ID.nl logo
Wat is beter: grotere of kleinere speakers?
© Federico Rostagno - stock.adobe.
Huis

Wat is beter: grotere of kleinere speakers?

Zowel bij draadloze modellen als traditionele hifi-luidsprekers is het moeilijk om te kiezen tussen grote of kleine speakers. Met deze tips wordt het makkelijker!

In dit artikel gaat het over de keuze tussen grotere of kleinere luidsprekers. Dat is een beslissing die een grote impact heeft op je budget… maar ook op de geluidskwaliteit. En het antwoord is niet altijd ‘groter is beter’. Daarbij maakt het niet uit of het gaat om een streamingspeaker van Sonos of JBL, of over een paar high-end hifi-luidsprekers van een merk als KEF of Bowers & Wilkins. In dit artikel komt het volgende aan bod:  

  • Wat zijn grote en kleine speakers?
  • Wat is het grote verschil?
  • Welke invloed heeft de grootte en vorm van de kamer?
  • De stap naar stereo (of meer speakers)
  • Waarom een subwoofer toevoegen?

Lees ook: Beter geluid in huis: 10 tips om je speakers goed neer te zetten

Wat zijn grote en kleine speakers?

 Het is onmogelijk om alle luidsprekers op de markt te tellen, laat staan ze allemaal op te noemen. Ook op technisch vlak bestaan er enorme verschillen. Luidsprekers zijn op dat vlak iets helemaal anders dan pakweg fietsen, waar je vaak dezelfde onderdelen ziet terugkomen bij nagenoeg alle fabrikanten. Speakers zijn bijna allemaal anders gebouwd. Dat is zeker een van de redenen waarom de juiste speaker kiezen zo overweldigend kan zijn.

Maar wat je wél vaak ziet, is dat een luidsprekermerk kleinere en grotere modellen aanbiedt. Bij draadloze speakers zie je vaak drie keuzes: small, medium en large. Het gaat dan bijna altijd om speakers die bedoeld zijn om op een meubel te plaatsen. Zelfs de allergrootste draadloze speakers, zoals een Sonos Five of een JBL Authentics 500, vallen qua grootte mee. Bij een draadloze speaker zitten er overigens niet alleen grotere speakers in de behuizing. Ook de ingebouwde versterking is krachtiger.

©JBL

Bij hifi-speakers heb je minstens een keuze tussen een kleiner en een groter model. Maar vaak is het aanbod nog omvangrijker. Belangrijke merken bieden binnen één speakerfamilie dikwijls vijf tot zeven modellen aan. Kleinere modellen worden vaak boekenplankspeakers genoemd ... zelfs als het gaat om relatief forse toestellen die je nooit op een plank van een Billy-boekenkast zou kunnen plaatsen. Grote hifi-speakers zijn dan weer zuilen of vloerstaanders: torens met een hoogte die begint rond 95 cm. Maar het kan nóg veel hoger: er zijn zelfs high-end luidsprekers van 1,80 meter of meer!

Tussenmodel In het Engels worden tussenmodellen ‘standmounts’ genoemd, om aan te geven dat ze vanwege hun grootte eigenlijk op een statief of standaard, of op een AV-meubel thuishoren. Nederlandse winkels gebruiken die term echter zelden. Dit is wel iets om rekening mee te houden, anders ben je misschien verrast als een bestelde ‘boekenplankspeaker’ een 18 kilo zwaar ding met een hoogte van 45 cm blijkt te zijn.

Wat is het grote verschil?

Veel mensen denken dat het verschil tussen kleine en grote speakers zit bij het volume dat er uitkomt. Grote speakers spelen luider, zo gaat de stelregel. Daar zit zeker een grond van waarheid in. Grotere luidsprekers zijn minder gelimiteerd en kunnen een hoger maximaal volumeniveau produceren. Maar eigenlijk gaat het daar niet om. 

Belangrijker is dat grotere speakers (meestal) lagere frequenties kunnen afspelen. Dat is niet alleen belangrijk bij elektronische muziek of actiefilms. Bassen zijn echt een fundament voor veel andere zaken, met name stemmen, en zorgen voor een vollere klank. Zelfs bij muziek dat niet echt uitpakt met diepe beats.

©Jakob Jensen / DALI Loudspeakers

Kleinere boekenplankspeakers, zoals deze van DALI, passen ook echt in een boekenkast.

Aansluitend bieden grote luidsprekers vaak meer souplesse en detail. Dat komt omdat ze (meestal) meer speakers bevatten: woofers, mid-range speakers en tweeters. Doordat elk van die onderdelen specifieke frequenties produceert, kan het optimaler werken.  

Kortom, als je echt aandachtig naar muziek wilt luisteren, dan gaat in een kleine kamer een grotere speaker je meer opleveren qua beleving en detail. De afstand naar je luisterplek mag echter niet te klein zijn (niet minder dan 2,5 meter). Op kortere afstanden klinken grote speakers minder coherent, de verschillende frequenties smelten niet mooi samen tot één geheel.

🔉 Alle audio voor thuis 🎶

Van bluetooth-speaker tot home-cinema-set

Grootte en vorm van de kamer

Dat de grootte van de kamer een grote rol speelt, dat hoeven we je wellicht niet te vertellen. Je hebt nu eenmaal meer nodig om een grote ruimte te vullen met geluid. En ja, de vuistregel ‘grote speakers voor grote ruimtes’ klopt daarom wel. 

Daarbij moet je wel bedenken dat het niet gaat om de oppervlakte, maar wel het volume. Een kleinere kamer met heel hoge plafonds bijvoorbeeld, zal hogere eisen stellen aan je speaker(s) dan een even grote kamer met een plafondhoogte van pakweg 2,8 meter. Een kleinere woonkamer die langs een kant open is naar de volgende ruimte kan dan weer vanuit geluidsoogpunt een grote ruimte zijn.  

Daarbij zit het verlies vooral bij de bassen. Dat betekent dat je soms in een grote kamer wél kleine speakers kunt plaatsen. Maar je moet die kleine speakers wel aanvullen met een subwoofer die zorgt voor aanvullende bassen. Deze opstelling werkt het best als de afstand tussen de speaker(s) en de zitplek niet enorm groot is: 1,5 - 2,5 meter. 

De stap naar meer speakers

Terwijl hifi-speakers altijd als een paar worden gebruikt, zijn er ook veel mensen die één enkele grote draadloze speaker gebruiken om muziek te beluisteren. In een grote ruimte kan je daardoor echt het gevoel krijgen dat een lied recht uit een bepaalde hoek komt. Als je vaak rondloopt, bijvoorbeeld in een keuken, is dat minder fijn.

In die situaties is het beter om te werken met twee kleinere speakers. Qua budget scheelt dat vaak niet veel, maar het resultaat is wel een betere dekking van de kamer. Muziek zal meer ‘zweven’ in de ruimte, wat aangenamer is als je rondloopt. 

In ruimtes met een lastigere vorm of die heel uitgebreid zijn, kun je best met nog meer speakers werken. Je hoeft de speakers dan ook niet zo luid te zetten.  Dat gaat het makkelijkst met draadloze speakers met multiroom-mogelijkheden.

Stereo of twee keer mono? In een keuken of kamer waarin je vaak rondloopt, laat je de draadloze speakers het best hetzelfde spelen door ze in dezelfde zone te plaatsen. Luister je vooral vanuit één positie, zoals vanaf de bank, dan maak je met de twee speakers beter een stereopaar.

Waarom een subwoofer toevoegen?

Hierboven kon je al lezen dat een subwoofer toevoegen dé manier is om met kleine speakers een voller geluid te krijgen. Zo’n subwoofer of sub vult het geluid van die luidsprekers immers aan met lage tonen. Er zijn verschillende soorten subwoofers, waaronder ook handige modellen die je subtiel kunt ophangen, verwerken in de muur of verstoppen onder de bank. 

Ook handig: een subwoofer kun je altijd later toevoegen. Zo gebruik je je budget eerst voor twee kleinere speakers en dan koop je later eventueel een extra subwoofer. Je moet dan uiteraard wel vooraf uitzoeken of je muzieksysteem die stap ondersteunt. Voor veel multiroom-speakers zijn er draadloze subwoofers beschikbaar die je via een app koppelt. Gebruik je hifi-speakers, dan is het makkelijkste als je kiest voor een versterker met een sub-uitgang.

©Denon

Subwoofers zijn er voor draadloze speakers en als aanvulling bij klassiekere hifi-luidsprekers.
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.