ID.nl logo
Rijden op een e-mtb: zo leer je het!
© mmphoto - stock.adobe.com
Mobiliteit

Rijden op een e-mtb: zo leer je het!

Een elektrische fiets heeft een ander rijgedrag dan een gewone fiets, en daar moet je mee leren omgaan. Een elektrische mountainbike vergt misschien nog wel meer gewenning, want je begeeft je met een veel zwaardere fiets op technisch terrein dat sowieso al heel wat stuurmanskunst vergt. Daarom is het raadzaam om eerst wat ‘droog’ te oefenen als je voor het eerst op een e-mtb stapt.

In dit artikel lees je hoe je in enkele stappen leert om vertrouwd te raken met de kracht en het gewicht van een elektrische mountainbike. Je krijgt aanwijzingen over wegrijden en remmen, hoe je het best kunt schakelen en hoe je de verschillende trapondersteuningsniveaus gebruikt.

Ook lezen: Schade claimen op je e-bike-verzekering, zo doe je het goed

Als je nog nooit op een e-bike hebt gereden, dan is een eerste ritje best even wennen. De hogere snelheid, de snellere acceleratie en vooral het hogere gewicht ervan vragen de nodige aanpassing van de berijder. Voor elektrische mountainbikes geldt dat misschien nog wel meer: ze hebben een krachtiger motor, een sportieve zithouding en verhoudingsgewijs een nog veel hoger gewicht. Stap je van een stadsfiets van 15-16 kg naar een e-bike van 21-24 kg, dan is de gewichtstoename grofweg 50 procent. Ga je van een gewone mountainbike van 10-12 kg naar een e-mtb van 20-25 kg, dan moet je ineens 100 procent meer fietsgewicht weten te hanteren; dubbel zoveel dus.

Ook aan de e-mtb?

Kijk hier voor de beste deals!

Neem daarnaast het sportieve karakter van een e-mtb in aanmerking (je rijdt snel over smalle kronkelende paadjes, tussen bomen door, over technische ondergrond), vergelijk het met de stedelijke tred die je op een gewone e-bike aanhoudt (rechtdoor, over asfalt) en het wordt duidelijk dat de leercurve voor e-mountainbiken iets langer zal zijn.

Ook lezen: Elektrische mountainbikes: welke soorten zijn er?

Je kunt e-mountainbiken zelfs gerust een andere manier van mountainbiken noemen. Eentje die net zo leuk of zelfs leuker is, en die niet per se minder inspanning kost(!). Al ben je wel geneigd dat laatste te veronderstellen, met die hulpmotor die je na elke bocht weer ‘gratis’ naar 25 km/u versnelt.

©Roel van Schalen

1. Wegrijden en remmen met de e-mtb

Stap je voor het eerst op een elektrische mountainbike, overschat jezelf dan niet. Rijd eerst een rondje met uitgeschakelde motor op een rustige asfaltweg of lege parkeerplaats om een idee te krijgen van het gewicht van de fiets en hoe hij zich houdt in bochten. Schakel vervolgens het e-bikesysteem in en kies voor de laagste ondersteuningsstand en een klein verzet. Rijd op je gemak weg en rijd vertragend en versnellend in rechte lijn om voeling te krijgen met het punt waarop de motor aangrijpt.

Ook lezen: E-bike onderhoud: essentiële tips voor een langere levensduur en optimale prestaties

Probeer ook de remmen goed uit. De hydraulische schijfremmen op een e-mtb laten zich nauwkeurig doseren en hebben een enorme stopkracht. Om daar een idee van te krijgen, kun je bij lage snelheid eens een ‘noodstop’ uitvoeren door beide remhendels tegelijkertijd krachtig in te knijpen. Let erop dat je snelheid voldoende laag is en probeer deze oefening daarna pas bij hogere snelheid, zodat je het effect van je acties goed leert aanvoelen.

2. Spelen met de verschillende ondersteuningsniveaus

Ben je enigszins gewend aan de fiets, probeer dan de hogere ondersteuningsniveaus uit door (afhankelijk van het e-bikesysteem) op het plusteken of op de pijltjestoets op de controller op je stuur te klikken. Naarmate je sneller gaat, moet je naar een hoger verzet overschakelen, iets wat je vanzelf zult aanvoelen.

De meeste e-bikes hebben vier of vijf ondersteuningsstanden. Wissel tussen de verschillende standen met behulp van de plus- en mintoetsen of de pijltjestoetsen en ontdek de verschillen in acceleratie en snelheid. Een hogere ondersteuningsstand fietst gemakkelijker, maar vraagt ook meer acculading. Een lagere stand geeft je meer het gevoel een work-out te doen en de accu raakt minder snel leeg.

©Roel van Schalen

Eventjes 'bunny-hoppen' is er niet bij met een e-mtb.

3. Schakelen met een e-mtb

Bij een e-bike is het belangrijk om tijdig terug te schakelen als je snelheid mindert of als je stil komt te staan. Op die manier bespaar je de motor en de slijtagegevoelige onderdelen (zoals de ketting en tandwielen) en voorkom je onnodige overbelasting bij het opnieuw versnellen of uit stilstand vertrekken. De e-bikemotor zelf zal niet tegensputteren als je met een te zware versnelling aanzet. De motor ‘trekt’ het wel, letterlijk zelfs. Maar de ketting en de tandbladen zullen veel sneller verslijten en op termijn zal ook het binnenwerk van de motor het gelag van dergelijke zware belasting gaan betalen.

Ook lezen: Alles wat je moet weten over e-bikes: eerst lezen, dan kopen!

Niet handig dus om er een schakel-arme rijstijl op na te houden, en dat geldt nog sterker voor een elektrische mountainbike. Die wordt immers veel intensiever belast dan een gewone e-bike. Optrekken, afremmen, draaien, uit stilstand vertrekken: offroad ben je continu aan het versnellen en vertragen. De motor heeft het dus zwaar, maar je kunt het hem een stuk gemakkelijker maken door tijdig terug te schakelen. Je zult daarnaast merken dat de trapondersteuning op stukken waar de snelheid laag is (los zand, boomwortelsecties, bergop) veel effectiever werkt als je er met een kleiner verzet rijdt.

Bedenk dat elke e-bikemotor het door jou geleverde trapvermogen met een bepaald percentage vermeerdert; hoe vlotter je zelf trapt, hoe vlotter de motor ook levert. Vlot trappen doe je ten slotte niet door een zo zwaar mogelijk verzet rond te wringen, maar door het optimum te zoeken tussen een aangename trapfrequentie en een voldoende groot verzet. Oefen dus op een rustige verharde weg in het tijdig schakelen. Probeer ook uit hoe het aanvoelt om in de zwaarste versnelling vanuit stilstand te vertrekken (en ervaar dat het wel kán, maar dat je het liever niet te vaak doet).

©Wayhome Studio

4. Offroad rijden met een e-mtb

Is de kennismaking met je e-mountainbike op verharde ondergrond goed verlopen, dan is het tijd voor waar jij en je e-mtb naar hunkeren: offroad fun! Zoek je favoriete trail op en leer hoe de fiets zich houdt op het vlakke, op rechte stukken, bergop en in bochten. Leren gaat ook hier door te dóén, dus rijden maar!

Vooral in bochten zul je merken hoe anders een e-mtb zich gedraagt dan een gewone mountainbike. Een e-mtb ligt door zijn hogere gewicht veel stabieler in de bocht, maar laat zich daardoor ook minder gemakkelijk corrigeren. Je pakt maar beter ineens de juiste lijn! Een gewone mtb laat zich dan weer veel eenvoudiger ‘mennen’ en bijsturen, maar heeft een minder vaste wegligging. Dat is in zijn voordeel op zeer bochtige singletracks en op technische secties met obstakels. Daar spring je al rijdend overheen (bunny-hop), iets wat je met een e-mtb niet zal lukken: die krijg je op eigen kracht niet van de grond.

Vraagt het terrein om extra power (los zand, boomwortels, klimmetjes) dan is de elektrische mtb natuurlijk weer wel in het voordeel ten opzichte van de gewone mountainbike. Doemt er een lastige sectie in het parcours op, zoals een stuk los zand, schakel dan een tandje terug zodat je bij lagere snelheid een gelijkblijvende trapfrequentie houdt. Of kies (tijdelijk) een hogere ondersteuningsstand zodat je gelijke snelheid blijft houden. De kunst is om door middel van tijdig schakelen of door tijdig voor een hoger ondersteuningsniveau te kiezen mooi gelijkmatig snelheid te kunnen blijven houden. Veel plezier met oefenen!

Conclusie

E-mountainbiken is een andere manier van mountainbiken, waar je lekker moe van kunt worden als je dat wilt (bij lage trapondersteuning), maar die even goed heel plezierig is als niet te moe wilt worden (in de turbo-stand). Leer je e-mtb kennen door je favoriete trails ermee te rijden en de juiste technieken te hanteren (op tijd terugschakelen, de juiste lijnen kiezen) en je gaat nooit meer terug verlangen naar een niet-elektrische mountainbike.

▼ Volgende artikel
In een half uur klaar: gourmetstel schoonmaken stap voor stap
© sara_winter - stock.adobe.com
Huis

In een half uur klaar: gourmetstel schoonmaken stap voor stap

Gezellig, zo'n avondje gourmetten. Maar na afloop blijft er op het gourmetstel vaak aangebakken vet, gesmolten kaas en saus achter. Logisch dat je niet meteen zin hebt om de boel schoon te maken. Als je het slim aanpakt, is alles binnen een half uurtje weer schoon!

In dit artikel

Je leest hoe je je gourmetstel stap voor stap schoonmaakt zonder de antiaanbaklaag te beschadigen. We leggen uit wanneer je het beste begint met schoonmaken, hoe je losse onderdelen en het elektrische deel veilig reinigt en welke fouten je beter niet kunt maken. Ook krijg je praktische tips om je tafel tijdens en na het gourmetten schoon te houden, zodat je na afloop snel klaar bent.

Lees ook: Gourmetten zonder stank: 10 ideeën die écht werken

Laten afkoelen, maar wacht niet te lang

Zet het gourmetstel na gebruik uit en trek de stekker uit het stopcontact. Laat het geheel afkoelen tot het handwarm is. Wacht je te lang, dan koeken vet en kaas vast en wordt schoonmaken lastiger. Haal losse onderdelen zoals pannetjes, spatels en bakplaatjes eraf voordat je begint met schoonmaken.

Losse onderdelen schoonmaken

Gourmetpannetjes en bakplaatjes hebben meestal een antiaanbaklaag. Die blijft het mooist als je ze niet hardhandig schoon schrobt. Leg ze in warm water met een beetje afwasmiddel en laat ze tien tot vijftien minuten weken. Aangekoekte resten laten dan vanzelf los. Gebruik daarna een zachte spons of borstel en spoel alles goed af. Controleer altijd even de handleiding: sommige onderdelen kun je in de vaatwasser doen, andere juist niet.

©Saskia van Weert

Zo maak je het elektrische deel veilig schoon

Terwijl de pannetjes, spatels en losse bakplaatjes staan te weken, ga je door met het verwarmingselement. Dat element zelf mag nooit nat worden. Zie je vetspetters of etensresten, veeg die dan weg met keukenpapier zodra het gourmetstel is afgekoeld. Voor hardnekkiger vuil gebruik je een licht vochtige doek met een klein beetje afwasmiddel. Knijp de doek goed uit en zorg dat er geen water bij het snoer of in openingen komt. Droog alles direct na met een schone doek.

De bak- of grillplaat weer vetvrij krijgen

Heeft je gourmetstel een losse bak- of grillplaat, haal dan eerst het overtollige vet weg met keukenpapier. Leg de plaat vervolgens in warm water, zodat aangekoekte resten kunnen losweken. Is de bakplaat vast onderdeel van het gourmetstel, dan kun je deze uiteraard niet in water onderdompelen. Neem in dat geval de plaat af met een licht vochtige doek zodra hij is afgekoeld, eventueel met een beetje afwasmiddel. Zo voorkom je dat vet tijdens het schoonmaken uitsmeert. Gebruik vooral geen schuursponsjes of schrapers om het vet weg te krijgen, want die beschadigen de coating en zorgen ervoor dat eten de volgende keer sneller blijft plakken. 

Watch on YouTube

Veelgemaakte fouten bij het schoonmaken van een gourmetstel

Aangekoekte resten wegkrabben met een mesje of staalwol lijkt misschien slim (want: snel), maar beschadigt de antiaanbaklaag blijvend. Ook bij het elektrische deel gaat het vaak mis. Het verwarmingselement onderdompelen in water is onveilig en kan het gourmetstel onbruikbaar maken. Alles direct in de vaatwasser zetten is ook geen goed idee. Vaatwasprogramma's duren vaak lang en werken op hoge temperaturen. Antiaanbaklagen en dunne metalen onderdelen kunnen daardoor sneller slijten of kromtrekken. Twijfel je, dan is met de hand afwassen altijd de veiligste keuze.

Vergeet je tafel niet!

Vetspetters en gemorste saus zijn bijna niet te voorkomen. Leg daarom vooraf een afwasbaar tafelkleed of gebruik een papieren tafelkleed. Dat kan na het gourmetten rechtstreeks de vuilnisbak in. Houd tijdens het eten keukenpapier of doekjes bij de hand om gemorste resten meteen weg te vegen. Is de tafel toch vies geworden, neem hem dan zo snel mogelijk af met warm water en een mild schoonmaakmiddel.

Schoon wegzetten voor de volgende keer

Laat alle onderdelen volledig drogen voordat je het gourmetstel opbergt. Berg je alles nog vochtig op in de doos of kast, dan kunnen er snel muffe geurtjes ontstaan. Bewaar pannetjes en platen apart van elkaar, eventueel met een vel keukenpapier ertussen. Berg pannetjes en platen apart op, eventueel met een velletje keukenpapier ertussen. Zo voorkom je krassen. Zo is het volgende keer alleen nog maar een kwestie van de boel weer tevoorschijn halen en lekker gaan eten. Veel gourmetplezier!

▼ Volgende artikel
Wat is HDR10+ en wanneer zie je het verschil?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is HDR10+ en wanneer zie je het verschil?

Ben je op zoek naar een nieuwe televisie? Grote kans dat de afkortingen je om de oren vliegen. 4K, OLED, QLED... en dan ook nog die eindeloze lijst aan HDR-formaten. Vandaag zoomen we in op een specifieke term die je vaak op de doos ziet staan, vooral bij televisies van Samsung, Panasonic en Philips: HDR10+. Is het een marketingkreet of zie je het echt?

Het is een bekend scenario: je staat in de elektronicawinkel of scrolt door een webshop, en de specificatielijst van je droomtelevisie lijkt wel een geheimtaal. Fabrikanten beloven gouden bergen met termen die indrukwekkend klinken, maar waarvan de betekenis vaak vaag blijft. Toch is het zonde om deze termen zomaar te negeren, want achter die cryptische afkortingen gaan technieken schuil die je filmavond aanzienlijk kunnen upgraden. Het gaat tegenwoordig namelijk niet meer alleen om hoeveel pixels je scherm heeft, maar vooral om de kwaliteit van die pixels. Om te begrijpen waarom die plus in de naam HDR10+ zo belangrijk is, moeten we terug naar de basis.

Eerst even terug: Wat is HDR ook alweer?

HDR staat voor High Dynamic Range. Simpel gezegd zorgt deze techniek ervoor dat de beelden op je tv een groter contrast en meer kleuren hebben. Het zwart is dieper zwart en de felle lichten, zoals een explosie of de zon, knállen echt van je scherm zonder dat de rest van het beeld flets wordt. De standaardvorm hiervan heet HDR10. Dit is de basislaag die bijna elke moderne 4K-televisie ondersteunt. Maar HDR10 heeft één beperking: hij bepaalt aan het begin van de film de instellingen voor helderheid en contrast, en houdt die vervolgens de hele film vast.

©ER | ID.nl

De plus maakt het dynamisch

Hier komt HDR10+ om de hoek kijken. Die plus staat eigenlijk voor dynamische metadata. In plaats van één instelling voor de hele film, stuurt HDR10+ extra informatie mee naar je tv. Hierdoor kan de televisie het beeld scène voor scène of zelfs frame voor frame aanpassen. Zie het als een lichttechnicus die continu aan de knoppen draait om te zorgen dat elk specifiek shot er perfect uitziet, in plaats van dat hij het licht aan het begin instelt en daarna rustig koffie gaat drinken.

Wanneer zie je het verschil echt?

Klinkt goed op papier, maar merk je dit in de praktijk? Het antwoord is ja, vooral in films met veel wisselingen tussen licht en donker. Stel, je kijkt een film die begint met een scène in een zonovergoten woestijn, gevolgd door een scène in een pikdonkere grot. Bij standaard HDR10 stelt de tv zich in op het gemiddelde van de hele film. Omdat die woestijn zo fel is, kan de grot-scène er daarna wat te donker of dichtgelopen uitzien, waardoor details in de schaduw wegvallen.

Bij HDR10+ krijgt je tv, zodra de camera de grot in gaat, een seintje dat het donker wordt en het contrast moet worden aangepast. Hierdoor zie je opeens wél de details op de rotswanden en de texturen in de schaduw, terwijl de felle scènes nog steeds spathelder blijven. Kortom, HDR10+ haalt meer detail uit zowel de donkerste schaduwen als de felste hooglichten, precies op het moment dat het nodig is.

©Gorodenkoff - stock.adobe.com

Wat heb je nodig?

Om van HDR10+ te genieten, moeten alle schakels in de ketting kloppen. Allereerst heb je een geschikte televisie nodig. Vooral Samsung is de grote aanjager van HDR10+, maar ook merken als Panasonic, Philips en TCL ondersteunen het vaak. Let er wel op dat LG en Sony meestal kiezen voor de concurrent Dolby Vision.

Daarnaast moet de content (de film of serie die je kijkt) in HDR10+ geschoten zijn. Amazon Prime Video is de grootste aanbieder van HDR10+-materiaal op streaming-gebied, maar ook Apple TV+ en Google Play Movies bieden het aan. Netflix gebruikt helaas voornamelijk concurrent Dolby Vision. Tot slot ondersteunen veel 4K Ultra-HD Blu-rays het formaat ook als je liever fysieke schijfjes kijkt.

Direct aanschaffen dan maar...?

Is HDR10+ een reden om je huidige tv direct bij het grofvuil te zetten? Nee, dat niet. Maar sta je op het punt een nieuwe tv te kopen, bijvoorbeeld een Samsung, dan is het wel een hele fijne bonus. Het zorgt ervoor dat je films en series ziet zoals de regisseur ze bedoeld heeft: levendig, contrastrijk en vol detail. En ze hoeven tegenwoordig al helemaal niet meer de wereld te kosten.