ID.nl logo
Zekerheid & gemak

Publiekstrekkers. Zo krijgt u uw site bovenaan de lijst

Maandenlang bent u bezig geweest en nu is hij eindelijk af: uw site! Flashanimaties, javascripts en dynamische koppelingen naar een database: uw site heeft het allemaal. Maar...u wilt natuurlijk wel dat er iemand naar kijkt. Om te voorkomen dat alleen uw vrienden en kennissen af en toe uw site bezoeken, moet u er voor zorgen dat zoekmachines en webgidsen u bovenaan hun lijst met treffers zetten. Hoe? U leest het hier.

Wie schrijft, wil gelezen worden. Dat geldt ook voor de maker van een website. Nu kunnen mensen op twee manieren op uw website terecht komen: óf ze kennen het webadres en bezoeken uw site dus bewust, óf het gaat om indirecte bezoekers die (toevallig) een link naar uw site aanklikken. Seo Houdt u bezoekersstatistieken van uw website bij (bijvoorbeeld via een gratis service als Nedstat Basic, www.nedstat.com), dan kunt u hier aardig wat te weten komen over uw bezoekers. Bijvoorbeeld hoeveel mensen uw site hebben bezocht, wanneer dat is gebeurd en uit welk land ze komen. Vooral de zogenoemde referlogs leveren interessante informatie op: u ziet hier niet alleen of de bezoekers via een andere site bij de uwe terecht zijn gekomen, maar ook via wélke site en – als ze uw site via een zoekpagina hebben gevonden – welke zoektermen ze hebben gebruikt. In dit artikel leest u alles over technieken en tools die ervoor zorgen dat webgidsen en zoekmachines uw site kunnen vinden, ofwel seo: search engine optimalisation (ook wel search engine positioning). Yahoo!: misschien wel de bekendste webgids. Webgidsen Er zijn ruwweg twee soorten zoekmachines: webgidsen (webindexen) en zoekrobots. Wilt u door beide gevonden worden, dan hebt u voor elk een andere aanpak nodig. Een webgids – Yahoo! bijvoorbeeld – wordt samengesteld door een groep mensen die elke website bekijkt en vervolgens categoriseert (thematisch en hiërarchisch). Om dit te kunnen doen, moeten zij wel de url van uw site kennen. Deze moet u zelf bij hen bekend maken. Meestal kunt u uw site aanmelden via de Submit-knop van de webgids (bij Yahoo! bijvoorbeeld gaat dat via How to Suggest a Site), maar ga wel goed voorbereid te werk. Kies allereerst de voor uw site meest geschikte categorie binnen de catalogus. Een te algemene categorie is geen goede optie, omdat de concurrentie met andere sites daar veel groter is. Daarnaast is het belangrijk dat u uw site een goede omschrijving meegeeft – let op: vaak krijgt u hier maar vijfentwintig woorden voor. Neem in deze omschrijving beslist een aantal termen op waarmee u via de zoekmachine(s) gevonden wil worden. Bovendien moeten die termen een correcte weergave zijn van de inhoud van uw site én ze moeten in (de homepage van) uw site zelf voorkomen. Vergeet niet om na een paar weken te controleren of de webgids uw site inderdaad heeft opgenomen en herhaal de aanmeldprocedure indien nodig. Veel meer kunt u bij een webgids niet doen, of u moet kiezen voor een betaalformule. Zo biedt Yahoo! bijvoorbeeld Yahoo!Express aan (zo'n € 243): de Yahoo!-medewerkers bekijken uw site dan gegarandeerd binnen een week, maar dan nog bent u er niet zeker van dat ze uw site ook daadwerkelijk in de webgids zullen opnemen. Automatish aanmelden kan ook: zie verderop onder Autosubmitters. Zoekrobots Onderschat niet hoe belangrijk het is om te worden opgenomen in de belangrijkste internationale webgidsen (denk aan Yahoo!, Open Directory en LookSmart). Immers, de bekendste zoekrobots raadplegen deze databanken. Zo'n vermelding in een webgids kan er dus ook voor zorgen dat uw site binnen een zoekrobot beter wordt gepositioneerd. Hoe werken deze zoekrobots nu precies? Deze bots speuren zelfstandig het hele web af, waarbij ze supersnel de ene na de andere link volgen. Daarom heten ze ook wel spiders of crawlers. Deze spiders leveren vervolgens de grondstof waarmee de zoekrobots hun databanken vullen en indexeren. Tot slot kan een gebruiker via een webinterface die databanken raadplegen, waarna de zoekrobot de hits volgens complexe rangschikkingsalgoritmes aan die gebruiker toont. Een geautomatiseerd proces dus, dat per zoekrobot behoorlijk kan verschillen. Hoe verschillend blijkt al uit de tabel waarin we drie bekende bots hebben opgenomen: AltaVista, AlltheWeb en Google. De belangrijkste begrippen uit deze tabel komen verder in dit artikel nog uitgebreid aan bod. Het lijkt dus of u voor een optimale aanmelding uw webpagina's voor elke zoekrobot anders zou moeten opbouwen. Uiteraard kan dit wel (via brugpagina's, zie verderop), zijn er veel gemeenschappelijke elementen die voor vrijwel elke zoekrobot gelden. Metatags: ik zie, ik zie, wat jij niet ziet. Spam Alle zoekrobots hebben in ieder geval gemeen dat gebruikers hun databases kunnen raadplegen via trefwoorden in een zoekbalk. Nu is het niet zo dat u uw site vol moet stoppen met populaire zoektermen (sex, free en mp3) om bezoekers aan te trekken. Hebt u een site over postzegels verzamelen, dan is het maar de vraag of u er überhaupt iets aan hebt dat mensen die eerdergenoemde zoektermen intikken, uw site bezoeken. Nu zijn er allerlei manieren om zoektermen onzichtbaar op uw site te plaatsen – bijvoorbeeld door ze onder te brengen in metatag keywords (alleen zoekrobots zien ze dan, menselijke bezoekers niet) of u tikt ze onzichtbaar in (bijvoorbeeld in dezelfde kleur als de achtergrond). Echter...zoekrobots kennen deze trucjes en als ze u erop betrappen, kon u wel eens op een minder gunstige plek op de ranglijst terechtkomen. Bush, blijkbaar niet erg populair in het Witte Huis... Dichtheid Hoe zorgt u er dan wel voor dat u gevonden wordt? Door te kiezen voor slimme trefwoorden. Dat roept wel direct twee vragen op: waar en hoe plaatst u de trefwoorden het best en wat zijn de meest geschikte trefwoorden? Wat de eerste vraag betreft: zoekrobots hebben een voorkeur voor een optimale dichtheid van de trefwoorden. In de praktijk ligt die dichtheid rond de 7 procent. Anders gezegd: 7 procent van alle woorden op uw webpagina moet uit trefwoorden bestaan. Bevat uw pagina dus tweehonderd woorden, dan komt uw trefwoord daar veertien keer in voor. U rekent de dichtheid van uw webpagina's snel uit via de gratis online tool op www. keyworddensity.com: tik de url in en de trefwoorden en even later leest u het percentage af. Dichtheid heeft echter niet alleen te maken met frequentie. Vrijwel alle zoekrobots houden bij hun rangschikking namelijk ook rekening met de 'hot spots' op uw webpagina. Trefwoorden in de domeinnaam, paginatitel of header tags wegen zwaarder dan trefwoorden in alt-tags of metatags. Zoekrobot AlltheWeb indexeert alt-tags niet eens en er is eigenlijk geen enkele zoekrobot die bij de rangschikking van uw site in de hitlist nog rekening houdt met metatags. Ook belangrijk: de meeste zoekrobots hebben een voorkeur voor de bovenste helft van uw pagina: de trefwoorden hier wegen zwaarder. Dat heeft overigens behoorlijk wat consequenties voor de opbouw van uw pagina's (zie Struikelblokken). Hoe populair is de zoekterm 'postzegels (verkopen)'? (Links ziet u digitalpoint.com, rechts de kei-analyse van wordtracker.com) 'Kei'-goed trefwoord Staan uw trefwoorden op de hot spots op uw webpagina én hebben ze een dichtheid van rond de 7 procent, dan gaat het de goede kant op, maar u bent er nog niet, want gebruikt u wel de juiste trefwoorden? Een goed trefwoord is tegelijk populair én kent weinig concurrentie. Met andere woorden: u hebt trefwoorden nodig die eindeloos vaak worden ingetikt in zoekmachines, maar die nauwelijks hits opleveren. Seo-specialisten brengen deze verhouding onder in een zogeheten kei-waardering (keyword effectiveness index). Populaire trefwoorden met weinig hits leveren de hoogste kei-waardering op. Wilt u weten of u met uw trefwoorden veel concurrentie kunt verwachten, dan kunt u daar snel achter komen door ze bij een aantal zoekrobots in te tikken en na te gaan hoeveel hits ze opleveren. Zo blijkt al snel dat enkelvoudige trefwoorden een gigantische hoeveelheid hits geeft, maar dat combinaties van trefwoorden al een stuk gunstiger uitpakken. Ter illustratie: tikt u in Google 'postzegels' in, dan krijgt u maar liefst 353000 hits te verwerken – probeer daar uw eigen site maar bij de eerste tien te krijgen. Daarentegen is de combinatie 'postzegels verzamelen' of 'postzegels ruilen' al een stuk gunstiger, namelijk 1670 en 153 hits! Niettemin blijft het gissen naar de populariteit van trefwoordcombinaties. Immers, hoeveel mensen tikken die combinaties in een zoekmachine in? Nu zijn er diverse online tools die u laten zien welke zoektermen op dat moment zoal worden ingetikt (http://searchenginez.com/spy.html), maar daar schiet u weinig mee op. Iets interessanter zijn tools die alle ingetikte zoektermen bij bekende zoekrobots in een database verzamelen. Zo kunt u makkelijk nagaan hoeveel keer bijvoorbeeld de term 'postzegels' over een gegeven periode bij een zoekrobot is ingetikt. Voorbeelden zijn www.digitalpoint.com/tools/suggestion, en verder Netmechanic (www.netmechanic.com) en Keyword Wizard (www.pwqsoft.com) die hun diensten echter enkel tegen betaling leveren. WordTracker (www.wordtracker.com) behoort hier ook toe, maar deze tool kunt u eerst even uitproberen. Delorie.com laat u zien hoe een website er uit ziet in de ogen van een zoekrobot. Rechts: frameset weg... navigatie weg! Struikelblokken Hebt u inmiddels de juiste trefwoorden met een hoge kei-waardering, de juiste dichtheid en staan ze ook nog eens op hot spots, dan kan het niet meer stuk! Hoewel...hebt u geen valkuilen gegraven voor de zoekrobots? Zoekrobots lezen een webpagina namelijk anders dan mensen, die het resultaat netjes voorgeschoteld krijgen door hun browser. Een robot ziet de pagina ongeveer zoals u de broncode van de pagina bekijkt. Www.delorie.com/web/ses.cgi geeft daar een aardige indicatie van: tik het adres van uw webpagina in en even ziet u hoe de doorsnee zoekrobot de pagina ziet – en dat is vaak heel anders dan wat uw browser u laat zien. Hoe komt dat? Om te beginnen is een webpagina vaak doorspekt met allerlei overtollige html- en xml-code, vooral als u webpagina's creëert met een pakket als MS Word (Opslaan als webpagina). Ook webeditors hebben hier soms een handje van: Macromedia Dreamweaver houdt het nog vrij sober, maar (vooral oudere versies van) Microsoft Frontpage is niet vies van overtollige coderegels. Het gevolg daarvan is dat uw pagina meer woorden bevat dan nodig, waardoor u ook meer trefwoorden – niet in een geforceerde context – nodig hebt voor een optimale densiteit. Tabellen en frames Naast overtollige code kunnen ook html-tabellen en frames een goede positionering van uw site in de weg staan. Maakt u hier regelmatig gebruik van, dan is een blik op de broncode (of een bezoek aan delorie.com) zeker verstandig: het is namelijk heel goed mogelijk dat de belangrijkste tabel – die uw eigenlijke tekst bevat – in de broncode helemaal onderaan verschijnt. Dat heeft direct tot gevolg dat de trefwoorden uit die tabel een minder gunstige plek op uw webpagina krijgen. Frames kunnen nog problematischer zijn; heel wat zoekrobots kijken namelijk niet verder dan framesetpagina, waardoor ze uw eigenlijke framepagina's niet eens bereiken voor indexering. Kunt u niet buiten frames, zorg er dan voor dat u binnen het-gedeelte van de frameset een tekst met een aantal trefwoorden opneemt en bij voorkeur ook een paar links naar de belangrijkste pagina's van uw site (waaronder de sitemap). Er kleeft echter nog een nadeel aan frames. Dat geldt met name voor zoekrobots die er wél mee overweg kunnen (zoals Google). Die nemen namelijk ook de afzonderlijke framepagina's in hun index op. Klikt een bezoeker die link in de hitlijst aan, dan komt hij direct op die pagina terechtkomt, zonder de omkaderende framesetpagina te zien. Dat kunt u wel tegengaan door onderaan elke framepagina een link op te nemen naar de bijhorende frameset inclusief de parameter TARGET='_top', maar het kan eventueel ook via een klein stukje javascript. Dat zorgt ervoor dat de bezoeker automatisch naar de frameset wordt omgeleid: Dynamische pagina's Het grootste struikelblok voor zoekrobots blijken echter dynamische pagina's te zijn: pagina's die on the fly worden samengesteld op grond van inhoud in databases. U herkent dergelijke pagina's doordat hun url meestal een vraagteken of ampersant (&) bevat. Hiervoor bestaan echter wel (vaak behoorlijk technische en dure) oplossingen: deze tools zetten uw dynamische pagina's automatisch om in een statische, waarbij ze meteen ook de lastige tekens uit de url halen. Een voorbeeld is de sharewaretool ASPSpiderBait (www.webanalyst.com.au), die zich aandient als een isapi-filter (isapi koppelt toepassingen aan internetvoorzieningen) en bruikbaar is voor asp-pagina's op een iis-server. Soortgelijke oplossingen vindt u ook voor Apache- en ColdFusion-omgevingen. Eén van de (gratis) cloakingscripts op spiderhunter.com. Cloaking Samenvattend kunnen we wel stellen dat zoekrobots moeite hebben met zaken als javascript, tabellen en frames) en dat ze allemaal min of meer hun eigen methodes hanteren voor het zoeken (crawlen), indexeren en rangschikken van sites. Een brugpagina kan dan handig zijn. Dat zijn webpagina's zonder overbodige franje, die u nauwkeurig optimaliseert voor goedgekozen trefwoorden. Deze brugpagina's meldt u dan (handmatig) aan bij alle belangrijke zoekrobots en als het moet, maakt u zelfs voor elke zoekrobot verschillende brugpagina's aan. Uiteraard bevatten die pagina's dan wel een link naar de 'echte' openingspagina van uw site. Nadeel is wel dat zulke zuivere html-pagina's er vaak niet erg aantrekkelijk uitzien voor menselijke bezoekers: het risico is groot dat zij niet de moeite nemen de link op die brugpagina aan te klikken. Een slimme webbouwer maakt daarom gebruik van cloaking-technieken. Het komt er dan op neer dat alleen zoekrobots die brugpagina's zien (en indexeren), maar zodra iemand die pagina aanklikt, komt hij tóch terecht op uw echte openingspagina. Hoe het werkt? De eenvoudigste oplossing is 'bait-and-switch': zodra u merkt dat de zoekrobot uw brugpagina heeft opgenomen, verwisselt u die met uw echte pagina. Dat werkt natuurlijk slechts totdat de zoekrobot uw website opnieuw bezoekt! Een alternatief is dat u die brugpagina van een heel snelle meta-refresh voorziet (: de bezoeker krijgt dan maar heel even de brugpagina te zien, waarna die automatisch naar de andere pagina springt. Handig, maar toch niet zo'n goed idee: de meeste zoekrobots interpreteren dat namelijk als spam, zodat u helemaal buiten de boot dreigt te vallen. Iets geavanceerder is een script dat op uw webserver draait en dat nagaat met welke user-agent de bezoeker zich aandient: alleen als dat een zoekrobot blijkt te zijn (met een user-agent als Googlebot of Msnbot), diept uw webserver de brugpagina op. Robots veranderen echter wel eens van naam en daarom is het veiliger het ip-adres van de bezoeker te checken, om zo na te gaan of het al dan niet om een robot gaat. Voorwaarde is wel dat uw script de lijst met de ip-adressen van bekende robots up-to-date houdt, want ook die wijzigen wel eens. Voor dergelijke lijsten kunt u onder meer terecht op www.ip-delivery.com. Op www.spiderhunter.com vindt u een gevarieerde lijst waar met onder meer cloakingscripts worden aangeboden. Wees echter voorzichtig met dergelijke technieken: zoekrobots hebben het niet zo op cloakers... Hoe populair bent u eigenlijk? 'Off page' factoren Het is veel zoekrobots een doorn in het oog dat websitebouwers de ranking van hun webpagina's op allerlei slinkse manieren weten te manipuleren. Juist daarom zoeken meer en meer zoekrobots hun heil in 'off page' factoren. Deze factoren bepalen mede de ranking van een site, maar zijn niet door trucjes met de webpagina zelf te beïnvloeden. Denk bijvoorbeeld aan linkpopulariteit. Met name Google houdt hier sterk rekening mee. Dus: hoe meer pagina's (van andere sites) naar uw eigen pagina linken, hoe beter de positionering van uw pagina. Hoe krijgt u dit nu voor elkaar? U kunt andere sites naar de uwe laten linken via aanmeldingen bij webgidsen bijvoorbeeld, door deelname aan webrings, met behulp van blogs of maak onderlinge afspraken met webbeheerders van gelijksoortige sites om wederzijdse links op te nemen. Het heeft geen zin zelf een hele serie pagina's (vol met links naar uw site) aan te maken bij hosts als Geocities; zoekrobots houden namelijk ook rekening met de kwaliteit en de context van de linksites en gratis hosts staan niet bepaald in hoog aanzien. Snel weten hoe populair uw site nu is? Ga naar een gratis service als www.linkpopularity.com. U kunt dat echter ook te weten komen via de zoekrobots zelf (bij Google en AltaVista met link:www.uwsite.com en bij Hotbot met linkdomain:www.uwsite.com). Naast de linkpopulariteit houden steeds meer zoekrobots ook rekening met de klikpopulariteit: hoe meer mensen (met verschillend ip-adres) uw link in de hitlist aanklikken, hoe hoger uw pagina scoort. Autosubmitters bij de vleet Autosubmitters Hebt u alle adviezen opgevolgd, dan moet u de pagina's alleen nog aanmelden. Uiteraard meldt u de homepage (of brugpagina's?) van uw website aan, maar het kan geen kwaad nog een paar extra pagina's mee aan te melden. Overdrijf echter niet en meld vooral de belangrijkste pagina's én die met de meeste links naar andere pagina's van uw site (zoals de sitemap). Zoals gezegd kunt u hiervoor de aanmeldprocedure van de zoekrobot volgen (meestal via een Submit-knop), maar er bestaan ook diensten en tools die dergelijke aanmeldingen automatiseren. Gratis autosubmitters vindt u bijvoorbeeld op http://submitexpress.com/submit.hmtl. Verwacht overigens niet teveel van dergelijke (gratis) diensten. Heel vaak is het aantal zoekrobots dat ze aandoen beperkt en een aantal zoekrobots bemoeilijkt zelfs aanmelding via een autosubmitter. Sommige diensten melden uw site ook aan bij minder fatsoenlijke zoekrobots en het is maar de vraag of u uw site daar wel wilt zien opduiken. Een van de betere tools is ongetwijfeld WebPosition Gold 2 (gratis beperkte proefversie op www.webposition.com). Deze tool profileert zich als een alomvattende seo-tool: de autosubmitter heeft namelijk ook een taakplanner ingebouwd waarmee hij geregeld controleert wat de ranking van uw webpagina bij verschillende zoekrobots is. U krijgt dan automatisch een melding als uw pagina onder een bepaalde positie zakt, zodat u alsnog uw seo-strategie kunt bijsturen. Conclusie Voor een goede ranking bij de belangrijkste zoekmachines hoeft u geen technische hoogstandjes uit te halen, en het hangt ook niet van geluk. De belangrijkste succesfactoren hebt u namelijk grotendeels zelf in hand: niet al te complexe webpagina's, met goed doordachte trefwoorden met een optimale dichtheid. Is de content van uw site dan ook nog eens interessant en zit het wel goed met de link- en klikpopulariteit, dan wordt uw site vanzelf een publiekstrekker. Dat neemt echter niet weg dat u de ranking van uw webpagina's bij de diverse zoekmachines regelmatig moet controleren en, waar nodig, moet bijsturen (bijvoorbeeld door de pagina of de trefwoorden aan te passen, eventueel gevolgd door een vernieuwde aanmelding). Veel succes!

▼ Volgende artikel
Slimme tweestapsverificatie: zo werk je met fysieke beveiligingssleutels
Zekerheid & gemak

Slimme tweestapsverificatie: zo werk je met fysieke beveiligingssleutels

Inloggen met enkel een wachtwoord blijft riskant. Steeds vaker stappen diensten daarom over op tweestapsverificatie of op volledig wachtwoordloos inloggen. In combinatie met een fysieke beveiligingssleutel leveren beide een nog robuustere bescherming op. Hoe werkt dit precies en wat zijn enkele concrete mogelijkheden?

We hoeven je niet meer uit te leggen dat inloggen met alleen een wachtwoord niet veilig is, zeker niet als je hetzelfde eenvoudige wachtwoord bij meerdere diensten gebruikt. Een wachtwoordbeheerder als Bitwarden helpt je wel complexere en verschillende wachtwoorden te gebruiken, maar de zwakheden blijven: wachtwoorden kunnen via phishing worden onderschept, bij een datalek buitgemaakt of met brute-force achterhaald. Daarom winnen alternatieve loginmethodes aan populariteit. Denk aan tweestapsverificatie, waarbij je naast je wachtwoord nog een extra factor gebruikt, zoals een code of biometrie, en aan wachtwoordloos inloggen, een methode op basis van een cryptografisch sleutelpaar. Beide methoden verhogen de beveiliging, maar met een fysieke beveiligingssleutel kun je het nog veiliger maken.

Fysieke sleutel

Zo’n fysieke sleutel is een stukje hardware van doorgaans zo’n 4 cm lang en 2 cm breed, enkele mm dik en met een gewicht van circa 4 gram. Er bestaan ook wel kleinere sleutels in de vorm van een usb-c-dongel, die nauwelijks uitsteken uit de poort van een computer. Verderop bekijken we enkele concrete, uiteenlopende toepassingen, maar hoe werkt zo’n sleutel eigenlijk?

Wanneer je een sleutel voor het eerst koppelt aan een dienst of account, wordt er een cryptografisch sleutelpaar aangemaakt. De private sleutel blijft altijd veilig in een aparte chip van de beveiligingssleutel, terwijl de publieke sleutel naar de server van de betreffende dienst wordt doorgestuurd. Wanneer je vervolgens inlogt op de site, vraagt de server via je browser de sleutel om een cryptografische handtekening te zetten.

De meeste beveiligingssleutels wegen slechts een paar gram en kun je altijd meenemen.

Veiligheid

De sleutel checkt daarbij welke domeinnaam in de browser actief is, bijvoorbeeld account.google.com, en zet de handtekening alleen als dit overeenkomt met het domein waarvoor je de sleutel eerder hebt geregistreerd. Daardoor is het systeem nagenoeg phishing-bestendig, in tegenstelling tot bijvoorbeeld sms- of OTP-codes. Zo’n code kun je immers ook op een valse site intypen, waarna een aanvaller deze meteen kan doorsturen naar de echte site. Bij wachtwoorden, sms en OTP bestaan bovendien gedeelde geheimen, zoals codes of hashes, die bij een datalek gestolen kunnen worden, terwijl er bij een fysieke sleutel zelfs bij een serverdatalek niets bruikbaars te halen valt. Een smartphone kan bovendien malware bevatten of gestolen worden, waardoor een aanvaller toegang kan forceren; een fysieke sleutel daarentegen bewaart de geheime sleutel veilig in een niet-uitleesbare chip.

Een beveiligingssleutel vormt (vaak samen met een wachtwoord) een solide log-in.

Nadelen

Zo’n fysieke sleutel geldt dus als een van de veiligste methoden, al zijn er ook enkele praktische nadelen. Zo moet je de sleutel bij je hebben tijdens het inloggen en bij verlies of diefstal riskeer je buitengesloten te raken als je geen back-up hebt, bijvoorbeeld in de vorm van back-upcodes of een tweede, veilig bewaarde sleutel. Bovendien ondersteunen nog niet alle sites of diensten zo’n sleutel. Op onder meer www.kwikr.nl/f2sup en www.kwikr.nl/yubisup vind je wel lijsten met diensten die via een of ander protocol inloggen met een fysieke sleutel ondersteunen. Tot slot kost een sleutel ook wel iets: tussen de 30 en 80 euro, afhankelijk van de ondersteunde functies en standaarden.

Yubico laat je kiezen tussen onder meer protocol, apptype en sleuteltype.
Meerdere protocollen

Er zijn verschillende producenten van beveiligingssleutels, zoals Feitian, Nitrokey, SoloKeys en Yubico, elk met een divers aanbod. In dit artikel focussen we op de populaire multi-protocol YubiKey 5-serie, die de protocollen FIDO U2F, FIDO2/WebAuthn, OTP, OpenPGP en PIV smartcard ondersteunt (zie ook www.kwikr.nl/yubi5). Zonder ons in technische details te verliezen, gaan we kort in op deze protocollen.

FIDO U2F (Fast IDentity Online Universal 2nd Factor) gebruikt de sleutel als tweede factor naast je wachtwoord. Bij het inloggen raak je de sleutel aan en die bewijst cryptografisch dat jij aanwezig bent. FIDO2/WebAuthn is de algemeen geaccepteerde opvolger van U2F, waarbij je niet alleen een tweede factor kunt gebruiken, maar ook volledig wachtwoordloos inlogt via een uniek sleutelpaar (passkeys). Met OTP (One-Time Password) kan de sleutel een eenmalige code genereren, zoals bij een authenticator-app. Je tikt de sleutel aan en er verschijnt een unieke code die je als extra log-infactor inzet. Met OpenPGP (Pretty Good Privacy) kan de sleutel je private PGP-sleutels opslaan, zodat je bijvoorbeeld e-mails kunt versleutelen en ondertekenen. Met PIV smartcard (Personal Identity Verification) functioneert de sleutel als slimme chipkaart, zoals een bedrijfsbadge. Je gebruikt dit bijvoorbeeld voor digitale handtekeningen, inloggen op Windows-domeinen of VPN-verbindingen. 

Inloggen via 2FA

We weten nu hoe een sleutel eruitziet, hoe die werkt en waarom die zo veilig is. Dat volstaat om er zelf mee aan de slag te gaan, in verschillende scenario’s en met diverse protocollen. In dit artikel gebruiken we een YubiKey 5(C) NFC die ongeveer 65 euro kost, maar je kunt ook andere sleutels inzetten zolang ze de vereiste protocollen ondersteunen. Sleutels die enkel FIDO U2F en FIDO2 ondersteunen, zijn al verkrijgbaar vanaf 15 euro.

Laten we als voorbeeld starten met de sleutel als tweede factor bij een Facebook-account. Hiervoor volstaat een sleutel met FIDO U2F, al accepteren niet alle diensten U2F. Zo vereisen Apple en Microsoft in dit geval een FIDO2-sleutel.

Meld je aan bij je Facebook-account via https://accountscenter.facebook.com. Ga in Accountinstellingen naar Wachtwoord en beveiliging. Open Tweestapsverificatie en selecteer je Facebook-account. Na het invullen van een verificatiecode via mail kies je de gewenste methode. Klik op Beveiligingssleutels en bevestig met Doorgaan. Na de controle van de beveiligingscode klik je op Beveiligingssleutel registreren. Selecteer Beveiligingssleutel, druk op Volgende en OK. Plaats de sleutel, raak deze even aan en klik opnieuw op OK. Bevestig ten slotte met je wachtwoord zodat de sleutel als tweede factor wordt toegevoegd.

De beveiligingssleutel is zojuist als tweede factor bij Facebook (Meta) toegevoegd.

2FA in Bitwarden

Zolang je nog met wachtwoorden werkt, is een wachtwoordbeheerder sterk aan te raden. Een degelijke en gratis te gebruiken tool is Bitwarden. We gaan ervan uit dat je deze hebt gedownload en geïnstalleerd (via www.kwikr.nl/bwpers; beschikbaar voor Windows, macOS en Linux) en dat je een Bitwarden-account hebt aangemaakt. Handig is ook de Bitwarden-browserextensie, die automatisch invullen en opslaan van wachtwoorden in je browser veel eenvoudiger maakt, maar daar gaan we hier niet verder op in. We bekijken hier namelijk vooral het koppelen van je fysieke sleutel aan je Bitwarden-account.

Meld je aan op https://vault.bitwarden.com. Open Instellingen en kies Beveiliging. Ga naar het tabblad Tweestapsaanmelding en klik op Beheren bij FIDO2 WebAuthn. Vul je Bitwarden-hoofdwachtwoord in en voer bij Naam een korte beschrijving van de sleutel in. Plaats je sleutel (via usb of NFC) en klik op Sleutel lezen. Als de sleutel om een pincode vraagt, vul je die in en raak je de sleutel kort aan. Bevestig met OK en klik op Opslaan zodat de sleutel wordt toegevoegd. Op dezelfde manier kun je ook een andere sleutel als reserve koppelen (zie ook verderop ‘10 Voorzorgsmaatregelen’). Bij het inloggen, ook via de Bitwarden-app, moet je nu naast je wachtwoord ook je sleutel gebruiken.

Bitwarden vraagt naast je wachtwoord ook om je beveiligingssleutel.

Inloggen met passkey

Steeds meer diensten ondersteunen wachtwoordloze aanmeldingen via toegangssleutels, oftewel passkeys. Wil je hiervoor je fysieke sleutel gebruiken, dan moet deze FIDO2/WebAuthn ondersteunen, waarbij de private sleutel van het cryptografische sleutelpaar op de sleutel zelf wordt bewaard. Om in te loggen hoef je de sleutel enkel te plaatsen of via NFC op je smartphone te gebruiken, als dit wordt ondersteund, en daarna te bevestigen met pincode en aanraaksensor. Kortom, je sleutel wordt je loginmiddel. We tonen dit met een Google-account.

Log in via https://myaccount.google.com. Ga naar Beveiliging en klik bij Inloggen bij Google op Tweestapsverificatie. Klik indien nodig op Tweestapsverificatie aanzetten. Voeg desgewenst een telefoonnummer toe en klik bij Toegangssleutels en beveiligingssleutels op Beveiligingssleutel toevoegen. Klik vervolgens op + Toegangssleutel maken en kies Ander apparaat gebruiken. Selecteer in het pop-upvenster Beveiligingssleutel. Druk op Volgende en daarna tweemaal op OK. Plaats nu de sleutel en voer de pincode in, of maak een nieuwe aan als de sleutel nieuw of gereset is. Bevestig met OK en raak de sleutel kort aan. De sleutel staat nu in de lijst met toegangssleutels in je Google-account.

Wanneer je je daarna bij Google afmeldt en opnieuw aanmeldt, zul je merken dat je je wachtwoord – op ondersteunde browsers en platformen – niet meer hoeft in te geven en met de sleutel kunt aanmelden. Google acht deze methode namelijk veilig genoeg. Wil je dit toch niet, open dan opnieuw Beveiliging, klik bij Inloggen bij Google op Wachtwoord overslaan als dat mogelijk is en schakel deze optie uit. Je sleutel fungeert dan enkel nog als tweede factor, waarvoor in principe FIDO U2F volstaat.

De beveiligingssleutel is zojuist aan ons Google-account toegevoegd.

Passkey bij Microsoft

Bij veel diensten werkt het koppelen vergelijkbaar als bij Google. We tonen je wel kort hoe je een beveiligingssleutel inzet in een wachtwoordloze oplossing bij Microsoft, die hiervoor een wat eigenzinnige werkwijze en terminologie hanteert.

Meld je aan via https://account.microsoft.comen open Beveiliging. Klik op Beheren hoe ik me aanmeld en kies Een methode voor aanmelden of verifiëren kiezen. Selecteer Gezicht, vingerafdruk, pincode of beveiligingssleutel en kies Beveiligingssleutel. Druk op Volgende en daarna tweemaal op OK, plaats de sleutel, voer desgevraagd de pincode in en raak de sleutel aan. Klik opnieuw op OK, geef de sleutel een naam en bevestig met Volgende en OK. De sleutel verschijnt nu in de lijst bij Een wachtwoordcode gebruiken (waar je hem ook kunt hernoemen of verwijderen). Je kunt de sleutel vanaf nu als tweede inlogfactor inzetten, ook op andere apparaten.

Wil je de sleutel volledig wachtwoordloos gebruiken, dan verplicht Microsoft je eerst de Microsoft Authenticator-app te installeren en hier via de plusknop je Microsoft-account toe te voegen. Klik daarna op je accountpagina in de rubriek Beveiliging op Inschakelen bij Account zonder wachtwoord en druk op Volgende. In de Authenticator-app verschijnt nu een melding die je bevestigt met Goedkeuren, waarna op de website wordt gemeld dat je wachtwoord is verwijderd. Voortaan kun je ook zonder wachtwoord inloggen, met je beveiligingssleutel.

Het opzetten van een wachtwoordloze login via je beveiligingssleutel bij Microsoft is wat complexer.
Lokaal Windows-account

Het leek veelbelovend: open je in Windows de Instellingen en ga je naar Accounts / Aanmeldingsopties, dan zie je wellicht Beveiligingssleutel staan. Voor lokale of persoonlijke Microsoft-accounts werkt dit helaas niet. Dit blijkt enkel mogelijk bij zakelijke Active Directory- of Entra ID-accounts.

Heb je een compatibele Yubico-sleutel, zoals de YubiKey 5(C) NFC, dan kun je deze wel als tweede inlogfactor gebruiken voor een lokaal Windows-account. Hiervoor heb je de gratis tool Yubico Login for Windows nodig (www.kwikr.nl/yubilogin). Zorg wel dat je de gebruikersnaam en het wachtwoord van het lokale account kent. Installeer de tool en herstart Windows. Meld je daarna aan met je lokale account via de optie Yubico Login en start de app Login Configuration als administrator. Gemakshalve kun je Express configuration kiezen. Plaats de sleutel en volg de instructies (zie ook www.kwikr.nl/yubiwin). Bewaar de herstelcode zorgvuldig. Voor de gekozen gebruiker is voortaan naast gebruikersnaam en wachtwoord ook de beveiligingssleutel vereist.

Je kunt een YubiKey ook als tweede factor inzetten voor je Windows-login.

Inloggen met TOTP

Als je beveiligingssleutel ook OATH-TOTP ondersteunt (Initiative for Open AuTHentication - Time-based One-Time Password), kun je die gebruiken om een eenmalige code te genereren, net als met authenticator-apps van Google, Microsoft, Proton of Authy. Veel apps en diensten ondersteunen deze 2FA-methode.

We nemen Dropbox als voorbeeld. Meld je aan op www.dropbox.com, klik op je profielicoon rechtsboven, kies Instellingen en open het tabblad Beveiliging. Schakel Tweestapsverificatie in, selecteer Authenticatie-app en druk op Verzenden. Je ziet nu een QR-code en de bijbehorende geheime sleutel.

Download en installeer vervolgens de gratis app Yubico Authenticator (www.kwikr.nl/yubiauth). Start de app, plaats je beveiligingssleutel en open Accounts. Klik op Add account en kies Scan QR code als je een camera hebt, of voer de geheime code handmatig in bij Secret Key. Vul bij Issuer bijvoorbeeld Dropbox in en bij Account name het e-mailadres van je Dropbox-account. Bevestig met Save. In de app verschijnt een cijfercode die je op de Dropbox-site invult bij Bevestigingscode. Noteer de herstelcodes, bewaar ze goed en rond af met Voltooien.

Bij het aanmelden op Dropbox tik je eerst je wachtwoord in en daarna de actuele eenmalige code die je in Yubico Authenticator bij je Dropbox-account ziet.

Net als veel andere diensten ondersteunt ook Dropbox TOTP (op een beveiligingssleutel) als 2FA-methode.

Challenge/Response

Tot slot tonen we je nog de challenge-response-methode. Hierbij genereert een dienst of app een willekeurige wiskundige vraag (challenge) in de vorm van een bitreeks. Deze gaat naar je beveiligingssleutel, die de overeenkomstige cryptografische response berekent en terugstuurt. Als de codes overeenkomen, krijg je toegang. We lichten dit kort toe voor de gratis wachtwoordbeheerder KeePassXC (www.keepassxc.org; Windows, macOS, Linux) om een lokaal bewaarde wachtwoordkluis te openen.

Verschillende sleutels ondersteunen deze methode, waaronder de meeste YubiKeys. Download en installeer voor zo’n sleutel eerst de gratis YubiKey Manager (zie kader ‘Sleutelbeheer’). Start de app, ga naar Applications/OTP en klik op Configure bij een vrij slot. Kies Challenge-response, klik op Generate voor de geheime sleutel, zet eventueel een vinkje bij Require touch voor extra veiligheid en sluit af met Finish.

Open vervolgens KeePassXC en laad je database. Ga naar Database / Database beveiliging, kies Aanvullende bescherming toevoegen / Challenge-Response toevoegen, selecteer het juiste slot van je geplaatste sleutel en bevestig met OK. Voortaan is je wachtwoordkluis enkel toegankelijk met je wachtwoord en je beveiligingssleutel.

Je (lokale) wachtwoordkluis is voortaan alleen toegankelijk met je beveiligingssleutel.
Sleutelbeheer

Beschik je over een beveiligingssleutel, dan zul je vroeg of laat de beheertool van de producent nodig hebben. Als voorbeeld nemen we de YubiKey Manager (www.kwikr.nl/yuman), die je het best als administrator opstart. Hiermee kun je functies of interfaces uitschakelen (OTP, FIDO U2F, FIDO2, OpenPGP, PIV en OATH), een pincode instellen of resetten voor FIDO2 of PIV, statische wachtwoorden of OTP-slots programmeren en certificaten beheren in PIV-modus (smartcardfunctie).

In de beheertool kun je ook specifieke protocollen uitschakelen, mocht je dat willen (hier: YubiKey Manager).

Voorzorgsmaatregelen

In het artikel hebben we al, ook tussen de regels door, enkele tips gegeven om (veiligheids)problemen te vermijden. We sommen ze kort nog even op.

Zo registreer je best altijd twee fysieke sleutels bij elke dienst, zodat je bij verlies of diefstal via de back-upsleutel toegang behoudt. Bewaar deze op een veilige plaats en test af en toe of de sleutel nog werkt. Activeer daarnaast bij elke dienst een alternatieve 2FA- of noodmethode, zoals TOTP-toegang via een authenticator-app, en druk back-upcodes af die je veilig bewaart. Zo kun je ook zonder sleutel nog aanmelden, al is dit wat minder robuust. Tot slot, ook al beschermt een beveiligingssleutel je technisch goed tegen phishing, blijf alert. Krijg je bijvoorbeeld een onverwachte vraag om de PIN-code van je sleutel in te voeren, wees dan op je hoede.

Heel wat diensten voorzien in (eenmalige) back-upcodes (hier: Google).
▼ Volgende artikel
Review Tefal Snack Collection - klein formaat, veel mogelijkheden
© Tefal
Huis

Review Tefal Snack Collection - klein formaat, veel mogelijkheden

Tefal lanceert een compact model tosti-ijzer dat met allerlei extra platensets te gebruiken is voor allerlei gerechten: van panini's en wafels in allerlei vormen en maten tot aan donuts en madeleines. Is de Snack Collection echt zo veelzijdig? ID.nl ging ermee aan de slag.

Uitstekend
Conclusie

De Tefal Snack Collection is een compact tosti-apparaat met verwisselbare platen, bedoeld voor wie met één toestel meerdere snacks wil bereiden. In de test leverde het apparaat goede resultaten met tosti’s en panini’s; de platen klikken stevig vast, zijn uitneembaar en vaatwasserbestendig. Met zijn kleine formaat, snoeropbergsysteem, 700 watt vermogen, maximale temperatuur van 230 graden en voorverwarm-indicator is het toestel praktisch, al is het grillvlak aan de krappe kant en is de temperatuur niet instelbaar. Per saldo is dit een ruimtebesparende keuze voor tostiliefhebbers die graag variëren.

Plus- en minpunten
  • Compact formaat en makkelijk opbergen
  • Goede grill-prestaties
  • Veel uitbreidingsmogelijkheden
  • Opwarmen duurt zo'n 4 minuten
  • Temperatuur niet instelbaar

Tafelgrills en tosti-apparaten zijn in bijna elk huishouden te vinden. Vaak gaat het om apparaten met een geribbelde grillplaat boven en onder, waar je je tosti tussen legt om die een paar minuten erna bruin en krokant uit te halen, met een lekker warme vulling. Het zijn eenvoudige apparaten die goed zijn in waarvoor ze ontwikkeld zijn. Meer dan je tosti erin maken kan vaak niet. Tefal komt nu met de compacte Snack Collection, een apparaat dat je koopt met twee bijgeleverde typen grillplaten en nog eens kunt uitbreiden door losse sets erbij te kopen.

©Saskia van Weert

Testexemplaar en meegeleverde platen

Ter review ontving de redactie een blauw testmodel, voorzien van twee grill/panini-platen (één boven, één onder in het apparaat) en twee platen om Brusselse wafels mee te maken. De Snack Collection is met zijn 28,5 centimeter breedte, 20,6 centimeter lengte en 34,5 centimeter hoogte een betrekkelijk klein apparaat dat makkelijk op te bergen is. Het snoer is aan de onderkant op te bergen, er zit een aan-uitknop aan de voorzijde, net als een vergrendeling om het ijzer op slot te zetten. Ook zit er een lampje aan de voorzijde dat groen oplicht als het apparaat is voorverwarmd. Hij heeft een vermogen van 700 watt en een maximale temperatuur van 230 graden. De temperatuur is niet handmatig in te stellen.

©Saskia van Weert

Inhoud van de doos en wisselen van platen

In de machine zit al een set grillplaten. Verder vind je in de doos twee verpakkingen die nog het meest doen denken aan videobandhoezen van vroeger. Ze zijn van harde kunststof en gaan wat lastig open. De ene doos is uiteraard leeg, want daar zaten de panini-platen in, maar we vinden er wel een receptenboekje in. In de andere doos zit de uitbreiding; in ons testexemplaar zijn dat de wafelplaten. De platen zijn los te halen uit de machine via een knopje boven en onder, en de platen kunnen er op maar één manier in vastklikken. Je kunt ze dus niet verkeerd bevestigen. Ze mogen in de vaatwasser; de machine zelf uiteraard niet.

©Saskia van Weert

Gebruik en bediening

Zoals wel vaker bij dit type apparaten is de werking enorm simpel. Je bevestigt de gewenste platen in de machine, doet de stekker in het stopcontact en zet hem aan. Dan wacht je tot het groene lampje aangaat, open je de machine, doe je je gerecht erin, sluit je alles weer netjes en wacht je tot je eten klaar is. Eet smakelijk!

©Saskia van Weert

Test: tosti's

De bijgeleverde grill/panini-plaat is net wat te klein voor een reguliere tosti van boterhammen uit de supermarkt; het korstje steekt net wat boven de plaat uit. Maar dat bleek voor het resultaat niet uit te maken: alle geteste tosti’s kwamen prima uit de Tefal. Opwarmen duurde wel wat lang, ongeveer 4 minuten.

Lees ook: Gezonde tosti’s om de hele middag op door te gaan

Brand je handen niet!

Gebruik een tang om je tosti's te serveren

Test: panini

De test met een panini had wat voeten in de aarde. De supermarkten in onze woonplaats verkochten geen panini-broodjes, maar een XL-shop in een andere plaats wel. Panini-broodjes zijn hoger dan normale afbakbroodjes en standaard voorzien van grillstrepen. Het deksel van de Snack Collection moest wel wat worden aangedrukt om de machine te kunnen sluiten met de vergrendeling, maar ook dat verliep verder prima.

Schoonmaken en opbergen 

De platen komen weer brandschoon uit de vaatwasser en klikken makkelijk vast in het apparaat. Door de betrekkelijk kleine afmetingen van dit keukenapparaat is het makkelijk op te bergen.

©Tefal

Uitbreidingssets (assortiment)

Dan de uitbreidingssets. Deze hebben we niet kunnen testen, maar zijn uiteraard te bekijken via de site van Tefal. Er is een aantal platen voor tosti’s in bijzondere vormen, zoals een schelpvorm of juist meteen als driehoek. Verder zijn er onder meer vormen voor bagels te verkrijgen. Tefal mikt duidelijk op een internationaal publiek, want er is ook een vorm voor madeleines (Franse zoete cakejes) verkrijgbaar.

Conclusie

De Tefal Snack Collection is een compact tosti-apparaat met verwisselbare platen, bedoeld voor wie met één toestel meerdere snacks wil maken. In de test leverde het apparaat nette resultaten op: tosti's kwamen goed uit de grill en panini's lukten eveneens prima na het sluiten met de vergrendeling. De platen klikken stevig vast, zijn uitneembaar en kunnen in de vaatwasser. Dankzij het kleine formaat en het opbergsysteem voor het snoer is het toestel eenvoudig weg te zetten. Het apparaat heeft een vermogen van 700 watt, een maximale temperatuur van 230 graden en een indicatielampje dat aangeeft wanneer voorverwarmen is voltooid.

Aandachtspunten: het grillvlak is aan de krappe kant voor standaardboterhammen, de opwarmtijd ligt rond de 4 minuten en de temperatuur is niet handmatig regelbaar. De uitbreidingsmogelijkheden zijn groot (onder meer wafels, donuts, madeleines en bagels), maar deze extra platen zijn in deze test niet inhoudelijk beoordeeld.

Per saldo is de Snack Collection een praktisch en ruimtebesparend apparaat voor de liefhebbers van tosti's die ook graag eens experimenteren met andere bereidingen.