ID.nl logo
Moto G6 Plus - Verstandigste keuze
© Reshift Digital
Huis

Moto G6 Plus - Verstandigste keuze

Groot, luxe en goedkoop. De Moto G6 Plus smartphone leeft boven zijn stand als je kijkt wat je voor zijn bescheiden prijs terugkrijgt. Voor nog geen 300 euro heeft het Androidtoestel veel te bieden.

Motorola Moto G6 Plus aanbieding bij Aldi

Vanaf 26 september 2019 is de Moto G6 Plus voor € 179,- euro verkrijgbaar bij de Aldi. Een prima deal voor deze smartphone. Let echter wel op dat het toestel intussen wel wat verouderd is en geen update krijgt naar de recentste Androidversie: Android 10. Wil je een wat toekomstbestendigere smartphone, dan loont het om wat extra te investeren in de Motorola Moto G7.

Onlangs testte ik de Moto G6-smartphone, die enkele tientjes goedkoper is dan deze Moto G6 Plus. In de review liet ik al een beetje doorschemeren dat de Plus-uitvoering een betere keuze was dan de gewone G6. Voor slechts een paar tientjes meer biedt de Moto G6 Plus meer opslaggeheugen (64GB in plaats van 32GB), een grotere batterij, een beter scherm, de smartphone is een tikje sneller en de camera net even een slagje beter.

Opvallend aan beide G6-smartphones is dat ze ontzettend luxe ogen, dankzij een mooi ontwerp en een rond aflopende glazen achterzijde. De dubbele camera steekt wel erg uit deze achterkant, meer dan bij de gewone G6. Bovendien voelt het toestel wel erg fragiel door het glas en zit het binnen een mum van tijd vol vingerafdrukken. Een hoesje is dus echt noodzakelijk. Gelukkig zit er een (simpel) hoesje in het doosje.

©PXimport

©PXimport

Meerwaarde

De Moto G6 Plus is wel een slagje groter dan de gewone G6. Dat kan voor sommigen wel een twijfelpuntje zijn. De smartphone heeft een wat groter formaat omdat er een ander schermpaneel in zit, dat betere kwaliteit biedt en iets groter is: een diameter van 5,9 inch (15 centimeter). Dat groter lijkt dan dat het is, want Motorola heeft voor een schermverhouding van 1 bij 2 gekozen, waardoor het toestel minder breed is. Ook zijn de schermranden prettig dun. Desondanks is de G6 Plus wel behoorlijk groot, maar laat dit je niet afschrikken in je keuze tussen de G6 en G6 Plus. Het went. Bovendien zijn het grotere (betere) scherm en de andere extra’s echt van grote meerwaarde.

Het full-HD schermpaneel is dus groter, maar ook beter. Kleuren en contrast komen net even wat beter uit de verf en de schermhelderheid is dik in orde. Die helderheid was een minpunt van de Moto G6.

De extra opslagcapaciteit is mooi meegenomen, maar dit kan bij beide smartphones uitgebreid worden met een geheugenkaart. Prettig is dat je naast een geheugenkaart ook een tweede simkaart kunt plaatsen. In de meeste gevallen is het of-of. De accuduur blijft ongeveer hetzelfde, ondanks de iets grotere batterij: een dag of twee. De snellere specs en het grotere scherm hebben eenmaal wat meer energie nodig.

Natuurlijk scoort de Plus ook wat beter in de benchmarks, door de snellere specs: een Snapdragon 630 met 6GB werkgeheugen. De processor is geen krachtpatser en in praktijk merk je niet heel veel snelheidsverschil, maar voor zwaardere apps en toekomstige updates kan het zeker van meerwaarde zijn.

©PXimport

Camera

Natuurlijk kun je voor 300 euro geen smartphone kopen met een camera die met de beste drie meekomt: de Huawei P20 Pro, iPhone X en testwinnaar Samsung Galaxy S9+. De dualcam van de Moto G6 Plus heeft een iets betere sensor, die moeilijkere lichtomstandigheden beter aan kan. Bijvoorbeeld weinig licht, of veel tegenlicht dankzij een beter dynamisch bereik.

Ook heeft Motorola een goede camera-app, met functies als uitsnedes, portretfoto’s en spotkleur. Die alle drie de dubbele camera nodig hebben om te werken. Gek genoeg ontbreekt een zoomfunctie.

©PXimport

©PXimport

Android 8

Verder is de Moto G6 Plus hetzelfde als de Moto G6. Het toestel draait op het recente Android 8, dat een zeer minimale skin van Motorola heeft. Dat is erg prettig en de apps die Motorola zelf toevoegt zijn niet hinderlijk, enkel de Microsoft apps zijn overbodige balast. Toch is het bedrijf op softwaregebied voorbijgestreefd door de nieuwe Android-concurrent Nokia, dat smartphones verkoopt met Android One: een Androidversie zonder bloatware met directe updates van Google zelf.

Motorola is op softwaregebied voorbijgestreefd door de nieuwe Android-concurrent Nokia.

-

Alternatieven

Als de Moto G6 Plus je echt te groot is, dan is de gewone Moto G6 natuurlijk een betaalbaar alternatief. Ook zijn de eerder genoemde Nokia’s het overwegen waard, dankzij Android One, zoals de goedkopere Nokia 6.1 of de duurdere Nokia 7 Plus. De Huawei P Smart en Huawei P20 Lite zijn ook interessante alternatieven als je een goede camera en beter design zoekt. Alleen is de software op deze toestellen erg rommelig.

Conclusie

De Moto G6 Plus is een smartphone waarmee je met een gerust hart de komende twee jaar kunt doen, mits je een hoesje om de smartphone doet, want het toestel voelt erg fragiel. Voor 300 euro krijg je uitstekende specificaties terug, een goed scherm, prima camera... Er is zo weinig aan te merken, dat dit de ultieme smartphone is voor iedereen die een goede prijs-kwaliteitsverhouding belangrijk vindt.

Fantastisch
Conclusie

**Prijs** € 279,- **Kleuren** Blauw, zilver **OS** Android 8.0 (Oreo) **Scherm** 5,9 inch LCD (2160x1080) **Processor** 2,2 GHz octacore (Snapdragon 630) **RAM** 4 GB **Opslag** 64 GB (uitbreidbaar met geheugenkaart) **Batterij** 3.300 mAh **Camera** 12 en 5 megapixel dualcam (achter), 8 megapixel (voor) **Connectiviteit** 4G (LTE), Bluetooth 4.2, wifi, gps **Formaat** 16 x 7,6 x 0,8 cm **Gewicht** 167 gram **Overig** vingerafdrukscanner, dualsim, usb-c, koptelefoonpoort **Website** [www.motorola.com](https://www.motorola.com/nl/products/moto-g-plus-gen-6)

Plus- en minpunten
  • Prijs-kwaliteitsverhouding
  • Luxe ontwerp
  • Accuduur
  • Simkaarten en geheugenkaart
  • Hoesje nodig
▼ Volgende artikel
Spinnen in huis? Zo zet (en houd!) je ze buiten
© RHJ - stock.adobe.com
Huis

Spinnen in huis? Zo zet (en houd!) je ze buiten

Het is herfst, en dat betekent spinnen. Niet alleen buiten, maar ook binnen. Daar kun je flink van schrikken. Toch is er geen reden tot paniek. Spinnen zijn juist nuttig: ze vangen muggen, vliegen en andere hinderlijke insecten. Nederlandse spinnen zijn bovendien niet gevaarlijk voor mensen. Wil je ze toch liever niet in huis? Dit kun je doen!

🕷️ Dit artikel in het kort

Spinnen zijn nuttige insecteneters en doen in Nederland mensen geen kwaad. Toch zien we ze vooral in de herfst liever buiten dan binnen. In dit artikel lees je hoe je spinnen vangt, wat je kunt doen om ze te buiten te houden en hoe je de meest voorkomende soorten herkent. Daarnaast kijken we per ruimte in huis naar plekken waar spinnen zich graag verstoppen en wat je daartegen kunt doen. Lees ook: Slim ventileren in de herfst: zo voorkom je vocht en schimmel

Dat je in het najaar meer spinnen ziet, is trouwens logisch. De mannetjesspinnen zijn dan op zoek naar een vrouwtje. Of het nu mannetjes of vrouwtjes zijn, voor allemaal geldt: ze zijn snel, maar niet gevaarlijk. Je kunt ze makkelijk vangen, zolang je maar rustig blijft.

Geen paniek! Vangen en vrijlaten doe je zo

De eenvoudigste methode daarvoor is nog steeds het bekende glas met een stukje stevig papier, bijvoorbeeld een bierviltje. Zet een stevig glas over de spin en schuif er een kartonnetje of papiertje onder. Til het geheel voorzichtig op, houd het goed gesloten en zet de spin buiten op enkele meters van je huis neer. Hoe verder, hoe kleiner de kans dat hij terug naar binnen kruipt.

Er bestaan ook speciale spinnenvangers: lange stelen met zachte borsteltjes of buisjes met een opvangreservoir. Handig als je liever wat afstand bewaart. Oefen eerst even, zodat je zeker weet hoe het werkt. Een spin doorspoelen of bespuiten met insectenspray kun je beter niet doen: er zijn betere, diervriendelijkere manieren om van ze af te komen.

©LeoniekvanderVlietPhotography

Waar komen spinnen binnen?

Spinnen kiezen niet bewust voor jouw woonkamer, maar volgen vaak insecten die aangetrokken worden door licht of warmte. Via kieren langs kozijnen, onder deuren of door ventilatieopeningen vinden ze hun weg naar binnen. Ook via spullen uit de schuur of garage kunnen ze mee naar binnen komen. Door deze routes af te sluiten of te controleren, verklein je de kans dat ze binnen belanden.

Voorkomen is ….

Hieronder lees je wat je in het algemeen kunt doen om insecten en spinnen buiten te houden. Ook kijken we specifiek naar bepaalde ruimtes in je huis.

Algemeen

Inspecteer je hele woning systematisch door langs plintnaden, kozijnen en doorvoeren te lopen. Dicht kieren af en vervang versleten tochtstrips. Plaats fijnmazig rvs-gaas voor ventilatieopeningen en maak ventilatieroosters jaarlijks schoon. Horren monteren voor ramen en deuren scheelt ook al een hoop.

Woonkamer

In de woonkamer trekken lampen vaak insecten aan, en daarmee ook spinnen. Plaats lampen niet direct bij de buitendeur en gebruik eventueel warmere lichtkleuren die minder insecten lokken – wit licht bevat namelijk veel UV- en blauwe componenten, echte insect-magneten. Ruim regelmatig achter kasten en banken op: rommelige hoeken bieden ideale plekken voor webben.

Slaapkamer

Zet bij warm weer het raam open met een hor ervoor. Zo ventileer je goed zonder dat spinnen en insecten naar binnen glippen. Trek ook gordijnen geregeld open en dicht; spinnen houden van rustige, donkere hoekjes.

Badkamer

Door de hoge luchtvochtigheid is de badkamer aantrekkelijk voor insecten en dus voor spinnen. Laat de ruimte goed drogen na het douchen (zet daar bijvoorbeeld de mechanische ventilatie voor aan of zet een raam een stukje open) en haal spinrag direct weg.

Kelder en berging

Dit zijn favoriete plekken voor grote huisspinnen. Ze houden van koelere, vochtige plekken waar ze met rust gelaten worden. Controleer leidingen en kieren, dicht openingen en zorg dat er niet te veel losse spullen op de grond staan.

Ventileren en opruimen helpt

Een goed geventileerd huis is minder aantrekkelijk voor insecten en dus ook voor spinnen. Laat roosters open, zet dagelijks kort ramen tegenover elkaar open voor frisse lucht en maak ventilatieopeningen schoon. Zo zorg je ervoor dat het in huis minder vochtig wordt – en daarmee geef je vliegjes, muggen en andere insecten minder kans.

Oude spinnenwebben kun je eenvoudig weghalen met een plumeau of stofzuiger. Leeg de stofzuigerzak daarna buiten, want een spin kan anders alsnog ontsnappen. Ook lege eizakjes haal je zo weg. Daarmee voorkom je dat er nieuwe generaties in je huis uitkomen.

Van huisspin tot kruisspin: zo herken je ze

Gevaarlijke spinnen? Die komen in Nederland eigenlijk niet voor. Maar dat maakt de angst er niet minder om. Herkennen wat voor spin je ziet, kan dan echt helpen. In september en oktober zie je binnenshuis vooral mannetjes van huisspinnen rondstruinen, terwijl vrouwtjes in hun web blijven. Met een app zoals ObsIdentify (voor Android en iOS) kun je eenvoudig een foto maken en direct zien om welke soort het gaat. Ook de webvorm geeft aanwijzingen: een strak wielweb, een trechter of een slordig matje is vaak soortspecifiek. Door je in de soorten te verdiepen, leer je dat de grote, donkere spinnen in huis simpelweg rondzwervende mannetjes zijn die een partner zoeken. Niets om bang voor te zijn dus!

Top 5 huisspinnen in Nederland

De kruisspin, Araneus diadematus, is jaar in jaar uit de publieksfavoriet én meest geteld; je herkent hem aan het lichte kruis op het achterlijf en het grote wielweb langs schuttingen en raamkozijnen. De grote trilspin, Pholcus phalangioides, hangt met lange poten onder het plafond en trilt heftig bij onraad; je vindt hem vaak in rustige hoekjes binnen. De gewone en grote huisspinnen, Eratigena-soorten, bouwen trechterwebben achter kasten en in kelders. De venstersectorspin, Zygiella x-notata, spant bij ramen een wielweb met een 'hapje' eruit; vaak zie je die in gevelhoeken. De herfsthangmatspin, Metellina segmentata, maakt kleine hangmatwebjes in struiken en rond tuinen en wordt regelmatig bij huizen gezien. De exacte volgorde varieert per jaar en telling, maar deze soorten staan steevast hoog in Nederlandse spinnentellingen.

©Anton Derkach | Iuliia - stock.adobe.com

Veelgestelde vragen over spinnen in huis

Zijn spinnen in Nederland giftig?

De spinnen die je binnenshuis tegenkomt, zoals huisspinnen of trilspinnen, zijn niet gevaarlijk. Ze kunnen hooguit bijten als ze in het nauw komen, maar dat gebeurt zelden en is vergelijkbaar met een muggenprik: een klein rood plekje dat snel verdwijnt. Ook buitenshuis leven er in Nederland geen gevaarlijk giftige spinnen voor mensen.

Kruipen spinnen in je slaap in je mond of oren?

Dit is een hardnekkige mythe. Spinnen zijn schuwe dieren die juist contact met mensen vermijden. Het idee dat ze in je slaap in je mond of oor kruipen is een broodjeaapverhaal. Ze lopen hooguit langs je bed op zoek naar een rustig hoekje, maar hebben geen enkele reden om een mens als schuilplek te gebruiken.

Waarom zie je vooral in de herfst zoveel spinnen?

In nazomer en herfst gaan mannetjes-huisspinnen op zoek naar een vrouwtje. Omdat ze rondzwerven, zie je ze vaker in kamers en gangen lopen. Vrouwtjes blijven meestal in hun web en vallen daardoor minder op. De seizoenspiek heeft dus alles te maken met hun voortplantingscyclus.

Kunnen spinnen eitjes in huis leggen?

Ja, spinnen kunnen in huis eizakjes maken. Meestal gebeurt dat in rustige hoekjes of achter meubels. De jongen verspreiden zich na het uitkomen en veel halen de volwassen leeftijd niet. Door webben en eizakjes regelmatig weg te halen met de stofzuiger, houd je de aantallen eenvoudig onder controle.

Helpt het om spinnen weg te houden met pepermuntolie of azijn?

Er circuleren veel huismiddeltjes die zouden helpen, maar er is weinig bewijs dat spinnen echt wegblijven van bepaalde geuren. Belangrijker is het dichten van kieren, plaatsen van horren en regelmatig opruimen. Dat heeft aantoonbaar meer effect dan een schaaltje azijn of een oliebrandertje.

Kunnen huisspinnen springen of vliegen?

Nee, de huisspinnen die je binnenshuis tegenkomt kunnen niet springen of vliegen. Ze lopen of klimmen via draden. Soms zie je kleine jonge spinnen wel zweven aan een draadje; dat heet 'ballooning'. Dan gebruiken ze een draad als zweeflijn in de wind. Bij volwassen huisspinnen gebeurt dat niet binnenshuis. 

Wat moet ik doen als ik een spin echt niet durf te vangen?

Vraag iemand anders om te helpen of gebruik een lange spinnenvanger waarmee je voldoende afstand houdt. Als dat niet lukt, kun je de deur naar de buitenruimte openen en wachten tot het dier zelf naar buiten trekt. Het belangrijkste is kalm blijven: spinnen zijn sneller bang voor jou dan andersom.

Spinnenvanger nodig?

Kijk, koop en vang
▼ Volgende artikel
Oktober in je tuin: voorbereiden op de winter
© Roland Abel
Huis

Oktober in je tuin: voorbereiden op de winter

In oktober staat de tuin in het teken van de overgang naar de koude maanden. Planten hebben nog steeds zorg nodig en ook het onderhoud vraagt aandacht. Dit is het moment om alles klaar te maken, zodat je tuin de winter goed doorkomt.

In oktober maak je de tuin winterklaar. Sluit de buitenkraan af en berg de tuinslang leeg op. Koop vliesdoek en noppenfolie om kwetsbare planten te beschermen. Plant groenblijvende struiken, winterviolen en bloembollen voor kleur in de donkere maanden. Oogst appels, peren en pompoenen, en zaai veldsla of spinazie. Geef struiken en rozen nog voeding, verwijder zomerbollen uit de grond en snoei rozen, fruitbomen en loofbomen. Werk het gazon af met een laatste maaibeurt en hark het blad weg.

Lees ook: Van januari tot en met december tuinieren: tips voor het hele jaar buiten bezig

Bescherm de tuin tegen vorst

Met dalende temperaturen is het belangrijk om alles te beschermen tegen vorstschade. Laat de tuinslang volledig leeglopen en berg hem op, zodat er geen water in achterblijft. Draai vervolgens de buitenkraan dicht. Schaf vliesdoek of noppenfolie aan om gevoelige planten te beschermen zodra het gaat vriezen.

Planten en bollen voor een wintertuin

Wie in de winter ook kleur wil behouden, kan nu groenblijvende varens, lage heesters en kerstrozen planten. Voorjaarsbollen zoals sneeuwklokjes, kievitsbloemen en bosanemonen moeten direct de grond in, omdat ze snel uitdrogen. Ook winterjasmijn of knoflook zijn nu aan de beurt. Bedek de grond daarna met een laag bladeren.

In hangmanden kun je winterviolen, bollen en klimop zetten voor wat extra kleur. Rozen plant je alvast voor het nieuwe seizoen. Tulpen die niet in de grond kunnen overwinteren, zet je in bollenbakken. Andere bloembollen plaats je bij vaste planten die qua kleur en bloeitijd goed bij elkaar passen. Geprepareerde hyacinten zet je in glazen binnen om vroeg van hun bloemen te genieten.

Oogsten in de herfst – én zaaien in de moestuin

Oktober is de maand van de oogst. Peren en appels haal je nu van de boom; maak er moes of taart van. Pompoenen en sierkalebassen zijn ook rijp. Laat altijd een stuk steel zitten, dan blijven ze langer goed. Bewaar ze koel en vorstvrij. In de moestuin zaai je nog veldsla, pluksla of spinazie. Kies wel voor winterharde soorten. Groenten die niet tegen kou kunnen, zoals paksoi, koolrabi, bloemkool en broccoli, oogst je voor de winter.

©encierro - stock.adobe.com

Onderhoud in oktober

Struiken, rozen en hagen hebben nog baat bij wat mest. In de border en moestuin kan eventueel kalk gestrooid worden. Blijf onkruid weghalen zodat het in het voorjaar niet uit de hand loopt. Plantensteunen kunnen de schuur in; maak ze schoon voordat je ze opbergt.

Zomerbollen zoals dahlia's, bloemriet en Abessijnse gladiolen moeten gerooid worden na de eerste nachtvorst. Controleer ook potten en bakken: zorg dat de afwateringsgaten open zijn zodat regenwater goed kan weglopen.

Snoeien in oktober

Ramblerrozen knip je bij door lange scheuten wat in te korten. Oktober is ook geschikt voor het snoeien van berk, esdoorn en kastanje, maar doe dit niet later dan eind november, want de sapstromen van deze bomen komen al vroeg op gang. Appel- en perenbomen kunnen eveneens gesnoeid worden.

©maxbelchenko

Het gazon winterklaar maken

Geef het gras dit najaar nog een laatste beurt. Verticuteer om mos en dood gras te verwijderen en lucht in de bodem te brengen. Maai het gras nog een keer, maar laat het niet te kort worden. Steek de randen bij en hark het gevallen blad weg, zodat het gras niet verstikt onder een bladerdeken en in het voorjaar weer gezond kan uitlopen.