ID.nl logo
De beste tips om blessures te voorkomen
© Li Zhongfei
Gezond leven

De beste tips om blessures te voorkomen

Voor weinig dingen in het leven gaat de spreuk ‘voorkomen is beter dan genezen’ meer op dan voor sportblessures. Blessures zorgen ervoor dat je dagen, weken of zelfs maanden niet kunt sporten, en je kan er je leven lang last van houden. Natuurlijk zit een ongeluk altijd in een klein hoekje, maar je kunt er in elk geval alles aan doen om blessures te voorkomen. In dit artikel lees je hoe.

Dit artikel in het kort: Wat is een blessure? | Waarom is een warming-up belangrijk? | En waarom is het slim om altijd een cooling-down te doen? | Wat voor soorten blessures zijn er? | Wat voor rol speelt je techniek? | Wat is het belang van goed materiaal? | Wat moet je doen als je toch een blessure hebt? | Hoe zit het precies met training? | Speelt voedsel ook een rol bij het wel of niet krijgen van blessures?

Ook interessant: Hoe werkt spieropbouw en hoe haal je het maximale eruit?

Wat is een blessure?

Een blessure is een vorm van letsel die meestal wordt veroorzaakt door een onverwachte beweging. Dat gebeurt ook buiten de sportvelden om, maar in dit artikel richten we ons vooral op sportblessures, omdat die een stuk makkelijker te voorkomen zijn. Veel (ernstige) blessures ontstaan op zichzelf, zonder dat er een tegenstander aan te pas komt. Veel voorkomende blessures zijn spierscheuringen of -verrekkingen, botbreuken of -kneuzingen en blessures aan knie- en enkelbanden.

Blessures helemaal voorkomen kan je natuurlijk nooit, maar je kunt er in elk geval alles aan doen om de kans zo klein mogelijk te maken.

Warming-up

Eigenlijk zouden we deze hele paragraaf in hoofdletters moeten neerzetten. EEN WARMING-UP IS EEN ABSOLUTE MUST ALS JE GAAT SPORTEN, IN WELKE VORM JE DAT OOK GAAT DOEN. Voor je begint met sporten, staat je lichaam in de ‘leefstand’. Dat is prima, want zo verspil je niet al te veel energie die je toch niet nodig hebt. Maar als je gaat sporten, is dat anders. Dan wil je maximale doorbloeding van je spieren hebben.

Het duurt even voor je de ‘sportstand’ hebt bereikt. Je spieren zijn nog niet opgewarmd, en zijn nog stijfjes. Dat leidt tot mindere prestaties, maar het vergroot vooral het risico op blessures. Een koude spier is veel vatbaarder voor een onverwachte beweging of een harde aanraking dan een warme.

©ViDi Studio - stock.adobe.com

Zorg dat je in elk geval de spieren opwarmt die je gaat gebruiken, maar als je twijfelt, neem dan gewoon je hele lichaam mee. Een kwartiertje rustig opbouwen voor je aan de gewichten gaat hangen of het voetbalveld opstapt kunnen we niet vaak genoeg aanraden.

Watch on YouTube

Cooling-down

Dat een warming-up belangrijk is, is bij de meeste sporters wel bekend, maar de cooling-down wordt nog al te vaak vergeten. En dat terwijl een goede afkoelfase ook invloed heeft op je blessuregevoeligheid, al is die invloed iets minder direct.

Een cooling-down is bedoeld om je lichaam na het sporten weer tot rust te laten komen. Je hebt een inspanning gedaan, en je moet je lichaam vertellen: je kunt weer een beetje kalmeren, we zijn klaar. Op die manier breng je je hartslag op een gezonde manier omlaag, zorg je dat je ademhaling weer op orde komt en voorkom je spierpijn – eigenlijk ook al een vorm van een blessure.

Maar de cooling-down heeft vooral effect op de lange termijn. Zo’n afkoelfase zorgt ervoor dat je spieren en gewrichten soepel blijven, of zelfs soepeler worden. Soepele spieren en gewrichten leiden op hun beurt weer tot minder blessures. Doe jezelf dus een lol en spring niet meteen onder de douche, maar loop of fiets nog even rustig uit voor je weer op huis aan gaat.

Lees ook: 9 tips voor sneller herstel na het sporten

Soorten blessures

Er zijn verschillende soorten blessures, allen met hun eigen oorzaken.

  • Spierverrekking. Je trekt een ongecontroleerde beweging iets te ver door, waardoor de spier verder wordt uitgerekt dan normaal. Het herstel hiervoor duurt meestal een paar dagen tot enkele weken.

  • Spierscheuring. Een extreme vorm van de verrekking. Afhankelijk van de aard van de scheuring is er letterlijk een scheur te zien in de spiervezels. Meestal duurt het herstel enkele maanden, soms zelfs langer.

  • Botkneuzing. Een botkneuzing eigenlijk gewoon een botbreuk, maar dan aan de binnenkant van het bot, en slechts een deel van de vezels in het bot is aangetast. Het herstel hangt heel erg af van de aard en de plek van de kneuzing en kan enkele weken tot meerdere maanden duren.

  • Botbreuk. Een botbreuk is letterlijk een scheur of breuk in een bot. Kleinere scheuren genezen soms vanzelf, bij volledige breuken is vaak gips nodig. Het herstel kan weken tot maanden duren.

  • Gescheurde of verrekte banden. Knie- en enkelbanden zijn banden van weefsel die de verschillende botten in het gewricht bij elkaar houden. Die banden kun je door een verkeerde beweging verrekken, inscheuren of zelfs helemaal afscheuren. Een verrekking of kleine scheuring heeft meestal een paar weken nodig om te herstellen, terwijl een volledige scheuring vele maanden tot zelfs meerdere jaren kan duren – áls het zelfs al volledig herstelt.

©Katarzyna Bialasiewicz Photographee.eu Photographee.eu

Techniek

Een groot deel van de sportblessures ontstaat door een verkeerde techniek. Spieren kunnen een hoop hebben, maar ze kunnen er niet goed tegen om langere tijd belast te worden op een onnatuurlijke manier. Op die manier sluipen er verrekkingen of zelfs scheuringen in, soms zelfs zonder dat je het in eerste instantie doorhebt.

Het is daarom belangrijk dat je de bewegingen die je sportieve activiteit van je vraagt op een goede manier uitvoert. Trainers zijn hierbij belangrijk: die weten doorgaans goed welke bewegingen op een juiste manier worden uitgevoerd, en hoe ze verbeterd kunnen worden. Ga je naar de sportschool? Vraag dan aan een van de medewerkers of ze je willen laten zien hoe een apparaat werkt. Blessures die door een verkeerde techniek komen kunnen vaak lange tijd voortslepen, terwijl je ze makkelijk kunt voorkomen.

Ook interessant: Hoe werkt conditie en hoe train je het?

Materiaal

Ook materiaal is debet aan tal van blessures. Verkeerd materiaal zorgt ervoor dat je spieren en gewrichten de bewegingen die je doet niet op de juiste manier kunnen uitvoeren, zelfs als je techniek verder perfect is. Het is natuurlijk verleidelijk om een rondje te gaan rennen in die oude Nikes die je nog in de kast had liggen, maar dat is geen goed idee. Gewone sportschoenen zijn er niet op gemaakt om de klappen op te vangen die je je lichaam toedient tijdens een rondje rennen. Speciale hardloopschoenen zijn dat wel.

Maar het geldt niet alleen voor schoenen, ook andere soorten materiaal spelen een rol, en dat kan van alles zijn. Een te zwaar tennisracket* kan ervoor zorgen dat je last krijgt van je schouder. Een te kleine racefiets drukt je lichaam in een verkeerde houding, waardoor je een pijnlijke rug kunt krijgen. Laat je dus altijd goed adviseren in de winkel bij het aanschaffen van sportmaterialen, en gebruik ze alleen waar ze voor bedoeld zijn.


*Tennisrackets zijn er in verschillende gewichtsklassen: licht (255 – 270 gram), medium (270 – 305 gram) en zwaar (305 – 340 gram). Onder de linkjes vind je voorbeelden van dit soort rackets bij diverse webwinkels.


Toch een blessure? Dit kun je doen

Blessures helemaal voorkomen is onmogelijk. Hoe goed je je ook voorbereidt, er kan altijd iets gebeuren. Een scheefliggende steen, een tik van een tegenstander, een kleine onoplettendheid, en het schiet erin. Als dat gebeurt, denk dan in elk geval aan het volgende.

  • Heb je last van een spier of een band? Koel de plek met ijs en beweeg het lichaamsdeel zo min mogelijk. Houd het lichaamsdeel waar mogelijk boven je hart om ervoor te zorgen dat overtollig vocht weg kan stromen.

  • Gaat het om een bot? Ondersteun het lichaamsdeel en belast het zo min mogelijk. Bij een breuk moet je natuurlijk zo snel mogelijk naar de dokter of het ziekenhuis.

  • Als het een lichte blessure betreft, kun je na verloop van tijd zelf weer rustig aan beginnen met sporten. Houd het geblesseerde lichaamsdeel als referentie: ga dus niet je rechterarm keihard trainen als je linkerpols in het verband zit, maar houd het gelijk.

  • Heb je een zware blessure? Dan kan het een goed idee zijn om een sportarts in te schakelen die je helpt bij het herstel.

©PiyawatNandeenoparit - stock.adobe.com

Training

Zwakkere spieren zijn gevoeliger voor blessures dan sterke spieren. Een goede trainingsopbouw zorgt ervoor dat je je spieren genoeg belast om ze te laten groeien, maar niet zó veel dat je blessures oploopt. Doe dus altijd rustig aan als je begint met sporten. Je moet je spieren de tijd geven om te wennen aan de inspanningen die ze moeten gaan doen. Als je eenmaal een paar keer hebt getraind, kun je steeds wat langer doorgaan, of met zwaardere gewichten gaan werken.

Ook de planning van je trainingen is belangrijk. Geef je spieren tussendoor genoeg tijd om te herstellen. Ga niet hard sporten als je nog spierpijn hebt van de vorige keer. Zorg ervoor dat je lichaam weer klaar is voor een nieuwe inspanning, en onthoud dat dat wat langer duurt als je net bent begonnen.

Lees ook: Op de massagetafel: ID.nl test de Hypervolt GO 2

Voedsel

Misschien niet het eerste waar je aan denkt, maar voedsel is ook niet onbelangrijk bij het voorkomen van blessures. Ten eerste zorgt een gezonde levensstijl ervoor dat je minder overtollige kilo’s met je meedraagt, en dat je je spieren en botten tijdens het sporten dus minder belast.

Als je lichaam de juiste voedingsstoffen binnenkrijgt, blijven je spieren en botten bovendien zelf ook gezond. Een verkeerd dieet kan ervoor zorgen dat je botten zwakker worden, en als je niet de juiste voedingsstoffen binnenkrijgt, kunnen je spieren verzwakken, met alle gevolgen van dien. Je hoeft echt geen strikt dieet te volgen, maar als je eet via de Schijf van Vijf verklein je het risico op blessures tijdens het sporten.

Een bijkomend effect is dat je spieren sneller sterker worden als ze de juiste voedingsstoffen binnenkrijgen, en sterkere spieren leiden tot minder blessures.

Conclusie

Blessures voorkomen is honderd keer beter dan blessures genezen. Het helemaal uitsluiten kan je het natuurlijk nooit, maar je kunt er in elk geval alles aan doen om de kans op een blessure zo klein mogelijk te maken. Doe altijd een goede warming-up voor het sporten, en een goede cooling-down als je klaar bent, wat je ook gaat doen. Zorg ervoor dat je materiaal op orde is, zowel je kleding als de apparaten en tools die je bij je sport gebruikt. Schakel altijd een trainer of coach in om jezelf de juiste techniek aan te leren, en houd die techniek altijd in je achterhoofd als je aan het sporten bent. Eet gezond, zodat je spieren en botten zo sterk zijn als ze kunnen zijn. Zo kun je op een verantwoorde manier sporten en – hopelijk! – blessurevrij door het leven gaan.

▼ Volgende artikel
7 handige MagSafe-accessoires voor je iPhone
© hadrian | ifeelstock - stock.adobe.com
Huis

7 handige MagSafe-accessoires voor je iPhone

MagSafe is een handige technologie om je iPhone op te laden en om allerlei accessoires aan je toestel te bevestigen. In dit artikel bespreken we welke MagSafe-accessoires voor je iPhone het nuttigst zijn.

In een notendop:

  • Wat is MagSafe?
  • Bij welke aanbieders vind ik MagSafe-accessoires?
  • Welke iPhone-accessoires met MagSafe zijn handig?

Lees ook: Batterij leeg? Met deze tips houdt jouw smartphone het de hele dag vol!

Wat is MagSafe?

MagSafe is een technologie van Apple waarmee je compatibele accessoires magnetisch bevestigt aan je iPhone. De magneetring houdt de accessoires goed op zijn plek en maakt het mogelijk om accessoires snel te wisselen of simpelweg te verwijderen. 

MagSafe is aanwezig in alle iPhones sinds de iPhone 12, met uitzondering van de iPhone 16e en de iPhone SE-modellen. Op telefoons zonder MagSafe kan een magnetische sticker of een hoesje met magneet alsnog voor MagSafe-functionaliteit zorgen. Het voordeel van sneller draadloos opladen ontbreekt dan.

Beste MagSafe-accessoires voor iPhones

Sinds het bestaan van de technologie zijn er allerlei MagSafe-compatibele accessoires uitgebracht door Apple en andere fabrikanten. Bekendere andere aanbieders van producten die MagSafe ondersteunen zijn Belkin, OtterBox, Nomad, Mophie, Zens en Moment. Hieronder zie je welke MagSafe-accessoires voor iPhones wat ons betreft de moeite waard zijn.

MagSafe-oplader

Een MagSafe-oplader is een ronde schijf met een usb-c-kabel om je iPhone op te laden. Dankzij de magnetische ring in je iPhone blijft de oplader stevig op zijn plek, waardoor het opladen soepel en betrouwbaar verloopt. MagSafe is meestal sneller dan andere draadloze opladers, maar met een kabel gaat het nog altijd vlotter. MagSafe-opladers zijn ook compatibel met andere Apple-apparaten, zoals de AirPods Pro 2 en AirPods (3e generatie) met MagSafe-oplaadcase. 

MagSafe-oplaadstation

Als je je iPhone en andere Apple-producten tegelijk wilt opladen zonder rommelige kabels op je bureau of nachtkastje, is een oplaadstation een uitkomst. Er zijn 2-in-1-opladers en 3-in-1-opladers die ruimte bieden voor je iPhone, AirPods en/of Apple Watch, en zelfs 4-in-1-opladers met bijvoorbeeld een extra kabel om je iPad op te laden. MagSafe-oplaadstations zijn er ook te vinden met een standaard, zodat je je iPhone ook in de StandBy-modus kunt gebruiken, waarbij bepaalde informatie zoals de tijd of het accupercentage op het scherm wordt getoond. 

iPhone-hoesje met MagSafe-ring

Met een MagSafe-hoesje bescherm je je iPhone terwijl je gebruik kunt blijven maken van MagSafe. Door de magneetring in het hoesje lijn je het toestel goed uit met andere MagSafe-accessoires en blijven de accessoires steviger vastzitten dan bij hoesjes zonder magneetring. Heb je geen MagSafe-hoesje, dan zijn er ook losse magneetringen of -stickers verkrijgbaar die je op een hoesje kunt plakken.

©Irina Meshcheryakova | Masarik - stock.adobe.com

Lees ook: Zo vind je het ideale hoesje voor je smartphone

MagSafe-kaarthouder

Wie het liefst niet met allerlei losse spullen de deur uit wil, kan met een MagSafe-kaarthouder de belangrijkste passen meenemen door de kaarthouder magnetisch te bevestigen aan de achterkant van een iPhone. Zo heb je bijvoorbeeld je pinpas, creditcard en OV-chipkaart altijd bij de hand. De kaarthouder is ook weer eenvoudig van het toestel te halen, zodat je je iPhone draadloos kunt opladen of er een ander accessoire op kunt vastmaken.

Lees ook: Deze 20 nuttige accessoires maken meer van je smartphone

Autohouder met MagSafe

MagSafe-autohouders kun je bevestigen aan het dashboard, een luchtrooster of de voorruit van je auto. Door de ingebouwde magneet hang je je iPhone eenvoudig op aan de houder, zodat je kunt navigeren of handsfree kunt bellen. Sommige MagSafe-houders voor in je auto kunnen je iPhone ook draadloos opladen, maar bij andere autohouders is een losse kabel nodig. 

MagSafe-powerbank

Met een MagSafe-powerbank heb je altijd wat extra oplaadcapaciteit op zak. Je maakt de powerbank magnetisch vast aan de achterkant van je iPhone en kunt het toestel tijdens het opladen blijven gebruiken. MagSafe-powerbanks bieden vaak 5.000 of 10.000 mAh aan oplaadcapaciteit, waardoor je je iPhone één tot twee keer volledig kunt opladen. Sommige van deze powerbanks kunnen ook andere smartphones opladen via een kabel.  

©yalcinsonat - stock.adobe.com

Externe opslag met MagSafe

Relatief nieuw in het aanbod van MagSafe-accessoires is de externe solid state drive (ssd). De draagbare opslag is eenvoudig aan de achterkant van je iPhone te bevestigen, waardoor je altijd en overal genoeg opslag bij de hand hebt om video's op te nemen met je iPhone. De bestandsoverdracht is overigens niet draadloos: die verloopt via een usb-kabel. Er zijn MagSafe-ssd's te vinden met 1 TB, 2 TB of 4 TB aan opslagcapaciteit. Onder meer fabrikanten SanDisk en Lexar bieden portable ssd's aan met MagSafe. 

Bonustip: MagSafe-ringstandaard

Er zijn ook diverse telefoonhouders beschikbaar in de vorm van een MagSafe-ring. De ringstandaard bevestig je magnetisch aan de achterkant van je iPhone en kun je vervolgens uitklappen, zodat je je iPhone bijvoorbeeld in een prettige kijkhoek kunt plaatsen tijdens het kijken van je favoriete films of series. 

MagSafe-compatibel hoesje nodig?

Kies uit ruim 20.000 exemplaren

▼ Volgende artikel
AI of echt? Zo zie je het!
© AK | ID.nl
Huis

AI of echt? Zo zie je het!

Hoewel het steeds lastiger wordt om AI-gegeneerde content te herkennen, zijn er nog altijd signalen waaraan je door kunstmatige intelligentie gemaakte teksten, afbeeldingen en video's kunt herkennen. In dit artikel lees je hoe je echt van AI kunt onderscheiden.

In dit artikel bespreken we veelvoorkomende kenmerken van AI-gegeneerde teksten, afbeeldingen en video's. Maar: de signalen die we benoemen zijn geen zekerheid. Een ervaren AI-ontwerper kan content creëren zonder de ‘bekende’ kenmerken, waardoor herkenning lastiger wordt.

Lees ook: Dit zijn de populairste AI-tools voor het creëren van video's

Teksten

De makkelijkste manier om erachter te komen dat een tekst door een mens is geschreven (of op zijn minst is aangepast), is door te kijken naar de spelling. Hoewel AI-chatbots op inhoudelijk vlak vaak de mist in gaan, zul je ze zelden spel- of grammaticafouten zien maken. Online posts barsten vaak van de taalfouten*, dus een volledig correct geschreven post is al verdacht.

*tenzij er natuurlijk nog een goede eindredacteur van vlees en bloed naar heeft gekeken.

Hoewel er weinig taalfouten worden gemaakt, wil dat niet zeggen dat AI-teksten altijd mooi geschreven zijn. Zonder specifieke instructies hebben bots er namelijk een handje van om nogal wollig te zijn. Ze gebruiken vaak veel tekst om iets uit te leggen en herhalen dezelfde punten in andere bewoordingen.

Ook volgen ze uit zichzelf vaak een vast stramien. Eerst herhalen ze de vraag, dan geven ze een opsomming (bijna altijd met deelonderwerpen of bulletpoints) en tot slot komt er een conclusie (ingeleid door kortom of iets in dezelfde trant). De meeste AI-modellen zijn ook getraind om zo onpartijdig en neutraal mogelijk te zijn. Zelfs als ze gevraagd worden om een bepaald standpunt te verdedigen, is de beantwoording doorgaans voorzichtig en afstandelijk (sommige mensen vinden dat...).

Kortom (😉), als je ziet dat een online gebruiker een lange, opsommende reactie geeft zonder taalfouten, moeten de alarmbellen afgaan. Je kunt een chatbot echter instructies geven als 'hou het antwoord kort', of 'gebruik geen opsomming', waarmee je zulke signalen eenvoudig kunt verdoezelen. Bovendien is het ook zo moeilijk niet om expres een taalfoutje toe te voegen aan een AI-tekst, dus deze vorm van generatieve AI is momenteel waarschijnlijkst het moeilijks om betrouwbaar te herkennen.

Chatbots hebben de neiging om opsommingen te gebruiken.

Afbeeldingen

AI-afbeeldingen zagen er een paar jaar geleden nog heel nep uit, maar inmiddels moet je goed je best doen om ze te onderscheiden van echte afbeeldingen. Vooral AI-afbeeldingen van mensen blijven echter vooralsnog relatief eenvoudig te herkennen. De meeste AI-modellen hebben namelijk moeite met het weergeven van gezichtsuitdrukkingen, waardoor mensen vaak of emotieloos uit hun ogen kijken, of juist overdreven expressief zijn. Let ook altijd op de handen, want het gebeurt geregeld dat iemand er een zesde vinger bij krijgt. 👇

Verder zien teksten op afbeeldingen er vaak vervormd uit of ontbreken er zelfs complete letters, wat leidt tot onleesbare wartaal. Ook andere details ogen, als je inzoomt, vaak wat vervormd. Daarnaast voegt AI aan realistische beelden meestal een overdreven gloed en onnatuurlijke belichting toe, waardoor ze er wat té perfect uitzien.

Bedenk je bij het zien van een afbeelding tot slot of het logisch is wat je ziet. In het onderstaand plaatje zie je een leeuw en een lammetje gebroederlijk naast elkaar liggen. In het echte leven zou het lammetje allang lamsbout zijn. Wat doet de koning van de jungle trouwens in een herfstbos in plaats van op de savanne? En sinds wanneer lijkt een leeuw (gemiddelde gewicht rond de 150 kilo) maar een heel klein beetje groter dan een babyschaapje (dat een paar maanden na zijn geboorte misschien 25 kilo weegt)? Wie wat beter kijkt, ziet dus dat deze foto niet echt is, maar door AI gemaakt is.

©Activision

Video's

Naast dat de herkenningspunten die we bij de afbeeldingen genoemd hebben ook gelden voor video's, zorgt bewegend beeld ervoor dat AI nog vaker (en duidelijker) de mist in gaat. AI-gegenereerde animaties zijn namelijk vaak nog niet heel realistisch. Zo bewegen objecten en mensen meestal onnatuurlijk en 'zweverig', vaak in slow-motion.

AI-video's hebben er ook moeite mee om consequent te blijven. Hoe langer een video duurt, hoe meer deze uit elkaar valt. Zo zie je nog vaak dat een gezicht gaandeweg vervormt, of dat mensen en objecten op de achtergrond ineens verdwijnen. Daarom zul je in AI-video's ook zelden een shot zien die langer dan 10 seconden duurt. In deze video worden veel eigenaardigheden van AI-video's op grappige wijze uitgebeeld.

Dat AI logica niet begrijpt, uit zich tot slot ook duidelijk in video's. AI-gegenereerde eetvideo's zijn daar notoire voorbeelden van, aangezien mensen (of, zoals in dit voorbeeld, pandaberen) hun bestek vaak niet wegleggen voordat ze een slok drinken nemen. En dat er na het drinken nog net zoveel sap in het glas zit als voor het drinken verraadt ook dat een video AI is, zoals je hieronder kunt zien.

Watch on YouTube

Hoe zit het met AI-herkenningssoftware? Er zijn al behoorlijk veel tools gemaakt die automatisch kunstmatige content moeten kunnen herkennen. Vooral voor teksten zijn dit soort detectieprogramma's echter bij lange na nog niet betrouwbaar genoeg. Bij afbeeldingen en video's is de kans van slagen hoger, omdat ze mogelijk zijn voorzien van onzichtbare watermerken. Mocht je moeite hebben met het herkennen van AI-beelden, dan is er dus een kans dat een detectieprogramma uitkomst kan bieden.

Je onderdompelen in de wereld van AI?

VR-brillen voor smartphones