ID.nl logo
Vervang halogeenspots en bespaar honderden euro’s aan energiekosten
Zekerheid & gemak

Vervang halogeenspots en bespaar honderden euro’s aan energiekosten

Halogeenspots zijn niet meer van deze tijd. Ze ‘vreten’ namelijk energie. Volgens Europese regelgeving mogen winkels dan ook geen halogeenlampen van 230 volt meer inkopen. Toch zijn er in veel huizen nog altijd meerdere stroomslurpende lichtspots te vinden. Hoog tijd om voor eens en altijd over te stappen op led en het verbruik met wel 90 procent terug te dringen!

Halogeenverlichting verbruikt veel stroom. Gelukkig bestaat er in de vorm van ledverlichting een goedkoop en duurzaam alternatief. In dit artikel vertellen we je:

  • Wat de impact is van halogeenverlichting op je energierekening.
  • Welke soorten ledspots je kunt kopen.
  • Hoe je veelvoorkomende obstakels oplost bij het vervangen van halogeenverlichting.
  • Misschien is het artikel Bespaar direct op je energierekening ook interessant voor jou.

Met de torenhoge stroomprijzen van tegenwoordig kun je er eigenlijk niet meer onderuit. De meeste halogeenspots die werken op een spanning van 230 volt hebben een behoorlijk vermogen van 35 of 50 watt. Heb je dagelijks flink wat spots urenlang branden? Dan zijn die verantwoordelijk voor een aanzienlijk deel van je energierekening. Bij aanwezigheid van meerdere spots praat je op jaarbasis al gauw over een besparing van honderden euro’s.

Stap nu over op led!

Je bewijst je portemonnee er een dienst mee :)

Zo verlaag je de energiekosten

We illustreren de energiekosten van halogeenverlichting met een simpel rekenvoorbeeld. Stel dat er 5 halogeenspots van 50 watt dagelijks 10 uur branden. We gaan hierbij uit van een gebruik van 200 dagen per jaar. Het verbruik hiervan bedraagt op jaarbasis 500 kWh (5 × 50 watt × 10 uur × 200 dagen = 500.000 watt). Met een actuele stroomprijs van zo’n 0,80 euro per kWh betaal je voor deze lampen dus 400 euro per jaar. Als je deze halogeenspots vervangt door ledlampen, ben je slechts een fractie van dat bedrag kwijt. Ledlampen dringen het energieverbruik namelijk met 80 à 90 procent terug.

Ook lezen: Zo verduurzaam je je woonkamer

Een geschikte ledspot biedt eveneens warm wit licht, terwijl het vermogen van een enkele lamp meestal niet boven de 5 watt uitkomt. Kortom, de investering in ledverlichting verdien je doorgaans snel terug. We beschrijven verschillende veelvoorkomende scenario’s om halogeen definitief uit je huis te bannen.

De halogeenspots in deze uitbouw hebben een gezamenlijk vermogen van 250 watt.

Welke ledspot kopen?

Besluit je om de halogeenspots vaarwel te zeggen, dan wil je natuurlijk wel waardige vervanging. Een aantal zaken is hierbij belangrijk. Let allereerst goed op de lichtkleur. Voor warm wit licht is een lichtkleur van 3000 of 2700 Kelvin bijvoorbeeld gebruikelijk. Wil je de spots nu of in de toekomst kunnen dimmen? Kijk dan goed in de specificaties of dat bij de beoogde lamp mogelijk is. De betere GU10-spots tonen meer warm wit licht naarmate de verlichting wordt gedimd. De lichtkleur loopt dan bijvoorbeeld van 2200 tot 2700 Kelvin. Dat geeft ’s avonds een sfeervol effect dat vergelijkbaar is met traditionele halogeenverlichting. Deze dimbare spots zijn vanaf ongeveer 5 euro per stuk te koop. Voor de prijs hoef je het dus niet te laten.

Ledlampen werken op een veel lager wattage dan halogeenverlichting. Om je een handje te helpen, vermelden fabrikanten daarom op de productdoos welk wattage de ledlamp vervangt. Gooi je bijvoorbeeld een oud GU10-spotje van 50 watt weg, dan kun je heel gemakkelijk een vervangende ledspot selecteren. Hoe hoger het vervangende wattage, hoe feller de lamp. De productdoos vermeldt verder de lichtstroom in een aantal lumen. Werp tot slot een blik op het energielabel. Ook tussen ledlampen bestaan er namelijk verschillen in energieverbruik.

Deze ledspot heeft zelf weliswaar een vermogen van 4,9 watt, maar vervangt een traditionele halogeenlamp van maar liefst 50 watt.

Ledspots rechtstreeks vervangen

Zijn de halogeenspots aangesloten op 230 volt en bedien je ze met een eenvoudige lichtschakelaar? Fijn, want deze gedateerde lampen kun je één op één vervangen voor led. Let wel op dat je een ledspot met de juiste fitting aanschaft. Bij een spanning van 230 volt heb je waarschijnlijk lampen met een GU10-fitting nodig. Deze zogeheten bajonetsluiting stop je in de bestaande armatuur, waarna je de lamp een kwartslag draait. De spot zit nu goed vast. Voor het vervangen van dergelijke lichtbronnen dien je vaak eerst een klemveer van ijzerdraad te verwijderen. Controleer voor de zekerheid of de diameter van de beoogde ledlamp in de inbouwspot past. De gebruikelijke diameter van een GU10-lamp bedraagt zo’n 5 centimeter.

Ledspots met een GU10-fitting draai je met een kwartslag in de bestaande armatuur.

Geschikte led-dimmer kiezen

Dimde je de halogeenspots voorheen met een dimknop? Grote kans dat je de vervangende ledlampen eveneens wilt dimmen. Een oud exemplaar kan vaak niet overweg met het lage vermogen van ledverlichting. De lampen gaan vervolgens flikkeren of je kunt ze niet ver genoeg dimmen. De spots kunnen bovendien stukgaan. Schaf daarom bij twijfel een dimmer aan die geschikt is voor ledverlichting. Busch-Jaeger, Gira en Jung zijn bijvoorbeeld gerenommeerde merken van geschikt schakelmateriaal. Let hierbij op dat je voor spots die werken op een spanning van 230 volt een passende dimmer aanschaft. Er bestaan namelijk ook dimmers die werken op een lagere spanning van 12 volt.

 

De ledspots en dimmer dienen een goede match te zijn. Dat is helaas op voorhand niet altijd even duidelijk. Dat heeft veelal met de kwaliteit van de ingebouwde driver van het dimbare ledlampje te maken. Het is min of meer een kwestie van uitproberen of dimmen in de praktijk goed werkt. Sommige gespecialiseerde (web)winkels vermelden op de productpagina van ledspots met welke dimmer(s) je ze het best kunt aansturen. Voor het vergroten van de slagingskans ga je bij voorkeur in zee met producten van bekende merken.

Bij het vervangen van halogeenverlichting heb je waarschijnlijk ook een andere dimmer nodig.

12volt-verlichting vervangen

Lang niet alle halogeenverlichting is rechtstreeks aangesloten op 230 volt. Spots in de badkamer en keuken werken veiligheidshalve veelal op een lagere spanning. In dat geval zit er tussen de lichtschakelaar of dimmer en de halogeenspots een transformator. Dit apparaat zet een reguliere netspanning van 230 volt om naar 12 volt. Bij het vervangen van verlichting is het een voorwaarde dat de transformator met led overweg kan. Die dien je dus waarschijnlijk te vervangen. In de praktijk is dat niet altijd even eenvoudig. Een transformator bevindt zich bijvoorbeeld vaak boven op een verlaagd plafond. Houd bij het kopen van een geschikte transformator rekening met de minimale en maximale belastbaarheid. Die staan aangegeven in een wattage.

 

Tot slot heb je voor het vervangen van 12volt-verlichting natuurlijk ook geschikte ledlampen nodig. Die zijn gelukkig volop verkrijgbaar. Voor de badkamer zijn dimbare GU5.3-spots bijvoorbeeld gebruikelijk. Die prik je eenvoudig in de bestaande fitting. Verder komen kleine lampjes met een G4- of G9-fitting veelvuldig voor.

▼ Volgende artikel
Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt
© fotomek
Huis

Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt

Denk je net goed bezig te zijn met een A+++-wasdroger, blijkt die vanaf juli 2025 opeens een magere C te scoren. Wat is hier aan de hand? Geen paniek: je apparaat is niet plotseling minder efficiënt geworden, het energielabel wordt een stuk strenger. In dit artikel lees je waarom de regels zijn veranderd, wat het nieuwe label precies meet en hoe je wél de juiste conclusies trekt bij je volgende aankoop.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Vanaf 1 juli 2025 – morgen dus! – verandert het energielabel van wasdrogers in heel Europa. De bekende klassen als A+, A++ en A+++ verdwijnen en maken plaats voor een overzichtelijker schaal van A tot en met G. Hierdoor krijgen veel huidige A+++-drogers voortaan een label C. Niet omdat ze slechter presteren, maar omdat de normering strenger en toekomstbestendiger wordt.

Waarom een nieuw energielabel nodig was

Het oude systeem was zijn doel voorbijgeschoten. Doordat fabrikanten steeds energiezuinigere apparaten ontwikkelden, werden er voortdurend plussen aan de A-klasse toegevoegd. Daardoor ontstond een wildgroei aan energielabels die de consument eerder in verwarring bracht dan hielp. Met het nieuwe label keert de rust terug: één heldere schaal die opnieuw ruimte laat aan de top. De zuinigste klasse A blijft voorlopig zelfs leeg, zodat alleen uitzonderlijk efficiënte apparaten die plek mogen innemen.

©Bemmel & Kroon

Wat je ziet op het nieuwe label

Het nieuwe energielabel bevat veel meer informatie dan alleen een letter. Naast de energieklasse geeft het label nu ook inzicht in het verbruik per honderd droogbeurten, gemeten volgens een gestandaardiseerd Eco-programma. Ook de programmaduur, het maximale vulgewicht van de trommel, het geluidsniveau in decibel en de condensatie-efficiëntie staan erop vermeld. Via een QR-code kun je bovendien extra technische details opzoeken in de Europese EPREL-database. Deze toevoegingen zorgen ervoor dat je als consument beter kunt inschatten welk apparaat past bij jouw huishouden en gebruik. Meer informatie vind je op deze pagina.

©Bemmel & Kroon

1. QR-code met link naar de EU database
2. Energie-efficiëntieklasse
3. Energieverbruik in kWh/100 droogcycli*
4. Condensatie-efficiëntieklasse en -percentage

5. Geluidklasse en geluidemissie in dB(A)**
6. Maximale laadcapaciteit (nominale capaciteit in kg)**
7. Duur in uren en minuten**

* Waarden gelden voor een gewogen gemiddelde van halve en volle ladingen met een verhouding van 0,62 (24x volle lading, 76x halve lading).
** Droogcyclus van katoen eco-programma bij volle lading.

Het lastige van vergelijken

Oude en nieuwe energielabels kun je niet zomaar naast elkaar leggen. Een A+++-droger uit 2024 kan volgens de nieuwe testmethodes een label C krijgen, terwijl het apparaat in de praktijk nog steeds even zuinig is. Dat verschil komt puur door de aangescherpte meetnormen, en niet door een verandering in prestaties. Laat je dus niet misleiden door een ogenschijnlijke 'verslechtering' van het label, maar kijk naar de echte verbruiksgegevens en technische kenmerken van jouw wasdroger.

Wat dit voor jouw keuze betekent

Bij het kopen van een nieuwe droger is het dus belangrijk om verder te kijken dan alleen de letter op het label. De vermelding van het energieverbruik per honderd droogcycli geeft je een veel concreter beeld van de stroomkosten op jaarbasis. Ook het geluidsniveau, de capaciteit van de trommel en de duur van het droogprogramma bepalen in sterke mate hoe comfortabel en efficiënt het apparaat in de praktijk is. Dankzij de QR-code kun je bovendien snel en eenvoudig controleren of de technische gegevens aansluiten bij je verwachtingen.

©Viktoria

Slim kiezen met het nieuwe label

De vernieuwde energielabels maken het makkelijker om een slimme, bewuste keuze te maken. Niet alleen zie je in één oogopslag hoe energiezuinig een apparaat is volgens de nieuwste normen, je hebt ook toegang tot de details die er écht toe doen. Zo kun je jouw keuze afstemmen op wat je belangrijk vindt: lage kosten, weinig geluid, korte droogtijd of een groot vulgewicht. Door te letten op de werkelijke prestaties in plaats van alleen op een letter, maak je een duurzame keuze die ook op de lange termijn rendeert.

Wil je hulp bij het kiezen van een energiezuinige droger of persoonlijk advies over welk type het best bij jouw huishouden past? Laat je dan informeren door een specialist, zodat je met vertrouwen de juiste keuze maakt voor nu én de toekomst.

Op zoek naar een écht zuinige droger?

Bekijk de beste deals bij Bemmel & Kroon!
▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op
© zephyr_p
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op

Een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser kiezen begint niet bij het design of de functies – het begint met een meetlint. Want hoe mooi of geavanceerd een apparaat ook is, als het nét niet past, zit je met een kostbare misser. Een paar millimeter speling kan het verschil maken tussen een perfect passende keuken en een frustrerende inbouwervaring. Met deze meetinstructies weet je zeker dat je straks niet voor verrassingen komt te staan.

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over:

• Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Goed meten is het halve werk

Voordat je aan de slag gaat met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik altijd een betrouwbare rolmaat en eventueel een digitale schuifmaat voor extra precisie. Meet de binnenafmetingen van de nis (dus niet de buitenkant van je keukenkast) en noteer breedte, hoogte én diepte.

Houd daarnaast rekening met de ventilatieruimte: meestal is 2 tot 5 cm aan de achterkant en zijkanten nodig. En check of er ruimte is voor stopcontacten, wateraansluitingen en kabeldoorvoeren – die bepalen vaak óók of het apparaat goed kan worden geplaatst.

©Andrey Sinenkiy

Waar moet je op letten per apparaat?

Elk soort inbouwapparaat heeft zijn eigen eisen en aandachtspunten. Hieronder lees je per type waar je bij het opmeten en installeren specifiek op moet letten. Zo kom je niet voor verrassingen te staan.

Inbouwkoelkast of -vriezer

De hoogte van de nis is hier allesbepalend. Veelvoorkomende maten voor inbouwkoelkasten en -vriezers zijn 88, 140 en 178 cm, maar afwijkingen komen vaak voor. Let op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme vraagt meestal om iets meer ruimte in de breedte. Diepte is vaak 55 cm, maar modellen met een ventilator achterop kunnen richting de 60 cm gaan.

Inbouwoven of -magnetron

Standaard? Niet helemaal. De nisbreedte is meestal 56 cm, terwijl het frontpaneel iets breder is (ca. 59,5 cm) voor een nette aansluiting. Hoogtes verschillen: compacte ovens zijn 45 cm hoog, standaardmodellen 60 cm. Magnetrons vragen soms extra ruimte aan de bovenkant voor uitstekende bedieningspanelen.

Inbouwvaatwasser

Hier draait het vooral om hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 cm, met verstelbare poten voor wat speling. Meet ook de plinthoogte (van vloer tot onderkant kast), en vergeet de watertoevoer niet – reken op zo’n 5 cm extra ruimte in de diepte voor de slang.

Inbouw-espressomachine

Kleiner apparaat, maar niettemin precisiewerk. De breedte is vaak rond de 56 cm, maar de diepte varieert sterk. Let vooral op het waterreservoir (dat tot 55 cm diep kan zijn) en op kleppen of deurtjes die naar voren openen: die hebben extra werkruimte nodig.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Veelgemaakte fouten die je makkelijk voorkomt

Zelfs met zorgvuldige metingen kan het misgaan, vaak doordat kleine details worden vergeten. Denk aan ventilatieruimte, uitstekende stekkers of leidingen die net in de weg zitten. Een handige tip: plak een strook tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het apparaat komt, en markeer waar stekkers en leidingen zitten. Zo zie je snel of er iets in de weg zit.

Ook niet onbelangrijk: controleer of de nis waterpas is! Zeker bij koelkasten met uitschuiflades kan een scheve ondergrond voor problemen zorgen. Pas waar nodig je kast of ondervloer aan voordat je installeert.

Bij renovaties gelden vaak afwijkende maten. Oudere keukens hebben soms dikkere wanden of ongebruikelijke dieptes. Meet dus altijd de huidige situatie én de specificaties van je nieuwe apparaat. Twijfel je? Schakel een keukenexpert in, zeker bij combinaties zoals een oven met magnetron, waarbij elk detail telt.

En tot slot: de allerbelangrijkste stap

Het klinkt als een open deur, maar het voorkomt de meeste problemen: meet altijd twee keer! Schrijf je maten op en leg ze naast de officiële productspecificaties. Let daarbij op details als verstelbare voetjes, uitsparingen voor de deur of een uitschuifbaar bedieningspaneel. Zo weet je zeker dat jouw nieuwe inbouwapparaat niet alleen technisch past, maar ook mooi aansluit bij de rest van je keuken. Want uiteindelijk draait het om één ding: alles moet kloppen – tot op de millimeter.