ID.nl logo
Zo voeg je bijschriften toe onder afbeeldingen in Google Docs
© Renan - stock.adobe.com
Huis

Zo voeg je bijschriften toe onder afbeeldingen in Google Docs

Het invoegen van afbeeldingen in Google Docs is een fluitje van een cent, maar het toevoegen van bijschriften is een heel ander verhaal. Google Documenten biedt namelijk geen specifieke functie voor het plaatsen van ondertitels bij afbeeldingen. Desondanks zijn er wel enkele creatieve manieren om dit voor elkaar te krijgen, zoals door gebruik te maken van tabellen. In dit artikel leggen we uit hoe je toch bijschriften onder je afbeeldingen kunt toevoegen in Google Docs.

⏱ Drie manieren om bijschriften onder een afbeelding te zetten in Google Docs: ① Inline-tekst ② Insluiten in een tekening ③ In een tabel

Lees ook: Mailen vanuit Google Docs: zo werkt dat rechtstreeks

Mensen zijn van nature visueel ingesteld. In een krant of tijdschrift trekken de foto's als eerste onze aandacht. Vervolgens lezen we het bijschrift dat naast, boven of onder de foto staat en dat extra informatie geeft over het afgebeelde onderwerp of de fotograaf. Bijschriften spelen dus een cruciale rol om de connectie tussen de afbeelding en de omliggende tekst te leggen. In feite zijn er maar weinig afbeeldingen die zonder bijschrift kunnen. Sommige lezers nemen zelfs na het bekijken van de foto's en het lezen van de bijschriften niet eens de tijd om het hele artikel door te nemen.

Google Docs is zonder twijfel een van de beste cloudgebaseerde tekstverwerkers met functies voor realtime samenwerking en allerlei handige tools. Maar als het aankomt op het toevoegen van bijschriften aan je afbeeldingen, biedt Google Docs geen kant-en-klare oplossing. Daarom moet je zelf wat extra moeite doen om tekst aan je foto's toe te voegen.

Afbeelding invoegen

In Google Docs voeg je een afbeelding toe via het 'invoegen'-menu. Daar heb je de keuze om een foto te selecteren uit Google Foto's, een bestand van je harde schijf te uploaden of de ingebouwde zoekmachine te gebruiken om een afbeelding van het internet te halen. In dit voorbeeld gaan we voor die laatste optie. Eenmaal gekozen, verschijnt er een zoekbalk aan de rechterkant van je scherm. Typ daar je zoekwoorden in en dubbelklik op de afbeelding die je wilt invoegen in je document.

De afbeelding die je hebt gekozen, is vaak aan de grote kant. Door op de afbeelding te klikken, verschijnen er handgrepen waarmee je de grootte kunt aanpassen. Vervolgens kun je met behulp van de werkbalk de uitlijning van je afbeelding bepalen: links, in het midden of rechts.

©PXimport

Inline-tekst

De meest directe manier om een bijschrift aan een afbeelding in Google Docs toe te voegen, is via de optie voor inline-tekst. Dit is een instelling waarmee je tekst in lijn brengt met objecten, zoals vormen, tabellen en ook afbeeldingen. In feite gebruik je hiermee een bepaalde tekstomloopstijl.

Als je op de afbeelding klikt, zie je onderaan verschillende opties voor tekstomloop verschijnen. De eerste daarvan is 'inline'. Kies deze stijl, plaats je cursor onder de afbeelding en begin met het typen van je bijschrift. Vervolgens kun je de grootte, uitlijning, kleur en lettertype van je bijschrift aanpassen met behulp van de werkbalk bovenin het scherm.

Een nadeel van deze methode is dat het bijschrift eigenlijk de lopende tekst onderbreekt. Dit is meestal geen probleem bij grotere afbeeldingen, maar als je nog verder aan de tekst wilt werken, kan het bijschrift verschuiven.

©PXimport

Insluiten in een tekening

Ben je van plan om achteraf nog dingen in het document aan te passen? Dan kun je beter voor een andere methode kiezen, zoals het insluiten in een tekening. Positioneer de muisaanwijzer waar de afbeelding moet komen en kies Invoegen / Tekening en selecteer dan Nieuw. De tekening die je samenstelt, bestaat uit de afbeelding én het bijschrift.

In het venster Tekening klik je bovenaan in de werkbalk op de knop Afbeelding. Daarna kun je een afbeelding uploaden van je pc, Google Drive of van internet. Wanneer de afbeelding is ingeladen, gebruik je de knop Tekstvak. Daarmee sleep je een tekstvak onder de foto waarin je de ondertitel typt. 

©PXimport

Ook nu kun je de tekst opmaken. Pas hem aan met behulp van verschillende opmaakopties, zoals lettergrootte, lettertype, tekstkleur, vulkleur, uitlijning, vet, cursief, onderstrepen, rand toevoegen aan bijschrift, regelafstand en opsommingstekens.

Als je tevreden bent, klik je op de blauwe knop Opslaan en sluiten. Hierdoor behandelt Google Docs de afbeelding en het bijschrift voortaan als één element. Wil je achteraf toch nog iets in het bijschrift wijzigen, dan klik je op de afbeelding en vervolgens kun je onder het plaatje de knop Bewerken gebruiken. Hierdoor kom je terug in de tekenmodule waar je de tekst kunt wijzigen.

In een tabel

De derde methode en laatste methode die we hier behandelen, is dat je een tabel maakt waarin de afbeelding en bijschrift allebei in een andere cel staan. Als je daarna de tabelrand verwijdert, wordt de tabel zelfs onzichtbaar. 

Weer ga je naar het menu Invoegen en dan kies je Tabel. Terwijl je dit doet, geef je het aantal cellen op waaruit de tabel moet bestaan. Kies een 1x2-tabel. Dit levert je een tabel op met één kolom en twee cellen die boven elkaar staan.

Voeg daarna de afbeelding in de bovenste cel in. Klik in die cel en via het menu Invoegen importeer je een afbeelding. Als er al een afbeelding in het document staat, kun je die ook naar deze cel slepen. Typ daarna het bijschrift in de cel onder de afbeelding. En weer kun je de tekst opmaken zoals iedere andere tekst.

Om de randen van de tabel te laten verdwijnen, klik je met de rechtermuisknop op de tabel en kies je Tabeleigenschappen. Wijzig de tabelrand in 0 pt. Hierdoor lijkt de tabel niet meer te bestaan, maar net als bij de tekenoptie hierboven blijven het bijschrift en de afbeelding verbonden met elkaar. Handig mocht je besluiten om ze te verplaatsen.

©PXimport

P.S. Nieuwe laptop nodig? Zo kies je de beste ⮯

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.

▼ Volgende artikel
Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)
© DC Studio
Huis

Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)

Je hebt net een klein fortuin uitgegeven aan een gloednieuwe 4K- of zelfs 8K-televisie. Je installeert hem, start je favoriete filmklassieker en zakt onderuit op de bank. Maar in plaats van een bioscoopervaring bekruipt je het gevoel dat je naar een goedkope soapserie of een homevideo zit te kijken. De acteurs bewegen vreemd soepel, de actiescènes lijken versneld en de magie is ver te zoeken. Geen zorgen, je televisie is niet stuk. Hij doet eigenlijk iets te goed zijn best.

Dit fenomeen is zo wijdverspreid dat er een officiële term voor is: het 'soap opera effect'. In technische kringen wordt dit ook wel bewegingsinterpolatie of 'motion smoothing' genoemd. Hoewel fabrikanten deze functie met de beste bedoelingen in hun televisies bouwen, is het voor filmfanaten vaak een doorn in het oog. Gelukkig is het eenvoudig op te lossen... als je tenminste weet waar je moet zoeken.

Nooit meer te veel betalen? Check
Kieskeurig.nl/prijsdalers!

Wat is het 'soap opera effect' precies?

Om te begrijpen wat er misgaat, moeten we kijken naar hoe films worden gemaakt. De meeste bioscoopfilms en veel dramaseries worden opgenomen met 24 beelden per seconde. Die snelheid geeft films hun karakteristieke, dromerige uitstraling. Een beetje bewegingsonscherpte hoort daarbij; dat is wat onze hersenen associëren met 'cinema'. Moderne televisies verversen hun beeld echter veel vaker: meestal 60 of zelfs 120 keer per seconde.

Om dat verschil te overbruggen, verzint je slimme televisie er zelf beelden bij. De software kijkt naar beeld A en beeld B, en berekent vervolgens hoe een tussenliggend beeld eruit zou moeten zien. Dit voegt de tv toe aan de stroom. Het resultaat is een supervloeiend beeld waarin elke hapering is gladgestreken.

Voor een voetbalwedstrijd of een live-uitzending is dat geweldig, omdat je de bal en spelers scherper kunt volgen. Maar bij een film zorgt die kunstmatige soepelheid ervoor dat het lijkt alsof je naar een achter de schermen-video zit te kijken, of dus naar een soapserie zoals Goede Tijden, Slechte Tijden, die traditioneel met een hogere beeldsnelheid werd opgenomen. De filmische illusie wordt hierdoor verbroken.

©ER | ID.nl

De winkelmodus is ook een boosdoener

Naast beweging is er nog een reden waarom het beeld er thuis soms onnatuurlijk uitziet: de beeldinstellingen staan nog op standje zonnebank. Veel televisies staan standaard in een modus die 'Levendig' of 'Dynamisch' heet. Deze stand is ontworpen om in een felverlichte winkel de aandacht te trekken met knallende, bijna neon-achtige kleuren en een extreem hoge helderheid. Bovendien is de kleurtemperatuur vaak nogal koel en blauw, omdat dat witter en frisser oogt onder tl-licht. In je sfeervol verlichte woonkamer zorgt dat echter voor een onrustig beeld waarbij huidtinten er onnatuurlijk uitzien en details in felle vlakken verloren gaan.

Hoe krijg je de magie terug?

Het goede nieuws is dat je deze 'verbeteringen' gewoon kunt uitzetten. De snelste manier om van het soap opera effect en de neonkleuren af te komen, is door in het menu van je televisie de beeldmodus te wijzigen. Zoek naar een instelling die Film, Movie, Cinema of Bioscoop heet. In deze modus worden de meeste kunstmatige bewerkingen, zoals bewegingsinterpolatie en overdreven kleurversterking, direct uitgeschakeld of geminimaliseerd. Het beeld wordt misschien iets donkerder en warmer van kleur, maar dat is veel dichter bij wat de regisseur voor ogen had.

Sinds kort hebben veel moderne televisies ook de zogeheten Filmmaker-modus. Dat is de heilige graal voor puristen. Als je deze modus activeert, zet de tv met één druk op de knop alle onnodige nabewerkingen uit en respecteert hij de originele beeldsnelheid, kleuren en beeldverhouding van de film.

Wil je de beeldmodus niet volledig veranderen, maar alleen dat vreemde, soepele effect kwijt? Dan moet je in de geavanceerde instellingen duiken. Elke fabrikant geeft het beestje een andere naam. Bij Samsung zoek je naar Auto Motion Plus of Picture Clarity, bij LG-televisies ga je naar TruMotion, bij Sony naar Motionflow en bij Philips naar Perfect Natural Motion. Door deze functies uit te schakelen of op de laagste stand te zetten, verdwijnt het goedkope video-effect en krijgt je film zijn bioscoopwaardige uitstraling weer terug.