ID.nl logo
Elektrische auto en zonnepanelen: wat bespaar je?
© Halfpoint
Energie

Elektrische auto en zonnepanelen: wat bespaar je?

Een elektrische auto en zonnepanelen: twee stappen in de goede richting als het gaat om duurzaamheid. Laad je je EV thuis op en heb je zonnepanelen op je dak? Dan laad je je wagen goedkoper op dan wanneer je geen zonnepanelen hebt. Maar wat bespaar je precies op je energierekening?

In dit artikel vertellen we je:

Niet iedereen heeft de luxe om thuis een laadpaal (of wallbox) te installeren. Je hebt immers een eigen stuk grond nodig. Beschik je wel over een koopwoning met ruimte voor een laadpaal, dan lees je in dit artikel in hoeverre het plaatsen van zonnepanelen de kosten van het opladen van je elektrische auto kan verminderen.

Kosten opladen elektrische auto met zonnepanelen

In theorie hoeft het rijden met je elektrische auto je niets te kosten (naast de aanschaf en het onderhoud) als je hem alleen oplaadt met de energie die je eigen zonnepanelen opwekken. In de praktijk ligt dit vaak toch anders. Bijvoorbeeld omdat je de auto op werkdagen misschien pas ‘s avonds oplaadt. Bovendien is de opbrengst van zonnepanelen in de wintermaanden lager, waardoor je mogelijk niet genoeg opwekt om je EV op te laden. Je gebruikt de zonne-energie immers ook voor andere elektrische apparaten in huis, zoals een warmtepomp, airco, oven, vaatwasser en wasmachine.

Hoeveel geld je precies kwijt bent aan het opladen van je elektrische auto, is dan ook afhankelijk van verschillende factoren. Allereerst bepaalt de opbrengst van je zonnepanelen in hoeverre je je EV kunt opladen op zonne-energie, maar ook het verbruik van je auto en andere elektrische apparaten speelt een rol. Daarnaast zijn de kosten voor het opladen van je elektrische auto afhankelijk van het tijdstip waarop je hem oplaadt en of je over een thuisaccu beschikt. We zetten de verschillende factoren op een rij.

Saldering en terugleververgoeding

Als je zonnepanelen meer stroom opwekken dan je op dat moment verbruikt, wordt het overschot teruggeleverd aan het net. Wat je teruglevert mag je in 2023 en 2024 nog volledig wegstrepen tegen de stroom die je zelf gebruikt. Daarvoor krijg je dezelfde vergoeding als het tarief dat je betaalt voor stroom. Dat heet salderen. Dat is gunstig voor eigenaren van zonnepanelen. Zolang de huidige salderingsregeling van kracht is, maakt het voor de hoogte van je energierekening bovendien niet uit of je je elektrische auto overdag of ‘s avonds oplaadt. 

Vanaf 2025 wordt de salderingsregeling echter langzaam afgebouwd. De terugleververgoeding blijft wel bestaan. Wekken je zonnepanelen op termijn meer stroom op dan je zelf gebruikt, dan betalen energieleveranciers voor het verschil een terugleververgoeding. Dat tarief ligt doorgaans een stuk lager dan bij salderen. Dat is iets om in het achterhoofd te houden voor de toekomst.

Verbruik van elektrische auto en opbrengst zonnepanelen

Het aantal zonnepanelen dat je op je dak legt, bepaalt grotendeels wat de uiteindelijke laadkosten van je elektrische auto zijn. Heb je genoeg zonnepanelen om je auto in de winter mee op te laden, dan rijd je in principe ‘gratis’. Het aantal zonnepanelen dat je nodig hebt, bereken je op basis van het verbruik van je elektrische wagen.

Hoeveel je elektrische auto verbruikt, verschilt per merk en type. Grotere EV’s gebruiken doorgaans meer elektriciteit dan kleinere wagens. Waar er bij brandstofauto’s vaak wordt gerekend met het aantal gebruikte liters per 100 kilometer, is dat bij elektrische wagens het aantal kWh per 100 kilometer. De energiezuinigste elektrische auto’s verbruiken ongeveer 15 kWh per 100 km. Per kilometer is dat dus 0,15 kWh. 

Vermenigvuldig dat getal met het aantal kilometers dat je naar schatting per jaar rijdt en je weet precies hoeveel kWh je zonnepanelen minstens in een jaar moeten opwekken om je EV op te kunnen laden. Rijd je bijvoorbeeld 15.000 kilometer per jaar en heb je een wagen die 15 kWh aan stroom gebruikt per 100 kilometer? Dan verbruikt je elektrische auto in een jaar zo’n 2.250 kWh aan stroom. 

©Southworks Creative LTD

Vervolgens kijken we naar de opbrengst van zonnepanelen. Volgens de Consumentenbond levert één modern zonnepaneel jaarlijks gemiddeld ongeveer 300 kWh aan stroom op. Dat betekent dat je voor het opladen van een elektrische auto zoals hierboven omschreven acht zonnepanelen nodig hebt.

Houd er wel rekening mee dat je niet alleen je elektrische auto wilt gebruiken in combinatie met de zonnepanelen, maar ook andere elektrische apparaten, zoals de wasmachine, vaatwasser en koelkast. Het totale aantal zonnepanelen dat je wil plaatsen valt hierdoor hoger uit.

Salderingsregeling: nu en straks

In de praktijk zal blijken dat je je elektrische auto ook wilt opladen op momenten dat de zon niet schijnt. Zolang de salderingsregeling van kracht is maakt dat niet uit, maar als het salderen vanaf 2025 langzaam wordt afgebouwd, verandert dat. Als je je elektrische auto dan oplaadt op momenten dat de zon niet schijnt, dan is dat dus duurder dan op het moment dat de zon wel schijnt - zélfs als je totaal opgewekte zonne-energie en het verbruik van je auto hetzelfde zijn gebleven.

(Elektrische auto als) thuisaccu

Wil je de auto regelmatig ‘s avonds opladen, dan overweeg je misschien om een thuisaccu aan te schaffen. In plaats van de zonne-energie te gebruiken of terug te leveren op het moment dat het wordt opgewekt, kun je de stroom met een thuisaccu opslaan voor een later moment. Zo kun je ‘s avonds na het werk de EV opladen met de stroom die je zonnepanelen ‘s middags hebben opgewekt. 

Dat klinkt gunstig, maar er zijn ook wat significante nadelen. Thuisaccu’s zijn nu nog relatief prijzig. Voor een thuisaccu van 6 kWh ben je tussen de 4.000 en 5.000 euro kwijt. In de zomer heb je aan één thuisbatterij niet genoeg om alle zonnestroom die je niet meteen gebruikt op te slaan. Anderzijds wek je in de winter waarschijnlijk niet genoeg stroom op om de accu vol te laden. Ook hebben thuisaccu's een relatief korte levensduur.

Over een aantal jaar zal de thuisaccu mogelijk wel in populariteit toenemen. Vooral als de technologie zodanig vordert dat de accu’s betaalbaarder worden en meer opslagcapaciteit hebben. Bovendien wordt de salderingsregeling de komende jaren afgebouwd, waardoor het loont om méér van je zonne-energie zelf te verbruiken (en dus niet van het net hoeft af te nemen).

In plaats daarvan kan het slimmer zijn om je elektrische auto als een soort thuisaccu te gebruiken. Je hebt dan een bidirectionele laadpaal nodig én een geschikte elektrische auto. Overdag wordt de accu van je elektrische auto opgeladen door de stroom die je zonnepanelen opwekken, terwijl de accu ‘s avonds als de zon niet schijnt leegloopt om je inductiekookplaat of wasmachine van stroom te voorzien. Auto's die bidirectioneel laden (V2G of V2H) ondersteunen zijn nog niet of amper te koop. Ook zijn bidirectionele laadpalen nog extreem duur, denk aan zo'n 5.000 euro exclusief plaatsing. Daar komt nog bij dat deze technologie wel om een goede planning vraagt. Je wilt immers niet met een lege accu zitten op het moment dat je van huis vertrekt. Om de energie van je zonnepanelen optimaal te benutten, wil je je EV bovendien opladen op het moment dat de zon wél schijnt.

©Halfpoint

Wat bespaar je met zonnepanelen als je een elektrische auto hebt?

Hoeveel je precies bespaart bij het opladen van je elektrische auto hangt dus af van veel factoren. Als je slim gebruikmaakt van de energie die je zonnepanelen opwekken, dan kan je als het ware ‘gratis’ elektrisch rijden. Je hebt daarvoor wel een forse investering gedaan, zowel voor de elektrische auto met thuislaadpaal als voor de zonnepanelen. 

Rijd je meer kilometers dan gemiddeld, dan heb je meer zonnepanelen nodig om in die energiebehoefte te voorzien. Er is echter een kans dat je zonder de huidige salderingsregeling wel wat meer kosten maakt in de donkere maanden (oktober tot en met maart). 

Nog geen 30 procent van de jaaropbrengst wordt namelijk opgewekt in deze zes maanden. Als je daar zowel je elektrische auto van moet opladen én je andere elektrische apparaten, kan dat betekenen dat je niet langer ‘gratis’ elektrisch rijdt. Met name als je gebruikmaakt van een elektrische warmtebron, zoals een warmtepomp of infraroodpanelen.

Een rekensom: 30 procent van 300 kWh op jaarbasis (de gemiddelde jaaropbrengst van één zonnepaneel) is 90 kWh in de zes donkere maanden. Eerder berekenden we dat een elektrische auto ongeveer 2.250 kWh per jaar verbruikt. Dat is omgerekend gemiddeld 187,5 kWh per maand. In de winter is de kans dus groot dat je zonnepanelen niet voldoende stroom opwekken om je EV volledig mee op te laden. Na de afbouw van de salderingsregeling heb je dus meer zonnepanelen nodig in de winter om volledig op je zelf opgewekte zonne-energie te rijden. Heb je niet voldoende zonnepanelen om je elektrische auto in de winter op te laden, dan bespaar je mét zonnepanelen toch nog altijd meer dan zonder.

🔋 Hoe bespaar jij energie?

Doe mee met de Nationale Energiemonitor

Lees ook: Kan ik thuis een laadpaal installeren als ik zonnepanelen en een warmtepomp heb?


☀️ Nog geen zonnepanelen? Lees je goed in en vergelijk meerdere aanbieders én offertes

Vraag een offerte aan voor zonnepanelen:

▼ Volgende artikel
Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys
© ID.nl
Huis

Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys

Een paar bestanden hernoemen is zo gebeurd. Maar zodra je tientallen of honderden namen moet aanpassen, schiet handmatig werk tekort. Dan komt externe software goed van pas. PowerRename, onderdeel van de PowerToys-collectie, biedt uitkomst. Met deze slimme tool kun je grote aantallen bestanden in één keer hernoemen. Dat gaat snel, efficiënt en precies zoals jij het wilt.

Dit gaan we doen

In dit artikel zie je hoe je PowerRename uit PowerToys instelt en gebruikt om grote aantallen bestanden tegelijk te hernoemen. We laten zien hoe je de tool activeert, hoe je hem oproept via Verkenner en hoe je zoek-en-vervangacties, letterinstellingen en automatische nummering toepast. Zo wijzig je in één keer volledige reeksen bestandsnamen, zonder handmatig werk.

Lees ook: Leuker, sneller en handiger: boost je Windows-pc met PowerToys

PowerRename activeren

PowerRename is een stuk krachtiger dan de standaard hernoemfunctie van Windows. De tool maakt deel uit van PowerToys, een opensource-project van Microsoft. Wil je de Microsoft Store-versie installeren? Open dan het Startmenu, zoek naar Microsoft Store en start de app. Typ PowerToys in het zoekveld bovenaan. Klik op Installeren zodra je het programma hebt gevonden. Na installatie verschijnt PowerToys in het systeemvak van Windows. Open het, kies in de linkerkolom PowerRename en je ziet meteen een korte animatie van hoe de tool werkt. Klik op Instellingenopenen en controleer of PowerRename is ingeschakeld. Let op: bij ons werkte PowerRename pas na een herstart van het systeem.

Een animatie toont hoe PowerRename werkt.

Contextueel menu in Verkenner

Open de map met de bestanden die je wilt hernoemen. Selecteer ze allemaal met Ctrl+A en klik met de rechtermuisknop op de selectie. In het contextmenu van Windows Verkenner kies je onderaan de opdracht Naam wijzigen met PowerRename.

Haal PowerRename uit het contextueel menu in Windows Verkenner.

Zoeken en vervangen

Daarna opent het venster van PowerRename. In het veld Zoeken geef je in welk deel van de bestandsnaam je wilt vervangen. In het veld eronder typ je de nieuwe tekst. In ons voorbeeld vervangen we het woord Image door Kreta2015. Nog vóór de wijziging wordt uitgevoerd, toont PowerRename een overzicht: links de oorspronkelijke bestandsnamen, rechts de nieuwe. Zo zie je meteen wat er verandert. Daaronder kies je of de aanpassing moet gelden voor de volledige naam inclusief extensie, alleen de bestandsnaam, of alleen de extensie.

Met de knoppen onder Tekstopmaak pas je eenvoudig het hoofdlettergebruik aan, van alles in kleine letters, naar alles in hoofdletters, alleen een hoofdletter aan het begin, of elke beginletter van een woord in hoofdletters. Het laatste pictogram schakelt de nummering in. Activeer je dat, dan voegt PowerRename automatisch nummers tussen haakjes toe aan de bestandsnamen.

De nieuwe namen verschijnen in voorvertoning naast de oorspronkelijke namen.     

Je allermooiste foto's hernoemd?

Druk ze af en plak ze in een foto-album
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen