ID.nl logo
Virtualisatie: Windows, Linux en macOS op één pc
© PXimport
Zekerheid & gemak

Virtualisatie: Windows, Linux en macOS op één pc

Standaard staat er op een pc één besturingssysteem. Gebruik je de pc, dan gebruik je dat besturingssysteem. Met multiboot is het wel mogelijk meerdere besturingssystemen op één pc te installeren, maar je kunt die dan niet gelijktijdig gebruiken, wat de gebruiksmogelijkheden enorm beperkt. Virtualisatie biedt die mogelijkheid wel. Met virtualisatie gebruik je de kracht van moderne computers maximaal. Wat virtualisatie is, hoe het werkt en hoe je het gebruikt vertellen we je in dit artikel.

Bij meerdere besturingssystemen op één pc denk je al snel aan een dual- of multiboot-systeem. Op een multiboot-systeem installeer je na het eerste besturingssysteem een tweede of derde (en misschien wel vierde) besturingssysteem elk apart op de pc. Daarna beslis je elke keer bij het starten van de pc welk besturingssysteem je daarna wilt gebruiken. Multiboot heeft als voordeel dat het actieve besturingssysteem de volledige rekenkracht van de pc kan benutten. Maar het heeft ook een belangrijke beperking: je hebt nooit meerdere besturingssystemen tegelijk actief, altijd maar één. Wil je iets in een ander besturingssysteem doen, dan moet je de huidige sessie afsluiten en de pc opnieuw opstarten. Informatie die je van het ene naar het andere besturingssysteem wilt meenemen, moet je eerst opslaan en toegankelijk maken. Virtualisatie kent deze nadelen niet, bij virtualisatie zijn de besturingssystemen tegelijk actief.

01 Wat is virtualisatie?

Bij virtualisatie installeer je eerst gewoon één besturingssysteem op de pc. Dit heet het host-besturingssysteem. Binnen dat besturingssysteem installeer je vervolgens een virtualisatielaag, de virtual-machinemanager. Deze softwarelaag voegt de mogelijkheid toe om op de pc virtuele machines in te richten. Een virtuele machine is een software-imitatie van een computer, die via de virtualisatielaag gebruikmaakt van de hardware van een andere fysieke computer. Je kunt zo’n virtuele machine opstarten en ziet dan net als bij een echte computer het bios starten, daarna kun je een besturingssysteem installeren. In de virtualisatielaag configureer je meestal per virtuele machine hoeveel van het computergeheugen die krijgt om te gebruiken, hoeveel rekenkracht van de processor en hoeveel opslagruimte op de fysieke schijf.

©PXimport

02 Waarom virtualiseren?

De extra mogelijkheden die ontstaan door virtualisatie zijn legio. Zo kun je doordat host- en gast-besturingssystemen gelijktijdig actief zijn, gelijktijdig op dezelfde computer meerdere versies van een besturingssysteem gebruiken. Bijvoorbeeld: Windows 10 naast Windows 7 of 8. Of twee versies van Windows 10 naast elkaar. Maar je kunt ook besturingssystemen als Linux, OpenBSD, Solaris of het antieke MS-DOS gebruiken. Je kunt programma’s die maar op één specifiek besturingssysteem werken, toch tegelijkertijd met je ‘normale’ applicaties gebruiken. In het verlengde hiervan kun je verouderde software blijven gebruiken die niet meer compatibel is met een nieuwere versie van het host-besturingssysteem. Dit kan zelfs voorkomen dat je een dure nieuwe licentie moet kopen voor een nieuwere versies wanneer de oude op zich nog prima voldoet.

Virtuele machines zijn ook ideaal om onbekende programma’s te testen. De software die je in de virtuele machine gebruikt, kan namelijk niet de werking van het host-besturingssysteem verstoren. Het is dus veilig om software binnen een virtuele machine te gebruiken, al zijn antivirus en updates daar even noodzakelijk.

©PXimport

Vormen van virtualisatie

De hier genoemde vorm van virtualisatie, waarbij bovenop je besturingssysteem een virtualisatielaag met een ander besturingssysteem gebruikt, heet host-virtualisatie. De zwakte van deze virtualisatie-manier is de afhankelijkheid van het onderliggende host-besturingssysteem. Gaat daar iets fout, dan falen álle virtuele machines. Daarom is deze vorm van virtualisatie populair voor kortstondig test- en hobbywerk. In professionelere omgevingen kiest men vaker voor iets dat bare-metal-virtualisatie heet, zoals VMware ESXi, Citrix XenServer, Linux KVM en Microsoft Hyper-V Server. Hierbij zit er geen apart besturingssysteem onder de virtualisatielaag, maar is de virtuele machine besturingssysteem én virtualisatielaag ineen. Dit is efficiënter en betrouwbaarder.

©PXimport

03 Welke hardware is nodig?

Virtualisatie heeft twee ingrediënten: virtualisatiesoftware én een fysieke computer. Bij deze computer tellen vooral de processor, werkgeheugen en opslag mee. Toch hoeft het echt geen heel dure en uitgebreide computer te zijn. Een computer van een paar jaar oud met 4 GB geheugen en een paar gigabytes vrije ruimte op de harde schijf volstaat al. Alleen kun je dan wel minder virtuele machines tegelijk draaien. Want hoewel de virtualisatiesoftware de rekenkracht van de computer keurig verdeelt, het host-besturingssysteem claimt altijd een deel van de rekenkracht en het geheugen, en belast ook de harde schijf. In de praktijk is vooral de hoeveelheid intern geheugen cruciaal: 4 GB is net aan, 8 GB is prima, 16 GB of meer perfect. Gebruik daarnaast het liefst een recente 64bit-processor en een ssd in plaats van een harde schijf (met minstens enkele tientallen gigabytes beschikbaar).

04 Welke software is nodig?

Het aanbod aan virtualisatieprogramma’s is niet heel groot. Allereerst is er VMware, dat biedt voor zowel Windows als Linux twee dezelfde programma’s: Workstation Pro en Workstation Player. Hoewel de naam anders suggereert, kun je met de Player ook virtuele machines maken. Bovendien is Workstation Player gratis voor niet-commercieel gebruik. Voor macOS biedt VMware de betaalde programma’s Fusion en Fusion Pro. Ook Parallels Desktop is een betaalde optie voor macOS.

Wil je gratis gebruikmaken van virtualisatie, dan is er naast VMware Player nog VirtualBox. VirtualBox is opensource en beschikbaar voor Windows, Linux, Solaris, OpenSolaris én macOS. VirtualBox stelt de minste eisen aan de hardware, maar is minder uitgebreid en minder goed in complexe grafische toepassingen en games. Tot slot heeft iedereen met een 64bit-versie van Windows 8 Pro of Windows 10 Pro de mogelijkheid het onderdeel Hyper-V aan de Windows-installatie toe te voegen. Ook hiermee is het mogelijk virtuele machines in te richten.

©PXimport

05 Software kiezen

Ga je virtualiseren op Windows, macOS of Linux? Heb je meer of minder geavanceerde functies nodig? Wil je ervoor betalen? Heb je veel grafische rekenkracht nodig? Dit zijn belangrijke overwegingen.

Wil je op elk besturingssysteem dezelfde virtualisatie gebruiken, dan is VirtualBox de enige keuze. Wil je meer geavanceerde functies en betere grafische prestaties, dan zijn de andere programma’s geschikter. Op macOS is de keuze tussen VMware Fusion, Fusion Pro of Parallels Desktop vooral te maken op basis van de prijs en mogelijke voorkeur. Op Windows voldoet VMware Player voor de meeste zaken. Wil je de meest geavanceerde mogelijkheden, dan kun je VMware Workstation Pro overwegen, maar met een prijs van 275 euro is dat programma niet goedkoop.

Hoewel sommige combinaties wel mogelijk zijn, raden we het in de praktijk af om meerdere virtualisatieprogramma’s tegelijk geïnstalleerd te hebben op één pc.

Software downloaden

Via de volgende sites kun je de verschillende virtualisatieprogramma’s veilig downloaden. Oracle VirtualBoxParallels DesktopVMware Workstation Pro****VMware Workstation PlayerVMware Fusion/Fusion Pro

06 VirtualBox en VMware Player

In dit artikel focussen we ons verder op de twee gratis virtualisatieprogramma’s voor Windows: VirtualBox en VMware Player. Maar welk programma je ook gebruikt: de stappen zoals beschreven zijn in alle gevallen in alle programma’s zeer vergelijkbaar. De installatie heeft telkens weinig opties, de standaard instellingen leiden altijd tot een werkend product.

Het maken van een nieuwe virtuele machine gebeurt in alle programma’s met een wizard. De wizard zorgt ervoor dat alle belangrijke configuratieopties worden ingesteld. Klik in VMware Player op Create a new virtual machine. Als eerste moet je aangeven waar het besturingssysteem staat dat je in de virtuele machine wilt installeren. Is dit een echte cd of dvd, kies dan Installer disc en plaats de cd/dvd in de dvd-speler van de computer. Heb je geen echte schijf, maar wel een iso-bestand, dan werkt dat ook prima. Klik dan op Installer disc image file (iso) en selecteer via Browse het iso-bestand (bevestig met Next). Player past nu het vervolg van de installatiewizard aan op het te installeren besturingssysteem. Bij Windows kun je de licentiesleutel al invoeren en een administrator-account compleet met wachtwoord aanmaken. Klik op Next en geef de virtuele machine een naam en een plek op de harde schijf.

©PXimport

07 Virtuele schijf

De volgende stap in VMware Player is het aanmaken van de virtual schijf. Je kunt de virtuele machine op je systeem opslaan als één groot bestand of een reeks kleinere. De grootte van de virtuele schijf kun je zelf aanpassen, maar maak deze niet te klein om later in de virtuele machine geen ruimtegebrek te krijgen. Bovendien wordt de ruimte niet direct volledig ingenomen, de omvang die je opgeeft is de maximale grootte. Klik op Next, je ziet nu een overzicht van de instellingen voor de virtuele machine. Zijn deze in orde, klik dan op Finish om de virtuele machine aan te maken en het besturingssysteem te installeren.

©PXimport

08 VM maken in VirtualBox

Heb je voor VirtualBox gekozen, dan lopen de stappen zoals gezegd ongeveer hetzelfde. Om een nieuwe virtuele machine te maken klik je op Nieuw. Geef de virtuele machine een naam en selecteer het te installeren besturingssysteem en de versie. Klik op Volgende. Nu komen de configuratie-items geheugengrootte, harde schijf en locatie. Handhaaf alle standaard opties. Om de virtuele machine echt te installeren, klik je op Start en selecteer je daarna de cd, dvd of via Bladeren het iso-bestand waarop de installatiebestanden van het besturingssysteem te vinden zijn. Daarna begint de installatie die je net zo uitvoert als een installatie in een echte pc.

©PXimport

09 Updates, licenties en antivirus

Een virtuele machine denkt dat het een écht systeem is. Dat geldt ook voor alle software … en hackers en malware. Wil je Windows in een virtuele machine draaien, dan is een licentiesleutel nodig. Ook voor veel andere betaalde programma’s die je in de VM installeert zijn licenties nodig. Al die software moet ook geüpdatet en gepatcht worden voor optimale beveiliging. Kortom: op een virtuele machine zijn alle beveiligingsmaatregelen nodig die op een gewone pc ook nodig zijn: dus de firewall inschakelen, antivirus installeren etc.

©PXimport

10 VM optimaliseren

Een besturingssysteem kan alleen optimaal presteren wanneer het over de juiste drivers beschikt voor de onderliggende hardware. Een virtuele machine gebruikt meestal geen standaard drivers, er zijn aparte drivers voor nodig die niet standaard bij de installatie van een besturingssysteem in een virtuele machine worden gedownload en geïnstalleerd. Dat moet je in veel gevallen zelf doen, maar moeilijk is dat gelukkig niet. In VMware Player log je eerst in met een admin-account in de virtuele machine. Klik daarna met de muis op Player / Manage / Install VMware Tools. Player zal dan een virtuele cd-rom met daarop de drivers laden, die je daarop in één keer kunt installeren.

In VirtualBox gaat het op bijna identieke wijze via Apparaten / Invoegen Guest Additions CD Image. Als de installatie niet al zelf start, open dan in de virtuele machine Windows Verkenner en open de (virtuele) cd-romspeler. Start dan het installatieprogramma. Na afloop moet je de virtuele machine meestal opnieuw opstarten. Daarna zullen de prestaties (vooral de grafische) veel beter zijn.

©PXimport

11 Muis en toetsenbord

Wanneer je één of enkele virtuele machines gebruikt, wordt het ineens belangrijk in welke VM de input van je muis en toetsenbord terecht moet komen. Standaard is het zo dat zodra je met de muis in het venster van een virtuele machine klikt, de invoer daarna van muis én toetsenbord naar die virtuele machine gaan. Je kunt dit goed zien aan de muisaanwijzer. Beweegt de muis zich buiten het venster van de virtuele machine, dan staat de muis in de virtuele machine stil. Klik je echter één keer in het venster van de virtuele machine, dan bestuur je de muis in die virtuele machine met je echte muis.

Het wordt lastiger wanneer je de muis of toetsenbord weer buiten de virtuele machine wilt gebruiken. Beweeg je de muis naar buiten de virtuele machine, dan wil dat niet altijd. De muis zit dan ‘gevangen’ in de virtuele machine. Om de muis en daarmee ook het toetsenbord te bevrijden uit de virtuele machine, gebruik je in VirtualBox de rechter Ctrl-toets en in VMware de sneltoets Ctrl+Alt. Heb je de ‘Guest Addions’ van VirtualBox of de ‘VMware Tools’ geïnstalleerd, dan is het vaak niet nodig muis en toetsenbord op deze manier te bevrijden, dankzij de verbeterde drivers kun je dan de muis vrij in en uit de virtuele machine bewegen en daarmee ook de input van het toetsenbord sturen.

©PXimport

12 Snapshots

Snapshots zijn een heel krachtige mogelijkheid van (sommige) virtuele machines. Met een snapshot bevries je de toestand van een virtuele machine, zodat je daar later altijd naar terug kunt. Een soort savegame-functie die je uit games kent. Je gebruikt het bijvoorbeeld voordat je een programma installeert of een actie uitvoert waarvan je weet dat de virtuele machine die vermoedelijk niet goed doorstaat. Ben je klaar? Dan kun je met een paar klikken de virtuele machine weer terugzetten naar het moment dat je het snapshot maakte.

VMware Player ondersteunt het helaas niet, alleen de duurdere VMware Workstation. VirtualBox biedt wel snapshots. Om een snapshot te maken van een virtuele machine klik je in VirtualBox op Machinegereedschappen / Snapshots. In de werkbalk zie je Snapshots staan. Links is de actieve virtuele machine geselecteerd en rechts de opties voor snapshots. Klik daarna op Neem. Geef dan het snapshot een naam en eventueel een beschrijving, en klik op OK. Daarna kun je de virtuele machine gewoon verder gebruiken en (desgewenst) weer een nieuwe snapshot maken. Het kan ook via de toetsencombinatie rechter-Ctrl+T.

©PXimport

13 Snapshots gebruiken

In het venster van de snapshotmanager kun je door meerdere snapshots te maken een hele boom van onderling verbonden snapshots bouwen. Om te zien wat de situatie van een bepaald snapshot was, selecteer je dat in de lijst. Bij Attributen zie je de naam en beschrijving die je zelf aan het snapshot hebt gegeven. Wil je meer weten, klik dan op Informatie. Hier zie je de instellingen van de machine op het moment van het snapshot met alle hardware en instellingen, en een preview. Klik op Preview om een grotere weergave te zien. Wil je terugkeren naar een eerdere status van de virtuele machine, selecteer dan dat snapshot en klik op Terugzetten. VirtualBox biedt de mogelijkheid de huidige stand eerst als nieuw snapshot te bewaren, klik dan op Terugzetten en even later is de virtuele machine hersteld. Is de optie Terugzetten niet beschikbaar, sluit dan eerst de virtuele machine af.

©PXimport

Locatie virtuele machine

Bekeken vanaf het host-besturingssysteem is een virtuele machine niets dan een reeks bestanden op de harde schijf. Om die locatie op de harde schijf te vinden, kijk je eerst bij de instellingen van de virtuele machine. Bij VirtualBox klik je hiervoor met de rechtermuisknop op de virtuele machine en kies je Instellingen / Algemeen /Geavanceerd. Bij VMware Player klik je met rechts op Options / General / Working directory. Kopieer het pad en open het in Windows Verkenner. Bij VMware zijn de .vmdk-bestanden de harde schijf van de virtuele machine. De .vmx is de virtuele machine zelf. Bij VirtualBox is de .vdi de virtuele harde schijf en is de .vbox de virtuele machine. In de map Snapshots vind je de ‘differencing-disks’, de verschillende afsplitsingen van de virtuele schijf, elk is een snapshot. Deze bestanden kun je gewoon kopiëren voor een werkende back-up van je virtuele machine(s).

©PXimport

▼ Volgende artikel
Hoe kies je de beste inbouw-magnetron?
© v74
Huis

Hoe kies je de beste inbouw-magnetron?

Een inbouw-magnetron is ideaal als je op zoek bent naar een vaste plek voor je magnetron in een strakke, opgeruimde keuken. Maar hoe weet je welke je moet kiezen? De opties zijn uitgebreid: van compacte solo-magnetrons tot volwaardige combi-magnetrons met stoomfunctie. In dit artikel lees je waar je op moet letten zodat je een model vindt dat past bij jouw keuken én bij de manier waarop je kookt!

Dit is belangrijk bij het kiezen van een inbouw-magnetron
  • Nishoogte, nisbreedte en nisdiepte
  • Solo-magnetron of combi-magnetron?
  • Bediening: draaiknop of touch?
  • Aansluitingen ventilatie

Meten = weten

Een inbouw-magnetron moet precies passen in de nis van je keukenmeubel. Daarom is het belangrijk om goed naar de afmetingen te kijken. Fabrikanten vermelden altijd de benodigde nishoogte, nisbreedte en nisdiepte in de specificaties. De standaard nishoogtes zijn meestal 38 cm of 45 cm. Sommige modellen zijn hoger, maar dan gaat het vaak om combi-ovens of apparaten met extra functies.

De nisbreedte is vrijwel altijd 56 cm. 60 cm komt ook voor, maar dat is eigenlijk meer geschikt voor een volledige oven dan voor een inbouw-magnetron. De nisdiepte varieert tussen de 55 en 58 cm. Meet de beschikbare ruimte goed op, inclusief de diepte van de achterwand en eventuele obstakels zoals elektriciteitsleidingen. Zit er een plint of deur onder? Controleer dan ook of de klep van de magnetron volledig open kan. Hieronder lees je nog wat meer over de afmetingen.

Nishoogte, nisbreedte en nisdiepte: dit zijn de gangbare maten

✅ Nishoogte 38 cm (ca. 380 mm): gangbare maat voor solo-magnetrons. Wordt vaak ingebouwd boven een oven of in een hoge kast. 45 cm (ca. 450 mm): gebruikelijk voor combi-magnetrons. Deze hoogte heb je nodig als je naast de gewone magnetronfuncties (ontdooien/opwarmen) ook wilt grillen of met hetelucht wilt bakken. 60 cm (ca. 590 mm): deze hoogte heb je nodig voor een volwaardige oven met magnetronfunctie. Let op: de magnetronfunctie werkt meestal minder krachtig dan bij een echte magnetron. ✅ Nisbreedte 56 cm (meestal 560 mm nismaat) is standaard. De frontbreedte van het apparaat is dan vaak rond de 595 mm, zodat het mooi aansluit op de omliggende kastfronten. ✅ Nisdiepte 55 tot 56 cm is standaard bij een diepe kast. Sommige apparaten passen al vanaf 50 cm diepte, vooral als de stekker naar beneden kan worden weggewerkt.

©RossandHelen

Solo of combi: welk type magnetron heb je nodig?

Een solo-magnetron gebruik je voor het opwarmen van voedsel, het ontdooien van diepvriesproducten of het bereiden van eenvoudige gerechten. Dit type magnetrons is eenvoudig in gebruik, vaak goedkoper en verbruikt minder stroom. Gebruik je de ovenfunctie nauwelijks, dan is dit een logische keuze.

Een combi-magnetron combineert de magnetronfunctie met een heteluchtoven. Je kunt er dus ook pizza's, taarten of ovenschotels in maken. Sommige combi-magnetrons hebben zelfs een grillstand of een stoomfunctie , waardoor je meerdere keukenapparaten kunt vervangen door één toestel. Houd er wel rekening mee dat een combi-magnetron doorgaans iets duurder is en iets langer nodig heeft om voor te verwarmen dan een volwaardige oven.

Voorbeeld: kook je veel met verse groenten en vis, dan is een model met stoomfunctie interessant. Warm je vooral soep en kant-en-klaarmaaltijden op, dan is een solo-magnetron vaak meer dan voldoende.

Bediening: draaiknop of touch?

Het gebruiksgemak verschilt per model. Traditionele modellen hebben vaak draaiknoppen: één voor het vermogen, één voor de tijd. Simpel en overzichtelijk, vooral geschikt als je de magnetron hoofdzakelijk gebruikt voor opwarmen en ontdooien.

Moderne inbouw-magnetrons zijn vaak uitgerust met touchbediening of zelfs een touchscreen. Je selecteert dan via het display het programma, de temperatuur of het gewicht. Sommige modellen hebben automatische programma's die zelf de bereidingstijd en het vermogen aanpassen. Handig, maar soms ook wat omslachtiger bij simpele taken.

Tip: probeer in een winkel of showroom hoe intuïtief het menu aanvoelt. Kies een bediening die past bij hoe jij graag kookt.

©Tom Baker | tab62

Let op de aansluiting en ventilatie

Een inbouw-magnetron werkt op een standaard stopcontact (230 volt), maar let goed op het vermogen. Sommige combi-modellen hebben een hoger piekverbruik; zorg dat de groep waarop je het aansluit dit aankan. Kijk ook waar de stekker zit: die moet je kwijt kunnen achter het meubel of via een uitsparing in de achterwand.

Daarnaast is ventilatie belangrijk. Tijdens het gebruik komt warmte vrij. In de handleiding van het apparaat staan minimale ventilatieruimtes aangegeven, bijvoorbeeld 2 cm boven en 5 cm achter. Houd je je daar niet aan, dan kan de magnetron oververhit raken of minder lang meegaan. Zit er al een oven onder of boven de plek waar je de magnetron wilt inbouwen? Controleer dan of de gecombineerde warmteafvoer goed geregeld is.

Praktische keuzehulp

Stel jezelf de volgende vragen voor je een keuze maakt:

☐ Waar komt de magnetron precies? In een hoge kast, boven een oven of op ooghoogte?
☐ Gebruik je nu vooral de magnetronfunctie of bak je ook regelmatig in de oven?
☐ Heb je al een aparte oven? Dan heb je vaak voldoende aan een solo-magnetron
☐ Wil je kunnen grillen of stomen?
☐ Wil je eenvoudige bediening of juist veel automatische programma's?
☐ Komt de magnetron in een bestaande nis of kastenwand, of wordt de keuken nog gebouwd?

Een voorbeeld: stel, je woont alleen, kookt snel en gebruikt de oven amper. Dan is een solo-magnetron van 38 cm hoog met draaiknoppen prima. Heb je een gezin, kook je gevarieerd en wil je ruimte besparen? Dan is een combi van 45 cm met grill en stoomfunctie een betere match.

Conclusie

Een inbouw-magnetron kiezen begint bij de afmetingen, maar gaat vooral over hoe jij kookt. Warm je snel iets op, dan is een eenvoudige solo-magnetron vaak genoeg. Bak je graag of heb je weinig ruimte, dan loont het om te investeren in een goede combi-magnetron. Let altijd op de inbouwmaten, ventilatie en bediening. Zo voorkom je verrassingen en haal je het meeste uit je keuken.

▼ Volgende artikel
Review SwitchBot Roller Shade - Handig en slim, maar pittige installatie
© MG | ID.nl
Energie

Review SwitchBot Roller Shade - Handig en slim, maar pittige installatie

Er komen steeds meer toepassingen voor het automatiseren van je huis. SwitchBot is al wat langer in Nederland actief en heeft naast robotstofzuigers, schakelaars voor lichtknoppen en elektronische sloten ook een automatisch open- en sluitsysteem voor gewone gordijnen in het assortiment. Daar is nu een systeem voor rolgordijnen bijgekomen: de Roller Shade.

Goed
Conclusie

De SwitchBot Roller Shade is een fraaie manier om je woning te automatiseren en sluit goed aan als je al andere slimme apparaten in huis hebt. Het rolgordijn is volledig verduisterend, wat prettig kan zijn, maar alleen als het systeem perfect past — en dat is niet altijd eenvoudig te realiseren. Het gordijn zelf kan namelijk niet de volledige breedte van het montagesysteem beslaan. Bovendien komt de installatie vrij nauw, dus nauwkeurig opmeten vooraf is absoluut essentieel.

Plus- en minpunten
  • Automatische bediening via app of knoppen
  • Werkt met verschillende slimme diensten
  • Volledige verduistering
  • Installatie is complex en moet nauwkeurig gebeuren
  • Behoorlijk prijzig

Thuisautomatisering is een handige manier om apparaten in het huishouden te bedienen zonder dat je in de meeste gevallen ook zelf thuis hoeft te zijn. Denk bijvoorbeeld aan het aanpassen van de temperatuur in huis, het bedienen van de verlichting of deuren, maar ook het openen of sluiten van de gordijnen. Op warme dagen kan het bijvoorbeeld slim zijn om die gordijnen automatisch te sluiten als de temperatuur boven een bepaalde waarde uitkomt, of wanneer er een bepaalde intensiteit van lichtinval is.

Al deze zaken en meer kun je inregelen met de spullen van SwitchBot. Het ecosysteem van dit bedrijf omvat een scala aan apparaten, variërend van raam- en deursensors en lichtknoprobots die je lichtknoppen kunnen indrukken tot complete aircosystemen en zelfs robotstofzuigers. Maar ook slimme lampen en gordijnsystemen dus. We hebben van SwitchBot al eerder de SwitchBot Curtain en de SwitchBot Curtain 3 getest, systemen die bedoeld zijn voor gordijnen op rails.

Complete set

De SwitchBot Roller Shade is een rolgordijnsysteem waar het rolgordijn zelf al bij wordt geleverd, in tegenstelling tot de SwitchBot Curtain die bedoeld is om aan een bestaand gordijnsysteem te koppelen. Overigens kun je ook je eigen bestaande rolgordijn op het systeem van de Roller Shade monteren.

De Roller Shade is een compleet rolgordijnpakket, en in de doos vind je alles wat je nodig hebt om het systeem op te hangen. Alle beugels, het rolsysteem, schroeven en pluggen worden meegeleverd, en zelfs gereedschap voor het vastdraaien van schroeven en het op maat snijden van het rolgordijn zelf ontbreekt niet. Verder krijg je er een bedieningspaneeltje bij, bestaande uit een omhoog- en omlaagknopm, en een kabeltje van zo'n twee meter dat kan worden aangesloten op de daarvoor gemaakte aansluiting op het frame. De Roller Shade wordt aangedreven door een interne batterij die volgens SwitchBot acht maanden lang werkt zonder tussentijds opladen. Via de usb-c-poort kan het systeem indien nodig bijtanken.

Alle bevestigingsmaterialen worden meegeleverd.

Goed opmeten

Voordat je aan de slag gaat met de Roller Shade, of eigenlijk: voordat je er eentje gaat kopen, moet je eerst even goed controleren of je de juiste afmetingen in je winkelwagentje hebt. De SwitchBot Roller Shade is beschikbaar in vier breedteversies en in twee basiskleuren: gebroken wit en grijs. Voor de breedte kun je kiezen uit small, medium, large en extra large, waarbij je opeenvolgend kunt kiezen voor breedtes van 58 t/m 80 cm, 80 tot 110 cm, 110 tot 140 cm en 140 tot 185 cm.

Prijzen en maten

Omdat ramen en kozijnen nu eenmaal niet zijn gestandaardiseerd, wordt de Roller Shade geleverd in een viertal maten. Dankzij het schuifsysteem kun je een exemplaar kopen waar je een minimale hoeveelheid stof van hoeft af te knippen of snijden. De kans is namelijk klein dat het rolgordijn meteen past zonder enige aanpassing.

S (58 t/m 80 cm): € 219,99 M (80 t/m 110 cm): € 259,99 L (110 t/m 140 cm): € 299,99 XL (140 t/m 185 cm): € 339,99

Goed om te weten: alle genoemde Roller Shades worden geleverd in de maximale breedte. Dat is wel iets om rekening mee te houden als je het systeem aanschaft en het bijvoorbeeld wilt vervoeren of laat bezorgen: het is geen klein pakket.

Wij hebben voor de XL-versie gekozen, omdat het kozijn waarop de SwitchBot wordt getest een breedte van 171 cm heeft. Geen enkele SwitchBot Roller Shade zal direct passen op het raamkozijn waar je hem wilt gebruiken, waardoor je waarschijnlijk altijd een stuk gordijnstof zult moeten verwijderen. Verderop lees je hoe dat werkt.

Schematische weergave van de werking van het Roller Shade-systeem.

Belangrijk is om vooraf goed te bedenken hoe je de SwitchBot Roller Shade(s) wilt inzetten. De gordijnen zijn van polyester en verduisteren volledig. Dat kan donkerder zijn dan je gewend bent, maar in een slaapkamer is het juist vaak ideaal. Houd er wel rekening mee dat de kosten snel oplopen als je meerdere kozijnen naast elkaar hebt, omdat je voor elk raam een afzonderlijke Roller Shade nodig hebt.

Daarnaast bedekken de gordijnen nooit de volledige breedte van het kozijn. Aan beide zijden van de rol blijft een paar centimeter open, omdat de roller niet strak tegen het ophangframe aansluit. Afhankelijk van de montage kunnen hierdoor kieren ontstaan, waardoor er toch licht binnenvalt, vooral aan de kant van de motor. Plaats je meerdere Roller Shades naast elkaar voor één breed raam, dan blijven er altijd kleine openingen zichtbaar tussen de afzonderlijke gordijnen.

Je krijgt het SwitchBot-gordijn niet altijd sluitend aan de zijkanten van een venster.

Op maat maken

Omdat de Roller Shade direct uit de doos waarschijnlijk niet meteen past, moet het systeem op maat worden gemaakt. Hoe dat werkt? Het ophangsysteem bestaat uit een verschuifbare aluminium balk waartussen het rolgordijn hangt. Aan een van de zijdes bevindt zich de motor, die via een stang in de aluminium rol van het gordijn is geschoven. De gordijnrol kan door de andere zijkant los te maken van de motorstang worden afgeschoven en eventueel worden vervangen door je eigen rolgordijn. In dit artikel houden we het bij de uitleg van het meegeleverde gordijn.

Om het meegeleverde SwitchBot-gordijn op maat te maken, is een vrij ingenieus systeem bedacht: aan de niet-gemotoriseerde kant kun je een apart blokje met een snijmes monteren, waar het rolgordijn met buis en al doorheen moet worden gehaald. Op die plek wordt het rolgordijn namelijk op maat gesneden.

Het ingenieuze snijsysteem van de SwitchBot Roller Shade dat het gordijn op maat kan snijden.

In de SwitchBot-app geef je aan dat je een snij-sessie wilt starten. De motor van het rolgordijn begint nu langzaam te draaien. Tijdens het draaien moet je met de meegeleverde schroevendraaier het messysteem aandraaien, zodat het mes steeds dieper door de gordijnstof snijdt. Dat aandraaien doe je net zo lang tot het mes volledig door de stof heen is en bij de buis zelf is beland.

Het laatste deel van de buis waarop het gordijn is gerold, bestaat uit plastic. Als de snij-sessie correct is uitgevoerd en het mes met de schroevendraaier strak genoeg is aangedraaid, kan zelfs het plastic worden doorgesneden, of er in elk geval voor zorgen dat het makkelijker kan worden afgebroken.

Nadat een stuk van de gordijnstof is afgesneden, moet het einde nog wel worden losgemaakt van de rol zelf.

Volledig uitrollen

Wanneer het overtollige stuk stof is losgesneden van de rest van het rolgordijn, blijft dat stuk aan het eind natuurlijk nog wel vastzitten aan de oprolbuis. Om dat stuk los te kunnen krijgen, moet de hele gordijnrol worden afgerold. Met een totale lengte van maar liefst 2,20 meter is dat nogal wat. Dat afrollen kan door middel van de app, maar kan ook handmatig door de oprolbuis eerst van de motorstang af te halen. Nadat het gordijn tot het eind is afgerold, kan het overtollige deel van de oprolbuis worden losgeknipt. Daarna breek je (zoals hierboven besproken) het overtollige plastic deel van de oprolbuis buis af, maar beter kun je proberen om dat stuk met een goed stanleymes af te snijden (het plastic is niet heel dik).

Het complete plastic deel van de oprolbuis moet er nu afgehaald worden, zodat de rest van het gordijn fatsoenlijk aan de buis kan worden bevestigd. De oprolbuis heeft nog een binnenste buis die je weer door het plastic deel moet schuiven. Vervolgens schuif je het dikke gedeelte van het gordijn door de sleuf van de plastic buis en schroef je alles vast.

Ook de oprolbuis moet je na het verwijderen van de overtollige gordijnstof weer op maat maken. Een screenshot uit de pdf-handleiding.

Het opnieuw oprollen van het rolgordijn dient zorgvuldig te gebeuren, waarbij de linker- en de rechterkant gelijkmatig moeten worden opgerold. Gaat dat niet helemaal netjes, dan bestaat de kans dat het gordijn na het oprollen niet helemaal recht en strak om de oprolbuis zit. In ons geval moesten we het een paar keer opnieuw doen om alles strak te krijgen. Als het gordijn scheef op de rol zit, kan deze vast komen te zitten tijdens het automatisch omhoog rollen.

Ophangen

Het ophangsysteem van de Roller Shade is anders dan het gemiddelde rolgordijn. Die worden doorgaans links en rechts van de oprolbuis op het kozijn geschroefd. Bij de Roller Shade zit het bevestigingssysteem boven de aluminium balk en moet het systeem daar schuin in worden geklikt. Op zich is dat een prima manier, maar het vergt wel wat handigheid en je moet ietsje boven je macht werken omdat het hele systeem relatief zwaar is. De klus kun je dan ook beter met z'n tweeën doen.

Ook zijn de beugels waarin het aluminium frame wordt opgehangen niet heel stevig, waardoor alles een beetje naar beneden zakt op het moment dat het systeem wordt vastgeklikt. Ook belangrijk om te weten: past het frame precies in een raamnis, dan moet je het systeem compleet met het rolgordijn erin ophangen. Het rolgordijn er achteraf in plaatsen is dan niet mogelijk, omdat het systeem alleen vanaf één kant kan worden losgemaakt en het rolgordijn over de aandrijfstang van de motor geplaatst moet worden.

©MG | ID.nl

Kalibratie

Nadat de Roller Shade is opgehangen, is het tijd voor de kalibratie. Dat is nodig voor het systeem om te kunnen bepalen wanneer het rolgordijn volledig is opgerold en wanneer hij helemaal is uitgerold. Het rolgordijn is namelijk geschikt voor ramen tot zo'n 2 meter hoog, en dan moet op een bepaald moment worden ingesteld tot hoe ver het gordijn moet uitrollen totdat het venster compleet door het gordijn is bedekt. Het systeem kan niet uit zichzelf zien of het zich helemaal heeft opgerold; ook dat moet worden gekalibreerd.

Je start de kalibratie met behulp van de app, waarbij eerst moet worden bepaald wanneer het systeem volledig is opgerold. Aan de onderkant van het gordijn is een (eerder gemonteerde) aluminium stang geplaatst, die fungeert als tegengewicht om het gordijn op zijn plek te houden. Die stang dient tevens als buffer om te voorkomen dat het gordijn na het compleet oprollen blijft doordraaien. Tijdens het kalibratieproces kun je zelf niet aangeven wanneer tijdens het oprollen het einde is bereikt; dat stopt vanzelf zodra de aluminium stang het ophangframe bereikt. De app vraagt de gebruiker vervolgens of het systeem is vastgelopen of dat het einde is bereikt.

Het oprollen stopt hierdoor echter wel vrij abrupt en lijkt hiermee het ophangsysteem te beschadigen, omdat de aluminium balk relatief bruusk tegen het ophangframe wordt getrokken. Deze manier van kalibreren voelt al met al wat primitief aan, maar het werkt wel. De volgende stap is het bepalen van de afrollengte. Hierbij bepaalt de gebruiker wanneer het einde is bereikt en het raam naar wens is bedekt. Je drukt dan simpelweg op de stopknop en accepteert de stand van het gordijn. Na de kalibratie kun je de Roller Shade volledig gebruiken.

Spraakbesturing en slimme systemen

De SwitchBot Roller Shade kan ook overweg met de systemen van Google Assistant, Google Home en Alexa, maar hier is wel een apart verkrijgbare Hub voor nodig. Eenmaal daarop aangesloten kun je de gordijnen sluiten met opdrachten als 'Hey Google, sluit de gordijnen in de slaapkamer'.

Verder is de Roller Shade compatibel met Matter, het nieuwere protocol voor slimme apparaten.

Schema's en timers

De SwitchBot-app voor de kalibratie en de bediening gebruik je ook als je andere apparaten van dit merk in huis hebt. De app is niet specifiek gericht op het rolgordijnsysteem, maar kan ook worden gebruikt voor het uitlezen van de verschillende temperatuur- en vochtmeters van SwitchBot, het bedienen van de andere gordijnsystemen zoals de SwitchBot Curtain 1 en Curtain 3 en andere slimme apparaten.

Handig is dat je verschillende apparaten en meters van SwitchBot aan elkaar kunt koppelen. Zo kun je er bijvoorbeeld bij het bereiken van een ingestelde temperatuur voor zorgen dat de Roller Shade automatisch wordt gesloten of geopend. Dat kan ook bij een bepaalde lichtintensiteit: als je een (apart te verkrijgen) zonnepaneel aan de usb-c-poort op de Roller Shade aansluit, kun je aangeven bij welke intensiteit het gordijn moet sluiten of openen. Met het aansluiten van zo'n zonnepaneel wordt de Roller Shade trouwens ook automatisch opgeladen.

Conclusie

De SwitchBot Roller Shade is een mooie manier om je huis te automatiseren en kan een prima toevoeging zijn als je al delen van je huis hebt geautomatiseerd. In combinatie met bijvoorbeeld een slimme thermostaat, verlichting en koel- of verwarmingsapparaten kun je bij warm weer je huis koel houden, of 's winters juist warmer krijgen. Dankzij het SwitchBot-ecosysteem is het handig dat je het rolgordijnsysteem kunt meenemen in alle routines voor huisautomatiseringen.

De Roller Shade is 100 procent verduisterend. Dat kan prettig zijn, maar dat werkt alleen goed als je het rolgordijnsysteem ook echt goed passend krijgt. Helaas lukt dat niet altijd, omdat het rolgordijn zelf niet de volledige breedte van het montagesysteem heeft. Daarnaast luistert de installatie vrij nauw, dus alles goed van tevoren opmeten is essentieel.