ID.nl logo
Windows 3.1 bestaat 30 jaar en is nooit helemaal weggeweest
© Reshift Digital
Huis

Windows 3.1 bestaat 30 jaar en is nooit helemaal weggeweest

Deze maand is het precies 30 jaar geleden dat Windows 3.1 verscheen, dé Windows-versie die voor het eerst echt aansloeg bij ’t grote publiek. Om het lekker te laten draaien had je wel een redelijk systeem nodig, voor die tijd althans. We blikken terug op deze oer-Windows, en: wat zie je er nog van terug in hedendaagse Windows-versies?

Windows 3.1 verscheen op 6 april 1992. De voorgangers waren slechts lauw ontvangen en bleken nauwelijks bruikbaar voor serieuze toepassingen. Bij 3.0 dat in 1990 verscheen begon er wat hoop te gloren, maar in die versie zaten nog altijd veel te veel buggy zaken. 

We zien nog altijd verrassend veel dingen terug uit die oerversie(s) van Windows in de huidige Windows-versies. Zo introduceerde Windows 3.1 bijvoorbeeld TTF-lettertypen die we tot op de dag van vandaag gebruiken. Ook behoorde echt multitasken eindelijk tot de mogelijkheden.

Dat betekende wel dat een hoop mensen Windows 3.1 in het begin niet konden draaien. De minimum systeemeisen waren namelijk een 286 CPU en minstens 1 MB RAM. CGA-graphics werden niet meer ondersteund. Waarbij je moet bedenken dat velen toen nog een XT gebaseerd op een 8086 in huis hadden staan, vaak gewapend met inderdaad een CGA-grafische kaart. 

Om echt optimaal gebruik te kunnen maken van Windows 3.1 had je een 80386 nodig, en die waren flink aan de prijs destijds. Maar dankzij 386 Enhanced Mode kon je dan eindelijk ook DOS-applicaties multitasken en echt gelijktijdig gebruiken, een novelty van jewelste voor velen!

Vensters slepen en het register

Ook helemaal nieuw in Windows 3.1 was de mogelijkheid om bestanden en pictogrammen te slepen, en het bleek tot op de dag van vandaag een blijvertje. In 3.1 werd ook een andere feature geïntroduceerd dat beter géén blijvertje had kunnen worden: het register. 

Onder een kleinschalig OS als het toenmalige Windows best bruikbaar, maar inmiddels al vele jaren een bron van ellende op moderne pc’s. Het register is een database met daarin alle settings van Windows, programma’s, drivers enzovoort. In een tijd dat er daar niet zo heel veel van was geen probleem. Maar moderne besturingssystemen lossen dat anders en veel veiliger op. Je slaat daarin namelijk gewoon per programma een instellingenbestandje op. 

©PXimport

Dat biedt vele voordelen. Gaat er eens iets gruwelijk mis met je OS, dan kun je dat simpelweg herinstalleren zonder de rest van je software en instellingen om zeep te helpen. Je kunt ook aparte partities voor systeem, programma’s en data maken. Heel overzichtelijk en heel veilig. Gaat er ooit iets fout met een programma (of instellingenbestand), dan volstaat het om simpelweg het programma opnieuw te installeren.

Iets als macOS (maar zeker ook diverse Linux-varianten) maken optimaal gebruik van dit soort mogelijkheden. Het centrale register in Windows is veel riskanter. Raakt dat beschadigd of vervuild, dan leidt dat onherroepelijk tot systeemproblemen en zelfs crashes of gewoon niet meer opstarten. Tot en met ongeveer Windows XP was zo af en toe herinstalleren van je Windows een normale gang van zaken om je systeem aan de praat te houden.

Lees ook:Windows 10-register aanpassen: 15 tips

Latere Windowsversies maakten het register wat meer beheersbaar, maar nog altijd is het een oorzaak van vele problemen. Vooral ook omdat een gemiddelde eindgebruiker er totaal geen wijs uit kan worden. Het was dertig jaar geleden al niet de meest voor de hand liggende manier meer om dit als centrale spil te kiezen, nu is het helemaal achterhaald. 

Maar zomaar overstappen naar iets anders kan Microsoft niet meer, dat zou een enorme ellende wat compatibiliteit betreft doen ontstaan. Zo zie je maar weer eens wat een specifieke keuze uit een ver verleden voor gevolgen in het heden kan hebben.

Hardware-hongerig

Ook gebleven is de geheugenhonger van Windows. Die minimum systeemeis van een 286 met 1 MB RAM leverde niks bruikbaars op en veel software draaide niet tot nauwelijks. Meer geheugen bracht soelaas (bij een Megabytje of vier begon het bruikbaar te worden) en pas met de al genoemde 386 werd het goed bruikbaar. 

Gelukkig verscheen al snel de betaalbare 386SX op de markt, de ‘armeluis-versie’ van de 386. Intern 32 bits, extern 16 bits, wat betekende dat alle goedkope en al bestaande aanpalende chips van de 286-moederborden gebruikt kon worden. Hoewel die 386SX beduidend trager was dan de 286, bood hij wel alle extra mogelijkheden van de 386-architectuur inclusief serieus multitasken.

©PXimport

Windows 3.1-versies

Windows 3.1 kende diverse revisies. Windows for Workgroups 3.1 voegde netwerkopties toe en 3.11 was de ultieme ‘eindversie’ van deze serie waar alles op z’n plek viel. Het waren ook de dagen dat de koppelverkoop-pakketten met daarin Microsoft Office samen met Windows 3.11 voor een belachelijk lage prijs verkocht werden. Het drukte de toen gouden standaard voor tekstverwerken WordPerfect razendsnel uit de markt. En maakte Office tot op de dag van vandaag de nieuwe standaard voor zowel bedrijfsleven als thuisgebruikers. 

Ook heeft die koppelverkoop de prijs van dure softwarepakketten in z’n algemeenheid doen instorten. Mogelijk is dat laatste een onbedoeld effect geweest van deze actie, want ook Microsoft kon vanaf dat moment niet meer de hoofdprijs voor Windows en Office vragen, verre van. Uiteindelijk zijn we zelfs op het punt aanbeland dat Windows ‘gratis’ is en je voor een paar tientjes per jaar een Office-abonnement afsluit.

Multimedia en games

Wat ook opviel aan Windows 3.1(x) waren de multimediale mogelijkheden. Video voor Windows werd geïntroduceerd, met het nog altijd welbekende .avi-bestandsformaat. En verder werden – niet onbelangrijk – de eerste stappen gezet om gamen onder Windows mogelijk te maken. Daarvoor werd WinG ingezet als hulpmiddel. 

Ook verschenen voor Windows 3.1x de eerste videokaarten met een GPU die allerlei 2D-zaken aanzienlijk versnelde. Denk aan het opbouwen van schermonderdelen, maar ook tekenen van dingen als lijnen, cirkels enzovoort. Hardwareversnelling voor de gebruikersinterface was toen nog gloednieuw, inmiddels is dat zo standaard dat je er pas achterkomt wat voor enorme invloed dat heeft als je je Windowssysteem (of anders) eens in veilige modus opstart.

3D speelde nog geen rol in de dagen van Windows 3.1x, dat begon pas heel voorzichtig met de opvolger daarvan: het legendarische Windows 95.

©PXimport

Veranderende tijden

Windows 3.1 is zonder meer te beschouwen als de ‘oermoeder’ van het moderne Windows. Soms helaas en soms gelukkig zijn oude principes uit het dino-tijdperk van de pc nog altijd aanwezig onder de motorkap. Verder geldt dat je vroeger veel bewuster voor een bepaald besturingssysteem koos. Ging je voor DOS en Windows, dan wist je zeker dat er een berg software voor beschikbaar was. Standaardisatie van bijvoorbeeld bestandsformaten speelde toen nog nauwelijks een rol. 

Tegenwoordig is dat wel anders. Het maakt niet zo heel veel meer uit of je nou macOS, Linux of Windows als OS draait. Bestandsformaten zijn moeiteloos uitwisselbaar, programma’s zijn er meer dan genoeg voor alle platforms. Verder geldt dat er steeds meer in een browser gewerkt wordt, waarbij het OS al helemaal niks meer uitmaakt. Je softwareplatform draait ergens in de cloud; het maakt dan helemaal niet meer uit welk onderliggend besturingssysteem daar draait.

Je kunt je dus afvragen of Windows in z’n huidige vorm nogmaals 30 jaar gaat overleven. De kans is groot dat ergens in de nabije toekomst het oude Windows achtergelaten wordt. En er een onder de motorkap op Linux draaiende versie verschijnt. Met wellicht een zelfde uiterlijk als nu, maar wel veel makkelijker te beheren omdat eindelijk afgedaan is met zware erfenissen uit een grijs verleden. Oude software draaien kan dan nog altijd, in een virtuele machine op afroep.

Draai Windows 3.1 in je browser

©CIDimport

Wil je zelf eens ervaren hoe Windows 3.1 nou aanvoelde? Dan kan nu gewoon in je browser via deze link. Op die site is trouwens nog veel meer alleraardigste historische software te vinden. Leuk om op een regenachtige middag (weer) eens mee te spelen!

▼ Volgende artikel
In een half uur klaar: gourmetstel schoonmaken stap voor stap
© sara_winter - stock.adobe.com
Huis

In een half uur klaar: gourmetstel schoonmaken stap voor stap

Gezellig, zo'n avondje gourmetten. Maar na afloop blijft er op het gourmetstel vaak aangebakken vet, gesmolten kaas en saus achter. Logisch dat je niet meteen zin hebt om de boel schoon te maken. Als je het slim aanpakt, is alles binnen een half uurtje weer schoon!

In dit artikel

Je leest hoe je je gourmetstel stap voor stap schoonmaakt zonder de antiaanbaklaag te beschadigen. We leggen uit wanneer je het beste begint met schoonmaken, hoe je losse onderdelen en het elektrische deel veilig reinigt en welke fouten je beter niet kunt maken. Ook krijg je praktische tips om je tafel tijdens en na het gourmetten schoon te houden, zodat je na afloop snel klaar bent.

Lees ook: Gourmetten zonder stank: 10 ideeën die écht werken

Laten afkoelen, maar wacht niet te lang

Zet het gourmetstel na gebruik uit en trek de stekker uit het stopcontact. Laat het geheel afkoelen tot het handwarm is. Wacht je te lang, dan koeken vet en kaas vast en wordt schoonmaken lastiger. Haal losse onderdelen zoals pannetjes, spatels en bakplaatjes eraf voordat je begint met schoonmaken.

Losse onderdelen schoonmaken

Gourmetpannetjes en bakplaatjes hebben meestal een antiaanbaklaag. Die blijft het mooist als je ze niet hardhandig schoon schrobt. Leg ze in warm water met een beetje afwasmiddel en laat ze tien tot vijftien minuten weken. Aangekoekte resten laten dan vanzelf los. Gebruik daarna een zachte spons of borstel en spoel alles goed af. Controleer altijd even de handleiding: sommige onderdelen kun je in de vaatwasser doen, andere juist niet.

©Saskia van Weert

Zo maak je het elektrische deel veilig schoon

Terwijl de pannetjes, spatels en losse bakplaatjes staan te weken, ga je door met het verwarmingselement. Dat element zelf mag nooit nat worden. Zie je vetspetters of etensresten, veeg die dan weg met keukenpapier zodra het gourmetstel is afgekoeld. Voor hardnekkiger vuil gebruik je een licht vochtige doek met een klein beetje afwasmiddel. Knijp de doek goed uit en zorg dat er geen water bij het snoer of in openingen komt. Droog alles direct na met een schone doek.

De bak- of grillplaat weer vetvrij krijgen

Heeft je gourmetstel een losse bak- of grillplaat, haal dan eerst het overtollige vet weg met keukenpapier. Leg de plaat vervolgens in warm water, zodat aangekoekte resten kunnen losweken. Is de bakplaat vast onderdeel van het gourmetstel, dan kun je deze uiteraard niet in water onderdompelen. Neem in dat geval de plaat af met een licht vochtige doek zodra hij is afgekoeld, eventueel met een beetje afwasmiddel. Zo voorkom je dat vet tijdens het schoonmaken uitsmeert. Gebruik vooral geen schuursponsjes of schrapers om het vet weg te krijgen, want die beschadigen de coating en zorgen ervoor dat eten de volgende keer sneller blijft plakken. 

Watch on YouTube

Veelgemaakte fouten bij het schoonmaken van een gourmetstel

Aangekoekte resten wegkrabben met een mesje of staalwol lijkt misschien slim (want: snel), maar beschadigt de antiaanbaklaag blijvend. Ook bij het elektrische deel gaat het vaak mis. Het verwarmingselement onderdompelen in water is onveilig en kan het gourmetstel onbruikbaar maken. Alles direct in de vaatwasser zetten is ook geen goed idee. Vaatwasprogramma's duren vaak lang en werken op hoge temperaturen. Antiaanbaklagen en dunne metalen onderdelen kunnen daardoor sneller slijten of kromtrekken. Twijfel je, dan is met de hand afwassen altijd de veiligste keuze.

Vergeet je tafel niet!

Vetspetters en gemorste saus zijn bijna niet te voorkomen. Leg daarom vooraf een afwasbaar tafelkleed of gebruik een papieren tafelkleed. Dat kan na het gourmetten rechtstreeks de vuilnisbak in. Houd tijdens het eten keukenpapier of doekjes bij de hand om gemorste resten meteen weg te vegen. Is de tafel toch vies geworden, neem hem dan zo snel mogelijk af met warm water en een mild schoonmaakmiddel.

Schoon wegzetten voor de volgende keer

Laat alle onderdelen volledig drogen voordat je het gourmetstel opbergt. Berg je alles nog vochtig op in de doos of kast, dan kunnen er snel muffe geurtjes ontstaan. Bewaar pannetjes en platen apart van elkaar, eventueel met een vel keukenpapier ertussen. Berg pannetjes en platen apart op, eventueel met een velletje keukenpapier ertussen. Zo voorkom je krassen. Zo is het volgende keer alleen nog maar een kwestie van de boel weer tevoorschijn halen en lekker gaan eten. Veel gourmetplezier!

▼ Volgende artikel
Wat is HDR10+ en wanneer zie je het verschil?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is HDR10+ en wanneer zie je het verschil?

Ben je op zoek naar een nieuwe televisie? Grote kans dat de afkortingen je om de oren vliegen. 4K, OLED, QLED... en dan ook nog die eindeloze lijst aan HDR-formaten. Vandaag zoomen we in op een specifieke term die je vaak op de doos ziet staan, vooral bij televisies van Samsung, Panasonic en Philips: HDR10+. Is het een marketingkreet of zie je het echt?

Het is een bekend scenario: je staat in de elektronicawinkel of scrolt door een webshop, en de specificatielijst van je droomtelevisie lijkt wel een geheimtaal. Fabrikanten beloven gouden bergen met termen die indrukwekkend klinken, maar waarvan de betekenis vaak vaag blijft. Toch is het zonde om deze termen zomaar te negeren, want achter die cryptische afkortingen gaan technieken schuil die je filmavond aanzienlijk kunnen upgraden. Het gaat tegenwoordig namelijk niet meer alleen om hoeveel pixels je scherm heeft, maar vooral om de kwaliteit van die pixels. Om te begrijpen waarom die plus in de naam HDR10+ zo belangrijk is, moeten we terug naar de basis.

Eerst even terug: Wat is HDR ook alweer?

HDR staat voor High Dynamic Range. Simpel gezegd zorgt deze techniek ervoor dat de beelden op je tv een groter contrast en meer kleuren hebben. Het zwart is dieper zwart en de felle lichten, zoals een explosie of de zon, knállen echt van je scherm zonder dat de rest van het beeld flets wordt. De standaardvorm hiervan heet HDR10. Dit is de basislaag die bijna elke moderne 4K-televisie ondersteunt. Maar HDR10 heeft één beperking: hij bepaalt aan het begin van de film de instellingen voor helderheid en contrast, en houdt die vervolgens de hele film vast.

©ER | ID.nl

De plus maakt het dynamisch

Hier komt HDR10+ om de hoek kijken. Die plus staat eigenlijk voor dynamische metadata. In plaats van één instelling voor de hele film, stuurt HDR10+ extra informatie mee naar je tv. Hierdoor kan de televisie het beeld scène voor scène of zelfs frame voor frame aanpassen. Zie het als een lichttechnicus die continu aan de knoppen draait om te zorgen dat elk specifiek shot er perfect uitziet, in plaats van dat hij het licht aan het begin instelt en daarna rustig koffie gaat drinken.

Wanneer zie je het verschil echt?

Klinkt goed op papier, maar merk je dit in de praktijk? Het antwoord is ja, vooral in films met veel wisselingen tussen licht en donker. Stel, je kijkt een film die begint met een scène in een zonovergoten woestijn, gevolgd door een scène in een pikdonkere grot. Bij standaard HDR10 stelt de tv zich in op het gemiddelde van de hele film. Omdat die woestijn zo fel is, kan de grot-scène er daarna wat te donker of dichtgelopen uitzien, waardoor details in de schaduw wegvallen.

Bij HDR10+ krijgt je tv, zodra de camera de grot in gaat, een seintje dat het donker wordt en het contrast moet worden aangepast. Hierdoor zie je opeens wél de details op de rotswanden en de texturen in de schaduw, terwijl de felle scènes nog steeds spathelder blijven. Kortom, HDR10+ haalt meer detail uit zowel de donkerste schaduwen als de felste hooglichten, precies op het moment dat het nodig is.

©Gorodenkoff - stock.adobe.com

Wat heb je nodig?

Om van HDR10+ te genieten, moeten alle schakels in de ketting kloppen. Allereerst heb je een geschikte televisie nodig. Vooral Samsung is de grote aanjager van HDR10+, maar ook merken als Panasonic, Philips en TCL ondersteunen het vaak. Let er wel op dat LG en Sony meestal kiezen voor de concurrent Dolby Vision.

Daarnaast moet de content (de film of serie die je kijkt) in HDR10+ geschoten zijn. Amazon Prime Video is de grootste aanbieder van HDR10+-materiaal op streaming-gebied, maar ook Apple TV+ en Google Play Movies bieden het aan. Netflix gebruikt helaas voornamelijk concurrent Dolby Vision. Tot slot ondersteunen veel 4K Ultra-HD Blu-rays het formaat ook als je liever fysieke schijfjes kijkt.

Direct aanschaffen dan maar...?

Is HDR10+ een reden om je huidige tv direct bij het grofvuil te zetten? Nee, dat niet. Maar sta je op het punt een nieuwe tv te kopen, bijvoorbeeld een Samsung, dan is het wel een hele fijne bonus. Het zorgt ervoor dat je films en series ziet zoals de regisseur ze bedoeld heeft: levendig, contrastrijk en vol detail. En ze hoeven tegenwoordig al helemaal niet meer de wereld te kosten.