ID.nl logo
Review Sony XR-55A95K – OLED-tv met beeldkwaliteit voor gevorderden
Huis

Review Sony XR-55A95K – OLED-tv met beeldkwaliteit voor gevorderden

Naast Samsung rust ook Sony een topmodel uit met de nieuwe OLED-technologie. We zijn erg benieuwd of beide merken een andere aanpak hanteren, maar een ding kunnen we al verklappen. Sony heeft met de XR-55A95K OLED-tv een topper in handen.

Legendarisch
Conclusie

Deze Sony mag zonder enige twijfel bovenaan de verlanglijst van elke filmliefhebber staan. Gamers hadden ongetwijfeld liever gezien dat Sony wat ruimere mogelijkheden bood op HDMI-vlak, maar als de beperkingen je niet storen, is de XR55A95K ook voor hen een uitstekende keuze. De A95K haalt elke gram potentieel uit het nieuwe QD-OLED-paneel. Het geeft ten opzichte van de Samsung S95B een minimum aan terrein prijs op vlak van piekhelderheid, maar toont wel elke nuance in kleur, schaduwen en licht. De beeldverwerking zorgt dat al je bronnen er op hun best uitzien. Kortom, topbeelden om van te smullen. De Acoustic Surface oplossing onderlijnt het beeld met prima geluid. Google TV en de nieuwe afstandsbediening staan garant voor uitstekend gebruiksgemak. Enkel de prijs vinden we nogal zwaar, zeker vermits het verschil met de Samsung S95B niet zo groot is.

Plus- en minpunten
  • Diep, bijna perfect zwart met veel schaduwnuances
  • Hoge piekhelderheid en zeer ruim kleurbereik
  • Bijna perfecte kijkhoek
  • Uitstekende beeldverwerking
  • Zeer goede bewegingsscherpte
  • Acoustic Surface+ levert uitstekend geluid
  • HDMI 2.1-aansluitingen met veel gaming-features
  • Nieuwe, handige en eenvoudigere afstandsbediening
  • Rechtstreeks invallend licht beïnvloedt de zwartweergave
  • Slechts twee HDMI 2.1-aansluitingen
  • Dolby Vision en 4K120 niet te combineren via HDMI

De A95K gebruikt een nieuwe type OLED-paneel, dat OLED en quantum dots combineert, vandaar de benaming: QD-OLED. Zowel de Samsung S95B als de Sony A95K gebruiken exact hetzelfde paneel, en ze delen dan ook alle voor-en nadelen. Kort gesteld zijn dat de volgende.

QD-OLED biedt een bijna perfect contrast, maar combineert het met een betere helderheid en vooral met kleuren die hun intensiteit (saturatie) bewaren bij heel hoge helderheden. De pixels hebben een zeer snelle reactietijd. De opbouw van het paneel garandeert een zeer ruime kijkhoek, maar kan anderzijds wat last ondervinden van sterk omgevingslicht dat de zwartweergave licht verwatert. 

De panelen gebruiken een unieke driehoekige subpixelstructuur die het mogelijk iets minder geschikt maakt voor computermonitoren. Tot slot blijft er een beperkt risico op inbranden, hoewel fabrikanten hun ondertussen ruime ervaring met OLED inzetten om dat te vermijden.

Stoere tv

Een ding dat we echt niet verwachten van een OLED-tv is een stoer uiterlijk. De OLED-panelen benadrukken vaak een superslank design. Sony kiest hier duidelijk een ander pad. Het scherm zelf is al wat dikker, maar vooral het feit dat de elektronicabehuizing over de hele rug uitstrekt, is verrassend. Bovendien staat het toestel op een voetplaat die even breed is als het toestel. Het totaalgewicht, 31 kg, liegt er niet om, dit is een forse tv.

Over de afwerking echter geen slecht woord. Die is piekfijn in orde, en aan elk detail is gedacht. De voetplaat kan gemonteerd worden naar voor of naar achter wijzend. Maar wat je ook kiest, het beeld hangt een centimeter boven het meubel dus een soundbar voor de tv zetten is geen optie.

Aansluitingen

Deze Sony zal gamers tot keuzes dwingen. Van de vier HDMI-aansluitingen zijn er maar twee die de 48 Gbps HDMI 2.1 bandbreedte leveren. En een daarvan dient voor ARC/eARC. Wie dus een soundbar op het oog heeft, houdt maar één HDMI 2.1-aansluiting over. Ze kunnen ook niet én Dolby Vision én 4K120 tegelijk ondersteunen, via de instellingen bepaal je wat de HDMI-aansluiting aankan. Ondersteuning voor ALLM en VRR is er wel, en de input-lag van 17,2 ms (4K60) en 8,7 ms (2K120) is in elk geval prima.

Daarnaast vind je op de Sony twee usb-aansluitingen, een composiet video en stereo minijack ingang, en een optisch digitale audio-uitgang. Voor een koptelefoon moet je bluetooth gebruiken. De A95K biedt een unieke oplossing voor wie een AV-receiver gebruikt, hij kan immers aangesloten worden als center-luidspreker. 

Er is natuurlijk ook ethernet en wifi voor smart functies. Met de dubbele tv-tuner kan je kijken en tegelijk een ander kanaal opnemen naar usb-harde schijf. Er is wel maar één CI Plus-slot.

Beeld om van te smullen

Met de resultaten van de Samsung S95B in het achterhoofd zijn we benieuwd of Sony nog meer uit het QD-OLED-paneel kan halen. We zien in elk geval een zeer goede uniformiteit en geen dirty screen-effect. Sony levert in de ‘Gebruiker’ beeldmode de meest accurate resultaten. Het beeld heeft dankzij het perfecte zwart veel diepte, en de Sony haalt erg veel schaduwnuances naar boven. De kleurweergave is erg accuraat, en huidstinten ogen natuurlijk. We durven te spreken van een bijna referentiekwaliteit in SDR-beelden.

De Sony ondersteunt HDR10, HLG en Dolby Vision. Ook in HDR schakelen we naar de ‘Gebruiker’ beeldmode, en daar zien we dezelfde trend die we op de Samsung S95B zagen, maar met kleine verschillen. Zo lijkt Sony iets voorzichtiger te zijn met de maximale helderheid. Die piekt rond de 940 nits op een 10% venster, en 196 nits op een volledig wit scherm. Dat is ongeveer 10% minder dan de Samsung, en met die piekhelderheid zit de Sony eerder op de lijn van de LG G2, al is wel duidelijk dat hij minder hard moet dimmen in meer heldere beelden. 

Met een 99,8% P3 kleurbereik levert hij een heel groot kleurpalet. Het voordeel van QD-OLED is echter dat hij kleuren ook veel helderder kan weergeven (tot 2,5x) dan WOLED zonder aan kleurintensiteit (saturatie) in te boeten. Daardoor heeft de A95K een enorm kleurvolume, heel helder gemasterde beelden houden daardoor al hun kleurpracht. 

Sony heeft een bovendien uitstekende tonemapping aanpak. Die negeert weliswaar de HDR10-metadata en vertrouwt op eigen analyse van het beeld, maar maakt wel elke nuance zichtbaar, zowel aan het donkere als lichte uiteinde van het spectrum. Zo kijk je moeiteloos binnen in de donkerste scènes en blijven heldere beelden zeer rijk aan nuance zonder detail te clippen.

Slimme beeldbewerking

De Sony Cognitive Processor XR levert uitstekende resultaten voor deinterlacing, ruisonderdrukking en upscaling. Met ‘Reality Creation’ geef je het beeld bovendien een beetje extra detail en diepte zonder storende valse contouren. Ook hinderlijke kleurstroken in zachte kleurovergangen werkt hij efficiënt weg, zelfs in moeilijke donkere testscènes. 

Er blijven wel een paar kleine probleempjes. De processor kan horizontaal lopende tekst (de zogenaamde tickers) niet helemaal zonder kleine schokken weergeven. En een gelijkaardig probleem zien we bij motion interpolation, waar de processor in snelle actiepans veel stotter in het beeld laat of duidelijke artefacten introduceert. 

Het QD-OLED-paneel zorgt wel voor zeer goede bewegingsscherpte, de snelle pixelresponstijd maakt dat er nauwelijks een vage rand is rond bewegende voorwerpen. Sony geeft je de mogelijkheid om Black Frame Insertion te activeren, maar veel extra bewegingsscherpte levert dat niet, en de flikkering in beeld is storend.

Geluid recht uit het scherm 

Net als de andere Sony OLED-tv’s gebruikt de A95K Acoustic Surface technologie. Twee actuatoren brengen het aan het trillen zodat het scherm zelf de geluidsgolven produceert. Voor de lage tonen zijn er wel twee woofers voorzien. Belangrijkste voordeel van Acoustic Surface: de klank komt echt recht uit het scherm, in plaats van vanonder het scherm zoals dat vaak het geval is. 

De 60 Watt vermogen zorgt voor een stevige portie audio die gemakkelijk de kamer vult. Ondersteuning voor Dolby Atmos garandeert een erg mooie surroundervaring. Met een korte testprocedure optimaliseer je de weergave voor de kamerakoestiek. Alles bij elkaar een prima resultaat, dat voor veel kijkers ruim zal volstaan.

Google TV met wat extra's 

Het smart tv-deel wordt verzorgd door Google TV. Dat garandeert een uitzonderlijk rijk aanbod apps, en een interface die je overstelpt met aanbevelingen. Die zijn per genre gerangschikt en gaan over verschillende (maar niet alle) streamingdiensten heen. Op de A95K heb je exclusief toegang tot Bravia Core, de streamingdienst van Sony Pictures die een ruim aanbod films heeft. Die toegang geldt voor twee jaar, over de verdere toekomst kon Sony ons niets zeggen.

De interface reageert vlot en apps starten snel, en samen met de nieuwe afstandsbediening levert het een goede gebruikservaring. Wat is er nieuw aan de afstandsbediening? Ze is vereenvoudigd, en past beter bij het meer streaming georiënteerd kijken. Vind je ze niet meer terug, dan gebruik je de Find My Remote functie in de Google Home app. De remote licht dan op en maakt geluid.

De Bravia Cam

In de doos vind je ook de Bravia Cam, een camera die je magnetisch bovenaan het scherm bevestigd. Die gebruik je als webcam om te videochatten via Google Duo. Sony geeft hem ook andere functies, al lijken die ons niet echt belangrijk of nuttig. De camera kan je waarschuwen als je te dicht bij het scherm zit, of geluid en beeld aanpassen op basis van je zitplaats. Later zullen daar nog functies bijkomen, zoals gebaarcontrole of het scherm dimmen als er niemand voor zit. 

Aan privacy is er gelukkig wel gedacht. De camera stuurt geen extra gegevens door voor die functies, en met een schuifknop bovenaan schuif een je een lenskap voor de camera.

Conclusie

Deze Sony mag zonder enige twijfel bovenaan de verlanglijst van elke filmliefhebber staan. Gamers hadden ongetwijfeld liever gezien dat Sony wat ruimere mogelijkheden bood op HDMI-vlak, maar als de beperkingen je niet storen, is de XR55A95K ook voor hen een uitstekende keuze. De A95K haalt elke gram potentieel uit het nieuwe QD-OLED-paneel. Het geeft ten opzichte van de Samsung S95B een minimum aan terrein prijs op vlak van piekhelderheid, maar toont wel elke nuance in kleur, schaduwen en licht. De beeldverwerking zorgt dat al je bronnen er op hun best uitzien. Kortom, topbeelden om van te smullen. 

De Acoustic Surface oplossing onderlijnt het beeld met prima geluid. Google TV en de nieuwe afstandsbediening staan garant voor uitstekend gebruiksgemak. Enkel de prijs vinden we nogal zwaar, zeker vermits het verschil met de Samsung S95B niet zo groot is.

▼ Volgende artikel
Hybride warmtepompen: monoblock of split?
Energie

Hybride warmtepompen: monoblock of split?

Je hebt besloten om je huis duurzamer te verwarmen met een hybride warmtepomp. Een uitstekende keuze die je energierekening flink kan verlagen. Nu sta je voor een volgende beslissing: wordt het een monoblock- of een split-warmtepomp? In dit artikel leggen we de verschillen uit.

Partnerbijdrage: in samenwerking met Intergas

Voordat we de verschillen bespreken, is het goed om te begrijpen hoe een warmtepomp werkt. In essentie haalt een warmtepomp energie uit de buitenlucht en zet deze om in bruikbare warmte voor je huis. Dit proces is enorm efficiënt en kan daarom een forse besparing op je verwarmingskosten opleveren. De twee hoofdtypes die we hier bespreken zijn de monoblock- en de split-warmtepomp.

Wat is een monoblock-warmtepomp?

Een monoblock-warmtepomp is een alles-in-één oplossing. Zoals de naam al suggereert, bestaat deze uit een grote unit die buiten wordt geplaatst. Deze robuuste unit bevat alle technologie die nodig is om warmte uit de buitenlucht te halen en door te geven aan je verwarmingssysteem. De behuizing is stevig gebouwd om weersinvloeden te weerstaan, wat resulteert in een relatief zwaar apparaat – vaak meer dan 80 kilo. Ondanks zijn omvang wordt een monoblock-warmtepomp direct aangesloten op je bestaande verwarmingssysteem, wat de installatie in zekere zin vereenvoudigt.

©Intergas

Wat is een split-warmtepomp?

In tegenstelling tot de monoblock bestaat een split-warmtepomp uit twee afzonderlijke delen: een buiten- en een binnenunit. Deze twee units werken samen om je huis te verwarmen. De buitenunit haalt warmte uit de lucht, waarna deze via speciale leidingen naar de binnenunit wordt getransporteerd. Vervolgens geeft de binnenunit de warmte af aan je verwarmingssysteem.

De buitenunit van een split-systeem is kleiner dan een monoblock, maar even robuust gebouwd. De binnenunit is compact en stil, en wordt meestal op zolder of in een bijkeuken geplaatst. Een belangrijk detail is dat de installatie vanwege het speciale koudemiddel in de leidingen tussen de twee units door een erkende vakman moet gebeuren.

Voor- en nadelen van een monoblock-warmtepomp

Een monoblock-warmtepomp, zoals de Intergas Xtend Monoblock, blinkt uit in efficiëntie. Hij kan meer warmte uit de lucht halen en hogere temperaturen bereiken, waardoor je cv-ketel minder vaak hoeft bij te springen. De grote ventilator van een monoblock produceert doorgaans minder geluid dan de kleinere ventilator van een split-systeem. Ook is de installatie vaak eenvoudiger, omdat er alleen waterleidingen op je cv-systeem aangesloten hoeven worden.

Er zijn echter ook uitdagingen. Een monoblock neemt meer ruimte in beslag en is zwaarder, wat een stevige ondergrond vereist. De waterleidingen naar je huis moeten goed worden beschermd tegen vorst. Tot slot is een monoblock meestal duurder in aanschaf dan een split-systeem.

©Intergas

Voor- en nadelen van een split-warmtepomp

Split-warmtepompen hebben als groot voordeel dat ze goedkoper zijn in aanschaf. Ze zijn ook compacter, wat handig is als je weinig buitenruimte hebt. Je kunt de buitenunit bijvoorbeeld aan de gevel van een appartement hangen. Een ander pluspunt is dat je de buiten- en binnenunit verder uit elkaar kunt plaatsen dan bij een monoblock mogelijk is.

Daar staat tegenover dat de kleinere ventilator van de buitenunit sneller moet draaien en daardoor meer geluid maakt. Een split-systeem haalt doorgaans ook iets minder warmte uit de lucht, waardoor je cv-ketel vaker moet bijspringen. De installatie is ingewikkelder vanwege de speciale leidingen die tussen de binnen- en buitenunit moeten komen.

Zowel monoblocks als split-systemen hebben dus hun voor- en nadelen. Wil je een keuze maken die bij jou past? Neem dan contact op met Intergas. De experts helpen je graag verder.

▼ Volgende artikel
Review LG 65QNED91T6A - Kan hij  tippen aan de concurrentie?
Huis

Review LG 65QNED91T6A - Kan hij tippen aan de concurrentie?

QNED, het antwoord van LG op quantum dots, wordt toegepast in deze miniled lcd-tv. Dit type televisie is inmiddels erg populair geworden, ook in het subtop- en middensegment van het tv-aanbod. Heeft deze LG 65QNED91T6A genoeg in huis om de concurrentie de baas te blijven?

Uitstekend
Conclusie

De 65QNED91T6A kan zijn miniled-beloftes niet echt waarmaken. Het aantal zones in de achtergrondverlichting is vrij laag, waardoor er maar een beperkte verbetering van het contrast is. Ook op het gebied van piekhelderheid scoort hij niet overdreven goed. Als we naar concurrenten in deze categorie kijken, zoals Hisense of TCL, dan bieden die meer zones, beter contrast en meer piekhelderheid. LG slaat de plank verder ook mis door reclame op het Home-scherm toe te laten, dat zetten we onverbiddelijk uit. Ondanks die beperking levert de tv nog voldoende contrast en piekhelderheid, en gecombineerd met een ruim kleurbereik en zeer goede beeldverwerking levert dat alsnog erg mooie beelden. De tv is op zijn best in verlichtte woonkamer. Hij ondersteunt Dolby Vision, maar geen HDR10+. LG vangt dat uitstekend op door zijn eigen dynamische tonemapping. Dat illustreert dat goede beeldverwerking net zo belangrijk als puur contrast of piekhelderheid. WebOS is een prima smart tv-systeem met ruim aanbod apps en functies en nu ook met de garantie voor vijf jaar nieuwe versies voor het OS. De prijs is wat ons betreft echter nog iets te hoog.

Plus- en minpunten
  • Voldoende piekhelderheid en goed contrast
  • Mooie HDR-beelden in HDR10 en Dolby Vision
  • Te weinig zones voor een miniled
  • Advertenties op het Home-scherm
  • Beperkte kijkhoek

OVER DIT TOESTEL

  • Adviesprijs: 1.799 euro
  • Wat: Ultra HD 4K 120 Hz Full Array miniled QNED LCD-tv met lokale dimming
  • Schermformaat: 65 inch (164 cm)
  • Aansluitingen: 4x HDMI (4x v2.1 (48 Gbps), ARC/eARC, ALLM, VRR, QMS), 2x USB, 1x optisch digitaal uit, 2x antenne, WiFi 5 (802.11ac), ethernet, Bluetooth 5.1, WiSA
  • Extra’s: HDR10, HLG, Dolby Vision IQ, Dolby Atmos, WebOS 24, AirPlay 2, USB/DLNA-mediaspeler, DVB-T2/C/S2, CI+-slot, Alpha 8 processor
  • Afmetingen: 1452 x 907 x 285 mm (incl. voet)
  • Gewicht: 35,0 kg (incl. voet)
  • Verbruik (per 1000 uur): SDR 84 kWh (E) / HDR 167 kWh (G)

ENERGIELABEL

MEER INFORMATIE

Deze LG-televisie past perfect in het rijtje van moderne, prima afgewerkte televisies die we dit jaar al vaker voorbij zagen komen. Het toestel is vrij slank dankzij het profiel van slechts 45mm, heeft een mooie metaalkleurige rand rondom en een vlakke rug. Aan de zijdes is de rug zoals bij de meeste toestellen wat afgeschuind. De centrale voet biedt geen verschillende draaiposities, maar het scherm staat desondanks toch 7cm hoog boven het tv-meubel, zodat een soundbar goed onder het scherm past. Het enige echt opvallende kenmerk? Het toestel is relatief zwaar, namelijk 35kg inclusief voet.

De tv beschikt over vier HDMI-poorten die allemaal de maximale HDMI 2.1-bandbreedte van 48Gbps bieden. Dat is nog steeds vrij zeldzaam, maar is wel goed nieuws voor gamers met meerdere high-end gaming-bronnen. Er is ondersteuning voor ALLM, 4K120 en VRR (AMD FreeSync en NVIDIA G-Sync) en op één poort kun je ARC/eARC gebruiken. De input-lag is iets hoger dan bij de oled-modellen, maar blijft zeer goed, 17,0ms (4K60) en 7,6ms (2K120). Wie de tv wil uitbreiden met draadloze luidsprekers, kan gebruik maken van het WiSA-protocol (Wireless Speaker and Audio Association). Je bent wel beperkt tot 2.1-configuraties, een WiSA surround-opstelling is dan helaas niet mogelijk.

Niet alle minileds zijn gelijk

Het gebruik van minileds voor de achtergrondverlichting is iets waar fabrikanten graag mee uitpakken, maar het resultaat per merk en model kan sterk uiteenlopen. Minileds verdelen de achtergrondverlichting in meer segmenten dan wanneer er gewone leds worden toegepast. Het aantal zones kan sterk verschillen, van 100 tot meer dan 1.000. Dat heeft uiteraard impact op de prestaties wat betreft contrast en helderheid.

Deze LG heeft een achtergrondverlichting met 16x10 (160) zones, en dat is vandaag de dag toch redelijk weinig. Concurrenten zitten in dit segment al op 1.500 zones. Het eigen contrast van het VA-paneel is goed, 4.800:1, maar met dat beperkt aantal zones stijgt dat nauwelijks naar 5.000:1, en dat is vooral ook omdat LG erg voorzichtig is met de dimming. Op eenvoudigere testen kan dit wel naar 35.000:1 stijgen. Naar een reden hoeven we niet ver te zoeken, agressief dimmen met zo weinig zones maakt de zonegrenzen zichtbaar, ook omdat ze soms wat traag reageren. Dat stoort erg en hierdoor is een vage halo rond heldere voorwerpen op een donkere achtergrond dan ook onvermijdelijk.

©LG Electronics

Ook op het vlak van helderheid doet de LG op veel vlakken onder voor de concurrentie. Op een 10% venster meten we in de goed gekalibreerde HDR Filmmaker mode 1.099 nits, en op het volledig wit beeld haalt hij nog 644 nits. Dat was twee jaar geleden weliswaar nog acceptabel, maar nu concurrenten vlot over de 2.000 nits gaan, is dat toch wat te beperkt. Het kleurbereik scoort wel uitstekend, daar meten we 95% P3.

Toch heeft LG nog een sterke troef in handen, namelijk de uitstekende kalibratie af fabriek. De Filmmaker mode is zowel in SDR als HDR bijzonder goed gekalibreerd. Dat betekent dat je kunt rekenen op veel schaduwnuances, een neutrale grijsschaal en mooie, natuurlijke kleurweergave. Met HDR10-beeld kan LG’s dynamische tone mapping prachtige resultaten opleveren en daarmee maakt de tv het beste van zijn kleurbereik en helderheid. Witnuances en intense kleuren worden uitstekend bewaard. Alleen heel donkere HDR10-scènes lijden wat onder het beperkte aantal zones, die beelden worden iets té donker. De QNED91 ondersteunt ook Dolby Vision, maar geen Dolby Vision IQ zoals bij de oled-modellen.

Uitstekende beeldverwerking

Naast een uitstekende kalibratie toont deze LG ook sterke prestaties voor beeldverwerking. Dat dankt de tv aan zijn Alpha 8-processor die verbeterd werd met eigenschappen en functies die vorig jaar nog exclusief voor de Alpha 9-processor waren. We kunnen zelfs zeggen dat de LG geen echte zwakke plekken meer heeft. Deinterlacen van 1080i-beelden zoals die van live tv, doet hij prima zodat je zelden nog een gekartelde rand ziet. Upscaling en ruisonderdrukking maken van oudere content mooie 4K-beelden, al kun je van oudere videocontent zoals dvd’s geen wonderen verwachten. Via een superresolutie-bewerking kan de tv wat fijn extra detail toevoegen, dat werkt goed voor HD-materiaal, maar kan bij dvd’s bijvoorbeeld wel voor een wat overbewerkt resultaat zorgen. De ruisonderdrukking kan ook kleurstroken in zachte gradiënten wegnemen.

©LG Electronics

Een lcd-paneel heeft minder bewegingsscherpte dan een oled-paneel, en dus maskeert het fijn detail in snelle actiescènes. Bewegende voorwerpen hebben soms een wazige rand of tonen een beperkt sleepspoor. LG biedt met Motion Pro verschillende opties om dat te elimineren, maar introduceren op hun beurt juist weer andere problemen, dus deze functie kun je beter uit laten staan. Heb je een hekel aan schokken in het beeld wanneer de camera snel beweegt, activeer dan de Trumotion-functie. Zeker voor sport is dat prettig, maar voor film blijft het vaak een kwestie van smaak.

Degelijke audio

De QNED91 is uitgerust met een 2.2-systeem van 40 watt, en ondersteuning voor Dolby Atmos en DTS:X. Onze filmfragmenten klonken prima met een aangename warme klank en een vleugje ruimtelijkheid. Die echte surround sound-ervaring kan je uit dit soort systeem niet halen, zelfs niet met ondersteuning voor de modernste audioformaten. Dat AI niet altijd de juiste resultaten geeft, werd hier bevestigd. De tv heeft een AI-Pro mode voor geluid, maar die klonk erg slecht, zeker voor muziek. In de muziek audiomode konden we het resultaat wél waarderingen, als loop je daar wel tegen beperkingen aan wanneer je voor hardere muziekgenres zoals metal kiest. Met het volume op ongeveer driekwart hoor je de woofer trillen in het chassis en gaat de bas uit de bocht. Al bij al een degelijk resultaat, in lijn met deze categorie. 

WebOS 24, helaas met reclame

De smart tv-omgeving van LG, WebOS, heeft veel goede punten. Zo vind je nagenoeg alle streaming-apps op dit platform, zowel internationaal als lokaal. Daarnaast heeft LG op de 2024-versie van webOS naast Airplay 2 ook Google Cast geïmplementeerd zodat je vanaf je smartphone, Android of iOS, moeiteloos content naar de tv kunt streamen. Apps en andere functies zijn gegroepeerd in zogeheten Quick Cards, zodat je gemakkelijk bepaalde functies kunt terugvinden.

©Eric Beeckmans | ID.nl

Er zijn Quick Cards voor Thuis-hub, Sport, Thuiskantoor, Games, Muziek, Toegankelijkheid en sinds kort ook voor Leren en Groeien. De lay-out van WebOS zelf is vrij eenvoudig en ook redelijk compact zodat je niet nodeloos hoeft te scrollen om iets te vinden. De Magic Remote van LG waarmee je een cursor bestuurt door naar het scherm te wijzen blijft ook een belangrijke factor in het gebruiksgemak. Aangezien smart tv-platformen nog steeds evolueren is het ook erg fijn om te weten dat LG nu vijf jaar lang de nieuwste versie van WebOS op je tv belooft te plaatsen. In dit overzichtsartikel vind je alle info over webOS.

Toch heeft LG wat ons betreft een foute beslissing genomen. De fabrikant toont namelijk nu reclame op het Home-scherm, en die reclame is in tegenstelling tot bij andere fabrikanten niet beperkt tot content, maar kan bijvoorbeeld ook een sportwinkel of automerk tonen. Dat is echt wel het laatste wat we willen. Zelfs de screensaver kan reclame tonen (al zagen daar gelukkig alleen LG’s eigen LG Channel-dienst). Je kunt de reclame uitschakelen via de instellingen, iets dat we dan ook van harte aanraden.

Conclusie

De 65QNED91T6A kan zijn miniled-beloftes niet echt waarmaken. Het aantal zones in de achtergrondverlichting is vrij laag, waardoor er maar een beperkte verbetering van het contrast is. Ook op het gebied van piekhelderheid scoort hij niet overdreven goed. Als we naar concurrenten in deze categorie kijken, zoals Hisense of TCL, dan bieden die meer zones, beter contrast en meer piekhelderheid. LG slaat de plank verder ook mis door reclame op het Home-scherm toe te laten, dat zetten we onverbiddelijk uit.

Ondanks die beperking levert de tv nog voldoende contrast en piekhelderheid, en gecombineerd met een ruim kleurbereik en zeer goede beeldverwerking levert dat alsnog erg mooie beelden. De tv is op zijn best in verlichtte woonkamer. Hij ondersteunt Dolby Vision, maar geen HDR10+. LG vangt dat uitstekend op door zijn eigen dynamische tone mapping. Dat illustreert dat goede beeldverwerking net zo belangrijk als puur contrast of piekhelderheid. WebOS is een prima smart tv-systeem met ruim aanbod apps en functies en nu ook met de garantie voor vijf jaar nieuwe versies voor het OS. De prijs is wat ons betreft echter nog iets te hoog.