ID.nl logo
Hama USB-C-dockingstation met notebookstand: handig hulpmiddel
© Reshift Digital
Zekerheid & gemak

Hama USB-C-dockingstation met notebookstand: handig hulpmiddel

Of je nu thuis werkt of op kantoor, in beide gevallen kan een laptopstand voor veel rust en ruimte zorgen op je bureau. Helemaal wanneer die laptopstand een aantal aansluitingen heeft waar je laptop niet over beschikt. De Hama USB-C-dockingstation met notebookstand kan die rust wellicht bieden. De accessoire is overigens ook met een tablet (met gekoppeld toetsenbord) te gebruiken.

De Hama USB-C-dockingstation met notebookstand is een laptop- en tabletstand die beschikt over een groot aantal aansluitingen. Het stevige, aluminium frame is voorzien van twee usb-c-poorten, vier usb-a-poorten, twee hdmi-poorten, slots voor een micro-sd- en een gewone sd-kaart, een vga-aansluiting, een ethernetpoort en een audiojack. De accessoire wordt geleverd met een usb-c-kabel, waarmee je hem aansluit op een laptop of tablet. Eén usb-c-poort ben je dus al kwijt, maar over het geheel genomen lever je er eigenlijk niet eentje in. Dus dat is prima, afhankelijk van je situatie.

©PXimport

Hama USB-C-dockingstation met notebookstand gebruiken

Het installeren van de Hama USB-C-dockingstation met notebookstand is een kwestie van plug and play. Je stopt de meegeleverde usb-c-kabel in je laptop of tablet en in de accessoire en kunt meteen beginnen met koppelen. Je koppelt tot twee monitors aan een tablet of laptop, bijvoorbeeld, zonder daarvoor de beschikbare poorten op je laptop te gebruiken. Heeft dat een voordeel? Zeker weten: je werkt de kabels namelijk netter weg. Meestal hebben laptops hdmi-poorten aan de zijkant zitten, waardoor er dus kabels uit steken. De hdmi-poorten van de Hama USB-C-dockingstation met notebookstand zitten in de basis van de accessoire, en werk je netjes via de onderkant weg.

©PXimport

Dat laatste geldt overigens ook voor de vga-aansluiting, mocht je die echt nog nodig hebben, en de ethernetpoort. Op datzelfde stukje zitten ook de usb-c-aansluitingen. Het zijn typische aansluitingen waar je zelden van kabel hoeft te wisselen, daarom is het goed om te zien dat je die netjes kunt wegwerken. Voorop zitten andersoortige aansluitingen, die je wel degelijk vaker gebruikt. Denk dan aan de slots voor de twee soorten sd-kaarten, de audiojack en twee usb-poorten. De andere twee usb-a-poorten zitten overigens aan de zijkanten van de voet. Die twee poorten zijn minder toegankelijk dan je zou willen, maar dat is afhankelijk van de grootte van je laptop of toetsenbord.

©PXimport

De hdmi-poorten ondersteunen beeldsignalen tot 4k (ultra hd) op dertig frames per seconde. De vga-poort blijft steken op 1080p op 60 Hertz, wat niet vreemd is. De lan-poort ondersteunt snelheden tot 1 Gbps, terwijl één van de usb-c-poorten USB Power-Delivery (USD PD) support. Daardoor kun je een tablet of laptop opladen via een usb-c-kabel en adapter. Via MST (Multi-Stream-Transport) sluit je dus meerdere schermen aan wanneer je een usb-c-kabel gebruikt tussen je laptop/tablet en de accessoire. Tot slot is het goed om te weten dat de kaartlezers kaarten tot 2 TB aan ruimte kunnen hebben. Dat is dus iets om rekening mee te houden. Gezien de prijzen van (micro-)sd-kaarten, zal menig gebruiker niet snel tegen dit limiet aanlopen, dus een groot obstakel is het niet.

Voor wie is de stand bedoeld?

De Hama USB-C-dockingstation met notebookstand is met name geschikt voor mensen met tablets en laptops die verder niet zo heel veel aansluitingen hebben of gewoonweg aansluitingen tekortkomen. Aangezien we de laatste jaren meer op convertibles en hybrides (tablets die in laptops veranderen en andersom) zijn gaan werken en op aansluitingen hebben moeten inleveren, kan een dockingstation met veel aansluitingen uitkomst bieden. Je krijgt immers toegang tot aansluitingen die je mist of al gebruikt en dat zorgt natuurlijk uiteindelijk voor een fijnere werksituatie. Helemaal als je de kabels dan nog een beetje netjes kunt wegwerken, zoals met dit product.

©PXimport

Om volledig gebruik te kunnen maken van de Hama USB-C-dockingstation met notebookstand, moet je hem wel aansluiten via de usb-c-kabel. We zeggen het er maar even voor de zekerheid bij. Want wanneer je de Hama USB-C-dockingstation met notebookstand aansluit met een usb-a-naar-usb-c-kabel, dan werken alleen de extra usb-a-poorten. De usb-a-poort op je laptop ondersteunt de overige functionaliteit simpelweg niet. Een adapter gebruiken lost het probleem niet op. Heb je een laptop zonder usb-c-aansluiting en wil je het maximale uit dit product halen, dan kun je hem beter overslaan. Er zijn andere producten die het aantal usb-a-poorten voor je kunnen uitbreiden.

Tot slot is het design van je laptop of tablet met toetsenbord belangrijk. Op de Hama USB-C-dockingstation met notebookstand zit namelijk een strip met een korte stap waar een brede voet onder het toetsenbordgedeelte van het apparaat tegenaan rust. Maar wanneer die strip laag zit, zakt heel het systeem naar beneden. Dat is logisch, maar in sommige gevallen bedekt het apparaat dan ook de aansluitingen voorop. Toegegeven, het ziet er daardoor netjes en opgeruimd uit, maar tegelijkertijd zijn de aansluitingen voorop minder toegankelijk. Het resultaat: je moet vaak je laptop of toetsenbord optillen om iets voor elkaar te krijgen en dat werkt gewoon niet.

©PXimport

Kopen of laten staan?

De Hama USB-C-dockingstation met notebookstand is in de basis een fijn product. De accessoire is zeer geschikt voor iedereen met een werktablet of een moderne laptop, die op z’n minst voorzien is van één usb-c-aansluiting. Je krijgt dan toegang tot twaalf (eigenlijk elf, maar technisch gezien lever je niets in) aansluitingen, die het werken daadwerkelijk gemakkelijker maken. Tel daarbij op het aluminium frame flexibel en stevig is en op nette en toegankelijke wijze toegang biedt tot veel functies en je hebt een product die we voor een specifieke groep mensen aanbevelen.

Beschik je niet over een laptop met usb-c-aansluiting, dan kun je dit product beter laten liggen. Het gros van de aansluitingen werkt namelijk niet. Je krijgt wel toegang tot vier usb-a-aansluitingen, maar dan kun je beter een accessoire kopen die simpelweg het aantal usb-a-aansluitingen uitbreidt. Bovendien speelt het design van je laptop of tablet met toetsenbord een grote rol. Zakt het apparaat namelijk te ver naar beneden, dan zit die de aansluitingen voorop in de weg. Dat gezegd hebbende: heb je een laptop of tablet met usb-c aan boord? Dan is dit een te handige accessoire voor je (thuis)werk.

Goed
Conclusie

Dockingstation met in totaal dertien aansluitingen: * 4 x usb-a * 2 x usb-c * 2 x hdmi * 1 x micro-sd-kaartsleuf * 1 x sd-kaartsleuf * 1 x audiojack * 1 x ethernetpoort * 1 x vga-poort

Plus- en minpunten
  • Veel extra aansluitingen
  • Flexibel, aluminium frame
  • Kabels netjes weg te werken
  • Aansluitingen soms moeilijk bereikbaar
  • Werkt niet zonder usb-c-poort
▼ Volgende artikel
Smartphone-abonnement kiezen: dit is het verschil tussen providers en virtuele providers
© Scanrail - stock.adobe.com
Huis

Smartphone-abonnement kiezen: dit is het verschil tussen providers en virtuele providers

Wie op zoek gaat naar een nieuw mobiel abonnement, komt al snel bekende namen tegen als KPN, Vodafone en Odido. Maar daarnaast kun je ook kiezen voor andere aanbieders op, zoals Simyo, Ben of Youfone. Die lijken misschien op gewone providers, maar dat zijn zogeheten virtuele providers. Wat is precies het verschil, en waar kies je als consument het best voor?

In dit artikel

We leggen uit wat het verschil is tussen providers en virtuele providers, en hoe dat invloed heeft op je smartphone-abonnement. Je leest welke netwerken er in Nederland actief zijn, hoe virtuele aanbieders zoals Simyo, Ben en Youfone werken en waarom ze vaak goedkoper zijn. Ook bespreken we de belangrijkste voor- en nadelen van virtuele providers, en wat dat betekent voor zaken als internetsnelheid, service en de aanschaf van een nieuwe smartphone. Tot slot komt kijken we ook nog naar eSIM, de digitale simkaart.

Waar voor je geld: 5 smartphones met eSim voor minder dan 400 euro

De drie netwerken in Nederland

In Nederland zijn er drie bedrijven met een eigen mobiel netwerk: KPN, Vodafone en Odido. Zij bezitten de zendmasten, frequenties en infrastructuur waarmee mobiele communicatie mogelijk is. Deze partijen worden de netwerkproviders genoemd. Hun netwerken dekken vrijwel het hele land en worden continu uitgebreid met nieuwe technologie, zoals 5G.

Wat virtuele providers doen

Virtuele providers, ook wel MVNO's genoemd (Mobile Virtual Network Operators), maken gebruik van het netwerk van een van deze drie aanbieders. Ze hebben dus geen eigen zendmasten, maar kopen netwerkcapaciteit in en bieden die onder hun eigen naam aan. Bekende voorbeelden zijn Simyo (op het netwerk van KPN), Ben (Odido) en hollandsnieuwe (Vodafone).

Ze regelen zelf de klantenservice, abonnementen, facturering en vaak ook extra diensten, maar het dataverkeer en bellen lopen volledig via het netwerk van de hoofdprovider.

Virtuele providerNetwerk van
Budget MobielKPN
LebaraKPN
SimyoKPN
YoufoneKPN
BenOdido
SimpelOdido
hollandsnieuweVodafone
50+ MobielVodafone

Voordelen van virtuele providers

Virtuele providers staan bekend om hun lagere prijzen. Doordat ze geen eigen netwerk hoeven te onderhouden, kunnen ze de kosten laag houden. Ook zijn ze vaak flexibel: je kunt maandelijks opzeggen, zelf je databundel aanpassen of extra opties in- en uitschakelen. Dat spreekt vooral consumenten aan die niet vast willen zitten aan een duur abonnement.

Een ander voordeel is eenvoud. Virtuele providers richten zich vaak op één duidelijk aanbod zonder allerlei combinatiedeals of ingewikkelde voorwaarden. Bovendien profiteer je als klant indirect van de netwerkverbeteringen van de hoofdprovider: als KPN zijn 5G-dekking uitbreidt, geldt dat ook voor Simyo-gebruikers.

Nadelen ten opzichte van netwerkproviders

Er zitten ook verschillen in wat je krijgt. Virtuele providers hebben meestal minder aanvullende diensten, zoals tv-pakketten, internationale bundels of toegang tot exclusieve hotspots. Ze bieden zelden nieuwe smartphones aan in combinatie met een abonnement; vaak gaat het om sim-only.

Daarnaast kan de snelheid of prioriteit op het netwerk iets lager liggen. Hoewel je technisch op hetzelfde netwerk zit, krijgen klanten van de hoofdprovider soms voorrang bij piekdrukte. Dat merk je vooral op drukke plekken of tijdens evenementen.

Tot slot zijn er verschillen in klantenservice. Virtuele aanbieders werken vaak met goedkopere, grotendeels online dienstverlening. Dat houdt de prijs laag, maar betekent ook dat persoonlijke hulp via telefoon of winkel beperkt kan zijn.

Wat past bij jou?

Wie veel reist, de nieuwste telefoon wil combineren met een abonnement of extra diensten zoals tv en internet belangrijk vindt, zit goed bij een van de drie netwerkproviders. Wie vooral een betrouwbare en betaalbare mobiele verbinding zoekt en weinig behoefte heeft aan toeters en bellen, vindt bij een virtuele provider vaak een gunstiger aanbod.

Kort samengevat: de netwerkprovider bouwt en beheert het mobiele netwerk, de virtuele provider gebruikt dat netwerk om voordeligere en flexibelere abonnementen aan te bieden. Beide werken dus samen, maar richten zich op een ander type gebruiker.

©Denys Prykhodov

Virtuele providers en eSIM

Steeds meer virtuele providers bieden tegenwoordig ook eSIM aan. Dat is de digitale variant van de traditionele simkaart, die je niet meer fysiek hoeft te plaatsen. Je activeert de eSIM via een QR-code of app en kunt zo binnen enkele minuten overstappen van provider of een tweede abonnement toevoegen, bijvoorbeeld voor werk of reizen.

Bij de grote netwerkproviders is eSIM inmiddels standaard, maar ook steeds meer virtuele aanbieders doen mee. Simyo, Youfone en Ben ondersteunen eSIM bijvoorbeeld al. 50+ Mobiel en Lebara bieden het nog niet aan, al wordt dat in de toekomst wel verwacht. Goed om te weten: de eSIM-ondersteuning bij virtuele providers wordt regelmatig uitgebreid, dus wat vandaag nog niet beschikbaar is, kan morgen al mogelijk zijn.

Nieuw abonnement, nieuwe smartphone?

Nieuw hoesje!
▼ Volgende artikel
Na storm Benjamin: zo controleer je je huis en meld je stormschade
© ronstik | Adobe Stock
Huis

Na storm Benjamin: zo controleer je je huis en meld je stormschade

Het is verstandig om na een zware storm zoals storm Benjamin je woning, tuin of bijgebouwen goed te inspecteren. Zodra de wind is gaan liggen, kun je dan tijdig ontdekken of er schade is ontstaan die hersteld moet worden. Zo voorkom je dat wat een kleine schade lijkt, alsnog uitgroeit tot een groot probleem, en kun je je verzekeraar tijdig inlichten.

In dit artikel lees je over

● Controleren op stormschade: De buitenkant van je huis | Eventuele zonnepanelen | De binnenkant van je huis |Je tuin, terras of balkon
● Stormschade voorkomen
● Stormschade melden bij de verzekering

Lees ook: Het stormt! Hoe zit het ook alweer met code rood, code oranje en code geel?


Buitenkant van het huis

Begin met een ronde om het huis en inspecteer het dak. Controleer of alle dakpannen nog heel zijn en stevig vastzitten. Kijk ook naar de dakgoten en regenpijpen. Zitten deze nog goed vast en zijn ze niet verstopt door takken, bladeren of andere rommel, zodat het regenwater goed kan weglopen? Controleer daarna alle ramen en deuren. Is er geen schade aan het glas of de kozijnen? Sluiten de deuren en ramen nog goed? Bekijk ook de muren en gevels. Zijn er scheuren of andere beschadigingen ontstaan, bijvoorbeeld door een boom die tegen de gevel is gewaaid? Zorg dat je loszittend voegwerk zo snel mogelijk herstelt of laat herstellen om verdere schade te voorkomen.

©stylefoto24

Zonnepanelen en storm

Zonnepanelen zitten gelukkig goed bevestigd, maar bij echt zware storm kunnen ze toch losgetrokken worden of anderszins beschadigd raken, bijvoorbeeld door een boom of rondvliegende dakpannen die op het dak (en de zonnepanelen) vallen. Het is altijd verstandig om nog eens nauwkeurig de voorwaarden van je woonverzekering/opstalverzekering door te lezen en om te kijken wat er qua stormschade wel en wat er niet vergoed wordt door je woonverzekering. Je zou zelfs kunnen overwegen een [speciale zonnepanelen-verzekering](https://id.nl/energie-en-klimaat/elektriciteit/zonnepanelen/zonnepanelen-verzekeren-is-het-nodig-om-een-verzekering-af-te-sluiten) af te sluiten.

Lees ook: Het regent, het regent … zo voorkom je wateroverlast

Binnenkant van het huis

Binnen werk je van boven naar beneden. Begin op de zolder. Zoek naar lekkages of vochtplekken die kunnen wijzen op dakschade. Inspecteer muren en plafonds in alle kamers, op zoek naar scheuren en andere beschadigingen. Heeft het tijdens de storm ook geonweerd en gebliksemd? Test of elektrische schakelaars en stopcontacten nog correct werken. Is er blikseminslag in de buurt geweest? Dat kan zorgen voor piekspanning, waardoor elektrische apparaten beschadigd kunnen zijn geraakt. Controleer die dus ook.

Om het huis: tuin, terras, en schutting

Loop ook een rondje om je huis en kijk of schuttingen en tuinhekken nog intact en stevig zijn. Controleer het terras en de tuinmeubels op stormschade. Kijk of losse spullen, zoals vuilcontainers en bloempotten, nog op hun plek staan en zet ze eventueel terug. Verzamel losse afgewaaide takken. Heb je bomen in of om je tuin staan? Controleer goed of ze nog stevig geworteld zijn. In januari dragen ze nauwelijks blad meer, maar zeker in de herfst of tegen het eind van de lente staan ze goed in het blad. Bij een storm kunnen ze dan instabiel worden: ze staan dan nu misschien wel overeind, maar zouden bij een volgende storm om kunnen gaan. Dreigt een boom om te vallen op de openbare weg? Bel dan de brandweer. Doe dat niet via 112 (dat nummer is echt alleen voor levensbedreigende situaties), maar via 0900-0904.

Lees ook: Schutting omvergeblazen? Zo herstel je hem

©Robertvt

Stormschade voorkomen

Er zijn gelukkig allerlei manieren om je huis beter stormbestendig te maken. Controleer dakpannen en goten regelmatig. Houd muren en schilderwerk in goede staat. Snoei bomen preventief voor het stormseizoen. Zet losse objecten in de tuin vast of berg ze tijdelijk op in de schuur of garage. Daarmee verklein je bij een volgende storm de kans op schade.

Lees ook:Zo maak je je dakgoot schoon

©Budimir Jevtic

Stappenplan stormschade melden

Heb je schade, neem dan zo snel mogelijk contact op met je verzekeraar. Dat kan meestal via de app en online, maar vaak kun je vanaf de website van je verzekeraar ook een papieren schadeformulier downloaden. Als je stormschade hebt aan je woning of bezittingen, is het voor de verzekering belangrijk om een duidelijk en gedetailleerd overzicht te hebben van de schade. Hier zijn de stappen die je moet volgen:

1. Fotografeer of film de schade

Zorg dat je foto's of video's maakt van alle schade voordat je iets opruimt of repareert. Dit geeft de verzekering een goed beeld van de impact van de storm.

2. Maak een lijst

Noteer alle beschadigde items en beschrijf de schade per item.

3. Bewaar beschadigde items

Gooi niets weg voordat de verzekering het heeft kunnen zien, tenzij het een gevaar oplevert voor de veiligheid.

4. Documenteer aankoopbewijzen

Als je deze hebt, voeg dan aankoopbewijzen of facturen toe van de beschadigde items om de waarde ervan aan te tonen.

5. Houd reparatiekosten bij

Als je noodreparaties moet uitvoeren, bewaar dan de bonnen en facturen van deze reparaties. Bel wel eerst met de verzekeraar: vaak kunnen zij zorgen dat er voor noodreparaties zo snel mogelijk iemand komt.

6. Contactinformatie van getuigen

Als buren of voorbijgangers schade hebben gezien, noteer dan hun contactgegevens. Zij kunnen eventueel je claim ondersteunen.

7. Datum, tijd en weer

Noteer de datum en de tijd (zo precies mogelijk) waarop de schade is ontstaan. Je kunt dan makkelijker aantonen dat het inderdaad tijdens een zware storm was, waardoor je claim meer kans maakt.

8. Correspondentie:

Bewaar een kopie van alle correspondentie met je verzekeraar, inclusief e-mails en brieven.

Vraag een offerte aan voor aannemers: