ID.nl logo
Huis

Arduino IDE: Ondersteuning voor ESP8266 en ESP32

Standaard ondersteunt Arduino IDE de meest voorkomende Arduino-bordjes. Maar net zoals je extra bibliotheken kunt installeren om functionaliteit toe te voegen, kun je ook ondersteuning voor extra bordjes toevoegen, zoals de populaire modules ESP8266 en ESP32. Lees hier hoe dat moet.

Arduino IDE en de standaardbibliotheken van Arduino zijn zo’n populair softwareplatform geworden, dat heel wat andere microcontrollerbordjes op het succes willen meeliften. Zo vind je op Wikipedia een uitgebreide lijst van Arduino-bordjes en compatibele systemen.

Sommige van deze bordjes zijn 100% compatibel met een officieel Arduino-bordje en kun je dan ook zonder extra benodigde stappen in Arduino IDE gebruiken. Voor andere bordjes moet je eerst extra ondersteuning aan Arduino IDE toevoegen.

Er zijn zelfs bordjes die origineel ontworpen zijn om te programmeren met een andere ontwikkelomgeving, maar waarvan de makers of de community later Arduino-ondersteuning hebben toegevoegd, omdat Arduino IDE zo populair is. De ESP8266 en ESP32 zijn voorbeelden van zulke bordjes die in de praktijk heel vaak geprogrammeerd worden in Arduino IDE in plaats van in de ESP-IDF van de maker Espressif.

Arduino Board Beheer

Standaard ondersteunt Arduino IDE alle officiële Arduino-bordjes met Atmel AVR-microcontroller en de bordjes van andere producenten die daar 100% compatibel mee zijn. Daardoor kun je met de meest voorkomende Arduino-bordjes onmiddellijk aan de slag in Arduino IDE.

Die ondersteuning voor (een familie van) bordjes zit in een afzonderlijk pakket, een Arduino-kern (‘core’). De beschikbare kernen krijg je te zien in het bordbeheer van Arduino IDE, dat je opent in het menu Hulpmiddelen / Board / Board Beheer (sic). Je ziet daar dat de eerste kern geïnstalleerd is, Arduino AVR Boards, en in de omschrijving krijg je een uitgebreide lijst van alle ondersteunde bordjes.

Gebruik je het Arduino-platform voor toepassingen die wat meer processorkracht of aansluitingsmogelijkheden nodig hebben, dan zet je waarschijnlijk de Arduino Due of een van de bordjes uit de MKR-familie in. Deze hebben geen AVR-microcontroller van 8 bits, maar zijn uitgerust met een ARM Cortex-processor van 32 bits, die niet in de standaard geïnstalleerde Arduino-kern ondersteund is.

©PXimport

In het bordbeheer voeg je die ondersteuning eenvoudig toe, te vergelijken met hoe je een bibliotheek installeert in het bibliotheekbeheer. Je zoekt eerst in de lijst welke kern je Arduino-bordje ondersteunt. Voor de Arduino Due is dat bijvoorbeeld Arduino SAM Boards (32-bits ARM Cortex-M3). Klik (na eventueel eerst een versie te kiezen) met rechts op Installeren en wacht even tot Arduino IDE de kern geïnstalleerd heeft.

Daarna kun je het bordbeheer sluiten en is je bordje beschikbaar in de lijst in het menu Hulpmiddelen / Board. Als je je bordje gekozen hebt, bekijk je de pagina Getting Started with Arduino and Genuino products op de website van Arduino hoe je met dit bordje werkt en welke instellingen je het best gebruikt in het menu Hulpmiddelen. Zo dien je bij de Arduino Due te kiezen of je de schetsen via de programmeerpoort of de ‘native’ usb-poort uploadt. Maar daarna werkt alles exact hetzelfde als bij de standaard ondersteunde bordjes.

Extra kernen in het bordbeheer

De kernen die je standaard in het bordbeheer vindt, zijn niet de enige mogelijke. De Arduino IDE biedt ook een eenvoudige manier om dit lijstje uit te breiden. Klik je in het menu Bestand op Voorkeuren, dan zie je onderaan een tekstveld Additionele Board Beheer URLs. Hier kun je een url voor extra bordondersteuning invullen. Als je meerdere url’s nodig hebt, scheid ze dan door een komma of klik op het icoontje naast het tekstveld en vul de url’s in het grotere tekstveld dat dan verschijnt, elk op een nieuwe regel.

Maar waar vind je welke url’s je hier dient in te vullen? Meestal vermeldt de documentatie van het bordje waarvoor je ondersteuning wilt toevoegen de juiste url. Indien dat niet het geval is, kijk dan of je je bordje vindt op de pagina met thirdparty-url’s voor extra bordondersteuning op de GitHub-website van Arduino.

Ondersteuning voor ESP8266 en ESP32

Op die pagina met url’s voor extra bordondersteuning vind je de url’s om ondersteuning voor de ESP8266 en ESP32 toe te voegen, respectievelijk. Voeg beide url’s toe in de voorkeuren van Arduino IDE als je deze bordjes vaak in je Arduino-projecten gebruikt. Bevestig daarna je wijzigingen in de instellingen met OK.

Open nu het bordbeheer opnieuw. Arduino IDE laadt dan de url’s in die je zojuist hebt toegevoegd en vindt daarin informatie over de extra Arduino-kernen die het beschikbaar moet stellen. Onderaan de lijst verschijnen nu de kernen esp32 van Espressif Systems en esp8266 van ESP8266 Community. Installeer je deze kernen, dan zijn de ondersteunde bordjes daarna beschikbaar in de lijst in het menu Hulpmiddelen / Board. Kies je bordje, kies de instellingen zoals de poort en uploadsnelheid en je kunt je schets naar je bordje uploaden.

©PXimport

Let op: het is niet zo dat elk bordje dat een ESP8266- of ESP32-microcontroller bevat door deze Arduino-kernen ondersteund wordt. Enkel de in de beschrijving van de kern vermelde bordjes en 100% daarmee compatibele bordjes zijn ondersteund. Zo dien je voor de M5Stack met ESP32 de url https://m5stack.com/download/package_m5stack_index.json te gebruiken en daarna ook nog enkele andere installatie-instructies te volgen.

Als je een Arduino-kern voor je bordje geïnstalleerd hebt, dan werkt de standaard Arduino-code op je bordje en meestal ook de standaardbibliotheken van Arduino en de bestaande voorbeeldschetsen. Een kern voegt vaak ook extra voorbeeldschetsen en bibliotheken toe die specifieke functionaliteit van het bordje gebruiken. Bekijk die voorbeeldschetsen (in het menu Bestand / Voorbeelden) zeker om je vertrouwd te maken met hoe je je bordje met Arduino-code programmeert.

Third-party Arduino-bibliotheken ondersteunen niet altijd alternatieve bordjes. Soms gaan ze immers uit van de pin-out op een officieel Arduino-bordje. Kijk daarom in de beschrijving van een Arduino-bibliotheek altijd na of ze jouw ESP8266- of ESP32-module ondersteunt.

Daarnaast vind je in het bibliotheekbeheer ook een heleboel bibliotheken die specifiek voor de ESP8266 of ESP32 geschreven zijn. Zo vind je er ESP32 BLE Arduino om je toegang te geven tot de Bluetooth Low Energy-functionaliteit van de ESP32.

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.