ID.nl logo
Draai Linux-programma’s in Windows met WSL
© Reshift Digital
Huis

Draai Linux-programma’s in Windows met WSL

Sinds 2016 heeft Microsoft in zijn besturingssysteem de mogelijkheid opgenomen om Linux-programma’s in Windows te draaien, het Windows-subsysteem voor Linux (WSL). Hoe je daarmee start, leggen we hier uit.

Het Windows-subsysteem voor Linux (WSL) is een compatibiliteitslaag van Microsoft waarmee Linux-programma’s onder Windows gedraaid kunnen worden. In de eerste versie, die in 2016 uitkwam, ging het nog over een Linux-compatibele kernelinterface die geen enkele regel Linux-code bevatte.

WSL implementeerde dus systeemaanroepen van de Linux-kernel en zette die om naar de corresponderende Windows-aanroepen. Daardoor dachten Linux-programma’s dat ze op de Linux-kernel draaiden, maar eigenlijk draaiden ze op een compatibiliteitslaag boven op Windows. WSL was in het begin vooral onder andere namen bekend, zoals Ubuntu op Windows en Bash op Windows, omdat de standaard Linux-distributie van WSL een in samenwerking met Canonical gecreëerd Ubuntu-systeem was en je als gebruiker vooral in aanraking komt met de Linux-shell Bash.

Het was een huzarenstukje, maar toch was het onvoldoende: Microsoft had niet alle Linux-systeemaanroepen geïmplementeerd, waardoor diverse programma’s niet op WSL werkten. Bovendien waren de prestaties door de aanpak om systeemaanroepen te vertalen niet zo goed.

De ontwikkelaars van Microsoft gingen daarom weer naar de tekentafel en kwamen terug met een volledig nieuw ontwerp. WSL 2 is sinds juni 2019 beschikbaar voor Windows 10-gebruikers in het Windows Insider-programma en later dit jaar voor iedereen. Het draait een volledige Linux-kernel in een lichtgewicht virtuele machine onder Hyper-V. Dat lost heel wat problemen met compatibiliteit en prestaties op.

Waarom Linux-programma’s in Windows?

Microsoft richt zich met WSL vooral op softwareontwikkelaars, en dan in het bijzonder webontwikkelaars. De overgrote meerderheid daarvan werkt immers met opensource-projecten die op Linux draaien. Als webontwikkelaar had je vroeger twee keuzes. Ofwel je draaide Linux als desktopbesturingssysteem, maar dat is niet voor iedereen een optie. Ofwel draaide je Windows met je Linux-software in een virtuele machine, wat veel processorkracht vraagt en niet zo goed geïntegreerd is met Windows.

Met WSL wilde Microsoft tegemoetkomen aan de grote groep ontwikkelaars die Windows als zijn desktopbesturingssysteem wil blijven gebruiken, maar op een handige manier toegang tot zijn ontwikkelingsomgeving wil hebben. WSL is dan ook niet bedoeld om desktopsoftware zoals de Linux-versie van Firefox of Gimp te draaien, alhoewel dat zeker mogelijk is. Het gaat eerder om serversoftware zoals Apache en Nginx, en frameworks zoals Ruby on Rails.

WSL installeren

Open in het configuratiescherm het onderdeel Windows-onderdelen in- of uitschakelen en scrol helemaal naar onderen. Vink daar Windows-subsysteem voor Linux aan en klik op OK om het onderdeel te installeren. Herstart daarna je pc.

Met het subsysteem alleen ben je er nog niet: je moet een Linux-distributie downloaden om op WSL te draaien. Die vind je gewoon in de Microsoft Store. Zoek op ‘linux’ en klik op een van de distributies. Als voorbeeld installeren we Ubuntu 18.04 LTS, omdat dit een populaire Linux-distributie bij ontwikkelaars is en je hierop vijf jaar ondersteuning krijgt. Klik op Downloaden om de installatie te starten. Dat kan wel even duren, want in het geval van Ubuntu 18.04 LTS gaat het om 220 MB.

Ubuntu 18.04 LTS is niet de enige Linux-distributie die je in Windows kunt draaien. Het oudere Ubuntu 16.04 LTS is er ook nog, ondersteund tot april 2021. Ook Debian, SUSE Linux Enterprise Server, openSUSE Leap, Alpine Linux, Fedora Remix en Pengwin zijn van de partij. Verder vind je er ook nog gespecialiseerde distro’s zoals Kali Linux voor pentesters. Let op: niet al deze distributies zijn gratis! Tenzij je specifieke redenen hebt om een andere distributie te gebruiken, houd je het best bij Ubuntu 18.04 LTS. Ubuntu was immers de eerste distro die op WSL verscheen en is dan ook het meest door Microsoft getest.

©PXimport

©PXimport

Na de installatie kun je Ubuntu opstarten door in de Windows Store op Starten te klikken of door in het startmenu op het icoontje van Ubuntu te klikken. De eerste keer duurt het opstarten enkele minuten omdat de gedownloade bestanden nu pas uitgepakt worden in het virtuele bestandssysteem van Ubuntu. De volgende keren is Ubuntu in enkele seconden opgestart.

Hierna krijg je de vraag om een gebruikersnaam te kiezen. Je werkt nu immers in een ander besturingssysteem en niet met je Windows-account. Je hoeft dan ook niet dezelfde gebruikersnaam te kiezen. In Linux zijn gebruikersnamen overigens altijd volledig in kleine letters en zonder spaties. Kies bijvoorbeeld je voornaam in kleine letters. Daarna vul je ook een wachtwoord in en herhaal je dat.

Controleren of het gelukt is

Je krijgt nu een Linux-opdrachtprompt te zien. Controleer maar eens of je echt Linux draait door uname -a in te voeren.

Het programma uname geeft met de optie -a eerst de naam van de kernel weer (hier Linux), dan de hostnaam, dan de kernelversie (hier 4.4.0-18362-Microsoft) en helemaal op het einde het besturingssysteem (hier GNU/Linux). Op alle gebieden lijkt het dus alsof we hier met een Linux-distributie te maken hebben, op het vreemde achtervoegsel aan de kernelversie na. Daarin staat het buildnummer van je Windows-distributie en natuurlijk de naam Microsoft.

Met het distributieonafhankelijke programma lsb_release verifiëren we eenvoudig dat we Ubuntu draaien: lsb_release -a.

©PXimport

Je bent nu ingelogd als de gebruiker die je tijdens de installatie van Ubuntu aangemaakt hebt. Elke keer dat je nu Ubuntu opstart, logt Windows je automatisch als deze gebruiker in. Daarvoor wordt je wachtwoord niet gevraagd. Je gebruiker behoort tot de groep sudo en kan dus ook beheertaken uitvoeren door opdrachten te beginnen met sudo. In dat geval wordt er wel naar je wachtwoord gevraagd. Vergeet het dus niet.

Het eerste wat je moet doen, is je distributie updaten. Windows doet dat niet voor je: de distributies die je met WSL draait, staan volledig los van Windows en dien je zelf te updaten. Werk dus de pakketbronnen bij en upgrade alle geïnstalleerde pakketten naar de nieuwste beschikbare versie met de opdrachten:

sudo apt update
sudo apt upgrade

Daarna kun je willekeurige programma’s installeren met:

sudo apt install pakketnaam

Weet je niet zeker onder welke pakketnaam een programma of softwarebibliotheek beschikbaar is, gebruik dan de zoekfunctie van apt:

apt search zoekterm

Server draaien

Om te tonen hoe je een server in je Ubuntu draait, starten we de ingebouwde webserver van Python op:

python3 -m http.server

Windows Defender geeft nu een waarschuwing. Sta de toegang van Python tot het netwerk toe. Als je nu in je browser naar het adres http://localhost:8000 gaat, krijg je de inhoud van de directory te zien die de webserver van Python deelt, dus de directory waarin je bovenstaande Python-opdracht opgestart hebt. Dat werkt ook als je op een andere computer in je thuisnetwerk naar http://IP:8000 gaat, waarbij IP het ip-adres van de Windows-computer is war WSL op draait.

Hetzelfde geldt als je bijvoorbeeld de webserver Apache, Nginx of lighttpd installeert en opstart in Ubuntu. Vergeet dan niet poort 80 in de geavanceerde instellingen van Windows Defender toe te staan.

De netwerktoegang werkt ook in de andere richting: je Ubuntu-systeem gebruikt gewoon de dns-server die in Windows ingesteld is en kan alle computers in je thuisnetwerk bereiken onder hun ip-adres en hostnaam. Dit is dus een eenvoudige manier om Linux-diensten uit te proberen of tijdens de ontwikkeling van een project tijdelijk te draaien.

Bestanden uitwisselen

Een andere manier waarop Microsoft Linux met Windows geïntegreerd heeft, is via de bestandssystemen. Als je onder Linux met het commando mount de aangekoppelde bestandssystemen bekijkt, zie je dat onmiddellijk. In de uitvoer zie je dat de C:-schijf van Windows op de directory /mnt/c aangekoppeld is, de D:-schijf onder /mnt/d enzovoort. Je hebt in Linux dus gewoon toegang tot al je Windows-bestanden. Dat is ideaal als je bijvoorbeeld ontwikkelaar bent en in Windows in Visual Studio je broncode bewerkt in een project in C:\dev\mijnproject. In Linux heb je dan toegang tot dezelfde code via /mnt/c/dev/mijnproject om ze bijvoorbeeld in een testomgeving uit te rollen.

Lange tijd was de andere richting niet ondersteund: in Windows volwaardige toegang krijgen tot het Linux-bestandssysteem. Sinds Windows 10 versie 1903 (de update van mei 2019) kan het wel. Zorg dat je in je distributie ingelogd bent en typ de volgende opdracht:

explorer.exe .

Je krijgt nu in Verkenner de huidige directory te zien waarin je in Ubuntu bezig was. Je kunt nu gewoon bestanden verslepen, kopiëren, hernoemen en alle bewerkingen in het contextmenu op de bestanden uitvoeren.

©PXimport

Windows-programma’s in Linux en andersom

De oplettende lezer heeft zeker opgemerkt dat we hierboven een Windows-programma, explorer.exe, uitgevoerd hebben in Linux. Hoe is dat mogelijk? Een snelle blik op de omgevingsvariabele $PATH maakt dat duidelijk:

echo $PATH | tr : "\n"

In deze variabele staan de directory’s die de Linux-shell raadpleegt als je een programmanaam intypt. De eerste paden zijn niet ongewoon: /usr/local/sbin, /usr/local/bin enzovoort, maar dan zien we een heleboel paden onder /mnt/c, zoals /mnt/c/WINDOWS/system32. En kijk eens waar dat programma explorer.exe staat met de opdracht:

which explorer.exe

Ja hoor, in /mnt/c/WINDOWS/explorer.exe. Microsoft integreert op deze manier dus alle Windows-programma’s in je Linux-systeem. Je kunt dus gewoon in je Linux-shell de opdracht notepad.exe .vimrc uitvoeren, waarna het Windows-programma Notepad opgestart wordt en je er het tekstbestand in je Linux-systeem mee zou kunnen bewerken als je dat niet graag in vim of nano doet. We raden dit overigens niet echt aan, omdat Linux en Windows nog altijd andere regeluiteinden in tekstbestanden gebruiken: LF versus CRLF.

Deze integratie tussen programma’s werkt ook in de andere richting. Als je een Opdrachtprompt in Windows geopend hebt, kun je met de volgende opdracht je Linux-distributie opstarten: wsl. Je distro verlaten doe je met: exit. Overigens sluit je zo de terminalsessie, maar de distro blijft op de achtergrond wel draaien.

Als je meerdere distro’s voor WSL geïnstalleerd hebt, kun je ze opvragen met: wsl -l. En je start een specifieke distro op met: wsl -d distronaam. Je kunt nu ook rechtstreeks vanuit de Opdrachtprompt van Windows een specifiek programma in je Linux-distro opstarten: wsl top.

Tot slot

Bekijk ook zeker Microsofts documentatie over het configuratiebestand van WSL. In elke distributie kun je namelijk in het bestand /etc/wsl.conf functionaliteit van WSL in- of uitschakelen. Dit bestand heeft de vorm van een .ini-bestand, waarmee je bijvoorbeeld de directory instelt waaronder je Windows-schijven aangekoppeld worden, of die schijven automatisch aangekoppeld worden of niet, en of het opstarten van Windows-programma’s vanuit je distributie mogelijk is.

Wil je WSL nog finetunen, kijk dan eens naar de uitvoer van wsl --help. Zo kun je een distributie als je standaarddistributie instellen, een distributie met een andere dan de standaard aangemaakte gebruiker opstarten enzovoort. Gebruik je liever een grafische interface, dan is er ook WSL-DistroManager.

Op de wiki van Ubuntu vind je ook meer uitleg over een betere integratie met Windows. Zo kun je met wat tweaks ook grafische programma’s in je distributie draaien en zelfs audio inschakelen. Daarvoor dien je op Windows een X-server en PulseAudio-server te draaien. Je vindt er ook links naar nieuwere Ubuntu-versies.

Canonical installeert in zijn Ubuntu-distributie voor WSL ook het pakket ubuntu-wsl, dat enkele handige programma’s bevat voor meer integratie met Windows. Zo kun je met wslusc een snelkoppeling op je Windows-bureaublad creëren, met wslsys vraag je systeeminformatie over je Windows- of Linux-installatie op en met wslview open je een url in de standaardbrowser van Windows. Deze tools maken het werken met WSL net iets handiger.

▼ Volgende artikel
Firefox-profielen: zo houd je werk en privé netjes gescheiden
© Mozilla
Huis

Firefox-profielen: zo houd je werk en privé netjes gescheiden

In je browser lopen werk, bankzaken en privé al snel door elkaar. Voor meer overzicht is het slimmer om te scheiden wat je voor je werk doet en wat voor jezelf. In Firefox kan dat eenvoudig met verschillende profielen. In dit artikel lees je wat profielen zijn, waarom ze handig zijn en hoe je ze instelt.

🦊 Dit artikel in het kort

Met meerdere profielen in Firefox kun je werk, privé en andere activiteiten makkelijk scheiden. Elk profiel is een eigen omgeving met afzonderlijke gegevens, aanmeldingen en instellingen. Dat voorkomt verwarring tussen accounts, houdt je browser overzichtelijk en maakt testen of experimenteren veiliger. Je maakt profielen eenvoudig aan, wisselt er snel tussen en kunt ze zelfs afzonderlijk synchroniseren.

Lees ook: De handigste extensies om je browser mee uit te breiden

Wat is een Firefox-profiel?

Zie een profiel als een aparte kamer in je digitale huis. Net zoals je slaapkamer en keuken een eigen inrichting hebben, bewaart elk profiel zijn eigen instellingen, bladwijzers en add-ons. De gegevens van verschillende profielen staan los van elkaar en worden op een andere plaats op de schijf opgeslagen. Je kunt dus meerdere 'kamers' aanmaken: bijvoorbeeld één voor je werkaccount, een andere voor je persoonlijke mail en een derde voor experimenten. Vind je het nieuwe profielmenu niet in de werkbalk, dan kun je altijd about:profiles in de adresbalk typen om bij de profielbeheerder te komen.

Waarom zou je meerdere profielen gebruiken?

Het grote voordeel van meerdere profielen is dat alles netjes gescheiden blijft. Binnen één profiel wordt alles gedeeld: websites gebruiken dezelfde sessies, cookies, extensies en instellingen. Dat betekent dat je bijvoorbeeld voor je werk ingelogd blijft op een dienst zolang de cookie geldig is, ook al wil je diezelfde site later met een ander account bezoeken. Door voor werk en privé aparte profielen te gebruiken, blijft de aanmelding beperkt tot één omgeving en hoef je niet steeds uit te loggen om van account te wisselen. Werk en privé blijven letterlijk uit elkaar, zodat er geen onbedoelde overlap ontstaat tussen diensten of voorkeuren. Daarnaast is het prettig om een testprofiel te hebben waarin je nieuwe extensies of instellingen probeert zonder dat je stabiele omgeving daar last van heeft. Deel je de computer met huisgenoten of kinderen, dan kun je iedereen een eigen profiel geven zodat wachtwoorden, bladwijzers en webgeschiedenis niet door elkaar lopen.

Een nieuw profiel aanmaken

Een nieuw profiel aanmaken gaat snel. Klik in Firefox op het accountpictogram rechts bovenin, kies Profielen en vervolgens + Nieuw profiel. Er opent een tweede venster waarin je de naam van het nieuwe profiel invoert en eventueel een thema en avatar kiest. Firefox bewaart je wijzigingen direct en het nieuwe profiel verschijnt in de lijst. Zie je geen profieloptie, ga dan naar about:profiles en klik daar op Nieuw profiel aanmaken. Mozilla raadt aan de standaardlocatie voor het profiel te gebruiken. Kies je zelf een map, zorg dan dat die leeg is, omdat alles in die map wordt verwijderd als je het profiel ooit weggooit.

©Mozilla

Profielen beheren en personaliseren

Je kunt profielen verder naar wens aanpassen. Geef ze duidelijke namen zodat je snel kunt schakelen. Kies bij elk profiel een ander thema, zodat je aan de kleur van het venster ziet in welke omgeving je werkt. Via dezelfde menuknop wissel je tussen profielen: klik op je huidige profielnaam en selecteer het profiel dat je wilt openen. Een profiel hernoemen of verwijderen kan vanuit de profielbeheerder. Als je een profiel verwijdert, kun je ervoor kiezen de bijbehorende bestanden te bewaren. Dat is handig wanneer je later nog bladwijzers of wachtwoorden wilt terughalen. Denk eraan dat definitief verwijderen alle gegevens verwijdert; maak dus een back-up als je niet zeker weet of je alles kwijt wilt.

Profielen selecteren en synchroniseren

Wil je bij het starten van Firefox kunnen kiezen welk profiel er wordt gebruikt, dan vink je in de profielbeheerder de optie Een profiel kiezen wanneer Firefox wordt geopend aan. Let op: dit kan alleen wanneer je de profielbeheerder start als Firefox gesloten is, omdat dan geen enkel profiel in gebruik is. Verderop lees je hoe je dat doet.  Laat je deze instelling uit, dan opent Firefox automatisch met het laatst gebruikte profiel. De inhoud van profielen wordt niet automatisch naar andere apparaten gestuurd. Wil je je bladwijzers en wachtwoorden op meerdere computers gebruiken, maak dan voor ieder profiel een eigen Mozilla-account aan en schakel synchronisatie in. Het is niet mogelijk om met dezelfde account meerdere profielen op één apparaat te synchroniseren; zo wordt voorkomen dat gegevens door elkaar raken.

De profielbeheerder starten wanneer Firefox gesloten is

Via de opdrachtprompt kun je de profielbeheerder starten wanneer Firefox gesloten is. Druk daarvoor op de Windows-toets + R, typ firefox.exe -P en bevestig je met Enter. Het venster Gebruikersprofiel kiezen verschijnt, waarna je profielen kunt aanmaken, hernoemen of verwijderen. Ook kun je hier instellen dat een bepaald profiel automatisch gebruikt moet worden zodra Firefox wordt opgestart. Als je meerdere Firefox-installaties op één computer hebt, vervang je firefox.exe door het volledige pad naar de gewenste installatie. Je ziet ook de optie Offline werken; klik je die aan, dan wordt het geselecteerde profiel geladen en start Firefox zonder verbinding te maken met internet. Je kunt eerder bezochte websites bekijken en experimenteren met je profiel.

©ID.nl

Alternatief: containers

De add-on Multi-Account Containers houdt cookies, websitegegevens en aanmeldingen per container apart. Omdat er gewerkt wordt met tabbladen in verschillende kleuren, zie je meteen in welke container je zit. Dit is handig als je bijvoorbeeld een privérekening en een zakelijke rekening bij dezelfde webdienst hebt. Bladwijzers, extensies en instellingen blijven hierbij wel gemeenschappelijk. Containers zijn daardoor lichter en sneller dan volledige profielen, maar bieden minder afscherming. Voor de meeste gebruikers is een combinatie van beide praktisch: containers voor snelle scheiding van accounts en profielen voor volledige scheiding van omgevingen.

©Mozilla


Voor de allerkleinste Firefox-fans

Vrolijke vosjes om mee te knuffelen
▼ Volgende artikel
Review Xiaomi Redmi Pad 2 Pro – Capabel en betaalbaar
© Wesley Akkerman
Huis

Review Xiaomi Redmi Pad 2 Pro – Capabel en betaalbaar

De Xiaomi Redmi Pad 2 Pro is een Android-tablet, verkrijgbaar in twee configuraties. De adviesprijs is 299 euro voor 6 GB werkgeheugen en 128 GB opslagruimte of 349 euro voor 8 GB werkgeheugen en 256 GB aan ruimte. Wij hebben de laatstgenoemde variant getest.

Uitstekend
Conclusie

De Xiaomi Redmi Pad 2 Pro is een solide keuze voor wie een betaalbare en krachtige Android-tablet zoekt. De grootste pluspunten zijn het 12,1-inch matte Dolby Vision-scherm, de vier Dolby Atmos-speakers en de royale 12.000mAh-accu. De tablet leent zich uitstekend voor studenten en voor dagelijks gebruik, bijvoorbeeld voor streaming, lezen en lichte productiviteitstaken – zeker in combinatie met de accessoires. Minpunten zijn het trage opladen en het ontbreken van een IP-rating.

Plus- en minpunten
  • Accu met veel vermogen
  • Groot scherm dat weinig reflecteert
  • Optionele accessoires
  • Capabele processor
  • Goede prijs-kwaliteitverhouding
  • Lange software-ondersteuning
  • Omgekeerd opladen aanwezig
  • Opladen duurt lang (3 uur)
  • Niet stof- of waterdicht
  • Lage maximale helderheid

De Redmi Pad 2 Pro oogt verrassend hoogwaardig voor zijn prijs. Het aluminium frame en de matte achterkant geven hem een stevige, vingerafdrukbestendige afwerking, al is het oppervlak wat glad. Met een gewicht van 610 gram en een dikte van 7,5 millimeter ligt de tablet prettig in de hand: solide, maar toch goed draagbaar. Een IP-certificaat ontbreekt, maar daar staat een aantal handige extra's tegenover, zoals vier Dolby Atmos-speakers, een audiojack en ondersteuning voor micro-sd-kaarten.

Het 12,1-inch lcd-scherm met een resolutie van 2560 bij 1600 pixels valt meteen op door de matte, papierachtige afwerking. Dankzij de anti-reflecterende coating heb je nauwelijks last van schittering, waardoor lezen buitenshuis of in fel licht prettig blijft. De tablet biedt verder een verversingssnelheid van 120 hertz, ondersteuning voor Dolby Atmos en HDR10+, en verschillende instellingen die je ogen ontzien. Alleen de maximale helderheid van 500 nits had wat hoger mogen zijn.

©Wesley Akkerman

Veel vermogen

De Redmi Pad 2 Pro draait op de Snapdragon 7s Gen 4-processor, die in de praktijk zorgt voor vlotte en stabiele prestaties. De tablet verwerkt moeiteloos meerdere apps en tientallen browsertabs (op de achtergrond) zonder merkbare vertraging. De chip is krachtig genoeg voor 4K-videobewerking en veeleisende werktoepassingen. Daarnaast ondersteunt hij moderne verbindingsstandaarden als wifi 6 en bluetooth 5.4, en kun je de opslag eenvoudig uitbreiden met een micro-sd-kaart.

De accuduur is een sterk punt, dankzij de forse 12.000mAh-batterij. Daardoor kun je de tablet dagenlang gebruiken zonder tussentijds opladen, zeker als je hem slechts af en toe erbij pakt. Minder overtuigend is de laadsnelheid: met de meegeleverde 33W-lader duurt het ruim drie uur voordat hij volledig is opgeladen. Wel praktisch is de ondersteuning voor omgekeerd opladen, waarmee je de tablet als een powerbank voor andere apparaten kunt inzetten.

©Wesley Akkerman

Lange software-ondersteuning

De Xiaomi Redmi Pad 2 Pro draait op het overzichtelijke HyperOS 2, gebaseerd op Android 15, met een belofte van vijf Android-upgrades (en zeven jaar aan beveiligingsupdates!). De interface is schoon en maakt multitasking gemakkelijk; de tablet kan drie apps in splitscreen of maximaal vier zwevende vensters tegelijk beheren. Mocht je veel andere Xiaomi-apparaten in huis hebben, dan kun je die prima bedienen van dit apparaat, dankzij de Interconnectiviteit van Xiaomi.

De tablet heeft aan zowel de voor- als achterkant een 8MP-camera, allebei vooral bedoeld voor praktische toepassingen. Fotokwaliteit staat hier niet centraal: beelden ogen wat zacht en missen levendigheid en diepte. De achtercamera leent zich goed voor het scannen van documenten en legt tekst duidelijk vast. De frontcamera is helder genoeg voor videogesprekken in 1080p, ook bij weinig licht, al ligt de vaste focus wat te dicht bij het gezicht.

©Wesley Akkerman

Optionele accessoires

De optionele keyboardcover maakt van de Xiaomi Redmi Pad 2 Pro een volwaardige werktablet. De hoes verbindt via bluetooth, heeft een eigen batterij en dient tegelijk als standaard. De toetsen bieden voldoende travel (diepte) voor prettig typen, al ontbreekt achtergrondverlichting. Ook is er geen touchpad aanwezig. De cover beschikt over een eigen usb-c-poort voor het opladen en heeft ruimte voor een los verkrijgbare stylus.

Voor creatieve gebruikers en studenten is er de Redmi Smart Pen. Deze stylus ondersteunt 4096 drukniveaus en benut de 240Hz-touchsampling van het scherm, waardoor schrijven en tekenen soepel aanvoelt. De pen maakt eveneens verbinding via bluetooth en heeft twee knoppen. Opladen gebeurt via een eigen usb-c-poort; magnetisch opladen via de tablet is niet mogelijk.

©Wesley Akkerman

Xiaomi Redmi Pad 2 Pro kopen?

De Xiaomi Redmi Pad 2 Pro is al met al een solide keuze voor wie een betaalbare en krachtige Android-tablet zoekt. De grootste pluspunten zijn het 12,1-inch matte Dolby Vision-scherm, de vier Dolby Atmos-speakers en de royale 12.000mAh-accu. De tablet leent zich uitstekend voor studenten en voor dagelijks gebruik, bijvoorbeeld voor streaming, lezen en lichte productiviteitstaken – zeker in combinatie met de accessoires. Minpunten zijn het trage opladen en het ontbreken van een IP-rating.