ID.nl logo
Meer warmte voor minder geld? Dit moet je weten over radiatorfolie
© Evgen - stock.adobe.com
Energie

Meer warmte voor minder geld? Dit moet je weten over radiatorfolie

Heb je ooit op een koude winterdag aan de muur achter de radiator gevoeld? Dan heb je vast gemerkt hoe warm de wand daar kan worden. Zonde dat radiatoren de helft van hun rendement naar de muur waaraan ze hangen stralen in plaats van naar de kamer. Door reflecterende radiatorafscherming aan te brengen kun je dit warmteverlies drastisch verminderen en het comfort in huis verhogen.



In het kort: Radiatorfolie aanbrengen is een goedkope manier om energie te besparen, maar doe het wel meteen goed. In sommige gevallen kun je de folie het best rechtstreeks op de radiator bevestigen en soms is het beter om de folie op de muur achter de radiator aan te brengen. In dit artikel leggen we uit hoe je dat doet.

Ook interessant: De helft minder warmte verliezen? Raamisolatie: een koud kunstje!


Er zijn verschillende manieren waarop warmte zich verplaatst (zie daarvoor ook dit artikel over warmteoverdracht). Radiatoren produceren voornamelijk stralingswarmte. Wanneer ze tegen de wand hangen, stralen ze niet alleen warmte naar binnen uit, maar ook richting de muur. 25 procent van de warmte die zo’n radiator richting wand uitstraalt, verdwijnt gewoon als nutteloze energie in de muur, zeker als je dunne wanden hebt. Reflecterende folie zorgt dat je de stralingswarmte aan de achterkant terugkaatst. Tests hebben aangetoond dat een radiator die voorzien is van zo’n reflecterend scherm een winst van 5°C oplevert, gemeten op 30 centimeter van de radiator.

Wat is radiatorfolie?

Radiatorfolie is een zelfklevende isolerende en warmte-reflecterende folie die lijkt op aluminiumfolie. Goede radiatorfolie zorgt behalve voor reflectie ook voor een thermische onderbreking. Afhankelijk van het type folie kun je hiermee het warmteverlies tot 95% verminderen. Er zijn verschillende soorten radiatorfolie op de markt en tal van bedrijven verkopen ze online. Kies bij voorkeur het type met een dunne isolatielaag. De kern van hard- of zachtschuim maakt de folie steviger, bovendien werkt dit als warmteweerstand. In de bouwmarkt vind je twee soorten, één met schuim en één met aluminium. De dikte van het type met schuim zorgt dat deze soms moeilijker aan te brengen is. Daarom bestaat er een dunnere variant met aluminium. Er is ook folie op de markt die gemaakt is van goedkope noppenfolie, die is minder doeltreffend. Hou rekening met de standaardafmetingen van de rol. Er bestaat trouwens ook vensterbankfolie die wordt toegepast bij radiatoren die direct onder een vensterbank hangen. Deze folie heeft een gebogen vorm om de warme lucht beter in de kamer te leiden. 

©Evgen - stock.adobe.com

Lukt het ook met gewone aluminiumfolie?

Doe het niet! Radiatoren isoleren met aluminiumfolie is ronduit prutswerk. Aluminiumfolie is gewoon niet stevig genoeg om gemakkelijk achter de radiatoren aan te brengen. Het kreukt en scheurt gemakkelijk en het resultaat ziet er belachelijk uit. Het is alleen verantwoord als je in aanmerking probeert te komen voor een aflevering in het realityprogramma ‘Help, mijn man is klusser!’ 

Moet ik alle radiatoren isoleren?

Plaats in ieder geval isolerende folie achter de radiatoren die aan buitenmuren hangen, omdat die het meeste warmte van binnen naar buiten trekken. Bij binnenmuren is het afhankelijk van hoe vaak de betreffend kamers worden gebruikt. Als het gaat om een radiator aan een scheidingsmuur tussen twee slaapkamers die allebei gebruikt worden, dan wordt de warmte die door de muur gaat niet als verloren beschouwd. Hangt de radiator aan een scheidingsmuur waarbij de kamer ernaast niet wordt verwarmd, dan loont het de moeite om het warmteverlies te beperken en de radiator te isoleren.

💡 Wil je meer lezen over isoleren?

We hebben heel veel artikelen voor je klaarstaan!

In één winter terugverdiend

Radiatorfolie is niet de beste oplossing om de warmte binnen te houden. Er gaat niets boven een vakkundige isolatie van de buitenmuren, het dak en de bodem. Maar het is wel een van de meest voordelige ingrepen die je kunt doen om te besparen op de energierekening. Volgens onderzoek van Milieu Centraal Nederland bespaar je per m² radiatorfolie ongeveer 10 m³ gas per jaar. Als de radiator voor een glazen raam of pui staat, scheelt het zelfs nog meer. Bij enkel glas mag je rekenen op 50 m³ gas per 1 m² en bij dubbel glas 25 m³ gas per jaar. Op de energierekening vertaalt dat zich snel in enkele tientallen euro’s. Voor een rol van 3 m² betaal je tussen de 10 en 20 euro. Voor een rol tape nodig om de folie te kleven ben tussen de 5 en 10 euro kwijt. Speciale magneten om op de radiator te plaatsen kosten tussen 6 en 12 euro.

Zo onzichtbaar mogelijk

Radiatorfolie moet je nauwkeurig plaatsen, anders heeft het alsnog weinig effect. Je kunt de radiatorfolie zowel tegen de muur achter de radiator als tegen de achterkant van de radiator bevestigen. Voor de werking van de folie maakt dit niet veel uit. Meestal staan de richtlijnen op de verpakking. De meest voor de hand liggende optie is dat de radiatorfolie tegen de achterkant van de radiator wordt bevestigd omdat je dan het minst van de folie ziet. Je kunt de folie snijden met een schaar of een scherp mes. Er is geen speciaal gereedschap nodig. 

Radiatorfolie nodig?

Kijk en vergelijk

Tegen de muur

Als je kiest voor bevestiging tegen de wand, knip je de folie eerst op maat, maar maak hem zowel in de hoogte als in de breedte tien centimeter kleiner. Op die manier zie je niets van de folie, omdat die verstopt zit achter de radiator. Plak de achterkant van de radiatorfolie – dat is de kant van de schuimlaag - tegen de muur. Dit kun je doen met dubbelzijdige aluminiumtape. Soms is het lastig om de folie netjes strak te laten hangen terwijl je ermee bezig bent. Een beproefde truc is dat je onderaan de folie enkele wasknijpers als gewicht aanbrengt om de folie netjes te laten doorhangen. Vervolgens druk je de folie van boven naar beneden aan en ten slotte haal je de knijpers weg.

Het gemakkelijkste werkt radiatorfolie met magneten. In tegenstelling tot de andere bevestigingsmethoden kun je dit type ook bevestigen op moeilijker bereikbare plaatsen. Bovendien kun je de folie dan makkelijk verwijderen om schoon te maken.

Bij een radiator die slechts uit één enkele plaat bestaat, is het trouwens sowieso beter om geen radiatorfolie aan de radiator zelf te kleven. Anders pak je de plaat in waardoor je de warmteafgifte van de radiator beperkt. Bevestig de radiatorfolie in dat geval aan de muur.

©Evgen - stock.adobe.com

Tegen de radiator

Ook als je de folie rechtstreeks tegen de radiator wilt bevestigen, meet je eerst de radiator op, maar dan maak je hem vijf centimeter minder hoog en breed. Het beste gebruik je de speciale magneetband die in de verpakking is meegeleverd zodat je de folie later ook gemakkelijk kunt verwijderen. Bevestig de magneetband op de folie. Zorg dat je de glanzende kant naar de radiator keert. Om de folie strak naar beneden te hangen, kun je opnieuw de wasknijpertruc toepassen. Let er wel op dat er aan de achterkant geen bevestigingsonderdelen in de weg zitten.


▼ Volgende artikel
Dit zijn de 4 beste alternatieven voor Google Maps
© Kaspars Grinvalds - stock.adobe.com
Huis

Dit zijn de 4 beste alternatieven voor Google Maps

Google Maps is een veelgebruikte navigatie-app binnen zowel Android als iOS. Veel mensen zijn inmiddels gewend aan die app en hebben geen behoefte aan alternatieven. Maar als je om je heen kijkt, zijn er genoeg kaarten-apps die de moeite waard zijn.

In dit korte overzicht zetten we vier apps in het zonnetje. Mocht je Google Maps zat zijn, of minder van Google afhankelijk willen zijn, dan kun je één van de onderstaande apps uitproberen:

  1. Here WeGo
  2. Apple Maps
  3. Waze
  4. OsmAnd

Ook interessant: Maak kennis met Waze: een slim alternatief voor Google Maps

Google Maps is inmiddels meer dan alleen een app voor het navigeren. Je kunt er eveneens informatie over je omgeving of buurt mee opzoeken, en zodoende leuke plekjes ontdekken. Ook biedt de app informatie over bijvoorbeeld files en de luchtkwaliteit. Daarnaast laten mensen er zelf recensies en foto's op achter, waardoor je nog een beter beeld krijgt van wat er in jouw omgeving gebeurt. En vergeet de Steet View-functie niet om een omgeving elders op de wereld te verkennen.

Maar dit is natuurlijk niet de enige dienst die je op deze manier op je smartphone kunt gebruiken. In dit artikel bieden we vier alternatieven voor Google Maps aan.

GRATIS OF BETAALD? Alle apps die we in dit artikel noemen zijn gratis te gebruiken. Alleen in het geval van OsmAnd kun je eventueel kiezen voor een abonnement, met prijzen variërend van 1,82 tot 39,99 euro.

1- Here WeGo

De eerste app in dit korte lijstje is Here WeGo. Dit is een gratis te downloaden app, die in de basis hetzelfde doet als Google Maps – maar dan zonder Google. Je hebt toegang tot verschillende soorten navigatieopties, zoals wandelen, met de auto of het ov, en kunt directies opvragen die je van deur tot deur brengt. Daarnaast zijn er allerlei mogelijkheden waarmee je de reis, ongeacht het voertuig, personaliseert. Zo kun je kiezen voor de snelste of de kortste route (het verschil zit hem in snelheid) en of je in realtime omgeleid wil worden wanneer dat nodig is. Zo kan Here WeGo rekening houden met files en eventueel oponthoud. Verder zijn er twee weergavemodi: een zoals in Google Maps en een met een satellietbeeld van de omgeving.

Here WeGo is beschikbaar voor Android en iOS.

Watch on YouTube

🚲Leestip: Ga eropuit! De beste sites en apps voor wandelen en fietsen

2- Apple Maps

We kunnen het ons bijna niet voorstellen dat je dit niet weet als je een iPhone hebt, maar Apple biedt met zijn eigen kaartenapplicatie Apple Maps ook een prima alternatief voor Google Maps aan. Hoewel de software eerder onbruikbaar was, heeft de app de afgelopen jaren flinke sprongen vooruit gemaakt. Had je de app eerder afgeschreven, dan kun je je er nu aan wagen. Net zoals bij andere navigatie-applicaties heb je de keuze uit verschillende reisopties, zoals met de auto, de fiets en bijvoorbeeld een taxi. Apple Maps biedt routenavigatie, locatie delen, plaatskaarten en een interactieve 3D-weergave aan van allerlei omgevingen. Zo krijg je een beter beeld van wat er te beleven valt, of hoe er een stad, dorp of weg vormgegeven is.

Apple Maps is alleen beschikbaar voor iOS.

Watch on YouTube

3- Waze

Mocht je iemand zijn die uit het Google-ecosysteem wil stappen, of minder van Google afhankelijk wil zijn, dan is Waze wellicht niet de beste optie. Google is namelijk eigenaar van deze app. Maar voor andere gebruikers kan dit wel een goed alternatief zijn. Veel van de informatie die Waze presenteert, is namelijk afkomstig vanuit de community. Gebruikers houden andere mensen dus op de hoogte. Daardoor krijg je veel meer updates in realtime over wat er om je heen gebeurt of wanneer je eenmaal de weg op gaat. Ongelukken en dergelijke zijn daardoor geen verrassingen meer. Waze kan bovendien razendsnel andere routes aanbieden, en je kunt van tevoren aangeven dat je bepaalde wegen of gebieden wilt vermijden.

Waze is beschikbaar voor zowel Android als iOS.

Watch on YouTube

4- OsmAnd

OsmAnd is tot slot een navigatieapplicatie die volop gebruikmaakt van opensource-informatie. In dit geval gaat het om de data van OpenStreetMap. Dat is niet het enige dat dit zo'n sterke app maakt. Want OsmAnd legt voornamelijk de nadruk op offline gebruik. Zo kunnen gebruikers niet alleen hun eigen omgeving, maar ook gewoon de kaart van een volledig land offline beschikbaar maken. Dat zal de app dan ook meteen vragen op het moment dat je hem voor het eerst opent. Daardoor kun je niet alleen data besparen, ook heb je gewoon een goede kaart tot je beschikking wanneer je in een gebied bent met slecht internet. Verder is het fijn om te zien dat OsmAnd de basis op orde heeft als het gaat om de interface en navigatieopties. Alle basale functies die je mag verwachten van een kaartenapp zit in OsmAnd, dus je hoeft niets te missen.

OsmAnd is beschikbaar voor zowel Android als iOS.

Watch on YouTube

Liever een losse navigatie voor in je auto?

Voordeel: leidt je niet af met appjes en meldingen

▼ Volgende artikel
Review Amazon Kindle Paperwhite (2024) – Geen echt grote stap vooruit, maar toch de moeite waard
© Wesley Akkerman
Huis

Review Amazon Kindle Paperwhite (2024) – Geen echt grote stap vooruit, maar toch de moeite waard

Op papier (!) voegt de Amazon Kindle Paperwhite niet ontzettend veel toe. Maar de aanpassingen kunnen wel waardevol zijn voor iedereen die al jaren een (verouderde) Kindle-versie heeft. Wat brengt de 2024-variant?

Uitstekend
Conclusie

Hoewel we enthousiast zijn over de Amazon Kindle Paperwhite (2024) en de aanpassingen zeker de moeite waard vinden, betekent dat niet dat we iedereen aanraden om over te stappen vanaf het 2021-model – want daarvoor zijn de stappen te klein. Maar heb je een veel ouder model, dan kun je dat met een gerust hart wél doen. De basis is vertrouwd gebleven, en ondanks een paar kleine minpunten is dit zeker geen miskoop.

Plus- en minpunten
  • Sneller
  • Hoger contrast
  • Groter scherm
  • Geen echte grote stap vooruit
  • Bekende minpunten

We vallen meteen met de deur in huis. Mocht je de 2021-versie van de Amazon Kindle Paperwhite gekocht hebben, dan zal de stap naar de 2024-variant te klein zijn om opnieuw 180 euro uit te geven aan een (eerlijk is eerlijk: voortreffelijke) e-reader. Maar als jouw Kindle uit 2018 of eerder komt, dan is het wél tijd om de overstap te maken. De Amazon Kindle van de twaalfde generatie heeft namelijk twee belangrijke en waardevolle aanpassingen.

Ten eerste is het systeem nu tot 25 procent sneller. Amazon geeft weinig informatie vrij over de processor en andere specificaties; maar als je een oude en nieuwe Kindle naast elkaar houdt, merk je dat verschil. Het menu reageert vlotter op je aanrakingen, waardoor je minder lang hoeft te wachten. Dit is met name merkbaar wanneer je iets moet intypen, als je een boek zoekt bijvoorbeeld.

Daarnaast is het scherm ten opzichte van de 2021-editie is het scherm met een inch gegroeid. Er past nu net wat meer op het scherm: wat ons betreft betekent dat vooral meer leesplezier. Dat hij daardoor een paar gram zwaarder en wat groter is dan de voorgaande Paperwhite mag eigenlijk geen naam hebben. Met een gewicht van 211 gram en een scherm van 7 inch blijft de 2024-variant namelijk nog steeds een e-reader die niet zwaar of ontzettend groot is. Het is nog steeds een compact apparaat dat je vrijwel overal mee naartoe kunt nemen.

©Wesley Akkerman

Kleine frustratie

Het apparaat ligt lekker in de hand, maar is tevens ontzettend glad waardoor we een hoesje eigenlijk verplicht vinden. Zo voorkom je dat je de e-reader stevig vast wilt houden, waardoor je mogelijk met je duim op het e-inkt-scherm tikt.

Tikken op het scherm betekent dat je van pagina wisselt in een boek of comic. Dat wil je natuurlijk niet per ongeluk doen, want dat kan je een beetje uit het lezen halen. Het is geen groot probleem, maar wel een kleine smet op de ervaring. Verder hebben we weinig aan te merken op het ontwerp. Onderop zit de knop waarmee je hem uit de slaapstand haalt. Ook zit hier de usb-c-poort waarmee je hem oplaadt. De accu kan het tot drie maanden uithouden.

©Wesley Akkerman

(Bijna) hetzelfde, verbeterd

Net als bij andere Kindle-modellen kun je de kwaliteit van het scherm aanpassen op je eigen zicht. Zo heb je verschillende niveaus van helderheid, die er zowel in de avond als overdag prima uitzien. Daarnaast ben je in staat de warmte van het scherm te veranderen. Dan maak je de digitale pagina's in feite meer geel dan wit, maar dat vinden we geen groot probleem. Na een seconde is je zicht daaraan gewend en lees je de woorden prettig van het schermpje. Ook de contrastverhouding is nu hoger. Dat zie je voornamelijk wanneer je comics of graphic novels leest. Een verbetering waarvan we zeggen: meer dan welkom. Maar...

©Wesley Akkerman

Oude(re) Kindle vervangen of niet?

...Ondanks de verbeteringen wat betreft snelheid, schermgrootte en de hierboven beschreven contrastverhouding is de sprong tussen de variant uit 2021 en deze uit 2024 ook weer niet zó groot dat we meteen roepen dat je er nu een moet bestellen. Ja, de ervaring is beter – maar ook weer niet zó veel beter.

Daarnaast is het jammer dat Amazon de Amazon Kindle Paperwhite voorziet van slechts 16 GB aan opslagruimte. Nu zal dat voor je verzameling oude en nieuwe boeken en novels meer dan voldoende zijn, maar fans van audioboeken kunnen beter naar een model kijken met iets meer ruimte. De Paperwhite Signature Edition heeft bijvoorbeeld 32 GB aan opslagruimte, maar kost met 199 euro ook meteen twee tientjes meer.

©Wesley Akkerman

Een Kindle zoals verwacht

Het zal niemand verrassen dat de Amazon Kindle Paperwhite presteert zoals verwacht. Zoals altijd kun je heel fijn je boeken lezen op dit apparaat, zonder vermoeide ogen. De interface is toegankelijk en boeken aanschaffen is zo gepiept. Dat kan direct op de e-reader, met een Amazon-account, of via de website. Dan worden ze naar de e-reader gestuurd. Gekochte boeken worden verder netjes gepresenteerd op het thuisscherm van het apparaat. Zoals altijd is het ook mogelijk gratis epubs met een omweg naar het product te sturen.

Het apparaat biedt een aantal opties voor het aanpassen van de tekstgrootte en het lettertype, maar voelt tegelijkertijd ook een beetje beperkt. We zien graag meer opties in het menu staan. Daarnaast is het jammer dat de nieuwe Paperwhite geen koptelefoonaansluiting heeft en dat je voor luisterboeken bent aangewezen op bluetooth – zeggen we in het kader van veelzijdigheid.

©Wesley Akkerman

Amazon Kindle Paperwhite kopen?

Hoewel we enthousiast zijn over de Amazon Kindle Paperwhite (2024) en de aanpassingen zeker de moeite waard vinden, betekent dat niet dat we iedereen met een 2021-model aanraden om over te stappen – want daarvoor zijn de stappen te klein. Maar heb je een veel ouder model, dan kun je dat met een gerust hart wél doen. De basis is vertrouwd gebleven, en ondanks een paar kleine minpunten is dit zeker geen miskoop.