelle pixelreacties is ook de invoervertraging laag. Moderne QD-OLED-modellen reageren direct op elke muisbeweging en elke controlleractie. Vooral in competitieve shooters is dat een voordeel, omdat elke handeling zonder merkbare vertraging op het scherm verschijnt. 

QD-OLED versus Mini-LED

QD-OLED en Mini-LED worden vaak naast elkaar genoemd, maar het zijn fundamenteel verschillende technieken. QD-OLED is zelflichtend: elke pixel geeft zijn eigen licht en kan volledig uit. Dat levert perfect zwart, zeer snelle pixelreacties en sterk contrast op, wat vooral bij games met veel beweging en donkere scènes zichtbaar voordeel geeft.

Mini-LED is een verfijnde vorm van LCD. Het paneel gebruikt duizenden kleine leds als achtergrondverlichting die in zones worden gedimd. Daardoor kan een Mini-LED-scherm hoge helderheid over grote delen van het scherm vasthouden, wat prettig is in fel verlichte kamers en bij HDR met veel lichtaccenten. Zwart is hierbij wel afhankelijk van lokale dimming en nooit volledig uitgeschakeld zoals bij OLED.

Kort gezegd blinkt QD-OLED uit in contrast, snelheid en beeldrust in donkere omgevingen, terwijl Mini-LED praktischer is bij veel omgevingslicht, wanneer dezelfde elementen of onderdelen langdurig in beeld staat en als hoge helderheid belangrijk is.

Burn-in en levensduur

Burn-in blijft bij elke OLED-variant een punt van aandacht, al zijn moderne QD-OLED-schermen duidelijk verder dan eerdere generaties. Ze gebruiken meerdere beschermingsmechanismen die de belasting door statische beelden beperken. Voor normaal gamegebruik werkt dat in de praktijk goed en blijft het risico klein.

Dat neemt niet weg dat enige nuance op zijn plaats is. Gebruik je een monitor dagelijks vele uren voor taken met veel vaste elementen, zoals spreadsheets, fotobewerkingspanelen of het steeds terugkerende HUD van één game, dan is de kans op inbranden groter dan bij LCD- of Mini-LED-panelen. Afwisseling in wat je op het scherm toont en af en toe even pauze nemen helpt om het paneel langer in goede staat te houden. Even pauze nemen is ook voor jezelf goed trouwens!

Wat voor beschermingstechnieken kun je tegenkomen?

Wat is het?Wat doet het?
Screensaver (schermbeveiliging)Dimt het scherm bij langdurig stilstaand beeld en herstelt de helderheid automatisch zodra er weer beweging is, om inbranden te voorkomen.
Pixel orbiting (pixelverschuiving)Verschuift het beeld continu minimaal op pixelniveau zodat vaste elementen nooit exact op dezelfde plek blijven staan.
Pixel refresh (pixelverversing)Start een onderhoudscyclus waarbij het paneel zichzelf corrigeert om slijtage en beginnende inbranding te verminderen.
Auto Warning (automatische waarschuwing)Geeft na een bepaalde gebruiksduur automatisch een melding om een pixel refresh uit te voeren.
Logos protection (logobescherming)Herkent vaste logo's in beeld en verlaagt daar lokaal de helderheid om inbranden te beperken.
Boundary dimmer (randdimming)Dimt automatisch delen van het scherm met zwarte balken of sterke helderheidsverschillen, bijvoorbeeld bij afwijkende beeldverhoudingen.
Taskbar dimmer (taakbalkdimming)Verlaagt specifiek de helderheid van de taakbalk om langdurige statische weergave op die plek te beperken.
Thermal protection (thermische beveiliging)Past de helderheid automatisch aan wanneer de monitor te warm wordt, om oververhitting en paneelslijtage te voorkomen.

©AGON by AOC

AGON by AOC PRO OLED AG276QKD2

Voorbeeld: bescherming in de praktijk

Veel QD-OLED-monitoren combineren verschillende beschermingsmechanismen om het risico op burn-in te beperken. In onderstaande tabel zie je bijvoorbeeld wat je kunt vinden in een aantal recente modellen uit de AGON PRO line-up van AOC. Je kunt al deze functies zelf in- en uitschakelen en je kunt de intensiteit ervan aanpassen. Dat betekent dat je zelf kunt bepalen hoe sterk de bescherming is.

Techniek ⬇ / Model ➡AG276QKD2AG276UZDAG346UCDAG276QZD2
Screen saverJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / Fast
Pixel orbitingJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / Strong
Pixel refreshJa: On / OffJa: On / OffJa: On / OffJa: On / Off
Auto WarningJa: On / OffJa: On / OffJa: On / OffJa: On / Off
Logos ProtectionJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2Ja: Off / 1 / 2Ja: Off / 1 / 2
Boundary dimmerJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3
Taskbar dimmerJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3
Thermal protectionJa: Off / OnJa: Off / OnJa: Off / OnJa: Off / On

Voor wie QD-OLED vooral interessant is

Gamers die veel snelle actie spelen, halen het meeste uit QD-OLED. De voordelen van de techniek zijn in elk genre zichtbaar, maar vallen vooral op in shooters en racespellen, waar tempo en directe reacties tellen. Ook filmische games die sterk leunen op licht-donkercontrasten winnen zichtbaar aan sfeer en detail.

Conclusie

QD-OLED combineert diepe zwartwaarden met snelle pixelreacties en een breed kleurbereik. Dat zorgt voor een vloeiend beeld in snelle games en meer overzicht in donkere scènes. HDR komt overtuigend tot zijn recht, al blijven Mini-LED-schermen beter overeind bij zeer hoge helderheid en fel daglicht. Inbranden blijft een punt van aandacht wanneer hetzelfde element lange tijd in beeld staat, maar moderne modellen beschikken over uitgebreide beschermingsmaatregelen. Voor veel gamers is QD-OLED daarmee een goede keuze: snel, sfeervol en klaar voor de komende jaren.

QD, OLED en QD-OLED

OLED
Elke pixel geeft zelf licht. Daardoor zijn zwartwaarden diep en schakelt het beeld snel. Geschikt voor gaming en films, met aandacht voor burn-in bij langdurig statisch beeld.

QD (Quantum Dots)
Quantum dots zetten licht om in pure, heldere kleuren. Ze worden ingezet om kleurvolume en helderheid te verbeteren.

QD-OLED
Combineert de zelflichtende OLED-pixelstructuur met een quantum-dot-laag. Je krijgt diepe zwarttinten, snelle reactie en een breed kleurbereik. Het is een balans tussen snelheid, helderheid en kleurprecisie die goed aansluit bij moderne games.