ID.nl logo
Huis

Hands-on: Ubuntu Touch wil met Convergence van je telefoon een pc maken

Naast Android, iOS en het marginalere Windows Phone zagen we tijdens het Mobile World Congress nog een mobiel besturingssysteem dat onze aandacht trok: Ubuntu Touch. Dat heeft een aantrekkelijke nieuwe functie waarmee een telefoon kan worden omgetoverd tot computer: Convergence. Werkt dat een beetje? We gingen ermee aan de slag!

Ubuntu Touch is verre van nieuw. Canonical timmert met het besturingssysteem al een paar jaar aan de weg, maar krijgt maar moeilijk voet aan de grond in een markt die wordt gedomineerd door Android en iOS.
 

Telefoons met goede specificaties

Canonical is nu echter de samenwerking aangegaan met een aantal fabrikanten, met het Chinese Meizu als belangrijkste naam voorop. Die heeft de Meizu Pro 5 Ubuntu Edition gemaakt, een smartphone met prima specificaties waar Ubuntu op draait. Denk daarbij aan een 5,7"-amoled-scherm, een 3,050mAh-accu, 3 GB aan RAM en een vingerafdrukscanner - op het eerste gezicht een prima telefoon dus.

Vorig jaar werkte Canonical voor Ubuntu Touch ook al samen met het Spaanse BQ, dat de eerste Ubuntu-budgettelefoons in Europa uitbracht. BQ heeft nu naast een nieuwe telefoon ook een eigen tablet met Ubuntu, waar we op het Mobile World Congress in Barcelona een demonstratie van kregen.
 

Buggy demonstratie

Ubuntu Touch zit nog steeds 'in de ontwikkelfase'

Die bleek niet altijd succesvol te zijn. Tijdens een korte demonstratie van meerdere toestellen liepen de tablets regelmatig vast en konden bepaalde functies niet worden opgeroepen, wat door de aanwezige helpers steevast werd afgewimpeld met het commentaar dat Ubuntu Touch nog 'in de ontwikkelfase zit'.
 

Bekende UI

Wat we er echter wel van konden zien, is niet heel slecht. Ubuntu Touch heeft namelijk een aantal UI-elementen die je bekend voorkomen als je het desktop-OS gebruikt, met de 'Scopes' als belangrijkste. Scopes zijn een soort homeschermen, waar je meerdere van hebt en daar je van links naar rechts doorheen doorheen kunt scrollen. Op één zo'n Scope heb je bijvoorbeeld als je apps staan, maar er zijn ook Scopes waar je een nieuwsfeed kunt plaatsen, of een Scope met widgets zoals het weer.

Ubuntu Touch moet het erg hebben van gebaren, wat erg wennen is omdat die niet meteen intuïtief werken. Door van de rechterkant van het scherm naar binnen te vegen krijg je een app-switcher, en van de andere kant krijg je een lijst met je favoriete apps die je zelf kunt bewerken.
 

Continuumvergence

Convergence lijkt veel op Continuum

De belangrijkste functie van Ubuntu Touch zit echter achter de schermen. Het Touch heeft een feature die 'Convergence' heet, waarmee je een tablet of telefoon kunt koppelen aan een beeldscherm en daarop verder kunt werken. Klinkt bekend? Dat kan kloppen, want Microsoft heeft met Continuum een soortgelijke functie.
 

Langgekoesterde wens

Het idee om een smartphone om te bouwen tot computer is een droom die vooral mobiele werkers al jaren koesteren, maar de techniek was daar tot nu toe nog niet echt daar voor. De vraag is of het dat nu wel is, ondanks de goede bedoelingen van Microsoft en Canonical - we zagen bijvoorbeeld al dat Continuum in de praktijk niet heel goed werkt.

Convergence probeert hetzelfde te doen. Met een dongle of een usb-c-kabel sluit je de tablet aan op een beeldscherm, waardoor je open apps op het beeldscherm verschijnen. Ondertussen blijft het mogelijk om je telefoon te gebruiken als bijvoorbeeld een touchpad, maar je kunt er ook nog andere apps op gebruiken.
 

Zelfde architectuur

Er zit echter een groot verschil tussen Continuum en Convergence, want waar de Windows-feature vooral een nieuwe app emuleert werken de Ubuntu-apps allemaal volgens dezelfde onderliggende architectuur zodat apps alleen maar groter geschaald worden. Ubuntu Touch werkt namelijk ook mobiel op een ARM-architectuur, wat de desktop-versie ook doet - in tegenstelling tot Windows 10-apps die op x86 werken. Dat betekent dat er in de praktijk straks veel meer apps moeten werken met Convergence, in plaats van Continuum waarbij de 'app-gap' helaas nog een probleem is.
 

Convergence lijkt interessant maar heeft nog een lange weg te gaan

Uiteindelijk moet je een telefoon ook met wifi of Miracast verbinden met het scherm, maar die functie werkt nog erg buggy, onstabiel en met veel lag. Canonical zegt dat het echter nog een work in progress is.
 

Interessant, maar nog niet af

Convergence ziet er erg interessant uit en zou Ubuntu Touch wel eens een aantrekkelijk alternatief kunnen maken voor zakelijke gebruikers, zeker als die in de ICT-hoek zitten. Ubuntu heeft namelijk ook een terminal waarmee het verbinden met servers bijvoorbeeld een stuk makkelijker wordt. Of Ubuntu een waardige concurrent is voor Android, is maar de vraag. Daar moet het besturingssysteem nog even voor doorgroeien. Maar interessant klinkt het wel.

▼ Volgende artikel
Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys
© ID.nl
Huis

Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys

Een paar bestanden hernoemen is zo gebeurd. Maar zodra je tientallen of honderden namen moet aanpassen, schiet handmatig werk tekort. Dan komt externe software goed van pas. PowerRename, onderdeel van de PowerToys-collectie, biedt uitkomst. Met deze slimme tool kun je grote aantallen bestanden in één keer hernoemen. Dat gaat snel, efficiënt en precies zoals jij het wilt.

Dit gaan we doen

In dit artikel zie je hoe je PowerRename uit PowerToys instelt en gebruikt om grote aantallen bestanden tegelijk te hernoemen. We laten zien hoe je de tool activeert, hoe je hem oproept via Verkenner en hoe je zoek-en-vervangacties, letterinstellingen en automatische nummering toepast. Zo wijzig je in één keer volledige reeksen bestandsnamen, zonder handmatig werk.

Lees ook: Leuker, sneller en handiger: boost je Windows-pc met PowerToys

PowerRename activeren

PowerRename is een stuk krachtiger dan de standaard hernoemfunctie van Windows. De tool maakt deel uit van PowerToys, een opensource-project van Microsoft. Wil je de Microsoft Store-versie installeren? Open dan het Startmenu, zoek naar Microsoft Store en start de app. Typ PowerToys in het zoekveld bovenaan. Klik op Installeren zodra je het programma hebt gevonden. Na installatie verschijnt PowerToys in het systeemvak van Windows. Open het, kies in de linkerkolom PowerRename en je ziet meteen een korte animatie van hoe de tool werkt. Klik op Instellingenopenen en controleer of PowerRename is ingeschakeld. Let op: bij ons werkte PowerRename pas na een herstart van het systeem.

Een animatie toont hoe PowerRename werkt.

Contextueel menu in Verkenner

Open de map met de bestanden die je wilt hernoemen. Selecteer ze allemaal met Ctrl+A en klik met de rechtermuisknop op de selectie. In het contextmenu van Windows Verkenner kies je onderaan de opdracht Naam wijzigen met PowerRename.

Haal PowerRename uit het contextueel menu in Windows Verkenner.

Zoeken en vervangen

Daarna opent het venster van PowerRename. In het veld Zoeken geef je in welk deel van de bestandsnaam je wilt vervangen. In het veld eronder typ je de nieuwe tekst. In ons voorbeeld vervangen we het woord Image door Kreta2015. Nog vóór de wijziging wordt uitgevoerd, toont PowerRename een overzicht: links de oorspronkelijke bestandsnamen, rechts de nieuwe. Zo zie je meteen wat er verandert. Daaronder kies je of de aanpassing moet gelden voor de volledige naam inclusief extensie, alleen de bestandsnaam, of alleen de extensie.

Met de knoppen onder Tekstopmaak pas je eenvoudig het hoofdlettergebruik aan, van alles in kleine letters, naar alles in hoofdletters, alleen een hoofdletter aan het begin, of elke beginletter van een woord in hoofdletters. Het laatste pictogram schakelt de nummering in. Activeer je dat, dan voegt PowerRename automatisch nummers tussen haakjes toe aan de bestandsnamen.

De nieuwe namen verschijnen in voorvertoning naast de oorspronkelijke namen.     

Je allermooiste foto's hernoemd?

Druk ze af en plak ze in een foto-album
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen