ID.nl logo
Helpt een smartwatch je gezonder te leven?
© PXimport
Gezond leven

Helpt een smartwatch je gezonder te leven?

Door de coronacrisis zijn veel meer mensen zich bewust van hun gezondheid. En daar spelen fabrikanten als Apple, Samsung, Fitbit en Polar slim op in met een nieuwe reeks horloges die van allerlei metingen kunnen doen om jouw gezondheid te peilen. Hoe meten deze wearables zaken als beweging en hartslag en hoe helpen deze data je dan precies? En natuurlijk de hamvraag: helpt een smartwatch je daadwerkelijk om gezonder te leven?

Het bestaansrecht van smartwatches is altijd een lastig punt geweest, met name omdat veel functionaliteit gezocht werd in zaken die een smartphone ook kan. Meldingen synchroniseren, entree-qr-codes tonen, navigeren, weersinformatie weergeven ... Het is allemaal heel handig, maar met dit soort functies weet geen smartwatch zich onmisbaar te maken. Op één gebied na: beweging en gezondheid. Een smartwatch draag je continu op je lichaam, wat mogelijkheden biedt je beweging nauwkeurig bij te houden en met sensoren allerlei lichaamsfuncties, zoals je hartslag, te meten. Hiermee hebben de makers van smartwatches (en fitnessarmbandjes) hun meerwaarde gevonden. 

Dat maakt wel dat de ontwikkelingen van wearables vrijwel alleen maar op het gebied van sportiviteit en gezondheid plaatsvinden. Met betere sensoren worden de metingen nauwkeuriger, slimme algoritmes herkennen activiteiten en coachen je om optimaal te presteren en gps-chips leggen nauwkeurig je route vast of je nu zwemt, roeit, wandelt, hardloopt of fietst. Onderweg even een AA’tje meepikken? Dat reken je contactloos af met je horloge. En bij de kassa pauzeer je even gemakkelijk via je horloge de muziek die uit je bluetooth-oortjes komt. Kortom, tijdens activiteiten zorgt een smartwatch er nu zelfs voor dat je je smartphone niet eens meer nodig hebt. 

©PXimport

Beweging en gezondheid zijn de gebieden waarop een smartwatch zijn meerwaarde bewijst.

-

Van ver gekomen

Het duurde even voordat fabrikanten doorhadden dat de sleutel voor smartwatches bij beweging en gezondheid lag. Daarna zijn de ontwikkelingen snel gegaan, qua algoritmes, nauwkeurige metingen en functies. Zo is het zelfs al mogelijk om hartfilmpjes (ecg’s) te maken, je bloedzuurstofwaarde te meten en is er zelfs al een smartwatch op de redactie geweest waarover werd geclaimd dat deze je bloeddruk kon meten. Ten onrechte overigens. Zelfs zonder medische achtergrond konden we op de redactie al vaststellen dat er geen zinnige waardes gemeten werden én dat het een wonder was dat alle redacteuren überhaupt nog in leven waren. Maar wie goed zoekt, kan wel degelijk apparatuur vinden die wellicht betere metingen maakt (al dan niet na ijking met een echte bloeddrukmeter), zoals de Omron Blood Pressure Watch. Samsung claimt dat zijn laatste horloges eveneens je bloedruk kunnen meten. 

©PXimport

Tijd voor gezondheid

Hoewel de ontwikkelingen op gezondheidsgebied al jaren aan de gang zijn, was 2020 natuurlijk hét jaar voor fabrikanten om hun smartwatches aan te prijzen. De pandemie zorgde ervoor dat het in de gaten houden van je gezondheid meer dan ooit leefde, wat natuurlijk enorme kansen bood voor smartwatchfabrikanten. Neem Fitbit als voorbeeld, dat in het voorjaar de Fitbit Sense lanceerde, die meer dan ooit inspeelde op gezondheid. Naast het maken van hartfilmpjes en het meten van de bloedzuurstofwaarde, kan de smartwatch ook je huidtemperatuur meten. Los van de vraag of deze functionaliteit ook naar behoren werkt, is het natuurlijk enorm slim ingespeeld op de situatie. Want een van de symptomen van Covid19 is koorts. En niet geheel toevallig is deze functie alleen verkrijgbaar op dit  horloge, de duurste die Fitbit aanbiedt (329 euro). Overigens nog altijd een stuk goedkoper dan het alternatief waar Fitbit niet subtiel van spiekt: de Apple Watch, waarvan de zevende generatie zo’n 400 euro kost. Kortom, gezondheid lijkt de nieuwe melkkoe voor smartwatchfabrikanten te zijn. En daar is overigens niets mis mee. Maar hiermee zijn we nog niet dichter bij een antwoord op de vraag gekomen die ik in het intro stelde: Helpt een smartwatch je daadwerkelijk gezonder en actiever te leven? Om hier wat zinnigs over te kunnen zeggen, moeten we eerst kijken naar de technologie van deze draagbare apparaatjes.

©PXimport

Hoe werkt de meting van een smartwatch?

Bij wearables zijn er vooral vergaande ontwikkelingen op het gebied van hartslagmeting. Wanneer je de binnenkant van je smartwatch of fitnessbandje bekijkt, zie je een knipperlichtje. Meestal is deze groenkleurig, maar het komt ook weleens voor dat dit een rood lampje is. Dit is de sensor die de hartslag meet. Pieter Hélin legt namens sporthorlogefabrikant Polar de werking van hartslagmeting via deze lampjes graag uit: “De led emittors sturen een lichtsignaal door de bovenste huidlaag. De reflectie van dit signaal wordt opgevangen aan de hand van kleine receptoren die naast de ledsensoren geplaatst zijn. Via de ledsensoren wordt een zogeheten PPG (Photoplethsymogram) weergeven. In deze weergave worden de bloeddoorstromingen in je microvasculaire bloedvaten getoond. Gebaseerd op deze reflectie wordt het aantal hartslagen per minuut berekend.” Intussen zijn het aantal ledjes op de smartwatch toegenomen, om zo nauwkeuriger te kunnen meten. Een sporthorloge kan namelijk het contact met de huid verliezen, met name gedurende beweging. Hélin: “Ondertussen is de Polar-technologie geëvolueerd naar tien ledlichtjes in verschillende kleuren en meerdere receptoren. Met de verschillende kleuren kunnen op verschillende niveaus bloeddoorstromingen gemeten worden. Dit verhoogt de meetnauwkeurigheid aanzienlijk.”

De hartslagmeting via ledlichtjes op de huid is vooral in opkomst dankzij wearables, maar ook door Samsung-smartphones, die jarenlang aan de achterzijde over een hartslagmeter beschikten waarmee een momentopname van je hartslag gemaakt kon worden. Een doorlopende meting is echter wat van echte waarde lijkt te zijn om wat zinnigs te kunnen zeggen over de hartgezondheid of om stoornissen te kunnen detecteren. Tot voorheen gebeurde dit soort metingen vaak via medische en sportapparatuur die de elektrische activiteit van het hart meten. Zo krijgen sporters nog altijd een borstband om tijdens inspanningen en dragen (mogelijke) hartpatiënten een holtermonitor met zich mee; een klein kastje dat je aan je riem draagt en in verbinding staat met op het lichaam geplakte sensoren. Deze holters worden vaak één à twee dagen gedragen om zo een nauwkeurige hartfilm (ecg) te kunnen maken die door de arts kan worden uitgelezen om een eventuele hartritmestoornis vast te stellen.

Saturatiemeter 

De Apple Watch heeft sinds series 6 ook een saturatiemeter, waarmee je het zuurstofgehalte in je bloed kunt meten. Dit geeft een beter beeld van je conditie en gezondheid. Hoe je de saturatiemeter instelt, leggen we uit in dit artikel.

©PXimport

Activiteitsmeting

Wanneer je begint met sporten, hoef je je smartwatch niet aan te zetten. Wearables zijn in staat te meten wanneer je een activiteit start en zelfs te herkennen wát je doet. De Apple Watch herkent zelfs valpartijen, en geeft dit eventueel door aan een contactpersoon. Hélin: “Activiteit wordt gemeten aan de hand van een ingebouwde accelerometer. De bewegingen van je hand, pols en arm correleren heel goed met de fysieke activiteit die je op dat moment aan het doen bent. Deze versnellingssensor zal niet weten of je aan het wandelen, paardrijden, fietsen, zwemmen bent of in de tuin aan het werken. Maar aan de hand van de geregistreerde versnellingsdata kan hij wel een goede inschatting maken of je met een beweging bezig bent die qua intensiteit overeenkomt met liggen, zitten, staan, wandelen of intensief bewegen.” Om de activiteit vast te stellen, wordt ook de hartslagmeter ingezet. “Voor een accelerometer is wandelen met of zonder rugzak van 20kg exact dezelfde beweging. Met die rugzak zal je intensiteit (en dus ook je hartslag) wel een stuk hoger liggen. Hier zal de hartslag gebruikt worden om de intensiteit van de beweging te bepalen.”  Een wearable laat ook zien hoeveel calorieën je verbrandt, bijvoorbeeld gedurende zo’n activiteit. Hier wordt als het ware een formule voor toegepast. “Een aantal persoonlijke parameters zoals lengte, leeftijd, gewicht, geslacht en conditieniveau worden tijdens je activiteit of training in rekening gebracht in combinatie met je beweeg- of trainingsintensiteit. Iemand van tachtig kilo zal tijdens een gelijkaardige intensiteit meer calorieën verbruiken dan iemand van zestig kilo. Uiteraard geldt ook: hoe hoger de intensiteit, hoe meer calorieën je verbrandt. Maar zelfs als twee personen met dezelfde uiterlijke fysieke parameters op dezelfde relatieve intensiteit sporten, zal diegene met het beste conditieniveau de meeste calorieën verbranden.” Overigens moet je deze cijfers met een korreltje zout nemen omdat er natuurlijk nog veel meer factoren meespelen.

Borstband, holter, ledlichtjes

Hoe verhouden de ledmetingen van een smartwatch zich ten opzichte van een borstband of holter? Hélin is van mening dat de borstband nooit helemaal zal verdwijnen, omdat elektrische metingen sneller en nauwkeuriger meten. Bijvoorbeeld om snelle hartslagschommelingen vast te stellen. Naar aanleiding van deze uitspraak zou je verwachten dat elektrische hartslagmeting de enige meetvorm is die serieus wordt genomen als het op medisch en topsportgebied aankomt en dat deze polsgimmicks door professionals in dit werkveld links gelaten worden. Niet is minder waar, aldus Harald Jorstad (sportcardioloog, tevens werkzaam bij het Sportmedisch Centrum Papendal van NOC*NSF) en Jasper Selder (cardioloog en biomedisch ingenieur), die beiden werkzaam zijn aan het UMC Amsterdam. Beiden hebben al veel praktijkervaring met smartwatches in het werkveld, ondanks dat de ecg-functionaliteit op smartwatches pas voor het eerst begin 2019 beschikbaar kwam op de (vierde generatie) van de Apple Watch. Alleen Withings en sinds kort ook Fitbit bieden deze functionaliteit in een smartwatch. Jorstad vertelt: “We hebben een man van zo’n zeventig jaar kunnen helpen het sporten weer beter op te kunnen pakken. Ondanks dat hij erg sportief was, merkte hij dat het hem steeds moeilijker af ging. Uiteindelijk zijn we via een smartwatch erachter gekomen dat de man een hartritmestoornis had. Door zijn trainingen daarop aan te passen, kon hij de draad weer oppakken.”

De cardiologen leggen uit dat het voordeel van een smartwatch ook zit in het feit dat je hem altijd bij je draagt. Zo wordt er dus ook gemeten op onvoorspelbare momenten of in je slaap. En kun je wanneer je zelf iets merkt handmatig een ecg maken. “Voor zeldzame ziektes of infarcten is zo’n ecg niet bijdragend”, vertelt Selder. “Voor het vaststellen van veelvoorkomende problemen, zoals boezemfibrillatie, kan deze ecg wel degelijk van waarde zijn. Een ecg blijft echter natuurlijk wel een momentopname.”

©PXimport

Nauwkeurigheid kan beter

Toch zitten we nog in een beginstadium als het aankomt op de detectie van ritmestoornissen. Dat komt met name door de nauwkeurigheid van de metingen. Een smartwatch kan bijvoorbeeld bewegen. Tijdens een oefening is dat helemaal niet ondenkbaar. Hierdoor heb je een grotere kans op een meting van slechte kwaliteit. Volgens Selder kunnen deze slechte metingen wel oplopen tot dertig procent. Dat hoeft geen probleem te zijn, zolang deze er maar uitgefilterd worden door een algoritme. Als dat niet gebeurt geeft een smartwatch dus onterecht aan dat er sprake is van een ritmestoornis, en dan kan dit een vals positieve meting worden. Dat creëert wel extra zorgbelasting. Zelfs al zou de accuraatheid 99% zijn, dan blijft die ene procent behoorlijk belastend voor de zorg als jonge, gezonde mensen massaal een smartwatch gebruiken. Met beter ontwikkelde software-algoritmes in de smartphone, zal dit op den duur wel kunnen bijdragen aan zorg op afstand. Zulke zorg is onder andere door de corona-epidemie erg belangrijk gebleken.

Eisen aan ecg’s

Er zijn maar weinig wearables die een ecg kunnen maken. Uiteraard komt dit niet alleen omdat het apparaat hiervoor nauwkeurig moet kunnen meten en bijzonder ingewikkelde algoritmes moet kunnen toepassen. Ook mag er niet zomaar geclaimd worden dat het apparaat een hartfilmpje kan maken, hiervoor is een specifieke CE-certificering vereist. Dit voorkomt dat er slecht vastgestelde medische claims door fabrikanten gemaakt kunnen worden en verklaart waarom er in Europa geen spotgoedkope imitatie-smartwatches te koop zijn die ook een ecg-functionaliteit bieden.

Toekomst smartwatch

Gezondheids- en sporttoepassingen lijken hét bestaansrecht van de smartwatch te zijn en het lijkt erop dat we vooral op dit gebied nog meer ontwikkelingen gaan zien. Selder en Jorstad zijn optimistisch over de mogelijkheden hoe een smartwatch ons in de nabije toekomst kan helpen om gezonder te leven en sportief beter te presteren. Ook al hangt de meerwaarde van de smartwatch af van het doel, want een gezond iemand heeft tenslotte meer aan motivatie dan aan een ecg. Ontwikkelingen kunnen bijvoorbeeld nog plaatsvinden op het vlak van gezondheidsmetingen. We denken dan aan metingen zoals bloeddruk, lichaamstemperatuur, ademhaling en bloedzuurstofwaardes. Ook de vruchtbaarheid van vrouwen is een interessant gebied voor smartwatchfabrikanten, evenals een verfijning van de slaapanalyse. Krijgt je lichaam wel genoeg mogelijkheid te herstellen na een intensieve dag?

Hélin denkt vooral dat de toekomst ligt in verfijning van de meetalgoritmes. Ook hoe de data gebruikt worden, zal veranderen: “Op de korte termijn zie ik wel meer integratie gebeuren van deze beweeg- en activiteitsparameters in verschillende apps en platformen. Breng de data op een juiste manier naar de mensen. Je kunt je stappen meten, je kunt je slaap meten, je kunt je fysieke activiteit meten, maar wat betekent dat voor jou? Hoe zullen we ons gedrag aanpassen aan de hand van de interpretatie van de data? Hoe worden deze data gebruikt in gezondheidsplatformen? Worden deze data gebruikt door zorgverstrekkers en preventiewerk? Data meten en verzamelen is één ding, maar de interpretatie op een eenvoudige manier naar de gebruiker brengen, is de huidige uitdaging.”

©PXimport

Data

En zo slaan we direct een bruggetje naar een onderwerp dat in tech veelbesproken blijft: data. Medische gegevens zijn zeer persoonlijk en het medisch beroepsgeheim weegt niet voor niets extra zwaar in onze wetgeving. Privacy is hierbij iets om bewust van te zijn en ook een verantwoordelijkheid, zowel voor de gebruiker en eventueel de betrokken medisch specialist, maar ook voor fabrikanten en app-ontwikkelaars. Vooral de laatste twee groepen zijn een punt van zorg. Neem bijvoorbeeld Fitbit en Apple. Eerstgenoemde is overgenomen door Google, een bedrijf dat een niet al te beste privacyreputatie heeft, omdat het als een rupsje nooitgenoeg persoonsgegevens verzamelt en inzet voor de verkoop van advertenties. De overname van Fitbit door Google ligt daarom onder de loep door de Europese Commissie, die probeert te voorkomen dat de gezondheidsgegevens gebruikt worden voor inkomsten. Apple heeft, mede dankzij sterke marketing, een betere reputatie als het op privacy aankomt. Maar ook Apple is een rupsje nooitgenoeg en probeert er alles aan te doen om gebruikers te gijzelen in het eigen ecosysteem, om zo een inkomstenbron van Apple-apparatuur en -diensten te garanderen. Een fijn gespreid bedje, maar tegelijkertijd een gevangenis waar je niet zomaar uitbreekt. Zo is je Apple Watch met geavanceerde gezondheidsmeting opeens waardeloos als je besluit je iPhone te vervangen door een Android-smartphone. Ook is Apple de cipier van je data. Zij bepaalt wat jij ermee mag. Zo kun je je gezondheidsgegevens alleen inzien op Apple-apparaten. Ook andere fabrikanten hebben hier een handje van. Je data exporteren (kan, als je geluk hebt) met wat rauwe cijfers naar een tamelijk waardeloos xml-bestand. Fabrikanten zijn meer geïnteresseerd in koppelingen met apps als Strava, Runkeeper of Google Fit.

©PXimport

Gegevensdeling

Maar de app-makers op hun beurt gaan ook niet altijd even verantwoordelijk om met gezondheidsdata, al dan niet verkregen via een wearable. Daar kwam bijvoorbeeld een Noors onderzoeksbureau (SINNTEFF) achter. En dating-app Grindr (zonder medeweten van gebruikers) speelde aan derde partijen onder meer door of een gebruiker hiv-positief is. Ook bleek de deling van deze gegevens niet versleuteld te gebeuren: een mogelijk datalek. Jorstad wijst daarbij ook op een onderzoek van de FTC uit 2014, waarbij gezondheids-apps onder de loep werden genomen. Hieruit bleek dat twaalf onderzochte apps data delen met 76 verschillende derde partijen. Hieronder bevonden zich ook gegevens over lichamelijke gesteldheid en gewoontes.

Het toont aan dat je als gebruiker kritisch zou moeten zijn aan welke diensten je je gezondheidsgegevens toevertrouwt, en mogelijk zou strenge wetgeving en naleving hier ook een grotere rol in moeten spelen.

AliveCor Kardia Mobile 6L

Een smartwatch is niet de enige gadget die in staat is een hartfilmpje te maken. De Kardia Mobile 6L van AliveCor is een apparaat dat deze taak ook op zich kan nemen. Door je vingers op een klein apparaatje te leggen kan niet alleen een ecg worden gemeten, maar ook je bloeddruk. Dit apparaatje staat in verbinding met een app op je smartphone.

©PXimport

Voordat je een smartwatch koopt

Ben je niet geïnteresseerd in gezondheid of een actief leven, dan zul je misschien wat teleurgesteld zijn in de mogelijkheden en ontwikkelingen op het gebied van smartwatches. Veel meer dan een verlengstuk van je smartphone is het op dit moment niet. Wie echter als goed voornemen een wearable koopt om meer te bewegen of om een kwaaltje op te sporen, gooit ook relatief snel de wearable weer in de kast. Een wearable is namelijk nog niet in staat ziektes vroegtijdig vast te stellen, wat bijvoorbeeld voor de bestrijding van de Covid19-uitbraak fantastisch had geweest. De mogelijkheid van Fitbit bijvoorbeeld om de huidtemperatuur te meten, speelt slim in op de pandemie waarbij koorts een van de symptomen is. Maar in de praktijk is het nutteloos, omdat de huidtemperatuur al andere metingen oplevert als je onbewust met je arm onder de deken in plaats van boven de deken slaapt, het raam open hebt staan of de verwarming een graadje hoger dan gebruikelijk zet.

“Als je al erg lang ongezond leeft, zal een smartwatch je niet helpen opeens gezond te worden. Zelfs al zouden we nu aan de gehele bevolking deze apparaatjes uitdelen, dan zul je op lange termijn niet zien dat mensen meer gaan bewegen”, benadrukt Jorstad. “De sleutel zit in motivatie.” Je kunt daardoor het beste, al dan niet met een plan of schema gewoon beginnen met een gezondere of sportievere levensstijl. Desnoods kan een coach je hierbij helpen, en daar begint het goede voornemen. Je wearable helpt je vervolgens om je prestaties te monitoren en op basis van je prestaties en herstel beter, meer of juist minder te trainen.

Hélin, Selder en Jorstad zijn eensgezind: raadpleeg bij klachten altijd eerst een arts!

-

Zelfdiagnose

Tevens is het onverstandig om een smartwatch te kopen voor zelfdiagnose of bevestiging van gezondheidsklachten. Zowel Hélin, Selder als Jorstad zijn eensgezind op dit gebied: raadpleeg bij klachten altijd eerst een arts. Een smartwatch kan de arts wel helpen bij de diagnose en monitoring. Dan neemt de smartwatch de ondersteunende taak op zich. Minder belangrijk dan gehoopt misschien, maar nog steeds uiterst waardevol.

Het ligt voor de hand dat het raadplegen van een arts bij klachten en dat een combinatie van motivatie en discipline ervoor zorgen dat je het meeste uit je smartwatch haalt, zonder dat je dure gadget binnen een paar weken al in de la verdwijnt. Maar ook als je al gezond bent, is een wearable een prima toevoeging. Bijvoorbeeld omdat het je met gegevens over je voortgang kan motiveren, nieuwe oefeningen kan aanraden of je juist kan helpen op tijd je rust te pakken. Monitoring van gezondheid is nog behoorlijk in ontwikkeling, en vergeet ook niet dat op dit gebied ziektes voorkomen letterlijk beter is dan genezen. En tech hoeft hierin geen rol te spelen: goede voeding, voldoende hydratatie, nachtrust en gemoedrust doen al heel veel goeds voor je gezondheid.

©PXimport

Hartwacht

Uiteraard ben je niet beperkt tot een holter of smartwatch om (mogelijke) hartkwalen te ontdekken. Zo is er ook Hartwacht. De app staat in contact met Cardiologie Centra Nederland. In deze medische app voer je handmatig gegevens in, zoals je gewicht, hartslagwaardes en bloeddruk, en aan de hand daarvan kunnen cardiologen en verpleegkundigen op afstand je gezondheid monitoren.

▼ Volgende artikel
Hoe betrouwbaar zijn weer- en regenapps eigenlijk?
© Kaspars Grinvalds
Huis

Hoe betrouwbaar zijn weer- en regenapps eigenlijk?

Wel of niet een terrasje pakken? Jas mee of hoeft dat niet? Vanavond de BBQ aan of toch maar binnen de airfryer? Even snel de weerapp checken is inmiddels een automatisme geworden. Vooral in de zomer bekijken we massaal de regenradar. Maar hoe betrouwbaar zijn die voorspellingen eigenlijk? Waarom kloppen ze soms tot op de minuut, en lijken ze op andere momenten nergens op? En kun je erop vertrouwen als je je planning erop afstemt?

☀️⛅☔ In dit artikel lees je:

• Hoe weerapps aan hun data komen • Waarom voorspellingen soms wel, en soms niet kloppen • Hoe je een weerapp zo goed mogelijk interpreteert • Waarom het weer (vooral lokaal!) toch altijd blijft verrassen

Lees ook: De handigste apps voor een onvergetelijke zomer

Van meting tot melding: hoe een app aan zijn data komt

Weerapps maken geen eigen voorspellingen, maar gebruiken data van meteorologische instituten zoals het KNMI, ECMWF (European Centre for Medium-Range Weather Forecasts) of het Amerikaanse NOAA (National Oceanic and Atmospheric Administration). Die instellingen verwerken gigantische hoeveelheden informatie uit weerstations, satellieten, vliegtuigen, weerballonnen en radars. Op basis daarvan draaien ze computermodellen die het weer proberen te voorspellen. Zo'n model analyseert bijvoorbeeld hoe luchtdruksystemen zich bewegen, hoe windrichtingen veranderen en wat de temperatuurverschillen zijn in verschillende lagen van de atmosfeer.

Een weerapp kiest één of meer van die modellen als basis en combineert dat met eigen algoritmes en visualisaties. De bekende buienradars gaan nog een stap verder en laten regen zien die al is gevallen of onderweg is. Daarvoor gebruiken ze gegevens van neerslagradars, die elk kwartier of zelfs elke vijf minuten een nieuwe 'foto' maken van waar regenbuien zich bevinden en hoe die zich verplaatsen.

Waarom voorspellingen wél en soms juist níet kloppen

In grote lijnen zijn de verwachtingen van weerapps vaak behoorlijk accuraat, zeker als het om de eerstkomende uren gaat. Hoe dichter je bij het moment zit, hoe betrouwbaarder de voorspelling. Dat komt omdat het weer zich op korte termijn minder grillig gedraagt dan op langere termijn. Je kunt een bui redelijk goed volgen over een tijdsbestek van een uur of twee, maar het is veel lastiger om drie dagen vooruit exact te zeggen wanneer en waar die bui valt.

Vooral bij regenval in de zomer zit daar vaak de grootste afwijking. Zomerse buien ontstaan door opwarming van de lucht en ontwikkelen zich snel en lokaal. Op het ene moment lijkt er nog niets aan de hand, en tien minuten later valt er een wolkbreuk in één wijk, terwijl een paar straten verderop de stoep droog blijft. Dat maakt het haast onmogelijk om op straatniveau precies te voorspellen waar het gaat regenen.

Daarnaast hangt veel af van welk weermodel de app gebruikt. Het Europese ECMWF-model wordt wereldwijd gezien als zeer nauwkeurig, maar is ook duur om te gebruiken. Sommige apps kiezen daarom voor Amerikaanse modellen of zelfs simpelere versies om kosten te besparen. Dat maakt de ene app betrouwbaarder dan de andere, ook al lijken ze qua uiterlijk op elkaar.

©ID.nl

De weerapp goed interpreteren

Wie slim omgaat met weerapps, kan er veel profijt van hebben. Kijk niet alleen naar het icoontje van een zon of wolk, maar naar de verwachte neerslag in millimeters en het tijdstip daarvan. Bekijk ook de regenradar in beweging en niet als stilstaand beeld: je ziet dan hoe snel een bui zich verplaatst en of je die kunt ontwijken.

Veel apps geven tegenwoordig ook aan hoe 'zeker' een voorspelling is. Staat er bijvoorbeeld 40% kans op regen? Dan betekent dat: op 4 van de 10 vergelijkbare dagen in het verleden viel er daadwerkelijk neerslag. Het is geen gokje, maar een inschatting op basis van modelberekeningen. En hoe hoger dat percentage, hoe groter de kans dat het ook echt nat wordt.

Waarom het weer (vooral lokaal!) blijft verrassen

Ondanks alle technologie blijft het weer een natuurverschijnsel met een eigen wil. Geen enkel model is feilloos. Kleine veranderingen in luchtdruk of windrichting kunnen grote gevolgen hebben, zeker in een land als Nederland waar zee, rivieren en open vlaktes allemaal invloed uitoefenen. Dat verklaart waarom het soms ineens hard begint te regenen terwijl je app nog droog weer beloofde – of andersom.

Toch is de betrouwbaarheid van de meeste apps de afgelopen jaren sterk toegenomen. Snellere computers, betere satellietbeelden en geavanceerdere modellen zorgen ervoor dat de inschattingen steeds dichter bij de werkelijkheid komen. Maar honderd procent garantie biedt geen enkele app, en dat is misschien maar goed ook: want we moeten natuurlijk wel íéts hebben om over te klagen, toch?

Regen én harde wind?

Kijk voor stormparaplu's

▼ Volgende artikel
10 tips om meer uit je robotstofzuiger te halen
© Mustafa_Art
Huis

10 tips om meer uit je robotstofzuiger te halen

Een robotstofzuiger scheelt flink wat werk, maar alleen als je hem goed gebruikt. Wie er net een in huis heeft, merkt al snel dat hij niet alles vanzelf doet. En ook als je al langer een robotstofzuiger gebruikt, valt er vaak nog winst te halen. Met deze tien praktische tips werkt je robotstofzuiger beter – en hoef jij minder te doen!

In het kort

Een robotstofzuiger kan je flink wat werk uit handen nemen, maar alleen als je hem goed gebruikt. Met deze 10 slimme tips werkt hij beter, blijft hij langer mee gaan en past hij zich aan jouw huishouden aan. Van zones instellen tot onderhoud: zo maak je er écht een huishoudhulp van.

Lees ook: Hier moet je op letten wanneer je een robotstofzuiger wilt kopen

1. Laat hem eerst je huis leren kennen

Veel robotstofzuigers kunnen een plattegrond van je woning maken. Dat kost eenmalig wat tijd, maar levert daarna veel gemak op. Tijdens zo'n verkenningsronde reinigt hij meestal nog niet, maar scant hij alleen. Geef hem de ruimte en zorg dat er geen spullen over de vloer slingeren. Als de kaart eenmaal is aangemaakt, kun je zones instellen, schoonmaakschema's maken en no-go-gebieden markeren.

2. Zorg voor voldoende licht

Robotstofzuigers met optische sensoren hebben licht nodig om goed te navigeren. Als je hem 's avonds laat rijden terwijl de lampen uit zijn, herkent hij obstakels minder goed. Plan het schoonmaken liever overdag of laat een lamp aan in de ruimte waar hij aan het werk is. Als het apparaat regelmatig moeite heeft om meubels of muren goed te herkennen, komt dat mogelijk door te weinig licht.

Licht, laser & optische sensoren

De lichtbehoefte van robotstofzuigers verschilt sterk per navigatiesysteem. Modellen met LiDAR-technologie (lasernavigatie) werken uitstekend in het donker omdat ze zelf licht uitstralen om obstakels te detecteren. Camera-gebaseerde robots daarentegen zijn afhankelijk van omgevingslicht om hun omgeving te kunnen 'zien' en hebben problemen in donkere ruimtes. Goedkopere modellen met alleen infrarood- of aanrakingssensoren navigeren weliswaar zonder licht, maar werken veel minder nauwkeurig en rijden vaker tegen obstakels aan.

3. Stel schoonmaakzones en kamers in

In de app van de meeste modellen kun je na de kaartopbouw aangeven welke kamers of delen van het huis wanneer moeten worden schoongemaakt. Dat is handig als je bijvoorbeeld elke ochtend de gang en keuken wilt laten doen, maar de slaapkamers alleen op zaterdag. Door het schoonmaken slim te verdelen, werkt de robotstofzuiger efficiënter en hoeft hij tussendoor minder vaak op te laden.

©Wesley Akkerman | ID.nl

4. Gebruik virtuele afbakeningen waar nodig

Veel modellen bieden de mogelijkheid om virtuele grenzen aan te maken: gebieden waar de robotstofzuiger niet mag komen. Denk aan een speelkleed met speelgoed, een losse kabel achter de bank of een plek waar de vloer nat kan zijn. In plaats van zo'n verboden plek elke keer handmatig af te schermen, door er bijvoorbeeld iets voor te zetten, stel je die zones gewoon één keer digitaal in. Het apparaat houdt daar vanaf dan automatisch rekening mee en weet dat hij daar niet meer mag komen.

5. Dweilen? Wees voorzichtig met schoonmaakmiddelen

Kan jouw robotstofzuiger ook dweilen? Gebruik dan alleen het aanbevolen reinigingsmiddel of gewoon water. Veel gewone schoonmaakmiddelen zijn te sterk of laten resten achter, waardoor leidingen of sproeiers kunnen verstoppen. Sommige robotstofzuigers hebben een speciaal reservoir voor schoonmaakmiddel, maar dat geldt niet voor elk model. Iets om naar te kijken voordat je een robotstofzuiger gaat kopen.

6. Maak borstels, wieltjes en sensoren regelmatig schoon

Haren, stof en vuil hopen zich snel op rond de draaiende onderdelen van de robotzuiger. Vooral huisdierharen kunnen oor problemen zorgen. Maak elke week de hoofdborstel los, controleer de zijborstels en veeg vuil weg met een droge doek of meegeleverd hulpstuk. Vergeet ook de val- en navigatiesensoren niet: die kunnen door stof minder goed functioneren, wat de navigatie beïnvloedt.

©Vershinin Evgenii

7. Leeg het stofreservoir af en toe ook zelf

Veel robotstofzuigers hebben een zelflegende functie. Handig, maar ook dan is het slim om af en toe zelf te controleren of alles goed blijft werken. Het stofreservoir is meestal klein en raakt sneller verstopt dan je denkt. Leeg het na een paar schoonmaakbeurten, zeker als je merkt dat hij minder vuil opzuigt of als hij zelf aangeeft dat het reservoir leeg is, maar je toch nog stof en kruimels op de vloer ziet liggen.

8. Zet het laadstation op een vaste plek

Een robotstofzuiger onthoudt zijn omgeving en zoekt na elke beurt zijn laadstation op. Verplaats je dat station naar een andere plek, dan moet hij opnieuw leren waar hij zich bevindt. Zet het station dus op een centrale, bereikbare plek waar voldoende ruimte is en laat het daar staan. Zo voorkom je dat hij de weg kwijt raakt of fouten maakt bij het navigeren.

9. Pas op bij huisdieren

Een ongelukje van een huisdier kan vervelende gevolgen hebben als de stofzuiger erdoorheen rijdt. Laat hem daarom liever schoonmaken op momenten dat je huisdieren buiten zijn of je zeker weet dat de vloer schoon is. Zo voorkom je niet alleen vieze sporen, maar ook schade aan het apparaat en extra schoonmaakwerk achteraf.

©Надія Коваль - stock.adobe.com

10. Automatiseer waar het kan, maar houd controle

Robotstofzuigers zijn bedoeld om werk uit handen te nemen. Toch blijft het verstandig om regelmatig de app te openen, meldingen te controleren en updates uit te voeren. Soms kun je met een kleine aanpassing – zoals het verplaatsen van een kabel, het instellen van een extra schoonmaakbeurt op vrijdag – het resultaat flink verbeteren.

Robotstofzuiger klaar? Zuigen maar!

Het is simpel: hoe beter je robotstofzuiger weet wat hij moet doen, hoe beter hij zijn werk doet. Met deze tips zorg je ervoor dat dat het geval is. En ja, je moet zelf ook af en toe nog wat doen, zoals het stofreservoir controleren of dierenhaar uit de wieltjes te peuteren, maar dat kost hooguit een paar minuutjes van je tijd. Want je weet nu hoe je ervoor zorgt dat de omstandigheden zo goed mogelijk zijn én hoe je hem 'traint'. En daarmee komt hij dicht in de buurt van je ideale huishoudhulp!


🤖 🧹 Accessoires voor je robotstofzuiger?

Je vindt ze