ID.nl logo
10 tips om warm te blijven zonder te stoken
© Oleksandr
Energie

10 tips om warm te blijven zonder te stoken

De buitentemperatuur daalt en dus wordt het steeds verleidelijker om eens (flink) aan de thermostaat te draaien. Ho, stop: wacht hier nog even mee! Er zijn namelijk genoeg eenvoudige manieren om ook zónder verwarming warm te blijven. Dat is stukken beter voor het milieu en het scheelt je weer fors op je energierekening.

Het wordt kouder, maar dat betekent gelukkig niet dat je meteen de kachel aan moet doen. Met deze 10 tips stel je dat nog even uit:

  • 1. Hang gordijnen op
  • 2. Steek kaarsen aan
  • 3. Sluit tussendeuren
  • 4. Leg een vloerkleed neer
  • 5. Gebruik plaids en kussens
  • 6. Drink warme dranken
  • 7. Beweeg
  • 8. Draag laagjes
  • 9. Benut warmte waar je misschien niet meteen aan denkt
  • 10. Toch stoken? Pak het slim aan

Lees ook: Meer warmte voor minder geld? Dit moet je weten over radiatorfolie

Tip 1: Hang gordijnen op

Misschien wel de simpelste manier om een ruimte zonder te stoken op te warmen, is door goede gordijnen op te hangen. Veel warmte gaat namelijk verloren via ramen. Dikke of verduisterende gordijnen kunnen die warmte binnenhouden, wat je geheid zult merken aan de temperatuur in huis. Een slimme tactiek om de binnentemperatuur met gordijnen te verhogen, is door ze overdag open te schuiven en na zonsondergang weer te sluiten. Zo profiteer je 's avonds van de zonnewarmte die overdag naar binnen is gekomen.

Tip 2: Steek kaarsen aan

Een bekende truc om meer warmte te creëren is het aansteken van kaarsen. Kaarsen zijn niet alleen gezellig, maar verhogen ook daadwerkelijk de temperatuur in een ruimte. Natuurlijk kun je niet heel de ruimte opwarmen met een paar kaarsen, maar alle beetjes helpen. Daarnaast verhogen kaarsen ook je gevoelstemperatuur. Als je het helemaal duurzaam wilt aanpakken, ga dan voor ecologische kaarsen Deze zijn op milieuvriendelijke wijze geproduceerd en ook nog eens minder schadelijk voor je gezondheid.

Wat zijn eco-kaarsen?

Ecologische kaarsen zijn gemaakt van natuurlijke, hernieuwbare grondstoffen zoals bijenwas, plantaardige oliën en houtpulp. Er worden geen schadelijke chemicaliën en kleurstoffen gebruikt bij de productie ervan: de kaarsen zijn vaak ongekleurd of gekleurd met natuurlijke pigmenten en de lonten zijn van katoen of papier. Vaak zijn ze handgemaakt, verpakt in recyclebaar materiaal en biologisch afbreekbaar. En tot slot veroorzaken ze minder roet en rook dan conventionele kaarsen. Fijn voor het milieu, maar ook voor de lucht bij jou thuis!

©Lililia

Tip 3: Sluit tussendeuren

We maken ons er allemaal schuldig aan: de tussendeur(en) open laten staan. Zonde, want daardoor kan lucht makkelijk circuleren en gaat er veel warmte verloren. Misschien doe je de tussendeuren wel netjes dicht, maar laten de deuren via kieren en gaten veel tocht door. Dit is eenvoudig op te lossen met tochtstrips, tochtkussens of purschuim. Vergeet uiteraard ook de ramen niet!

Lees ook: In elke kamer van je huis energie besparen? Dat lukt met deze tips

Tip 4: Leg een vloerkleed neer

Een vloerkleed maakt je woonkamer niet alleen veel knusser, maar zorgt er ook voor dat de temperatuur in huis een stukje aangenamer wordt. Vooral hoogpolige vloerkleden zijn meester in het vasthouden van warmte. Bijkomend voordeel is dat ook je voeten heerlijk opwarmen van een goed vloerkleed, wat weer een positief effect heeft op je algehele lichaamstemperatuur. Geen vloerkleed? Draag dan in ieder geval warme pantoffels!

Tip 5: Gebruik plaids en kussens

Onder een kleedje op de bank series en films bingen: in de herfst- en wintermaanden doen we dat graag. Logisch, want onder een zacht kleed kun je het onmogelijk koud hebben. Vooral kleden van wol en fleece houden je lekker warm, dus investeer in deze stoffen als je het snel koud hebt. Voeg voor extra gezelligheid ook wat fijne kussens toe aan je bank. Je hebt ook warmtekussens, bijvoorbeeld van Stoov, die én decoratief én behaaglijk zijn. Ook je bed kun je volgooien met kussens en plaids.

Tip 6: Drink warme dranken

Een open deur, maar juist daarom onmisbaar in dit rijtje: drink warme dranken. Niets is fijner dan jezelf (en je handen) op een koude dag op te warmen met een dampende mok thee, koffie of chocolademelk. Om het verwarmende effect van zulke drankjes te versterken, kun je er bepaalde kruiden en specerijen aan toevoegen. Zo staan steranijs, kaneel en gember erom bekend de bloedsomloop te verbeteren en het lichaam op te warmen. Drink bijvoorbeeld eens verse gemberthee of golden milk, of verrijk je chocolademelk met een snufje kaneel.

Zo maak je golden milk

Breng 1 kop melk aan de kook in een pannetje. Haal van het vuur en voeg 1 theelepel verse geraspte gember, 1 theelepel gemalen kurkuma toe en eventueel nog 1 theelepel honing of kaneel toe voor extra smaak. Roer goed door en zet het pannetje terug op laag vuur. Laat nog 5-10 minuutjes zachtjes doorwarmen, waarbij je wel af en toe roert. Daarna is je golden milk klaar. Eventueel kun je het mengsel eerst nog zeven voor een gladder drankje.

©Kostikovanata

Tip 7: Beweeg

Als het buiten (en binnen) guur is, is het verleidelijk om niet meer van de bank af te komen. Toch is dit niet de beste manier om warm te worden - en vooral te blijven. Na een paar uur onder dat kleedje slaat de verkleuming toe. Kom daarom regelmatig van de bank af en ga bewegen. Even wandelen (dat hoeft heus niet meteen een boswandeling van twee uur te zijn), schoonmaken of dansen: alles mag. Bewegen verbetert je bloedsomloop en verwarmt je spieren, en bovendien is een gezonder lichaam weerbaarder tegen kou.

Tip 8: Draag laagjes

Heb je je dikste trui uit de kast gehaald maar zit je nog steeds te bibberen? Dat komt omdat één laag vaak niet voldoende is om lichaamswarmte effectief vast te houden. Het is beter om meerdere lagen over elkaar te dragen. Hierdoor wordt de warme lucht tussen iedere laag opgeslagen en zul je makkelijker op temperatuur blijven. Als onderste laag kun je kiezen voor thermokleding: dit houdt warmte optimaal vast en voorkomt dat je afkoelt, ook wanneer je bijvoorbeeld naar een kamer in je huis loopt waar het minder warm is.

©AK | ID.nl

Tip 9: Benut warmte waar je misschien niet meteen aan denkt

Naast de verwarming zijn er ook andere warmtebronnen die je kunt gebruiken om jezelf en je huis warm te houden. Kies in de donkere maanden bijvoorbeeld wat vaker voor ovengerechten en ga op een vrije weekenddag lekker een middagje bakken. Laat na gebruik de ovendeur een tijdje openstaan, zodat de rest van het huis kan profiteren van de warme lucht die vrijkomt. Lig je op de bank, dan kun je tegen een warmwaterkruik of hittekussen aankruipen voor wat extra verwarming. Sommigen zweren bij een elektrische deken.

Lees ook: Dit bespaar je met een warmtedeken of -kussen

Tip 10: Toch stoken? Pak het slim aan

Op extreem koude dagen is het een uitdaging om de thermostaat met rust te laten. Gelukkig kun je ook met de verwarming aan zorgen dat je energierekening niet meteen de hoogte in schiet. Zo hoef je niet direct het hele huis te verwarmen, maar kun je de verwarming enkel aanzetten in de ruimtes waar je het meest actief bent. Sluit dan goed alle tussendeuren, zodat de warmte in die ruimtes niet kan ontsnappen. Zorg er daarnaast voor dat de verwarming niet op standje loeien staat, maar op een subtiele manier warme lucht de ruimte inblaast. Daarbij is het belangrijk dat er niets voor de verwarming staat, zoals banken, stoelen of gordijnen die over de radiatoren heen vallen. Schakel tot slot de verwarming uit als je weggaat of gaat slapen, en doe dat op tijd. Een uur van tevoren de verwarming lager zetten scheelt je al zo’n vijf procent op je stookkosten!

🧣 Veel besparen? Zorg dan dat je huis goed geïsoleerd is!

Vraag een offerte aan voor isolatie:

▼ Volgende artikel
Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt
© fotomek
Huis

Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt

Denk je net goed bezig te zijn met een A+++-wasdroger, blijkt die vanaf juli 2025 opeens een magere C te scoren. Wat is hier aan de hand? Geen paniek: je apparaat is niet plotseling minder efficiënt geworden, het energielabel wordt een stuk strenger. In dit artikel lees je waarom de regels zijn veranderd, wat het nieuwe label precies meet en hoe je wél de juiste conclusies trekt bij je volgende aankoop.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Vanaf 1 juli 2025 – morgen dus! – verandert het energielabel van wasdrogers in heel Europa. De bekende klassen als A+, A++ en A+++ verdwijnen en maken plaats voor een overzichtelijker schaal van A tot en met G. Hierdoor krijgen veel huidige A+++-drogers voortaan een label C. Niet omdat ze slechter presteren, maar omdat de normering strenger en toekomstbestendiger wordt.

Waarom een nieuw energielabel nodig was

Het oude systeem was zijn doel voorbijgeschoten. Doordat fabrikanten steeds energiezuinigere apparaten ontwikkelden, werden er voortdurend plussen aan de A-klasse toegevoegd. Daardoor ontstond een wildgroei aan energielabels die de consument eerder in verwarring bracht dan hielp. Met het nieuwe label keert de rust terug: één heldere schaal die opnieuw ruimte laat aan de top. De zuinigste klasse A blijft voorlopig zelfs leeg, zodat alleen uitzonderlijk efficiënte apparaten die plek mogen innemen.

©Bemmel & Kroon

Wat je ziet op het nieuwe label

Het nieuwe energielabel bevat veel meer informatie dan alleen een letter. Naast de energieklasse geeft het label nu ook inzicht in het verbruik per honderd droogbeurten, gemeten volgens een gestandaardiseerd Eco-programma. Ook de programmaduur, het maximale vulgewicht van de trommel, het geluidsniveau in decibel en de condensatie-efficiëntie staan erop vermeld. Via een QR-code kun je bovendien extra technische details opzoeken in de Europese EPREL-database. Deze toevoegingen zorgen ervoor dat je als consument beter kunt inschatten welk apparaat past bij jouw huishouden en gebruik. Meer informatie vind je op deze pagina.

©Bemmel & Kroon

1. QR-code met link naar de EU database
2. Energie-efficiëntieklasse
3. Energieverbruik in kWh/100 droogcycli*
4. Condensatie-efficiëntieklasse en -percentage

5. Geluidklasse en geluidemissie in dB(A)**
6. Maximale laadcapaciteit (nominale capaciteit in kg)**
7. Duur in uren en minuten**

* Waarden gelden voor een gewogen gemiddelde van halve en volle ladingen met een verhouding van 0,62 (24x volle lading, 76x halve lading).
** Droogcyclus van katoen eco-programma bij volle lading.

Het lastige van vergelijken

Oude en nieuwe energielabels kun je niet zomaar naast elkaar leggen. Een A+++-droger uit 2024 kan volgens de nieuwe testmethodes een label C krijgen, terwijl het apparaat in de praktijk nog steeds even zuinig is. Dat verschil komt puur door de aangescherpte meetnormen, en niet door een verandering in prestaties. Laat je dus niet misleiden door een ogenschijnlijke 'verslechtering' van het label, maar kijk naar de echte verbruiksgegevens en technische kenmerken van jouw wasdroger.

Wat dit voor jouw keuze betekent

Bij het kopen van een nieuwe droger is het dus belangrijk om verder te kijken dan alleen de letter op het label. De vermelding van het energieverbruik per honderd droogcycli geeft je een veel concreter beeld van de stroomkosten op jaarbasis. Ook het geluidsniveau, de capaciteit van de trommel en de duur van het droogprogramma bepalen in sterke mate hoe comfortabel en efficiënt het apparaat in de praktijk is. Dankzij de QR-code kun je bovendien snel en eenvoudig controleren of de technische gegevens aansluiten bij je verwachtingen.

©Viktoria

Slim kiezen met het nieuwe label

De vernieuwde energielabels maken het makkelijker om een slimme, bewuste keuze te maken. Niet alleen zie je in één oogopslag hoe energiezuinig een apparaat is volgens de nieuwste normen, je hebt ook toegang tot de details die er écht toe doen. Zo kun je jouw keuze afstemmen op wat je belangrijk vindt: lage kosten, weinig geluid, korte droogtijd of een groot vulgewicht. Door te letten op de werkelijke prestaties in plaats van alleen op een letter, maak je een duurzame keuze die ook op de lange termijn rendeert.

Wil je hulp bij het kiezen van een energiezuinige droger of persoonlijk advies over welk type het best bij jouw huishouden past? Laat je dan informeren door een specialist, zodat je met vertrouwen de juiste keuze maakt voor nu én de toekomst.

Op zoek naar een écht zuinige droger?

Bekijk de beste deals bij Bemmel & Kroon!
▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op
© zephyr_p
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op

Een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser kiezen begint niet bij het design of de functies – het begint met een meetlint. Want hoe mooi of geavanceerd een apparaat ook is, als het nét niet past, zit je met een kostbare misser. Een paar millimeter speling kan het verschil maken tussen een perfect passende keuken en een frustrerende inbouwervaring. Met deze meetinstructies weet je zeker dat je straks niet voor verrassingen komt te staan.

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over:

• Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Goed meten is het halve werk

Voordat je aan de slag gaat met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik altijd een betrouwbare rolmaat en eventueel een digitale schuifmaat voor extra precisie. Meet de binnenafmetingen van de nis (dus niet de buitenkant van je keukenkast) en noteer breedte, hoogte én diepte.

Houd daarnaast rekening met de ventilatieruimte: meestal is 2 tot 5 cm aan de achterkant en zijkanten nodig. En check of er ruimte is voor stopcontacten, wateraansluitingen en kabeldoorvoeren – die bepalen vaak óók of het apparaat goed kan worden geplaatst.

©Andrey Sinenkiy

Waar moet je op letten per apparaat?

Elk soort inbouwapparaat heeft zijn eigen eisen en aandachtspunten. Hieronder lees je per type waar je bij het opmeten en installeren specifiek op moet letten. Zo kom je niet voor verrassingen te staan.

Inbouwkoelkast of -vriezer

De hoogte van de nis is hier allesbepalend. Veelvoorkomende maten voor inbouwkoelkasten en -vriezers zijn 88, 140 en 178 cm, maar afwijkingen komen vaak voor. Let op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme vraagt meestal om iets meer ruimte in de breedte. Diepte is vaak 55 cm, maar modellen met een ventilator achterop kunnen richting de 60 cm gaan.

Inbouwoven of -magnetron

Standaard? Niet helemaal. De nisbreedte is meestal 56 cm, terwijl het frontpaneel iets breder is (ca. 59,5 cm) voor een nette aansluiting. Hoogtes verschillen: compacte ovens zijn 45 cm hoog, standaardmodellen 60 cm. Magnetrons vragen soms extra ruimte aan de bovenkant voor uitstekende bedieningspanelen.

Inbouwvaatwasser

Hier draait het vooral om hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 cm, met verstelbare poten voor wat speling. Meet ook de plinthoogte (van vloer tot onderkant kast), en vergeet de watertoevoer niet – reken op zo’n 5 cm extra ruimte in de diepte voor de slang.

Inbouw-espressomachine

Kleiner apparaat, maar niettemin precisiewerk. De breedte is vaak rond de 56 cm, maar de diepte varieert sterk. Let vooral op het waterreservoir (dat tot 55 cm diep kan zijn) en op kleppen of deurtjes die naar voren openen: die hebben extra werkruimte nodig.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Veelgemaakte fouten die je makkelijk voorkomt

Zelfs met zorgvuldige metingen kan het misgaan, vaak doordat kleine details worden vergeten. Denk aan ventilatieruimte, uitstekende stekkers of leidingen die net in de weg zitten. Een handige tip: plak een strook tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het apparaat komt, en markeer waar stekkers en leidingen zitten. Zo zie je snel of er iets in de weg zit.

Ook niet onbelangrijk: controleer of de nis waterpas is! Zeker bij koelkasten met uitschuiflades kan een scheve ondergrond voor problemen zorgen. Pas waar nodig je kast of ondervloer aan voordat je installeert.

Bij renovaties gelden vaak afwijkende maten. Oudere keukens hebben soms dikkere wanden of ongebruikelijke dieptes. Meet dus altijd de huidige situatie én de specificaties van je nieuwe apparaat. Twijfel je? Schakel een keukenexpert in, zeker bij combinaties zoals een oven met magnetron, waarbij elk detail telt.

En tot slot: de allerbelangrijkste stap

Het klinkt als een open deur, maar het voorkomt de meeste problemen: meet altijd twee keer! Schrijf je maten op en leg ze naast de officiële productspecificaties. Let daarbij op details als verstelbare voetjes, uitsparingen voor de deur of een uitschuifbaar bedieningspaneel. Zo weet je zeker dat jouw nieuwe inbouwapparaat niet alleen technisch past, maar ook mooi aansluit bij de rest van je keuken. Want uiteindelijk draait het om één ding: alles moet kloppen – tot op de millimeter.