ID.nl logo
In elke kamer van je huis energie besparen? Dat lukt met deze tips
© Ronstik
Energie

In elke kamer van je huis energie besparen? Dat lukt met deze tips

Zelfs met het nieuwe energie-prijsplafond wil je natuurlijk zo min mogelijk energie verspillen. Gelukkig zijn er allerlei slimme manieren om nét dat beetje extra te besparen. We maken een rondje door het huis en laten je zien hoe je in elke kamer wel íets kunt besparen. En al die kleine beetjes samen resulteren in … inderdaad: een lagere energierekening!

Dit artikel in vogelvlucht:

  • De woonkamer zuiniger maken door verlichting te verduuzamen
  • Keuken-apparatuur slimmer gebruiken
  • Extra besparen door 's nachts te wassen
  • Stand-byverbruik minimaliseren

Wil je nog meer energie besparen, lees dan ook het artikel Zo blijf je onder het energie prijsplafond

We beginnen uiteraard bij het begin: net na de voordeur. Door onderaan een tochtstrip te bevestigen, houd je koude lucht buiten. Heb je een deur van enkel glas of van gewoon dubbel glas? Dit zou het moment kunnen zijn om dat te vervangen door HR++ of triple glas. In sommige gevallen kun je daar subsidie voor krijgen (zie kader Isolatiesubsidie hieronder). Er zijn ook snellere en goedkopere oplossingen. Zo koop je voor een paar tientjes speciaal raamfolie (ook wel thermo cover genoemd), dat je op het glas kunt plakken en dat een isolerende werking heeft.

Raamfolie kopen?

Hier vind je het volledige assortiment

Controleer ook even je brievenbus: blijft deze weleens open staan nadat de postbode is geweest? Kijk dan of je de schroeven wat beter kunt aandraaien of dat je het veermechanisme kunt smeren, zodat de klep goed dicht valt. Een brievenbusborstel, die je in de opening plaatst, helpt ook. En ga je van de gang naar de woonkamer, dan doe je uiteraard de tussendeur goed dicht!

De woonkamer

Heb je nog halogeen- of gloeilampen? Snelle winst behaal je door die te vervangen door led-lampen. Stel dat je een lamp 550 uur per jaar laat branden. Dan verbruikt een ledlamp in dat jaar ongeveer 2,4 kWh, een halogeenlamp 15,4 kWh, en een gloeilamp 21,9 kWh. Vermenigvuldig dat met het aantal lampen dat je hebt en vermenigvuldig dat weer met de prijs die jij per kWh betaalt. Echt, de aanschafprijs van led heb je er heel snel uit! Bovendien kosten ze allang de wereld niet meer.

Laat verder je televisie en soundsystem niet op stand-by staan en kijk of je tv-decoder een eco-stand heeft. En staat je gameconsole ook hier, dan stel je die ook zo energiezuinig mogelijk in. Hoe je dat doet lees je in het artikel: Energie besparen met consoles en pc: zo doe je dat.

Heb je een ouderwetse thermostaat? Zet die dan een uurtje voor je naar bed gaat al lager. Of vervang hem door een slimme thermostaat en stel een tijdschema in. En heb je al gedacht aan radiatorfolie? Dit zilverkleurige folie plak je achter de radiator, waardoor warmte weer terug de kamer in wordt gestraald. Per vierkante meter radiatorfolie kun je ongeveer vijf tot tien kubieke meter gas per jaar besparen.

Isolatiesubsidie Heb je een koophuis en wil je dat verduurzamen? Dan kun je daarvoor subsidie aanvragen. Naast subsidie voor de aanschaf van een (hybride) warmtepomp, zonneboiler of aansluiting op een warmtenet kun je ook subsidie krijgen voor dakisolatie, gevelisolatie, spouwmuurisolatie, vloer- of bodemisolatie en hoogrendementsglas. Er zijn wel voorwaarden aan verbonden. Zo moet je bijvoorbeeld minimaal twee maatregelen nemen – dus bijvoorbeeld én gevelisolatie én een zonneboiler. Meer over de voorwaarden en aanvraagprocedure lees je op https://kwikr.nl/subsidie.

De keuken

Koelkast, vriezer, vaatwasser … juist in de keuken kun je veel besparen. Neem je koelkast. De ideale temperatuur om je etenswaren goed te houden, is tussen de 3 en 4 graden Celsius. Veel mensen hebben hun koelkast echter op een lagere temperatuur staan. Zonde. Voor een paar euro koop je een koelkastthermometer waarmee je dat zelf kunt meten. Zorg er verder voor dat je de koelkast niet naast je oven of je vaatwasser zet. Die geven warmte af, waardoor je koelkast harder moet werken. Zet hem ook niet helemaal tegen de muur, maar laat wat ruimte over, zodat hij zijn warmte kwijt kan. Controleer regelmatig de deurrubbers. Want als de deur niet goed sluit, kan er warme buitenlucht in de koelkast komen.

Dat geldt ook voor de vriezer. Die je verder natuurlijk regelmatig ontdooit. Zelfs een dun ijslaagje kan al zorgen voor een flink hoger energieverbruik. Doe dat ontdooien bij voorkeur in de winter. Je kunt alle etenswaren dan makkelijk een uurtje buiten neerzetten zonder dat je een (elektrische) koelbox nodig hebt. Zet er verder geen warm eten in en deel het eten op in kleinere porties. Die bevriezen sneller en ook dat scheelt energie. Stop de vriezer ook zo vol mogelijk. Hoe voller hij is, hoe minder kou hij verliest wanneer je de deur opent.

Dan je vaatwasser. Wacht tot die echt goed vol zit voordat je hem aanzet. Duurt dat bij jou een paar dagen, dan kun je misschien beter met de hand afwassen. Maak verder het filter regelmatig schoon en zet hem uit zodra hij klaar is. Veel mensen doen dat niet – die trekken hem alleen open wanneer de vaat klaar is. Daardoor blijven de statuslampjes constant branden. Sluipverbruik!

Tot slot in je keuken: water kook je beter in een waterkoker met een afgemeten hoeveelheid water dan in een fluitketel. En gebruik een magnetron niet om eten te ontdooien. Je kunt het beter een dag van tevoren uit de vriezer halen en in de koelkast zetten. Die wordt blij van de kou die ervan af komt.

De badkamer

Niets zo fijn als een lekker lange warme douche. Maar de kosten lopen flink op! Met een douchetimer sta je er al snel een paar minuten lang onder. Als je dan ook nog een waterbesparende douchekop aanschaft, verdien jij geld als (warm) water. O ja: heb je een bad én een douche? Dan liever douchen. Dat scheelt al snel 80 liter warm water per keer.

In de badkamer staan ook vaak de wasmachine en droger. Zorg dat je met een volle trommel wast en het eco-programma gebruikt. Moet je was na afloop in de droger? Door dan alvast op de hoogste stand te centrifugeren, is de droger veel sneller klaar. Doe ook de droger zo vol mogelijk en maak regelmatig het pluizenfilter schoon.

Wees je er verder van bewust dat echt niet alles in de droger hoeft. Voor beddengoed en handdoeken is het vaak handig, maar T-shirts en broeken kun je ook gewoon ophangen. Schijnt de zon en staat er wat wind, dan is het zo droog. Is het geen lekker weer? Binnen ophangen kan ook. Zorg er dan wel voor dat je goed ventileert.

Dagstroom en nachtstroom

In je contract staat welk tarief je energieleverancier hanteert. Dat kan enkeltarief zijn of dubbeltarief (ook wel daltarief en normaaltarief of dagstroom en nachtstroom genoemd). Bij enkeltarief betaal je altijd hetzelfde voor je stroom, ongeacht het moment van de dag of week. Bij dubbeltarief betaal je doordeweeks overdag tot 21.00 uur (als je in Limburg of Noord-Brabant woont) of 23.00 uur (de rest van Nederland) een iets hogere prijs. ’s Nachts, in het weekend en op feestdagen betaal je juist iets minder.

Of dubbeltarief iets voor jou is, hangt uiteraard af van je verbruik. Energieleverancier Vattenfall zegt dat je met dubbeltarief voordeliger uit bent wanneer minstens 45% van je verbruik in de daluren valt; Essent legt de grens bij 50%. Ook is het goed om te weten dat dubbeltarief alleen mogelijk is wanneer je een slimme meter hebt. Door je energieverbruik in kaart te brengen, zie je al snel of het voor jou loont om over te stappen, mocht je nu nog enkeltarief hebben.

Heb je al dubbeltarief? Ga je verbruik er dan op aanpassen. Draai bijvoorbeeld je was vooral in het weekend en zet de vaatwasser pas ’s avonds na elven aan. Je bespaart er geen honderden euro’s mee, maar toch al snel een paar euro per maand.

Ook lezen: Duurzaam Thuis: keuken verduurzamen? Zo doe je dat!

De slaapkamer

Ook in de slaapkamer kun je nog het nodige besparen. Heb je een waterbed en een airconditioning? Dan heb je meteen twee echte grootverbruikers te pakken. Volgens Milieu Centraal verbruikt een waterbed gemiddeld 750 kWh per jaar – bijna net zoveel als twee grote Amerikaanse koelkasten! Een airco verbruikt natuurlijk minder, omdat je die niet altijd aanzet, maar daarmee kun je toch ook uitkomen op zo’n 160 tot 430 kWh per jaar. Dat terwijl een ventilator jaarlijks maar ongeveer 15 kWh verbruikt. Zet je in de winter een elektrisch kacheltje naast het bed als bijverwarming? Neem er dan in ieder geval eentje met een thermostaat, zodat hij afslaat als de kamer op temperatuur is. Of schaf een infraroodpaneel aan. Of, nog beter: koop een extra dik winterdekbed en een kruik. Dat kun je ouderwets noemen, maar ook knus!

Watch on YouTube

Werkkamer

In je werkkamer staan vaak meer apparaten dan je denkt: naast je computer en je printer staat er ook vast een monitor. Of twee. Zorg ook hier dus dat je apparatuur niet onnodig op stand-by laat staan. Kijk in de handleiding van je monitor hoe je de energiebesparende functies kunt gebruiken. Denk daarbij aan het automatisch aanpassen van de helderheid aan het omgevingslicht of de instellingen voor de slaapstand. Denk na voordat je iets print: gemiddeld wordt één op de drie printjes binnen een week weggegooid. Inderdaad, dat is óók weggegooid geld!

Tip: gebruik de zon! Laad je in de werkkamer ook je telefoon op? Dat zou je ook kunnen doen met een powerbank die zelf weer oplaadt op zonne-energie.

Wil jij jouw huis verduurzamen?

Vraag een offerte aan voor zonnepanelen:

▼ Volgende artikel
Hoe betrouwbaar zijn weer- en regenapps eigenlijk?
© Kaspars Grinvalds
Huis

Hoe betrouwbaar zijn weer- en regenapps eigenlijk?

Wel of niet een terrasje pakken? Jas mee of hoeft dat niet? Vanavond de BBQ aan of toch maar binnen de airfryer? Even snel de weerapp checken is inmiddels een automatisme geworden. Vooral in de zomer bekijken we massaal de regenradar. Maar hoe betrouwbaar zijn die voorspellingen eigenlijk? Waarom kloppen ze soms tot op de minuut, en lijken ze op andere momenten nergens op? En kun je erop vertrouwen als je je planning erop afstemt?

☀️⛅☔ In dit artikel lees je:

• Hoe weerapps aan hun data komen • Waarom voorspellingen soms wel, en soms niet kloppen • Hoe je een weerapp zo goed mogelijk interpreteert • Waarom het weer (vooral lokaal!) toch altijd blijft verrassen

Lees ook: De handigste apps voor een onvergetelijke zomer

Van meting tot melding: hoe een app aan zijn data komt

Weerapps maken geen eigen voorspellingen, maar gebruiken data van meteorologische instituten zoals het KNMI, ECMWF (European Centre for Medium-Range Weather Forecasts) of het Amerikaanse NOAA (National Oceanic and Atmospheric Administration). Die instellingen verwerken gigantische hoeveelheden informatie uit weerstations, satellieten, vliegtuigen, weerballonnen en radars. Op basis daarvan draaien ze computermodellen die het weer proberen te voorspellen. Zo'n model analyseert bijvoorbeeld hoe luchtdruksystemen zich bewegen, hoe windrichtingen veranderen en wat de temperatuurverschillen zijn in verschillende lagen van de atmosfeer.

Een weerapp kiest één of meer van die modellen als basis en combineert dat met eigen algoritmes en visualisaties. De bekende buienradars gaan nog een stap verder en laten regen zien die al is gevallen of onderweg is. Daarvoor gebruiken ze gegevens van neerslagradars, die elk kwartier of zelfs elke vijf minuten een nieuwe 'foto' maken van waar regenbuien zich bevinden en hoe die zich verplaatsen.

Waarom voorspellingen wél en soms juist níet kloppen

In grote lijnen zijn de verwachtingen van weerapps vaak behoorlijk accuraat, zeker als het om de eerstkomende uren gaat. Hoe dichter je bij het moment zit, hoe betrouwbaarder de voorspelling. Dat komt omdat het weer zich op korte termijn minder grillig gedraagt dan op langere termijn. Je kunt een bui redelijk goed volgen over een tijdsbestek van een uur of twee, maar het is veel lastiger om drie dagen vooruit exact te zeggen wanneer en waar die bui valt.

Vooral bij regenval in de zomer zit daar vaak de grootste afwijking. Zomerse buien ontstaan door opwarming van de lucht en ontwikkelen zich snel en lokaal. Op het ene moment lijkt er nog niets aan de hand, en tien minuten later valt er een wolkbreuk in één wijk, terwijl een paar straten verderop de stoep droog blijft. Dat maakt het haast onmogelijk om op straatniveau precies te voorspellen waar het gaat regenen.

Daarnaast hangt veel af van welk weermodel de app gebruikt. Het Europese ECMWF-model wordt wereldwijd gezien als zeer nauwkeurig, maar is ook duur om te gebruiken. Sommige apps kiezen daarom voor Amerikaanse modellen of zelfs simpelere versies om kosten te besparen. Dat maakt de ene app betrouwbaarder dan de andere, ook al lijken ze qua uiterlijk op elkaar.

©ID.nl

De weerapp goed interpreteren

Wie slim omgaat met weerapps, kan er veel profijt van hebben. Kijk niet alleen naar het icoontje van een zon of wolk, maar naar de verwachte neerslag in millimeters en het tijdstip daarvan. Bekijk ook de regenradar in beweging en niet als stilstaand beeld: je ziet dan hoe snel een bui zich verplaatst en of je die kunt ontwijken.

Veel apps geven tegenwoordig ook aan hoe 'zeker' een voorspelling is. Staat er bijvoorbeeld 40% kans op regen? Dan betekent dat: op 4 van de 10 vergelijkbare dagen in het verleden viel er daadwerkelijk neerslag. Het is geen gokje, maar een inschatting op basis van modelberekeningen. En hoe hoger dat percentage, hoe groter de kans dat het ook echt nat wordt.

Waarom het weer (vooral lokaal!) blijft verrassen

Ondanks alle technologie blijft het weer een natuurverschijnsel met een eigen wil. Geen enkel model is feilloos. Kleine veranderingen in luchtdruk of windrichting kunnen grote gevolgen hebben, zeker in een land als Nederland waar zee, rivieren en open vlaktes allemaal invloed uitoefenen. Dat verklaart waarom het soms ineens hard begint te regenen terwijl je app nog droog weer beloofde – of andersom.

Toch is de betrouwbaarheid van de meeste apps de afgelopen jaren sterk toegenomen. Snellere computers, betere satellietbeelden en geavanceerdere modellen zorgen ervoor dat de inschattingen steeds dichter bij de werkelijkheid komen. Maar honderd procent garantie biedt geen enkele app, en dat is misschien maar goed ook: want we moeten natuurlijk wel íéts hebben om over te klagen, toch?

Regen én harde wind?

Kijk voor stormparaplu's

▼ Volgende artikel
10 tips om meer uit je robotstofzuiger te halen
© Mustafa_Art
Huis

10 tips om meer uit je robotstofzuiger te halen

Een robotstofzuiger scheelt flink wat werk, maar alleen als je hem goed gebruikt. Wie er net een in huis heeft, merkt al snel dat hij niet alles vanzelf doet. En ook als je al langer een robotstofzuiger gebruikt, valt er vaak nog winst te halen. Met deze tien praktische tips werkt je robotstofzuiger beter – en hoef jij minder te doen!

In het kort

Een robotstofzuiger kan je flink wat werk uit handen nemen, maar alleen als je hem goed gebruikt. Met deze 10 slimme tips werkt hij beter, blijft hij langer mee gaan en past hij zich aan jouw huishouden aan. Van zones instellen tot onderhoud: zo maak je er écht een huishoudhulp van.

Lees ook: Hier moet je op letten wanneer je een robotstofzuiger wilt kopen

1. Laat hem eerst je huis leren kennen

Veel robotstofzuigers kunnen een plattegrond van je woning maken. Dat kost eenmalig wat tijd, maar levert daarna veel gemak op. Tijdens zo'n verkenningsronde reinigt hij meestal nog niet, maar scant hij alleen. Geef hem de ruimte en zorg dat er geen spullen over de vloer slingeren. Als de kaart eenmaal is aangemaakt, kun je zones instellen, schoonmaakschema's maken en no-go-gebieden markeren.

2. Zorg voor voldoende licht

Robotstofzuigers met optische sensoren hebben licht nodig om goed te navigeren. Als je hem 's avonds laat rijden terwijl de lampen uit zijn, herkent hij obstakels minder goed. Plan het schoonmaken liever overdag of laat een lamp aan in de ruimte waar hij aan het werk is. Als het apparaat regelmatig moeite heeft om meubels of muren goed te herkennen, komt dat mogelijk door te weinig licht.

Licht, laser & optische sensoren

De lichtbehoefte van robotstofzuigers verschilt sterk per navigatiesysteem. Modellen met LiDAR-technologie (lasernavigatie) werken uitstekend in het donker omdat ze zelf licht uitstralen om obstakels te detecteren. Camera-gebaseerde robots daarentegen zijn afhankelijk van omgevingslicht om hun omgeving te kunnen 'zien' en hebben problemen in donkere ruimtes. Goedkopere modellen met alleen infrarood- of aanrakingssensoren navigeren weliswaar zonder licht, maar werken veel minder nauwkeurig en rijden vaker tegen obstakels aan.

3. Stel schoonmaakzones en kamers in

In de app van de meeste modellen kun je na de kaartopbouw aangeven welke kamers of delen van het huis wanneer moeten worden schoongemaakt. Dat is handig als je bijvoorbeeld elke ochtend de gang en keuken wilt laten doen, maar de slaapkamers alleen op zaterdag. Door het schoonmaken slim te verdelen, werkt de robotstofzuiger efficiënter en hoeft hij tussendoor minder vaak op te laden.

©Wesley Akkerman | ID.nl

4. Gebruik virtuele afbakeningen waar nodig

Veel modellen bieden de mogelijkheid om virtuele grenzen aan te maken: gebieden waar de robotstofzuiger niet mag komen. Denk aan een speelkleed met speelgoed, een losse kabel achter de bank of een plek waar de vloer nat kan zijn. In plaats van zo'n verboden plek elke keer handmatig af te schermen, door er bijvoorbeeld iets voor te zetten, stel je die zones gewoon één keer digitaal in. Het apparaat houdt daar vanaf dan automatisch rekening mee en weet dat hij daar niet meer mag komen.

5. Dweilen? Wees voorzichtig met schoonmaakmiddelen

Kan jouw robotstofzuiger ook dweilen? Gebruik dan alleen het aanbevolen reinigingsmiddel of gewoon water. Veel gewone schoonmaakmiddelen zijn te sterk of laten resten achter, waardoor leidingen of sproeiers kunnen verstoppen. Sommige robotstofzuigers hebben een speciaal reservoir voor schoonmaakmiddel, maar dat geldt niet voor elk model. Iets om naar te kijken voordat je een robotstofzuiger gaat kopen.

6. Maak borstels, wieltjes en sensoren regelmatig schoon

Haren, stof en vuil hopen zich snel op rond de draaiende onderdelen van de robotzuiger. Vooral huisdierharen kunnen oor problemen zorgen. Maak elke week de hoofdborstel los, controleer de zijborstels en veeg vuil weg met een droge doek of meegeleverd hulpstuk. Vergeet ook de val- en navigatiesensoren niet: die kunnen door stof minder goed functioneren, wat de navigatie beïnvloedt.

©Vershinin Evgenii

7. Leeg het stofreservoir af en toe ook zelf

Veel robotstofzuigers hebben een zelflegende functie. Handig, maar ook dan is het slim om af en toe zelf te controleren of alles goed blijft werken. Het stofreservoir is meestal klein en raakt sneller verstopt dan je denkt. Leeg het na een paar schoonmaakbeurten, zeker als je merkt dat hij minder vuil opzuigt of als hij zelf aangeeft dat het reservoir leeg is, maar je toch nog stof en kruimels op de vloer ziet liggen.

8. Zet het laadstation op een vaste plek

Een robotstofzuiger onthoudt zijn omgeving en zoekt na elke beurt zijn laadstation op. Verplaats je dat station naar een andere plek, dan moet hij opnieuw leren waar hij zich bevindt. Zet het station dus op een centrale, bereikbare plek waar voldoende ruimte is en laat het daar staan. Zo voorkom je dat hij de weg kwijt raakt of fouten maakt bij het navigeren.

9. Pas op bij huisdieren

Een ongelukje van een huisdier kan vervelende gevolgen hebben als de stofzuiger erdoorheen rijdt. Laat hem daarom liever schoonmaken op momenten dat je huisdieren buiten zijn of je zeker weet dat de vloer schoon is. Zo voorkom je niet alleen vieze sporen, maar ook schade aan het apparaat en extra schoonmaakwerk achteraf.

©Надія Коваль - stock.adobe.com

10. Automatiseer waar het kan, maar houd controle

Robotstofzuigers zijn bedoeld om werk uit handen te nemen. Toch blijft het verstandig om regelmatig de app te openen, meldingen te controleren en updates uit te voeren. Soms kun je met een kleine aanpassing – zoals het verplaatsen van een kabel, het instellen van een extra schoonmaakbeurt op vrijdag – het resultaat flink verbeteren.

Robotstofzuiger klaar? Zuigen maar!

Het is simpel: hoe beter je robotstofzuiger weet wat hij moet doen, hoe beter hij zijn werk doet. Met deze tips zorg je ervoor dat dat het geval is. En ja, je moet zelf ook af en toe nog wat doen, zoals het stofreservoir controleren of dierenhaar uit de wieltjes te peuteren, maar dat kost hooguit een paar minuutjes van je tijd. Want je weet nu hoe je ervoor zorgt dat de omstandigheden zo goed mogelijk zijn én hoe je hem 'traint'. En daarmee komt hij dicht in de buurt van je ideale huishoudhulp!


🤖 🧹 Accessoires voor je robotstofzuiger?

Je vindt ze