ID.nl logo
Krita moet de nieuwe opensource Photoshop worden
© Reshift Digital
Huis

Krita moet de nieuwe opensource Photoshop worden

Waarom zou je een alternatief bouwen voor software die én allang bestaat én veelgebruikt is? Boudewijn Rempt had de wens om het net anders, beter en vooral vrij te doen. Grafisch pakket Krita wil sneller zijn dan Adobe Photoshop, beter zijn dan Corel Paint en toch gratis blijven.

Dit is Boudewijn

Al meer dan tien jaar werken aan een tekentool, terwijl de wereld allang Photoshop kent, waarom? Boudewijn Rempt is ooit als Linux-gebruiker gefascineerd geraakt door een Wacom-tekentablet en de hordes die hij moest nemen voor zijn gebruik daarvan. Hij werkte begin deze eeuw aan een fantasy-boek en wilde daarvoor een landkaart tekenen. Het grafische opensource-pakket GIMP stelde hem voor flinke uitdagingen ... dus koos hij een weg die uiteindelijk nog veel meer uitdagingen opleverde. Het meewerken aan - en uiteindelijk als hoofddeveloper ontwikkelen van - Krita: een opensource-pakket voor serieus grafisch werk. De slogan: 'digitaal schilderen, creatieve vrijheid'.

Jij bent een echte opensource-developer?

"Nou, ik ben van huis uit taalkundige, gespecialiseerd in Oost-Nepal. En ik heb me ooit omgeschoold tot programmeur. Programmeren ben ik lang geleden al gaan doen: op de Spectrum. Die heb ik hier nog aan de muur hangen, als herinnering."

Dat is jouw oude, eerste Spectrum daar aan de muur bij je bureau?

"Nee, het is 'een' Spectrum."

Hoe ben je van die microcomputer gekomen tot pc-programmeren?

"Zo rond 1993 kwam ik via een buurman in aanraking met Linux. Daarmee is het begonnen."

Maar Krita draait ook op Windows. Hoe zit dat?

"Fast forward van 1993 naar 2003: ik had toen een Wacom Graphire-tekentablet en wilde op Linux tekenen. Op Linux heb je het grafische pakket GIMP. Alleen snapte ik GIMP niet, de interface was voor mij niet duidelijk.

Het voordeel van opensource-software is dat je kunt kijken naar de code en het zelf kunt aanpassen. Maar GIMP was geschreven in een taal die ik niet kende. Nu had ik toen net een boek over Python en Qt [respectievelijk programmeertaal en programmeerraamwerk - red.] geschreven. Dus ben ik zelf software gaan schrijven om die tekentablet te kunnen gebruiken. Dat programmeerwerk heb ik precies drie dagen volgehouden. Ik wist totaal niet wat ik deed."

©PXimport

Waarom die tekentablet niet gewoon aansluiten op een Windows-pc?

"Ik geef de voorkeur aan Linux en ben daarop een gebruiker van KDE [een bekende grafische gebruikersinterface voor Linux - red]. Voor KDE was er al het applicatiepakket KOffice, met daarin een tekentool. Die was voortgekomen uit de behoefte voor een GIMP-alternatief en had oorspronkelijk de naam KImage Shop. Ik ging dus als KDE-gebruiker op zoek naar een manier om dáármee mijn tekentablet te gebruiken."

Hoe is daaruit Krita ontstaan?

"Gaandeweg is die tekentool van KDE vier keer hernoemd en drie keer herschreven. Het hernoemen was vanwege rechten op de naam. Van kimp naar KImageShop, naar Krayon en uiteindelijk naar Krita. Het herschrijven was vanwege de overgang van KDE versie 3 naar versie 4 en daarna weer vanwege een overstap naar een nieuwe versie van Qt (versie 4).

De oorspronkelijke developer Patrick Julien, een Canadees die het in z'n eentje deed, had er op een gegeven moment niet meer zo'n zin in. Dat was in 2004, na de tweede rewrite van de programmacode. Ik wilde wel bijdragen, maar ik kende C++ nog niet. Toen zijn ook Sven Langkamp en Cyrille Berger betrokken geraakt bij dit opensource-project. Zij werken nu nog steeds mee."

Wat een werk. Met resultaat?

"Ja, mijn eerste bijdrage was voor de painttool in Krita, om mijn tekentablet te kunnen gebruiken. Ik kon daarmee toen ineens met de tekenpen op de Wacom-tablet drukken, waardoor er op het computerscherm een vierkantje verscheen. Wow, dit programma kan nu iets wat het in de afgelopen vijf jaar niet kon."

In de tien jaar sindsdien was het simpelweg functies toevoegen?

"Nee, want toen kwam de volgende complete rewrite. Patrick Julien had zich namelijk erg gespiegeld aan GIMP, waardoor bijvoorbeeld een laagje in een afbeelding altijd vaste dimensies heeft. Dat wilden we anders."

Het ging je toch om het tekenen met je Wacom-tablet?

"Ik had door het ontwikkelwerk toen helemaal geen tijd meer om te tekenen. Ik ben ter ontspanning gaan beeldhouwen. Je moet af toe van het toetsenbord en het scherm, vandaan. Want er is altijd wel iets dat je kunt doen of verbeteren op je computer. Er zijn altijd wel bugs."

Maar het werk aan Krita ging door?

"In 2005 waren we klaar voor onze eerste release. Die hebben we versie 1.4 genoemd, om gelijk op te gaan met de nummering van KOffice. We waren heel blij, erg enthousiast. Vervolgens hebben we versie 1.5 en daarna 1.6 ontwikkeld. Die laatste had alles. Behalve gebruikers.

Soms kwam er wel eens iemand langs die Krita gebruikte, maar een echte gebruikersbasis hadden we niet."

Kwestie van werving en rustig doorontwikkelen?

"Er is toen iets gebeurd dat voor ons een ramp was. Krita was geschreven in Qt versie 3 ... en toen kwam versie 4 uit waarin alles compleet anders was. Met Qt 4 konden we met een schone lei beginnen, dachten we. Het heeft vier jaar geduurd voordat we iets hadden waarvan we dachten: 'hier kunnen we wat mee'. Dat lange ontwikkelwerk was een fout van ons; een enorme valkuil waar we in zijn getrapt. Ondertussen waren er onderling wrijvingen en liep het kleine aantal gebruikers dat we hadden ook weg."

Gevalletje developers die niet naar gebruikers luisteren?

"We hebben daar wel van geleerd. In 2009 was er de opensource-film Sintel, wat het derde grote contentproject was van Blender [een opensource 3D-animatietool, van Nederlandse bodem - red.]. Artiest David Revoy liet in een uitlegfilmpje zien hoe je met opensource kunst kunt maken. Hij had voor zijn illustraties GIMP en MyPaint gebruikt. Wij waren pissig, we wilden bewust niet alles voor iedereen zijn, maar dit was juist het terrein van Krita. Waarom was zijn keuze niet op Krita gevallen?

Het bleek dat David wel eerst naar Krita had gekeken. Het crashte. Tsja, je kunt dan als makers steigeren of eerlijk zijn.

Gelukkig woonde David vlakbij mede-ontwikkelaar Cyrille, die toen in Frankrijk woonde en langs is gegaan om hem om feedback te vragen. Rond die tijd was Lukáš Tvrdý bezig met zijn masterthesis over brushes voor Krita. Hij vroeg of hij fulltime aan Krita kon werken. Dat hebben we met crowdfunding via PayPal mogelijk gemaakt. Hij moet zijn appartement in Tsjechië wel kunnen betalen. We hebben toen ook developmentsprints bij mij thuis gedaan. Als doel hadden we: laten we David Revoy blij maken."

En, is David blij gemaakt?

"We hebben een nieuwe versie gemaakt en die aan David geshowd. Hij zei verbaasd: ja, jullie hebben veel verbeterd. Hij kon met de tools die hij toen gebruikte niet goed uit de voeten met CMYK [een veelgebruikt kleurensysteem voor grafische professionals - red.]. Maar dat heeft Krita wel!

Een halfjaar later was versie 2.4 er en is David geheel overgestapt. Daarmee heeft hij in 2012 materiaal gemaakt voor Tears of Steel, het vierde Open Movie-project van Blender. Hij heeft in één weekend zo'n vierhonderd illustraties gemaakt voor het storyboard. Ik heb toen live met hem meegeprogrammeerd om features te verbeteren en te maken. Verder maakt hij webcomic Pepper&Carrot helemaal in Krita."

Is David Revoy de enige ijkpersoon?

"Nee. We hebben er bij de developmentsprints ook voor gezorgd dat we artiesten ter plaatse hadden. Die lieten we Krita gebruiken, met een camera erop, en ze mochten dan alles zeggen.

Soms waren er dan vragen als 'Photoshop kan dit, Krita niet. Waarom?'. Belangrijk is dat je doorvraagt: wát wil je gebruiker echt? Soms gaat het om sneltoetsen, dat is altijd heel moeilijk. Sommige mensen komen vanaf Photoshop en zijn die toetscombinaties heel erg gewend. De functies zijn er wel alleen via andere sneltoetsen of opties."

©PXimport

Hoe kwamen jullie aan die artistieke testers? Krita had toch een gebrek aan gebruikers?

"De artiesten kwamen uit het opensource-wereldje. Daar was wel meer interesse ontstaan, want in versie 2.2 was de belofte van Krita al wel zichtbaar."

Kan Krita het opnemen tegen Photoshop?

"We doen ons best. Vergeet niet dat Adobe wel honderd developers fulltime in dienst heeft. Wij zijn een dozijn vrijwilligers plus één fulltime developer en één parttime developer."

Hoe los je die geldkwestie op voor een gratis opensource-pakket?

"In 2014 hielden we onze eerste crowdfundingsactie op Kickstarter. We doen één keer per jaar een grote crowdfunding, meestal zo rond mei. Dat is vanuit mijn Nederlandse gedachte: dan hebben de mensen hun vakantiegeld binnen, maar nog niet uitgegeven."

Druist geld vragen niet tegen de opensource-gedachte in?

"Nee, want het is en blijft opensource. De broncode is vrijelijk beschikbaar, je kunt Krita gewoon downloaden, je hóeft er niet voor te betalen. Maar bepaald ontwikkelwerk kun je niet 'even ernaast' doen. Voor sommige dingen moet je echt fulltime aandacht hebben. Zoals de optimalisatie waar we nu mee bezig zijn.

Soms is er wel wrijving over dat we aan crowdfunding doen. Zo was er een tijdje terug iemand die op forumsite Reddit daarover wat zei. Ik moet af en toe op mijn handen zitten om niet lelijk te reageren."

Kickstarten loont

De filosofie achter opensource is vrijheid: software waarvan de onderliggende programmacode openlijk toegankelijk is voor iedereen. Dat de software zelf daarmee gratis is, is 'slechts' een neveneffect. Terwijl Krita opensource is, vraagt het toch geld. Op de eigen site vraagt de in 2012 opgerichte Krita-stichting donaties en één keer per jaar wordt er een grote crowdfundingsactie gehouden. Sinds vorig jaar gebeurt dat op Kickstarter. Die eerste Kickstarter heeft bijna 20.000 euro binnengehaald (bij een bescheiden 690 backers), terwijl het doel 15.000 euro was. De actie van mei dit jaar heeft meer dan 30.000 euro opgeleverd (gedoneerd door ruim 900 backers), terwijl het doel 20.000 euro was.

Speelt er nog iets naast mankracht?

"Ja, technologie. Bijvoorbeeld Photoshop-bestandsformaten, die zijn een nachtmerrie. Kijk, ik heb ooit bij Nokia op de N9 Calligra Office gemaakt. De bestandsformaten van Microsoft Office zijn nog gestructureerd, psd [het formaat van Photoshop - red.] is dat niet. Als je iets op drie manieren kunt doen, doet Photoshop het op vier manieren. Dat is niet als 'evil empire' hoor; Adobe zit daar zelf ook in verstrikt."

Wat is er gedaan sinds versie 2.4?

"We dachten dat 2.4 het beste ooit was. Maar we proberen twee versies per jaar uit te brengen. Voor 2.6 hebben we serieus gewerkt aan HDR-painting [high dynamic range - red.], zodat je foto's met enorme kleurdiepte kunt krijgen.

Dat werk hebben we gedaan met het oog op filmstudio's. Krita was daar al wel in gebruik, maar onder de radar. Er was hier en daar een individuele artiest die het zelf gebruikte. Vorig jaar ben ik op de Siggraph-conferentie aangeschoten door een artiest die Krita 'stiekem' gebruikte. Hij was erg te spreken over de vooruitgang."

Je noemde al werk aan optimalisatie?

"Ja, we willen Krita sneller dan Photoshop maken. Daar was de Kickstarter-campagne van dit jaar voor. Daarnaast hebben we nog twee grote doelen voor dit jaar. De eerste is betere tools voor animatie, waarmee ik klassieke, handgemaakte animatiefilms bedoel en niet Flash-animaties."

Bewaak je wel de scope? Krita krijgt ook animatiefuncties, het is toch alleen een tekentool?

"Nou, daar hebben we het lang over gehad; of dat niet strijdig was met onze aanpak dat we bewust niet alles voor iedereen wilden zijn.

Maar buiten het Krita-team waren er al developers hiermee aan de gang geweest. Zo had een Russische jongen een Krita-module voor animaties gemaakt. Alleen is die software vervolgens in de steek gelaten. Later heeft een Indiër tijdens Googles Summer of Code ook zoiets gemaakt, voor eigen gebruik. En daarna was er een Australiër die animatiemogelijkheden in Krita wilde voor een game die hij maakte. Er was dus vraag, er waren gebruikers.

Andere opensource-pakketten doen animaties óf in 3D zoals Blender óf met vector-graphics. Dat zijn heel andere grafische stijlen dan wat met Krita kan."

Wanneer komen de animatiefuncties?

"In Krita 2.9 of misschien in versie 2.10. Het is in ieder geval 's zomers door-coden."

En wat is dat tweede grote doel voor dit jaar?

"We gaan van Qt versie 4 over naar Qt 5."

Ho! Krijgen we dan weer een hiaat van vier jaar?

"Nee! We werken aan Krita 3.0 én we blijven 2.9 onderhouden. Pas als 3.0 af is, komt het uit. Niet eerder."

'When it's done', weleens gehoord van Duke Nukem Forever?

"Ja, zo'n situatie hadden we met Krita 2.0. In die valkuil trappen we echt niet nog een keer.

Krita 3.0 moet dit jaar nog enigszins af zijn, met versie 3.1 erna in februari. We houden dit tempo aan!"

Boudewijns toptips

Iedereen kan een opensource-developer zijn. Het is volgens Boudewijn niet moeilijk om mee te werken aan een opensource-project als Krita. "Doe drie bugfixes en je bent al developer. Daarvoor moet het project mensen wel vertrouwen." Boudewijn is niet bezorgd dat onervaren programmeurs fouten maken, daar valt immers van te leren. "Ik heb als beginner ook aan de KDE-broncode gewerkt. Ik ben niet bang dat iemand dommere fouten maakt dan ik."

Crowdfunding vereist zorg. Uit de Kickstarter-campagne van eerder dit jaar heeft Boudewijn nuttige lessen gedestilleerd. De mensen die Krita met financiële bijdrages hebben gesteund, stelden prijs op het feit dat er frequent updates over het project waren. Dat informeren van steunbetuigers is niet alleen iets voor tijdens de crowdfundingscampagne, ook - en juist - daarna is het van belang om mensen betrokken te houden. Laat weten wat je doet met de financiering. Laat zien dat je te vertrouwen bent. Er zijn te veel Kickstarters die geld inzamelen en dan ermee verdwijnen.

▼ Volgende artikel
Zo herken je verdachte QR-codes op parkeerautomaten en laadpalen
© Gemeente Den Haag
Huis

Zo herken je verdachte QR-codes op parkeerautomaten en laadpalen

Parkeerautomaten en laadpalen voor elektrische auto's zijn steeds vaker doelwit van fraudeurs. Ze plakken een sticker met een valse QR-code op het scherm of naast het betaalgedeelte. Wie de code scant, komt terecht op een nagemaakte website die vraagt om bankgegevens of een betaling. In werkelijkheid belandt het geld niet bij de gemeente of de exploitant, maar bij criminelen.

In het kort

In dit artikel lees je hoe je nep-QR-codes op parkeerautomaten en laadpalen herkent. Je ontdekt wat quishing is, hoe je verdachte codes spot en hoe je veilig blijft voor deze vorm van oplichting. Lees ook: Goed alternatief voor EasyPark? Zo werkt de Q-Park-app

Van Amsterdam tot Maastricht, van Alphen aan den Rijn en Rotterdam tot Den Haag: valse QR-codes duiken steeds vaker op. Quishing, zoals deze relatief nieuwe vorm van oplichting wordt genoemd, kan je behoorlijk wat geld kosten. Met de tips in dit artikel voorkom je dat jij slachtoffer wordt.

Hoe fraudeurs te werk gaan

Een valse QR-code is vaak simpelweg een sticker die over de originele code of op een lege plek is geplakt. Op het eerste gezicht lijkt de code onderdeel van de automaat. Zodra je de code scant, opent er een website die qua logo en opmaak sterk lijkt op die van een parkeer- of laadpaalexploitant. Het verschil zit in de details: de url wijkt af, de site vraagt direct om bankinloggegevens of je wordt doorgestuurd naar een betaalpagina die niets met de gemeente of betreffende exploitant te maken heeft.

In het Verenigd Koninkrijk en Nederland zijn al meerdere meldingen gedaan. Sommige slachtoffers verloren tientallen euro's aan parkeergeld, anderen werden geconfronteerd met grotere bedragen die van hun rekening verdwenen.

Zo herken je een valse QR-code

Let altijd goed op de fysieke code. Ziet het eruit als een losse sticker, scheef geplakt of met een afwijkende kleur? Dan is de kans groot dat het om fraude gaat. Controleer daarnaast de link die verschijnt zodra je scant. Een betrouwbare url verwijst naar een bekende aanbieder, zoals de website van de gemeente of een erkende parkeerapp. Zie je rare domeinnamen of spelfouten, ga dan niet verder maar klik de pagina meteen weg. Belangrijk om te weten: dat een link met https:// begint is tegenwoordig geen garantie meer dat het om een veilige site gaat. Wij hebben als test de valse QR-code op de foto gescand (don't try this at home!) en de link begint met https://...

Nog beter is het om QR-codes helemaal te vermijden bij dit soort betalingen. Gemeenten en aanbieders van laadpalen en parkeerautomaten adviseren om te betalen via de automaat zelf of via een officiële app, zoals EasyPark of ParkMobile. Zo weet je zeker dat je geld op de juiste plek terechtkomt.

Wat kun je zelf doen?

Betaal je via een app of met pin, dan loop je geen risico op quishing. Zie je toch een verdachte QR-code, meld dit dan bij de gemeente of politie, zodat de sticker snel verwijderd kan worden. Twijfel je aan een website, gebruik dan een controletool zoals 'Check je linkje' waarmee je vooraf kunt zien waar een QR-code naartoe leidt.

Soms heb je genoeg

🅿️ Aan zo'n blauwe parkeerschijf
▼ Volgende artikel
Review TCL 55C6K - Goedkope miniled overtuigt in SDR, maar minder in HDR
Huis

Review TCL 55C6K - Goedkope miniled overtuigt in SDR, maar minder in HDR

Nog niet zo lang geleden was miniled-technologie voorbehouden aan de luxere midrange-modellen en hoger. Maar zoals dat nu eenmaal gaat is ook deze technologie na een aantal jaren beschikbaar op goedkopere modellen. Hoe zit het dan met de kwaliteit?

Uitstekend
Energy label
Conclusie

TCL’s 55C6K is een heel interessante instapper. De adviesprijs ligt te hoog, zeker naast de betere C7K, maar gelukkig is de tv her en der al voor veel minder te krijgen. Met 180 zones schieten de piekhelderheid en het contrast iets tekort, en HDR blijft ook een beetje achter. Toch levert de tv in SDR mooie kleuren en prima kalibratie in Filmmaker- en Movie-modus. Het toestel maakt daarnaast gebruik van Google TV en levert goede gaming-features.

Plus- en minpunten
  • Achtergrondverlichting met 180 zones en degelijk contrast
  • Voldoende piekhelderheid en degelijk kleurbereik
  • Ondersteuning voor Dolby Vision IQ en HDR10+
  • Twee HDMI 2.1-aansluitingen met gaming-features
  • Filmmaker Mode en Movie Mode met goede kalibratie
  • Google TV en AirPlay 2
  • HDR-dynamische tonemapping vermindert het contrast
  • eARC/ARC neemt een 48-Gbps HDMI-poort in
  • Beperkte kijkhoek
TCL 55C6K

Adviesprijs: 899 euro Wat: Ultra-HD 4K, 144Hz, Full Array miniled-tv met lokale dimming (18x10 segmenten) Schermformaat: 55 inch (139 cm) Aansluitingen: 4x HDMI (2x v2.1 (48 Gbps), 2x v2.0 (18 Gbps), ARC/eARC, ALLM, VRR, HFR), 1x usb, 1x optisch digitaal uit, 2x antenne, wifi 5 (802.11ac), ethernet, bluetooth 5.4 Extra’s: HDR10, HLG, Dolby Vision IQ, HDR10+, Dolby Atmos, DTS:X, Google TV, AirPlay 2, usb/DLNA-mediaspeler, DVB-T2/C/S2, CI+-slot Afmetingen: 1229 x 776 x 297 mm (incl. voet) Gewicht: 12,5 kg (incl. voet) Verbruik (per 1000 uur): SDR 70 kWh (F) / HDR 150 kWh (G)

Een eenvoudig ontwerp hoeft niet lelijk te zijn, iets wat de C6K goed laat zien. De vleugelvoeten links en rechts onder deze televisie zijn licht naar buiten gedraaid en dat zorgt ervoor dat hij erg stabiel staat. Aan de voorzijde heeft het scherm nauwelijks een kader; de focus ligt op het beeld. Van opzij gemeten is hij 56 mm diep. Door de licht afgeschuinde zijkanten en de smalle zilverkleurige rand oogt hij zelfs nog slanker. De rug is mooi vlak en afgewerkt met een vierkantpatroon.

Aansluitingen

TCL kiest voor een minimale set aan aansluitingen, een eigenschap die we bij al hun miniled-modellen zien. Er zijn vier HDMI-poorten, waarvan twee voorzien zijn van de maximale 48Gbit/s-bandbreedte die noodzakelijk is voor gamen in 4K120 op je favoriete high-end console. Voor pc-gamers is er nog wat extra mogelijk. Zij kunnen in 4K144Hz gamen, of als je framerate belangrijker vindt dan resolutie kunnen ze zelfs tot 2K288Hz gaan. Met een input-lag van 16,8 ms (bij 4K60) en 8,4 ms (bij 2K120), ondersteuning voor ALLM en VRR (AMD FreeSync en NVIDIA G-Sync Compatible) is een responsieve en uiterst vloeiende game-ervaring gegarandeerd.

Heb je thuis meerdere high-end gamebronnen én een soundbar, dan moet je er wel rekening mee houden dat ARC/eARC slechts op één van de 48Gbit/s-poorten is ingeschakeld, en je dus maar één dergelijke poort overhoudt voor je game-apparaten. Behalve de HDMI-poorten zijn er nog een usb-poort voor media, een digitaal optische audio-uitgang, twee antenne-aansluitingen, wifi 5, ethernet en bluetooth (voor de afstandsbediening en draadloze hoofdtelefoons). 

De aansluitingen op de TCL 55C6K.

Voorzien van Google TV

Zijn er bepaalde apps die je absoluut niet wilt missen op je smart-tv? Dan is Google TV een uitstekende keuze. Het systeem heeft het ruimste app-aanbod en je vindt er bijna alle internationale, maar ook lokale streamingdiensten terug. Google Cast en Apple AirPlay 2 maken het supermakkelijk om content van je smartphone naar de tv te sturen. Aanbevelingen krijg je eveneens in overvloed. Ze zijn geordend per genre, niet per streamingdienst. De genres die Google je toont, zijn gebaseerd op je kijkgedrag. Meer over Google TV lees je in dit artikel.

De TCL 55C6K is voorzien van Google TV.

TCL biedt verder een energiedashboard waarin je alle instellingen terugvindt die het energieverbruik van je tv kunnen beïnvloeden. Wil je de tv gebruiken als kunstkader, dan open je T-exhibition; daar vind je niet alleen een ruim aanbod kunst, je kunt er ook AI-kunst genereren. TCL Channels biedt gratis streaming-content, mét advertenties uiteraard. De Google TV-interface werkt vlot en de gebruikservaring is prima. Ook als je even in de instellingen wilt duiken of een andere input wilt selecteren heeft TCL voor een handige interface gezorgd.

De zwarte rechthoekige afstandsbediening wint geen prijs voor innovatie, maar werkt wel prima. De toetsen voelen zacht aan en hebben een zuivere aanslag. De lay-out is redelijk klassiek en er is nog een numeriek toetsenbord aanwezig. De ingebouwde microfoon is handig voor zoekopdrachten. Onderaan de afstandsbediening zijn zes sneltoetsen te vinden: voor Netflix, Prime Video, YouTube, de mediaspeler, TCL Channels en Disney+. 

De eenvoudige afstandsbediening.

Prima beeldverwerking

De AiPQ Pro-processor die je in de C6K vindt, gebruikt TCL ook in zijn hoger geplaatste modellen. Dat is goed nieuws, want je hoeft dus niets in te leveren op dit vlak en de resultaten zijn erg goed. Wat ons vooral opvalt, is dat HDR-content met zachte kleurgradiënten nu quasi-foutloos en zonder kleurstroken op het scherm verschijnt. Je hoeft daarvoor zelfs geen ruisonderdrukking te activeren. In SDR-content kan dat verschijnsel wel nog zichtbaar zijn, maar met wat lichte ruisonderdrukking worden de meeste hinderlijke kleurstroken weggewerkt. Alleen heel lastige gevallen blijven licht zichtbaar. De processor scoort ook erg goed op deinterlacing van live-tv (1080i) en heeft prima upscaling. Een klein beetje extra scherpte (tot maximaal 5) kan het beeld wel gebruiken.

Voor sport en games is bewegingsscherpte erg belangrijk, en die is prima. De randen van bewegende voorwerpen hebben een heel licht vage rand. Oledmodellen blijven wel uitgesproken beter op dit vlak. Wie dat wil verbeteren, kan overschakelen naar een 240Hz-verversingssnelheid. Bij 4K-beeldmateriaal gaat dat ten koste van wat verticale resolutie, maar het verlies is erg klein. Gamers kunnen in Full-HD zelfs tot 288 Hz gaan. Voor film zien we weinig meerwaarde. Wil je de judder van films wat intomen, dan activeer je de motion interpolation; stel de sterkte in naar eigen smaak. 

©TCL

Zijn 180 dimmingzones voldoende?

Het grote voordeel van miniled-achtergrondverlichtingen is dat ze een groot aantal dimmingzones kunnen bieden. Die zijn essentieel om het contrast van de televisie naar een hoger niveau te tillen. De 55C6K moet het echter stellen met 180 zones (18 x 10). Dat is een flinke downgrade ten opzichte van de 55C7K, die kan uitpakken met 720 zones (36 x 20). Het lcd-paneel zelf heeft een eigen contrast van ongeveer 4600:1, en dat is weliswaar iets lager dan wat we bij andere TCL-modellen zagen, maar zeker niet slecht. Met local dimming geactiveerd stijgt het contrast naar 8400:1, een bescheiden verbetering.

Op een eenvoudiger test scoort hij nog 27.800:1. Die cijfers laten zien dat dat 180 zones wel verbetering leveren, ook al is die aan de kleine kant. Maar het echte verschil zien we in allerlei testfragmenten. Is het beeld donker en zijn er veel kleinere lichtpunten, dan is er meer schaduwdetail zichtbaar dan wenselijk omdat de grote zones het contrast niet fijn genoeg kunnen controleren. Een snel bewegend voorwerp kan dan ook een kleine zone-overgang tonen.

We moeten daar wel bij vermelden dat de aansturing erg goed is; echte zonegrenzen zijn onzichtbaar, maar een incidentele halo is uiteraard niet te vermijden. Al die zaken zijn vooral van belang bij donkere beelden. Bij heldere beelden zien we dan weer een omgekeerd effect. Een donkere partij met scherp detail in een verder helder beeld is iets te helder en verliest zo wat detail. Dat effect is duidelijker in HDR. Al met al nog steeds een behoorlijk resultaat, maar van 180 zones mag je geen oledkwaliteit contrast verwachten. 

Bescheiden piekhelderheid

Ook op het gebied van piekhelderheid kan de C6K maar nauwelijks overtuigen. Op het 10%-venster in HDR Filmmaker Mode meten we 688 nits, op het volledig witte scherm 547 nits. TCL heeft de tv zo getuned dat hij op het 50%-venster nog naar 844 nits gaat. Dat zijn voor HDR eerder bescheiden resultaten, zeker aangezien de Filmmaker Mode de middentinten en helderste tinten te donker toont. Het kleurbereik haalt 88,5% P3. De C6K claimt een QLED-model te zijn, maar onze meting duidt eerder op een KSF-fosfor-achtergrondverlichting waarbij vermoedelijk erg weinig of geen quantum dots aanwezig zijn. Die QLED-vermelding zou TCL dan ook beter achterwege laten. Vergelijk die resultaten met de C7K (die wél echte quantum dots gebruikt) waar we 95% P3 halen en een piekhelderheid van 1850 nits op het 10%-venster, en je ziet dat het verschil groot is.

De C6K ondersteunt Dolby Vision IQ en HDR10+, naast HDR10 en HLG. In HDR Filmmaker Mode zijn niet alleen de helderste tinten te donker, de tv clipt ook wat witdetail weg, waardoor nuance in de helderste tinten kan verdwijnen. We activeerden dynamische tonemapping om dat tegen te gaan, maar dat maakt het beeld over het algemeen te helder, waardoor je minder contrastrijk beeld ziet. In SDR is het resultaat erg goed: de Filmmaker Mode levert een goede kalibratie, dus daar zie je de C6K op zijn best. Zowel in HDR als SDR was het schaduwdetail goed zichtbaar. 

Matige audio

De 40 watt sterke 2.1-audioconfiguratie met het label van Onkyo mag dan wel iets krachtiger zijn dan de gemiddelde lagere-middenklasser, toch laat het geen diepe indruk achter. Er is ondersteuning voor Dolby Atmos en DTS:X, maar onze filmsoundtracks geven maar een matig tot erg beperkt surroundgevoel. Echte diepe bassen ontbreken, en zodra je het volume echt hoog zet, verdwijnt een deel van de bas en hoor je redelijk wat vervorming. De klank is goed genoeg voor doorsnee dagelijks gebruik, maar muziek- en filmliefhebbers kunnen beter een soundbar bij deze televisie gebruiken.

Conclusie

TCL pakt erg graag uit met zijn miniled-modellen, maar deze instapper maakt toch een aantal belangrijke compromissen. Dat leidt onmiddellijk tot zijn belangrijkste minpunt: de adviesprijs. Die is te hoog, zeker wanneer je die vergelijkt met de TCL C7K die nauwelijks duurder, maar wel aanmerkelijk beter is. De dynamische tonemapping van TCL kan beter, zeker gezien de basisprestaties. Met 180 zones kan hij immers geen hoge piekhelderheid leveren en ook geen indrukwekkend contrast. In HDR blijft hij daardoor wat achter, en de dynamische tonemapping maakt niet genoeg goed. Als we erg streng zijn, komt dat vooral omdat de andere miniled-modellen van TCL juist wél zo goed scoren. Maar eerlijk is eerlijk: deze TCL 55C6K levert nog prima prestaties, met mooie kleuren en voldoende piekhelderheid en contrast. De Filmmaker en Movie Mode zijn goed gekalibreerd en zeker in SDR is dat een mooie prestatie. Google TV zorgt voor een ruim entertainmentaanbod en er zijn aardig wat gaming-features. Kun je deze televisie met een mooie korting vinden, dan is hij zeker het overwegen waard!