ID.nl logo
Dit heb je nodig als je muziek luistert met stereospeakers
Huis

Dit heb je nodig als je muziek luistert met stereospeakers

Muziek beluisteren via twee losse speakers is heel traditioneel – maar levert wel een heel goed resultaat op. Maar wat heb je verder nog nodig om op deze manier van je favoriete liedjes te genieten?

Veel mensen gebruiken draadloze speakers of een soundbar om naar muziek te beluisteren. Dat is niets mis mee. Maar er valt ook veel te zeggen voor de klassieke aanpak: twee losse stereospeakers die je wat verder van elkaar zet. Het is wellicht de beste manier om een overtuigende stereo-ervaring te krijgen. In dit artikel ontdek je waarom en hoe!

Het nadeel van losse speakers is dat je extra apparatuur nodig hebt. Luidsprekers zoals die uit dit artikel zijn ‘passief’. Ze bevatten geen elektronica, versterking of streamingdevice. Dit heb je ook nog nodig om ze te gebruiken:

  • Versterker
  • Aansluiten op je tv
  • Platenspelers
  • Cd-spelers en streamingapparaten
  • Kabels

Versterker 

Om twee luidsprekers aan te sturen, heb je een stereoversterker nodig. Een stereoreceiver bestaat ook, dat is gewoon een versterker met een ingebouwde radiotuner. Aangezien radio luisteren via de antenne niet meer zo populair is, zal je dit type niet zo vaak tegenkomen.

Het handigste is een geïntegreerde versterker: een versterker met zowel de voorversterker (met ingangen en volumeregeling) als de eindversterker (het gedeelte dat de eigenlijke versterking voor z’n rekening neemt) ingebouwd. Audiopuristen kiezen er soms voor om hiervoor twee aparte toestellen in te zetten. Dat kan op het vlak van verfijning en controle net iets meer opleveren, maar de kostprijs is hoger en twee toestellen nemen meer plaats in dan één.

Qua ingangen kun je bij geïntegreerde versterker altijd rekenen op analoge inputs om bronnen of audiotoestellen aan te sluiten. Het zijn meestal een aantal cinch- of RCA-ingangen (per paar, wit voor links en rood voor rechts).

Bij duurdere toestellen komen daar XLR-ingangen bij. Als de versterker voorzien is van een digitaal gedeelte, vind je achteraan mogelijk ronde coaxiale ingangen, optische inputs (een rechthoekje met de twee bovenhoek afgesneden), een usb-b-poort en een HDMI-poort. Bij duurdere toestellen zie je soms exotische zaken, zoals een AES/EBU-ingang.

Alles-in-een Er bestaat alles-in-één-versterkers met ingebouwde cd-speler. Deze toestellen zijn zeldzaam, maar wel een interessante keuze als je maar af en toe een schijfje wil beluisteren.

Je vindt heel wat geïntegreerde versterkers met ingebouwde streaming. Dat kan gaan van bluetooth tot heel uitgebreide streamingmogelijkheden, zoals AirPlay, Chromecast en een eigen app. Er zijn ook compactere versterkers die passen in een multiroom-systeem, zoals bij Sonos of Harman Kardon.

Tegenwoordig gaat fabrikanten graag voor een volle menukaart qua streaming. Je krijgt vaak meerdere streamingopties. Dat is een goede zaak, want bijvoorbeeld AirPlay werkt net iets prettiger als je een Apple-toestel bezit, terwijl Chromecast beter bij een Android-telefoon past. Een audiotoestel met meerdere streamingopties zal dus beter bij je passen wanneer je bijvoorbeeld overschakelt van een Android naar een iPhone.

En je tv?

Dé trend bij versterkers? Een HDMI-ARC-poort. Handig, want hiermee kun je de versterker aansluiten op je televisie. Zo kun je een muziekinstallatie ook gebruiken om films en tv-series heel wat beter te laten klinken. Het slimme is dat de versterker automatisch samen met je tv-toestel zal inschakelen én dat je de tv-afstandsbediening kunt blijven gebruiken om geluid stiller en zachter te zetten.

Denk er wel aan om in de tv-instellingen te duiken en de audio op ‘PCM’ of ‘Stereo’ in te stellen (in plaats van ‘Passthrough’ of ‘Bitstream’). Dit is nodig omdat stereoversterkers doorgaans geen surroundgeluid kunnen verwerken. De PCM-optie zorgt dat de tv automatisch alle audio omzet naar een stereosignaal.

Televisie aansluiten Geen HDMI-ingang op je versterker? Als er wel een optische ingang is, dan kun je ook zo een televisie aansluiten. Met de afstandsbediening van je tv kun je dan wel niet het volume regelen, dat moet met de remote van de versterker.

Platenspeler

Wil je een draaitafel aansluiten, dan kom je snel uit bij een versterker met twee losse speakers. Dat levert ook veel authentieker resultaat dan die platenspeler met een klein speakertje koppelen. Het verbinden van een platenspeler met een versterker is niet moeilijk, maar er zijn wel enkele valkuilen waar je voor oppassen.

Een platenspeler is een volledig analoog toestel, of het nu een vintagetoestel is dat je tweedehands kocht of een nieuwer apparaat. Wat dat technisch betekent is niet zo belangrijk, maar het zorgt er wel voor dat het signaal dat van je vinylspeler komt heel stil is. Je kunt het niet zomaar aansluiten op een willekeurige ingang op een versterker. De kabel van de platenspeler moet gekoppeld worden op een phono- of platenspeleringang. Je herkent het ook aan het extra schroefje voor de dunne aardingsdraad.

De meeste platenspelers hebben een cartridge met naald van het type MM. Duurdere modellen van 1500 euro en meer komen vaak met een MC-cartridge. Ziet er hetzelfde uit, maar het signaal is nog stiller (en gedetailleerder). In dit geval heb je een phono-voorversterker nodig die MC ondersteunt. Er zijn heel weinig versterkers die compatibel zijn met MC-cartridges.

Als je versterker geen phono-ingang heeft, dan moet je kiezen voor een platenspeler met een ingebouwde versterker. Of een bijkomende phono-voorversterker aanschaffen (vanaf 150 euro) die tussen de draaitafel en versterker komt te staan.

Zin om je vinyl weer uit de kast te halen?

Platenspelers zijn weer helemaal terug!

Kabels 

Als je een muzieksysteem samenstelt, gaat veel aandacht naar de toestellen. Je moet ze echter ook met elkaar verbinden. Dat kan heel verwarrend zijn. Gelukkig worden bij platenspelers, cd-spelers en streamers meestal wel een functionele kabel meegeleverd. Je kunt die altijd vervangen door een langer of duurder exemplaar als je dat verkiest. Let wel dat een platenspelerkabel idealiter niet langer is dan 1,5-2 meter.

Luidsprekers verbind je met een versterker door middel van luidsprekerkabel. Je kunt zelf kabels op maat knippen en eventueel van stekkers voorzien, maar er zijn ook betaalbare opties die uit de fabriek op lengtes zoals twee, drie of vijf meter zijn gemaakt.

Cd en streaming

Muziek-cd’s afspelen doe je via een cd-speler. Die sluit je via een cinch-kabel of een digitale kabel op je versterker aan. Er bestaan handige cd-spelers met ingebouwde streamingopties. Losse streamers zijn er ook. Ze zijn een goede keuze als je geen cd’s gaat spelen en de versterker zelf geen streaming bevat. Streamers bestaan in alle formaten en prijsklassen. Het kwaliteitsverschil zit heel vaak in het DAC-gedeelte (dat digital omzet in analoog) en in eventuele extra opties.

Voor een audiofiel is het samenstellen van een muzieksysteem iets dat veel aandacht verdient. Luidsprekers spelen een belangrijke rol in het bepalen van geluidskwaliteit en de ervaring, maar de synergie tussen de verschillende onderdelen is ook van belang.

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.