ID.nl logo
De 6 beste alternatieven voor Paint
© Reshift Digital
Huis

De 6 beste alternatieven voor Paint

Eind oktober liet Microsoft de Creators Update van Windows 10 zien. Opvallend is dat oudgediende Paint helemaal op de schop gaat en wordt klaargestoomd om objecten in 3D te kunnen maken. Maar wat als je gewoon een digitaal canvas wilt voor je platte creaties? Wij vergelijken verschillende toegankelijke Paint-alternatieven met elkaar.

Eind oktober kondigde Microsoft de volgende update voor Windows 10 aan: de Windows Creators Update, die in april officieel uitkwam. Zoals de naam al duidelijk maakt, draait deze update om ‘creators’, oftewel ‘makers’. Specifiek: makers van 3D-modellen. Die focus zie je terug in de nieuwe Paint-app die tegelijkertijd met de Creators Update beschikbaar komt. Die heet namelijk Paint 3D. In deze nieuwe versie van Paint kun je 3D-modellen maken en bewerken, maar ook realistische textures toevoegen. Microsoft komt bovendien met de Remix 3D-community waar je je creaties kunt uitwisselen met anderen en zelf bestaande creaties binnen kunt halen. In de toekomst wordt het dan ook mogelijk om je 3D-creaties te bekijken met HoloLens of met een vr-bril.

Tegelijk met de aankondiging van Paint 3D kwam Microsoft ook met een nieuwe desktopcomputer. De Surface Studio is een alles-in-een-computer die er prachtig uitziet. Misschien nog wel het belangrijkste onderdeel daarvan is de Surface Dial, een draaibare knop die volgens Microsoft erg handig is tijdens het tekenen.

©PXimport

Paint 3D

Wat opvalt aan de nieuwe Paint is de interface. Weg is het Lint bovenaan. In plaats daarvan zie je rechts in beeld contextuele knoppen. De interface is zeer geschikt voor aanraakschermen, dus overal zijn er grote knoppen en sliders. Je kunt kiezen uit een reeks standaard 3D-objecten en -modellen, zoals poppetjes en een aantal dieren, maar ook een kubus, een bol en een cilinder. Dat is nogal beperkt natuurlijk, maar je kunt de onlinegemeenschap gebruiken om meer objecten te vinden. Op die objecten kun je vervolgens een aantal stickers plakken. Wat betreft tools om te bewerken heb je keuze uit markers, pen, potlood en crayon. Paint 3D heeft de mogelijkheid om al je acties terug te spoelen. Daarmee kun je stap voor stap zien hoe je creatie tot stand is gekomen. Meer weten? We zijn natuurlijk ook zelf aan de slag gegaan met Paint 3D.

©PXimport

Paint.NET

Paint.NET is misschien wel een van de bekendste alternatieven van Paint. Het begon meer dan twaalf jaar geleden als een project van een student en is inmiddels uitgegroeid tot een uitgebreid programma en een goed Paint-alternatief.

De eerste indruk van Paint.NET is de ietwat drukke, maar wel erg duidelijke en eenvoudige interface. Je hebt alle benodigdheden binnen handbereik: selectietools, pennen, verfkwasten en een kleurenpipet. Rechtsboven zie je alle acties die je uitvoert, zodat je snel een actie ongedaan kunt maken.

Paint.NET heeft ondersteuning voor lagen, waarbij je lagen kunt samenvoegen en de transparantie of een samenvoegmodus voor de laag kunt instellen. Wat betreft effecten heeft Paint.NET alleen de basics. De artistieke effecten reiken niet verder dan de keuze uit inkt, olie en potlood. Paint.NET heeft gelukkig wel ondersteuning voor plug-ins.

©PXimport

Gimp

Naast Paint.NET is die andere, bekende grafische editor natuurlijk Gimp. Gimp wordt vaak vergeleken met Photoshop, maar het programma kan ook prima dienstdoen als Paint-vervanger. De interface van Gimp is ten opzichte van de eerdere versies sterk verbeterd. Vroeger was deze niet fijn om mee te werken vanwege alle losse panelen die over je scherm zweefden. Je raakte zo al makkelijk het overzicht kwijt. Dat is al lange tijd opgelost, dankzij de modus Enkel venster.

De indeling van de interface komt grotendeels overeen met Paint.NET, maar is wel wat minder gebruiksvriendelijk. De gereedschapskoffer van Gimp is erg uitgebreid. Gereedschappen voor selecteren en inkleuren, maar ook voor vervagen en voor doordrukken zijn natuurlijk aanwezig. Waar Gimp echt in uitblinkt zijn de opties per gereedschap. Het aantal filters is bovendien erg groot, evenals het aantalondersteunde formaten.

©PXimport

Raster versus vector

Paint.NET is een programma dat werkt met rasterafbeeldingen, in tegenstelling tot vectorafbeeldingen. In deze vergelijkingstest bespreken we een aantal programma’s die soms met een van beide werken en soms met beide. Het verschil tussen raster en vector is dat rasterafbeeldingen bitmaps zijn. Dat houdt in dat de afbeelding bestaat uit een reeks pixels. Elke pixel is een punt in de afbeelding. Vectorafbeeldingen daarentegen bestaan niet uit pixels, maar uit wiskundige functies om de vormen in de afbeelding te genereren. Het verschil zit erin dat je veel verder kunt in- of uitzoomen op vectorafbeeldingen terwijl de kwaliteit hetzelfde blijft: de afbeelding wordt voor elke grootte opnieuw opgebouwd op basis van de wiskundige functies.

Inkscape

Inkscape is een editor voor vectorafbeeldingen. Het is een gratis opensourceprogramma. Het programma bevat de standaardgereedschappen die je verwacht van een Paint-alternatief, zoals lagen, vormen, tekst en vullingen. Het bevat echter ook wat minder bekende tools, zoals de spiraaltool. Inkscape bevat bovendien heel erg veel filters: de meeste van alle besproken alternatieven.

De interface is vrij standaard en komt overeen met wat we gewend zijn van de andere programma’s. Helaas is Inkscape, net als Gimp en Krita, overgezet van Linux naar Windows. Dat zie je terug in de elementen en de stijl, die verschilt van veel andere Windows-programma’s. Links staan je gereedschappen in beeld, rechts kun je snelacties uitvoeren – bijvoorbeeld knippen, plakken, opslaan, verdubbelen of extra hulpvensters openen, zoals het lagenvenster. De gehele balk onderaan is gericht op het kiezen van de juiste kleur, waarbij eenvoudig een kleurpalet samengesteld kan worden.

Het nadeel aan Inkscape is dat het programma niet eenvoudig te gebruiken is voor beginners. Veel handige opties zijn weggestopt of lastig terug te vinden. Het programma zal voornamelijk grafische professionals aanspreken die hun weg weten in zo’n tool, maar het is een stuk minder geschikt als Paint-alternatief voor huis-, tuin- en keukengebruik.

Daarnaast gaat de ontwikkeling van Inkscape heel erg langzaam. Dat zien we helaas ook bij Gimp, dat sinds 2012 van 2.8 naar 2.9 is ontwikkeld. Door het lange bestaan van Inkscape zijn er wel heel veel tutorials en andere hulpbronnen online beschikbaar die je op weg kunnen helpen met het maken van je kunstwerk.

©PXimport

Gereedschappen

Om je te helpen kiezen, is het belangrijk dat je zelf weet wat je graag wilt gaan doen met je Paint-alternatief. Paint zelf is vooral bedoeld om te tekenen en om handmatig 2D-creaties te maken, al dan niet met bestaande foto’s. Dat kun je met alle besproken programma’s. Veel van de besproken alternatieven kunnen echter veel meer. Zo kun je filters of effecten toepassen op de foto of de helderheid en het contrast aanpassen. Ook bieden veel programma’s mogelijkheden om de kleuren aan te passen, bijvoorbeeld om de foto natuurlijker te laten overkomen. Ook de mogelijkheid tot bijsnijden van foto’s is wijdverbreid; nuttig om er bijvoorbeeld een bepaald object of persoon uit te halen. Andere overwegingen zijn het aantal gereedschappen beschikbaar in een programma en of je liever met vector- of een rastereditor aan de slag wilt gaan.

Krita

Krita is een opensourcetekenprogramma dat een aantal succesvolle Kickstarter-campagnes heeft voltooid. Het programma is bedoeld als concurrent van Corel Painter. In tegenstelling tot de tot nu toe besproken programma’s is Krita dan ook bedoeld voor professionele artiesten om digitale tekeningen mee te maken. Het bewerken van afbeeldingen komt op het tweede plan.

Krita heeft net als Paint.NET en Gimp een aanpasbare interface die je naar eigen wens in kunt stellen. Volgens de makers is die interface geschikt voor zowel de desktop als een aanraakscherm.

Voor het tekenen heeft Krita een speciaal ‘pop-up palette’ om de productiviteit tijdens het tekenen te verhogen. Je kunt het vergelijken met het menu van de Surface Dial, dat eveneens rond is. Je kunt er snel penselen mee kiezen of kleuren instellen en je ziet de voor- en achtergrondkleuren in een klein overzicht. Met een rechtermuisklik roep je het ronde menu op. Het is erg handig om snel te wisselen tussen je favoriete penselen tijdens het maken van een tekening.

Wat betreft gereedschappen om mee te tekenen zal Krita je niet teleurstellen. Het penseelmechanisme is specifiek ontworpen voor digitaal tekenen. De penselen ingebouwd in Krita zijn erg goed aan te passen. De software bevat een boel modi, met erg veel standaardpenselen om uit te kiezen. Ook zijn er genoeg filters aanwezig die direct toegepast kunnen worden. Laagondersteuning is er ook en sinds versie 3 is het mogelijk om animaties te maken in Krita. Krita kan nog verder uitgebreid worden met plug-ins, zo is het zelfs mogelijk om Gimp-penselen in te laden en op te slaan.

©PXimport

Kunst in Paint

Paint is erg basic. Het bevat een paar gereedschappen om je digitale 2D-creaties mee te maken. Toch bewijst een aantal artiesten dat het gereedschap niet uitmaakt en dat je ook met zelfs zo’n basic tool kunstwerken kunt maken. De artiest Bruno Sousa heeft bijvoorbeeld een Pikachu geschilderd in Paint. Daarvoor gebruikte hij voornamelijk de airbrush-tool. Wel had Sousa als kritiek dat hij Paint ‘geen fijn tekenprogramma’ vindt. Ook Pat Hines heeft een aantal mooie Paint-creaties op zijn naam. Zo heeft hij bijvoorbeeld een Harry Potter-scène nagemaakt in Paint, allemaal met alleen een computermuis als tekengereedschap. Hines begint met een aantal eenvoudige vormen, kleurde ze in en vergrootte ze. Een Reddit-gebruiker maakte Morgan Freeman na in Microsoft Paint. Dus wat is jouw excuus dat Paint niet volstaat?

©PXimport

Pixlr

Pixlr is van Autodesk, het bedrijf dat verantwoordelijk is voor 3D-ontwerpsoftware AutoCAD. Voordat je Pixlr kunt binnenhalen moet je een account aan te maken voor de dienst. De editor van Pixlr heeft de eenvoudigste interface van de besproken Paint-alternatieven. Er staat alleen links een aantal gereedschappen in beeld. Pixlr is vooral bedoeld voor het bewerken van foto’s en niet zozeer voor het maken van digitale tekeningen.

Er is een aantal effecten en filters ingebouwd in Pixlr. Er zijn effecten zoals potlood, poster of polygoon. Je kunt afbeeldingen bewerken met gereedschappen zoals bijsnijden, scherper maken, rode ogen weghalen en meer. De gereedschappen zijn in vergelijking met de overige besproken programma’s erg eenvoudig en hebben geen configuratieopties. Dat hoeft niet per se een minpunt te zijn als je op zoek bent naar een eenvoudig programma. Pixlr heeft zowel een betaalde als een gratis versie. In de gratis versie is er geen mogelijkheid om met lagen te werken.

©PXimport

Artweaver

Artweaver is in vergelijking met Pixlr een stuk geavanceerder. De interface lijkt op het eerste gezicht afkomstig uit Photoshop CS2. De gereedschappen lijken zelfs direct daaruit te zijn overgenomen. Er is een aantal kant-en-klare penselen, er zijn een stempel en een lasso en er zijn veel vormen die je kunt tekenen, maar andere gereedschappen ontbreken juist weer, zoals vervagen of smudging.

Als je meer wilt, kom je al snel uit bij de betaalde versie. Die versie bevat per penseel nog specifiekere types en je kunt erg geavanceerde aanpassingen doen aan het penseel. Zo kun je zaken als vorm, hoek en ruis instellen. Ook kun je in de betaalde versie afbeeldingen spiegelen. De ingebouwde gereedschappen in de gratis versie die wij testten werken net even iets beter dan bijvoorbeeld Paint.NET. Ook heeft Artweaver ondersteuning voor plug-ins, maar helaas zijn er daar maar weinig van.

Het fijne is dat Artweaver zich op een ding richt: digitaal tekenen. Dankzij zijn bekende Photoshop-interface is dit een gebruiksvriendelijk Paint-alternatief.

©PXimport

Fotoviewers

Als je liever een foto wilt bekijken en af en toe wilt verbeteren in plaats van je eigen, digitale creaties te maken, dan valt er ook genoeg te kiezen. Je kunt dan bijvoorbeeld denken aan IrfanView, de VLC onder de foto-editors, met erg veel formaten die ondersteund worden en veel opties. Daarnaast is er een aantal basiseffecten ingebouwd om foto’s te bewerken. Een alternatief op IrfanView is Faststone Image Viewer, waarmee je ook foto’s kunt converteren. Daarnaast lijkt de interface veel op de Windows Verkenner. Je kunt afbeeldingen labelen en ook enkele basiseffecten toepassen.

Conclusie

Elk van de zes besproken programma’s is goed geschikt als Paint-alternatief. Paint.NET volstaat als basisprogramma, voor als je af en toe een tekening wilt maken. Het is een erg gebruiksvriendelijk en eenvoudig programma, dat je snel onder de knie hebt. Voor Artweaver geldt hetzelfde, maar toch is dat de winnaar omdat het net een tikkeltje geavanceerder is. Een belangrijk pluspunt van Artweaver is zijn bekende Photoshop-interface. Pixlr is veruit het eenvoudigst maar heeft daarentegen wel weer heel veel beperkingen. Ondanks de leuke effecten en andere tools geeft Pixlr je weinig creatieve vrijheid om een mooie tekening te maken.

Als je wat meer uit je tekenprogramma wilt halen, is het nodig om verder te kijken. Dan kom je al gauw terecht bij Gimp, Inkscape of Krita, die alle drie erg geavanceerd zijn. Van die drie geavanceerde Paint-alternatieven raden we je toch Gimp aan. Krita is misschien wat gebruiksvriendelijker, maar richt zich echt op maken van een digitaal kunstwerk. Krita is goed, het heeft veel kant-en-klare penselen en veel gereedschappen en opties, maar dat is niet per se wat een Paint-alternatief moet zijn. Je wilt naast het tekenen ook kunnen werken met foto’s en dat kan simpelweg beter met Gimp.

In de tabel (pdf) vind je de testresultaten van de 6 geteste Paint-vervangers.

©PXimport

Conclusie

▼ Volgende artikel
Zo herken je verdachte QR-codes op parkeerautomaten en laadpalen
© Gemeente Den Haag
Huis

Zo herken je verdachte QR-codes op parkeerautomaten en laadpalen

Parkeerautomaten en laadpalen voor elektrische auto's zijn steeds vaker doelwit van fraudeurs. Ze plakken een sticker met een valse QR-code op het scherm of naast het betaalgedeelte. Wie de code scant, komt terecht op een nagemaakte website die vraagt om bankgegevens of een betaling. In werkelijkheid belandt het geld niet bij de gemeente of de exploitant, maar bij criminelen.

In het kort

In dit artikel lees je hoe je nep-QR-codes op parkeerautomaten en laadpalen herkent. Je ontdekt wat quishing is, hoe je verdachte codes spot en hoe je veilig blijft voor deze vorm van oplichting. Lees ook: Goed alternatief voor EasyPark? Zo werkt de Q-Park-app

Van Amsterdam tot Maastricht, van Alphen aan den Rijn en Rotterdam tot Den Haag: valse QR-codes duiken steeds vaker op. Quishing, zoals deze relatief nieuwe vorm van oplichting wordt genoemd, kan je behoorlijk wat geld kosten. Met de tips in dit artikel voorkom je dat jij slachtoffer wordt.

Hoe fraudeurs te werk gaan

Een valse QR-code is vaak simpelweg een sticker die over de originele code of op een lege plek is geplakt. Op het eerste gezicht lijkt de code onderdeel van de automaat. Zodra je de code scant, opent er een website die qua logo en opmaak sterk lijkt op die van een parkeer- of laadpaalexploitant. Het verschil zit in de details: de url wijkt af, de site vraagt direct om bankinloggegevens of je wordt doorgestuurd naar een betaalpagina die niets met de gemeente of betreffende exploitant te maken heeft.

In het Verenigd Koninkrijk en Nederland zijn al meerdere meldingen gedaan. Sommige slachtoffers verloren tientallen euro's aan parkeergeld, anderen werden geconfronteerd met grotere bedragen die van hun rekening verdwenen.

Zo herken je een valse QR-code

Let altijd goed op de fysieke code. Ziet het eruit als een losse sticker, scheef geplakt of met een afwijkende kleur? Dan is de kans groot dat het om fraude gaat. Controleer daarnaast de link die verschijnt zodra je scant. Een betrouwbare url verwijst naar een bekende aanbieder, zoals de website van de gemeente of een erkende parkeerapp. Zie je rare domeinnamen of spelfouten, ga dan niet verder maar klik de pagina meteen weg. Belangrijk om te weten: dat een link met https:// begint is tegenwoordig geen garantie meer dat het om een veilige site gaat. Wij hebben als test de valse QR-code op de foto gescand (don't try this at home!) en de link begint met https://...

Nog beter is het om QR-codes helemaal te vermijden bij dit soort betalingen. Gemeenten en aanbieders van laadpalen en parkeerautomaten adviseren om te betalen via de automaat zelf of via een officiële app, zoals EasyPark of ParkMobile. Zo weet je zeker dat je geld op de juiste plek terechtkomt.

Wat kun je zelf doen?

Betaal je via een app of met pin, dan loop je geen risico op quishing. Zie je toch een verdachte QR-code, meld dit dan bij de gemeente of politie, zodat de sticker snel verwijderd kan worden. Twijfel je aan een website, gebruik dan een controletool zoals 'Check je linkje' waarmee je vooraf kunt zien waar een QR-code naartoe leidt.

Soms heb je genoeg

🅿️ Aan zo'n blauwe parkeerschijf
▼ Volgende artikel
Review TCL 55C6K - Goedkope miniled overtuigt in SDR, maar minder in HDR
Huis

Review TCL 55C6K - Goedkope miniled overtuigt in SDR, maar minder in HDR

Nog niet zo lang geleden was miniled-technologie voorbehouden aan de luxere midrange-modellen en hoger. Maar zoals dat nu eenmaal gaat is ook deze technologie na een aantal jaren beschikbaar op goedkopere modellen. Hoe zit het dan met de kwaliteit?

Uitstekend
Energy label
Conclusie

TCL’s 55C6K is een heel interessante instapper. De adviesprijs ligt te hoog, zeker naast de betere C7K, maar gelukkig is de tv her en der al voor veel minder te krijgen. Met 180 zones schieten de piekhelderheid en het contrast iets tekort, en HDR blijft ook een beetje achter. Toch levert de tv in SDR mooie kleuren en prima kalibratie in Filmmaker- en Movie-modus. Het toestel maakt daarnaast gebruik van Google TV en levert goede gaming-features.

Plus- en minpunten
  • Achtergrondverlichting met 180 zones en degelijk contrast
  • Voldoende piekhelderheid en degelijk kleurbereik
  • Ondersteuning voor Dolby Vision IQ en HDR10+
  • Twee HDMI 2.1-aansluitingen met gaming-features
  • Filmmaker Mode en Movie Mode met goede kalibratie
  • Google TV en AirPlay 2
  • HDR-dynamische tonemapping vermindert het contrast
  • eARC/ARC neemt een 48-Gbps HDMI-poort in
  • Beperkte kijkhoek
TCL 55C6K

Adviesprijs: 899 euro Wat: Ultra-HD 4K, 144Hz, Full Array miniled-tv met lokale dimming (18x10 segmenten) Schermformaat: 55 inch (139 cm) Aansluitingen: 4x HDMI (2x v2.1 (48 Gbps), 2x v2.0 (18 Gbps), ARC/eARC, ALLM, VRR, HFR), 1x usb, 1x optisch digitaal uit, 2x antenne, wifi 5 (802.11ac), ethernet, bluetooth 5.4 Extra’s: HDR10, HLG, Dolby Vision IQ, HDR10+, Dolby Atmos, DTS:X, Google TV, AirPlay 2, usb/DLNA-mediaspeler, DVB-T2/C/S2, CI+-slot Afmetingen: 1229 x 776 x 297 mm (incl. voet) Gewicht: 12,5 kg (incl. voet) Verbruik (per 1000 uur): SDR 70 kWh (F) / HDR 150 kWh (G)

Een eenvoudig ontwerp hoeft niet lelijk te zijn, iets wat de C6K goed laat zien. De vleugelvoeten links en rechts onder deze televisie zijn licht naar buiten gedraaid en dat zorgt ervoor dat hij erg stabiel staat. Aan de voorzijde heeft het scherm nauwelijks een kader; de focus ligt op het beeld. Van opzij gemeten is hij 56 mm diep. Door de licht afgeschuinde zijkanten en de smalle zilverkleurige rand oogt hij zelfs nog slanker. De rug is mooi vlak en afgewerkt met een vierkantpatroon.

Aansluitingen

TCL kiest voor een minimale set aan aansluitingen, een eigenschap die we bij al hun miniled-modellen zien. Er zijn vier HDMI-poorten, waarvan twee voorzien zijn van de maximale 48Gbit/s-bandbreedte die noodzakelijk is voor gamen in 4K120 op je favoriete high-end console. Voor pc-gamers is er nog wat extra mogelijk. Zij kunnen in 4K144Hz gamen, of als je framerate belangrijker vindt dan resolutie kunnen ze zelfs tot 2K288Hz gaan. Met een input-lag van 16,8 ms (bij 4K60) en 8,4 ms (bij 2K120), ondersteuning voor ALLM en VRR (AMD FreeSync en NVIDIA G-Sync Compatible) is een responsieve en uiterst vloeiende game-ervaring gegarandeerd.

Heb je thuis meerdere high-end gamebronnen én een soundbar, dan moet je er wel rekening mee houden dat ARC/eARC slechts op één van de 48Gbit/s-poorten is ingeschakeld, en je dus maar één dergelijke poort overhoudt voor je game-apparaten. Behalve de HDMI-poorten zijn er nog een usb-poort voor media, een digitaal optische audio-uitgang, twee antenne-aansluitingen, wifi 5, ethernet en bluetooth (voor de afstandsbediening en draadloze hoofdtelefoons). 

De aansluitingen op de TCL 55C6K.

Voorzien van Google TV

Zijn er bepaalde apps die je absoluut niet wilt missen op je smart-tv? Dan is Google TV een uitstekende keuze. Het systeem heeft het ruimste app-aanbod en je vindt er bijna alle internationale, maar ook lokale streamingdiensten terug. Google Cast en Apple AirPlay 2 maken het supermakkelijk om content van je smartphone naar de tv te sturen. Aanbevelingen krijg je eveneens in overvloed. Ze zijn geordend per genre, niet per streamingdienst. De genres die Google je toont, zijn gebaseerd op je kijkgedrag. Meer over Google TV lees je in dit artikel.

De TCL 55C6K is voorzien van Google TV.

TCL biedt verder een energiedashboard waarin je alle instellingen terugvindt die het energieverbruik van je tv kunnen beïnvloeden. Wil je de tv gebruiken als kunstkader, dan open je T-exhibition; daar vind je niet alleen een ruim aanbod kunst, je kunt er ook AI-kunst genereren. TCL Channels biedt gratis streaming-content, mét advertenties uiteraard. De Google TV-interface werkt vlot en de gebruikservaring is prima. Ook als je even in de instellingen wilt duiken of een andere input wilt selecteren heeft TCL voor een handige interface gezorgd.

De zwarte rechthoekige afstandsbediening wint geen prijs voor innovatie, maar werkt wel prima. De toetsen voelen zacht aan en hebben een zuivere aanslag. De lay-out is redelijk klassiek en er is nog een numeriek toetsenbord aanwezig. De ingebouwde microfoon is handig voor zoekopdrachten. Onderaan de afstandsbediening zijn zes sneltoetsen te vinden: voor Netflix, Prime Video, YouTube, de mediaspeler, TCL Channels en Disney+. 

De eenvoudige afstandsbediening.

Prima beeldverwerking

De AiPQ Pro-processor die je in de C6K vindt, gebruikt TCL ook in zijn hoger geplaatste modellen. Dat is goed nieuws, want je hoeft dus niets in te leveren op dit vlak en de resultaten zijn erg goed. Wat ons vooral opvalt, is dat HDR-content met zachte kleurgradiënten nu quasi-foutloos en zonder kleurstroken op het scherm verschijnt. Je hoeft daarvoor zelfs geen ruisonderdrukking te activeren. In SDR-content kan dat verschijnsel wel nog zichtbaar zijn, maar met wat lichte ruisonderdrukking worden de meeste hinderlijke kleurstroken weggewerkt. Alleen heel lastige gevallen blijven licht zichtbaar. De processor scoort ook erg goed op deinterlacing van live-tv (1080i) en heeft prima upscaling. Een klein beetje extra scherpte (tot maximaal 5) kan het beeld wel gebruiken.

Voor sport en games is bewegingsscherpte erg belangrijk, en die is prima. De randen van bewegende voorwerpen hebben een heel licht vage rand. Oledmodellen blijven wel uitgesproken beter op dit vlak. Wie dat wil verbeteren, kan overschakelen naar een 240Hz-verversingssnelheid. Bij 4K-beeldmateriaal gaat dat ten koste van wat verticale resolutie, maar het verlies is erg klein. Gamers kunnen in Full-HD zelfs tot 288 Hz gaan. Voor film zien we weinig meerwaarde. Wil je de judder van films wat intomen, dan activeer je de motion interpolation; stel de sterkte in naar eigen smaak. 

©TCL

Zijn 180 dimmingzones voldoende?

Het grote voordeel van miniled-achtergrondverlichtingen is dat ze een groot aantal dimmingzones kunnen bieden. Die zijn essentieel om het contrast van de televisie naar een hoger niveau te tillen. De 55C6K moet het echter stellen met 180 zones (18 x 10). Dat is een flinke downgrade ten opzichte van de 55C7K, die kan uitpakken met 720 zones (36 x 20). Het lcd-paneel zelf heeft een eigen contrast van ongeveer 4600:1, en dat is weliswaar iets lager dan wat we bij andere TCL-modellen zagen, maar zeker niet slecht. Met local dimming geactiveerd stijgt het contrast naar 8400:1, een bescheiden verbetering.

Op een eenvoudiger test scoort hij nog 27.800:1. Die cijfers laten zien dat dat 180 zones wel verbetering leveren, ook al is die aan de kleine kant. Maar het echte verschil zien we in allerlei testfragmenten. Is het beeld donker en zijn er veel kleinere lichtpunten, dan is er meer schaduwdetail zichtbaar dan wenselijk omdat de grote zones het contrast niet fijn genoeg kunnen controleren. Een snel bewegend voorwerp kan dan ook een kleine zone-overgang tonen.

We moeten daar wel bij vermelden dat de aansturing erg goed is; echte zonegrenzen zijn onzichtbaar, maar een incidentele halo is uiteraard niet te vermijden. Al die zaken zijn vooral van belang bij donkere beelden. Bij heldere beelden zien we dan weer een omgekeerd effect. Een donkere partij met scherp detail in een verder helder beeld is iets te helder en verliest zo wat detail. Dat effect is duidelijker in HDR. Al met al nog steeds een behoorlijk resultaat, maar van 180 zones mag je geen oledkwaliteit contrast verwachten. 

Bescheiden piekhelderheid

Ook op het gebied van piekhelderheid kan de C6K maar nauwelijks overtuigen. Op het 10%-venster in HDR Filmmaker Mode meten we 688 nits, op het volledig witte scherm 547 nits. TCL heeft de tv zo getuned dat hij op het 50%-venster nog naar 844 nits gaat. Dat zijn voor HDR eerder bescheiden resultaten, zeker aangezien de Filmmaker Mode de middentinten en helderste tinten te donker toont. Het kleurbereik haalt 88,5% P3. De C6K claimt een QLED-model te zijn, maar onze meting duidt eerder op een KSF-fosfor-achtergrondverlichting waarbij vermoedelijk erg weinig of geen quantum dots aanwezig zijn. Die QLED-vermelding zou TCL dan ook beter achterwege laten. Vergelijk die resultaten met de C7K (die wél echte quantum dots gebruikt) waar we 95% P3 halen en een piekhelderheid van 1850 nits op het 10%-venster, en je ziet dat het verschil groot is.

De C6K ondersteunt Dolby Vision IQ en HDR10+, naast HDR10 en HLG. In HDR Filmmaker Mode zijn niet alleen de helderste tinten te donker, de tv clipt ook wat witdetail weg, waardoor nuance in de helderste tinten kan verdwijnen. We activeerden dynamische tonemapping om dat tegen te gaan, maar dat maakt het beeld over het algemeen te helder, waardoor je minder contrastrijk beeld ziet. In SDR is het resultaat erg goed: de Filmmaker Mode levert een goede kalibratie, dus daar zie je de C6K op zijn best. Zowel in HDR als SDR was het schaduwdetail goed zichtbaar. 

Matige audio

De 40 watt sterke 2.1-audioconfiguratie met het label van Onkyo mag dan wel iets krachtiger zijn dan de gemiddelde lagere-middenklasser, toch laat het geen diepe indruk achter. Er is ondersteuning voor Dolby Atmos en DTS:X, maar onze filmsoundtracks geven maar een matig tot erg beperkt surroundgevoel. Echte diepe bassen ontbreken, en zodra je het volume echt hoog zet, verdwijnt een deel van de bas en hoor je redelijk wat vervorming. De klank is goed genoeg voor doorsnee dagelijks gebruik, maar muziek- en filmliefhebbers kunnen beter een soundbar bij deze televisie gebruiken.

Conclusie

TCL pakt erg graag uit met zijn miniled-modellen, maar deze instapper maakt toch een aantal belangrijke compromissen. Dat leidt onmiddellijk tot zijn belangrijkste minpunt: de adviesprijs. Die is te hoog, zeker wanneer je die vergelijkt met de TCL C7K die nauwelijks duurder, maar wel aanmerkelijk beter is. De dynamische tonemapping van TCL kan beter, zeker gezien de basisprestaties. Met 180 zones kan hij immers geen hoge piekhelderheid leveren en ook geen indrukwekkend contrast. In HDR blijft hij daardoor wat achter, en de dynamische tonemapping maakt niet genoeg goed. Als we erg streng zijn, komt dat vooral omdat de andere miniled-modellen van TCL juist wél zo goed scoren. Maar eerlijk is eerlijk: deze TCL 55C6K levert nog prima prestaties, met mooie kleuren en voldoende piekhelderheid en contrast. De Filmmaker en Movie Mode zijn goed gekalibreerd en zeker in SDR is dat een mooie prestatie. Google TV zorgt voor een ruim entertainmentaanbod en er zijn aardig wat gaming-features. Kun je deze televisie met een mooie korting vinden, dan is hij zeker het overwegen waard!