ID.nl logo
Geen internet? Stel failover wan in als back-up met 4G
© Reshift Digital
Huis

Geen internet? Stel failover wan in als back-up met 4G

Geen internet meer hebben, komt altijd ongelegen. In een professionele internetrouter is het mogelijk om een zogenoemde ‘failover wan’ in te stellen. Bij een uitval van je internetverbinding schakelt je router dan automatisch over naar een tweede internetverbinding, zodat je altijd online blijft. Hier werken we dit uit met OPNsense en het mobiele 4G-netwerk als tweede internetverbinding.

Voor de gemiddelde PCM-lezer zal maar weinig vervelender zijn dan te ontdekken dat onverwacht de internetverbinding is uitgevallen. Stel dat iemand vlak voor een belangrijke deadline iets moet doorsturen. Gelukkig kun je op dit soort voorvallen voorbereid zijn: je definieert een zogenoemde ‘failover wan’. Dit is feitelijk een tweede internetaansluiting, die inactief blijft zolang je primaire internetaansluiting nog werkt, maar geactiveerd wordt zodra de primaire internetaansluiting het laat afweten. Daarvoor controleert je router continu de toestand van je hoofdinternetaansluiting.

Bedrijven leggen voor de zekerheid een tweede internetkabel aan van een andere provider, maar voor particulieren is dat wat duur. Gelukkig is er een eenvoudige oplossing, die meer dan voldoende is voor een incidentele uitval: gebruik het mobiele 4G-netwerk als secundaire internetaansluiting. Bij sommige internetabonnementen krijg je al een datasimkaart met een beperkt dataverbruik, bedoeld om in een tablet te steken. Met een usb- of mini-PCIe-modem kun je die simkaart ook in je router gebruiken, of je steekt de simkaart in een mifi-router met ethernetpoort die je op je router aansluit.

In deze masterclass gaan we dit realiseren met OPNsense, een opensource op FreeBSD gebaseerd besturingssysteem dat van een computer een firewall en router voor je thuisnetwerk maakt. Ben je er niet bekend mee? Je vindt hier meer informatie over OPNsense installeren.

We gaan ervan uit dat je al een werkende primaire internetaansluiting geconfigureerd hebt in OPNsense, door één ethernetpoort die op je modem is aangesloten tijdens de basisconfiguratie van OPNsense als wan-interface te definiëren. Een andere ethernetpoort van je OPNsense-machine is op de switch aangesloten waarmee de apparaten van je thuisnetwerk verbonden zijn, en is gedefinieerd als lan-interface.

4G-modem installeren

Eerst dien je een ondersteunde 4G-modem te hebben. Je raadpleegt het best de hardwareondersteuning van de door OPNsense gebruikte FreeBSD-release. In de documentatie van OPNsense geeft men de Huawei ME909u-521 en Sierra Wireless MC7304 miniPCIe-modems als voorbeeld, evenals het Huawei E220 usb-modem (voor 3G). We raden aan om geen aankoop te doen voordat je zeker weet dat het modem door FreeBSD of OPNsense ondersteund wordt, maar soms vraagt het wat experimenteerwerk. Wellicht heb je nog een 3G- of 4G-modem liggen, probeer dat dan zeker eens uit.

De zoektocht naar een ondersteund 4G-modem liep bij ons niet van een leien dakje. De documentatie en ervaringen op de fora van OPNsense, pfSense en FreeBSD bleken niet heel behulpzaam. Daarom leggen we in dit artikel uitgebreid uit hoe je de verschillende typen 4G-modems installeert, zodat je altijd een leidraad hebt, welk modem je ook koopt. Ter info: wij hebben zonder succes een Option Globetrotter HSDPA-modem (een oud 3.5G-modem) en een Huawei E3372h-modem geprobeerd (de documentatie van pfSense gaf aan dat die laatste moest werken). De E3372h hebben we ook met E3372s-firmware geflasht (waarbij je de behuizing moet openbreken en je de garantie verliest!). Dat had volgens de documentatie van pfSense ook moeten werken, maar bij ons niet.

©PXimport

Uiteindelijk hebben we de suggestie van iemand op het OPNsense-forum gevolgd en een Netgear LB2120 4G-router gekocht. Drie keer zo duur dan de Huawei E3372h, maar dit modem werkt. Nu dien je het 4G-modem te installeren. Is het een PCIe-modem en beschikt je OPNsense-machine over een PCIe-slot, dan is dat eenvoudig. Vergeet niet de meegeleverde antenne aan te sluiten én je simkaart in het modem te steken.

Usb-modem installeren

Voor een usb-modem is het vaak wat omslachtiger. Veel van deze modems doen zich namelijk als een usb-opslagapparaat voor, waarop je drivers vindt. Voor Windows-gebruikers is dat misschien behulpzaam, maar niet voor FreeBSD, waarvoor die drivers natuurlijk nutteloos zijn. OPNsense raakt daardoor van slag. Gelukkig bestaat er een programma dat je modem kan omschakelen zodat, die zich niet meer als opslagapparaat voordoet: usb_modeswitch. Log via ssh in als root op de OPNsense-machine en kies dan 8 voor een shell. Installeer het programma met:

pkg install usb_modeswitch

Bevestig de installatie. Dan komt nu wat opzoekwerk. Bekijk eerst de eigenschappen van je usb-modem met de opdracht:

usbconfig dump_device_desc

Noteer de hexadecimale getallen bij idVendor en idProduct van je modem. Zoek dan in de directory /usr/local/share/usb_modeswitch/ naar een bestand met de naam idVendor:idProduct (met de getallen die je vond). Dit bestand bevat de configuratie voor je modem.

Voer dan usb_modeswitch uit met na -v het idVendor en na -p het idProduct. Daarna -W voor meer uitvoer, -s om het aantal seconden op te geven dat we wachten en -c voor de locatie van het configuratiebestand. Dat ziet er dan als volgt uit:

usb_modeswitch -v 12d1 -p 1f01 -W -s 5 -c
/usr/local/share/usb_modeswitch/12d1:1f01

Als alles goed gaat, wordt je modem daarna als modem herkend.

Deze opdracht dien je overigens elke keer je de modem uit de usb-poort haalt en daarna weer aansluit opnieuw uit te voeren, evenals wanneer je je router herstart. Dat laatste kunnen we gelukkig gemakkelijk automatiseren door een zogenoemde ‘hook’ in te stellen die bovenstaande usb_modeswitch-opdracht automatisch opstart vlak voor het netwerk wordt opgestart:

echo "#\!/bin/sh" > /usr/local/etc/rc.syshook.d/early/30-4g-modem
echo "usb_modeswitch -v 12d1 -p 1f01 -W -s 5 -c /usr/local/share/usb_modeswitch/12d1:1f01" >>
/usr/local/etc/rc.syshook.d/early/30-4g-modem
chmod +x /usr/local/etc/rc.syshook.d/early/30-4g-modem

Ethernet en PPP

Er zijn twee soorten 4G-usb-modems. Eén type doet zich voor als een ethernetapparaat, het andere type beschrijven we verderop. Na de omschakeling van de modus zie je dan ook in de uitvoer van dmesg een mac-adres, zoals:

ue0: Ethernet address: 0c:5b:8f:27:9a:64

De aanduiding ue0 is de ethernetinterface. Om op deze interface via dhcp een ip-adres te krijgen en toegang tot het mobiele netwerk te krijgen via de simkaart die je in het modem steekt, dien je het modem eerst te configureren. Dat gaat doorgaans het gemakkelijkste als je het modem even op je laptop aansluit. Bezoek dan het adres http://192.168.8.1 in je browser en configureer je mobiele netwerk: vul het APN, je gebruikersnaam en je wachtwoord in die je van je mobiele provider gekregen hebt.

Open daarna in de webinterface van OPNsense het menu Interfaces / Assignments en klik op het uitklapmenu naast New interface. Kies de interface van je 4G-modem (in ons geval ue0) en klik op het plusteken rechts om de interface toe te voegen. Deze krijgt de naam OPT1. Klik links op Interfaces / OPT1 en vink Enable interface aan. Pas de beschrijving aan, bijvoorbeeld WAN4G, kies bij IPv4 Configuration Type voor DHCP en bij IPv6 Configuration Type voor DHCPv6 en klik op Save en daarna Apply changes. Als alles goed gaat, zou je nu in je dashboard de interface WAN4G moeten zien met een ip-adres zoals 192.168.8.100.

©PXimport

©PXimport

Het andere soort 4G-modem verschijnt in OPNsense wel echt als modem. Dan dien je het modem te configureren in Interfaces / Point-to-Point / Devices. Klik rechtsboven op Add, laat het Link Type op PPP staan, kies bij Link interface(s) de interface van je modem uit de lijst (meestal iets als /dev/cuaU0.0) en kies dan je land, provider en tariefplan, zodat OPNsense de juiste instellingen kiest.

Daarna vul je een (optionele) gebruikersnaam en wachtwoord in en het Access Point Name (APN). Deze waardes heb je van je mobiele-internetprovider gekregen. Bij Phone Number dient *99# te staan. Een deel van deze waardes zijn al correct ingevuld als je het correcte plan uit de lijst gekozen hebt. Als je de pincode van je simkaart of andere geavanceerde opties wilt instellen, klik dan onderaan op Show advanced options. Klik tot slot op Save om de instellingen voor je 4G-modem op te slaan.

Netgear LB2120 / 4G-router

Een andere optie is dat je een mifi-router met ethernetpoort of een 4G-router op een vrije ethernetpoort van je OPNsense-machine aansluit. Overigens hoeft het internet niet per se via 4G binnen te komen: deze aanpak kun je ook gebruiken met een modem van een tweede provider die via een andere kabel internet krijgt. Dat maakt allemaal niet uit, zolang je maar via een ethernetpoort toegang tot de internetaansluiting krijgt.

We tonen hier hoe dat gaat met de Netgear LB2120. Steek de simkaart in het micro-simkaartslot aan de onderkant, sluit de lan-poort aan op een ethernetpoort van je pc en start het modem op. Het modem deelt via dhcp een ip-adres uit aan je computer. Ga naar http://192.168.5.1, log in met het standaardwachtwoord dat onder op je modem vermeld staat en stel je APN in. Klik dan links op Connect om met het mobiele netwerk te verbinden. Daarna krijg je de sterkte van het signaal te zien aan de hand van de leds boven op je modem.

Je hebt nu een router die internet via 4G heeft. Die kun je op twee manieren op je OPNsense-machine aansluiten. Bij de eerste manier krijgt je router (zoals je ook al tijdens de configuratie van de 4G-router zag) via dhcp een ip-adres via de ethernetpoort van je OPNsense-machine. Volg dan de instructies hierboven over de instellingen in Interfaces / Assignments en kies igb2 als interface.

©PXimport

Bridge

De tweede manier van aansluiten is om het 4G-modem in bridgemodus in te stellen. Dan werkt het 4G-modem niet meer als router, doet geen network address translation en deelt ook geen ip-adressen uit via dhcp. Het ip-adres dat je 4G-modem van je mobiele provider krijgt, wordt rechtstreeks toegekend aan een interface van je OPNsense-machine. Dit is vanuit het standpunt van netwerkbeheer minder complex, omdat je een vertaalslag minder hebt.

Zet eerst je 4G-modem op bridgemodus. Bij het Netgear LB2120-modem gaat dat in Settings / Advanced / LAN, waar je bij Operation Modes de optie Bridge aanvinkt. Na een herstart van het modem merk je dat het ip-adres van je pc niet meer in het adresbereik 192.168.5.x ligt, maar in het bereik van het mobiele netwerk. De interface van je modem is overigens nog altijd bereikbaar via het adres http://192.168.5.1. Werkt dit alles, schakel je modem dan uit en sluit hem op een vrije ethernetpoort van je OPNsense-machine aan.

Nadat de modem opgestart is, creëer je in de webinterface van OPNsense een interface, net zoals dat in de instructies hierboven staat, maar dan met de interface igb2. Als alles goed gaat, krijg je (eventueel na een herstart van je 4G-modem) een publiek ip-adres toegekend aan de interface. Verifieer dat in het dashboard van OPNsense of in Interfaces / Overview.

Monitor ip-adressen

We hebben aan al deze voorbereiding zoveel tijd besteed omdat dit het deel was waar je veel mogelijkheden hebt en waar ook heel veel mis kan gaan. Maar als je tot hier de instructies met succes hebt gevolgd, dan heb je nu twee gateways met een werkende internetverbinding: de ene is je standaardgateway, die aan je thuisnetwerk internet aanbiedt via de vaste internetaansluiting van je provider; de andere is de gateway van het mobiele netwerk.

Deze gateways krijg je ook te zien in System / Gateways / Single, met in de kolom Status of de gateways online zijn of niet. Maak je gebruik van IPv6, dan zie je meer dan twee gateways. Klik nu op het potloodicoontje van je standaardgateway. Vink de optie Disable Gateway Monitoring uit en vul bij Monitor IP een ip-adres in dat altijd online zou moeten zijn, zoal 8.8.8.8 van Google. Verifieer dat Mark Gateway as Down zeker niet aangevinkt staat en sla je wijzigingen op.

Doe nu hetzelfde voor de gateway van je 4G-verbinding, verifieer deze keer ook dat Default Gateway zeker niet aangevinkt is (want dat houden we voor onze primaire verbinding) en vul als Monitor IP bijvoorbeeld 8.8.4.4 in. Sla je wijzigingen op. Na een druk op Apply changes krijg je de status van je gateways te zien. Als de vertraging (‘latency’) van je 4G-netwerk bijvoorbeeld hoog ligt, krijg je in de kolom Status een waarschuwing in het oranje. Zodra OPNsense het gemonitorde ip-adres niet meer kan bereiken via een gateway, komt in deze kolom bij de gateway in het rood Offline te staan.

©PXimport

Gatewaygroep maken en dns instellen

Dan maken we nu een gatewaygroep waaraan we beide twee gateways toekennen. Klik daarvoor op System / Gateways / Group en dan rechtsboven op het plusteken. Geef de groep een naam, bijvoorbeeld WANGWGROUP. Bij je primaire gateway kies je Tier 1 en bij je secundaire Tier 2.

Bij Trigger Level kies je op basis van welke voorwaarde een gateway niet meer gebruikt wordt. Member Down betekent 100% pakketverlies; andere opties zijn Packet Loss, High Latency en Packet Loss or High Latency. Geef je groep eventueel een omschrijving en sla je wijzigingen op. Klik daarna op Apply changes.

Nu moet je voor elke gateway minstens één dns-server instellen. Vul bijvoorbeeld in System / Settings / General onder Networking twee dns-servers in, en kies de gateway waarvoor de dns-server geldt in de kolom Use gateway.

Een andere optie is dat je Unbound inschakelt en in Services / Unbound DNS / General op Show advanced options klikt en in het tekstveld Custom options de configuratie van je dns-servers zet. Zie daarvoor ons eerste artikel over OPNSense. Belangrijk is dat je altijd toegang tot een dns-server hebt, via welke gateway je ook op internet gaat.

Netwerkverkeer naar buiten

Nu moeten we er nog voor zorgen dat het netwerkverkeer dat van het interne netwerk naar je router komt en naar buiten wil, dat via de gatewaygroep doet in plaats van alleen via de standaardgateway. Daarvoor maken we gebruik van de firewall: open Firewall / Rules / LAN. Standaard heeft OPNsense een regel Default allow LAN to any rule. Klik op het potloodicoontje ernaast om de regel te bewerken en stel onderaan bij Gateway de naam van je gatewaygroep in (WANGWGROUP in ons voorbeeld). Sla je wijziging op en vergeet ze niet toe te passen met een klik op Apply changes. Het best schakel je ook in Firewall / Settings / Advanced de optie Use sticky connections uit.

Er is nog één probleem: als je de OPNsense-machine zelf als dns-server gebruikt, wordt het verkeer van de lan-clients naar de OPNsense-machine door bovenstaande firewallregel ook naar de gatewaygroep gestuurd, en dat is niet de bedoeling. Voeg dus in Firewall / Rules / LAN met een klik op Add bovenaan rechts een nieuwe firewallregel toe.

Bij Action laat je Pass staan, bij Protocol kies je TCP/UDP en Source laat je op any staan. Bij Destination kies je This Firewall en bij Destination port range van DNS naar DNS. Bij Category vul je DNS in en bij Description een beschrijving als Local DNS als geheugensteuntje voor als je later niet meer weet waarvoor je deze regel toegevoegd hebt. Gateway laat je op default staan. Sla je wijzigingen op.

©PXimport

Je zojuist toegevoegde firewallregel staat nu helemaal onderaan en wordt dus gewoon niet gebruikt, want de regels worden van boven naar onderen geëvalueerd en onze Default allow LAN to any rule is algemener dan onze dns-regel. Vink je dns-regel dus aan en klik dan rechts naast Default allow LAN to any rule op het pijltje naar links, waardoor de dns-regel vlak voor de lan-regel komt. Klik dan bovenaan rechts op Apply changes.

Als je van Unbound gebruikmaakt als dns-server dien je ook nog in System / Settings / General onderaan de optie Allow default gateway switching aan te vinken. Unbound stuurt zijn dns-aanvragen immers naar de standaardgateway door.

Testen!

En dan nu testen! Als je de netwerkkabel tussen je OPNsense-router en de modem van je vaste internetverbinding lostrekt, schakelt je router automatisch voor zijn gateway over naar je 4G-modem. En zodra je vaste internetverbinding weer in orde is, schakelt je router daar opnieuw naar over omdat je die als ‘Tier 1’ ingesteld hebt en je 4G-gateway als ‘Tier 2’.

Nu kun je nog bij elk van je gateways (in System / Gateways / Single) onder Advanced enkele parameters aanpassen, bijvoorbeeld de drempelwaardes voor de vertraging en pakketverlies. In combinatie met het Trigger Level van de gatewaygroep kun je zo bepalen wanneer er van gateway wordt overgeschakeld.

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 fonduesets voor een gezellige avond
© M.studio - stock.adobe.com
Huis

Waar voor je geld: 5 fonduesets voor een gezellige avond

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Daarom gaan we een paar keer per week voor je op zoek naar zulke aanbiedingen. Met Kerst en Oud en Nieuw voor de deur is het weer tijd om te bedenken wat je wil gaan eten. Wat dacht je van fondueen? Met deze vijf fonduesets maak je indruk op je vrienden en familie.

Met een fondueset smelt je de lekkerste kazen en dep je je broodje of vlees in bouillon of kaas. Fonduesets zijn de ultieme sfeermakers voor de feestdagen, of het nu met vrienden is of familie en of je kiest voor romige kaas, bouillon of chocolade; het is op en top genieten. Een absolute must-have voor elke levensgenieter en perfect voor de feestdagen. Wij vonden vijf betaalbare fonduesets voor je.

Boska Elektrische Fondueset Pro - 8 personen

De Boska Elektrische Fondueset Pro is ontworpen voor liefhebbers van kaas‑ en vleesfondue. De set bestaat uit een geëmailleerde gietijzeren pot met een inhoud van circa 2,15 liter, waardoor je genoeg ruimte hebt voor een volledige kaasfondue of bouillon. Het verwarmingselement is elektrisch en beschikt over een instelbare thermostaat; hierdoor kun je de temperatuur naar wens aanpassen voor verschillende soorten fondue. Een handig indicatielampje laat zien wanneer het element aan staat. De pot staat op een stevige basis en heeft een extra lang snoer van twee meter, zodat je hem makkelijk midden op tafel plaatst. Bij de set worden acht fonduevorken geleverd die zijn voorzien van gekleurde markeringen. De combinatie van gietijzer en emaille zorgt voor een gelijkmatige warmteverdeling en eenvoudige reiniging.

Swissmar Lausanne 11‑delige fondueset - 6 personen

De Zwitserse fabrikant Swissmar levert met de Lausanne een 11‑delige fondueset die is gericht op traditioneel fonduen. De set bestaat uit een koperen pan met een geëmailleerde binnenkant en een zware RVS‑branderschaal. Doordat koper de warmte snel opneemt en verdeelt, is de fondue snel op temperatuur. De pan staat op een robuuste stalen houder waarin een brander met regelaar zit; hiermee pas je de vlamsterkte aan voor kaas‑, bouillon‑ of chocoladefondue. In de doos zitten verschillende accessoires, waaronder zes vorkjes en een branderschaal. Deze set is niet elektrisch, waardoor je hem zelfs buiten of op de camping kunt gebruiken.

Mäser Fondueset - 4 personen

De fondueset van Mäser bestaat uit een roestvrijstalen pan met bijbehorende brander. Roestvrij staal is slijtvast en eenvoudig te reinigen; je kunt de pan na gebruik in de vaatwasser zetten. De set heeft een inhoud van rond één liter, voldoende voor een kaas‑ of chocoladefondue voor een klein gezelschap. Er worden meerdere fonduevorkjes meegeleverd met gekleurde puntjes om ze te onderscheiden. Dankzij de stevige basis staat de pan stabiel op tafel, terwijl de gelijkmatige warmteverdeling voorkomt dat de inhoud aanbrandt. Omdat het geen elektrisch toestel is, gebruik je de brander met brandgel of spiritus.

Baumalu 385050 fondueset - 6 personen

Deze fondueset van Baumalu bestaat uit een zware gietijzeren pan die op een decoratieve houten plaat staat. Gietijzer houdt de warmte goed vast en is geschikt voor zowel kaas‑ als chocoladefondue. De bijgeleverde brander plaats je onder de pan; je regelt de vlamsterkte met een draaiknop. Omdat de pot stevig op de houten plaat staat, blijft hij stabiel en kras je niet op de tafel. In de set zitten fonduevorkjes met houten handvatten.

Tristar FO‑1107 Fonduepan - 8 personen

De Tristar FO‑1107 is een elektrische fondueset met een inhoud van ongeveer 1,5 liter. Je gebruikt deze pan voor verschillende soorten fondue, zoals kaas, bouillon of chocolade. Het verwarmingselement levert circa 1000 watt en heeft een instelbare thermostaat, zodat je de temperatuur kunt aanpassen aan het type fondue. Een indicatielampje geeft aan wanneer het apparaat actief is. De pan heeft een antiaanbaklaag, een cool‑touch handgreep en staat op een antislipvoet voor extra stabiliteit. Er worden acht fonduevorkjes meegeleverd en door de ring bovenop blijven de vorkjes op hun plek tijdens het fonduen.

▼ Volgende artikel
Van papier tot pixels: altijd je administratie op orde
© px.palette
Huis

Van papier tot pixels: altijd je administratie op orde

Papieren facturen, garantiebonnetjes, contracten en andere documenten slingeren al snel overal rond. Waarom niet alles digitaal bewaren, zodat je het in enkele klikken terugvindt? In dit artikel vind je gratis tools en praktische tips om je administratie te scannen, te taggen, doorzoekbaar te maken en veilig op te slaan zonder veel gedoe.

Wat gaan we doen?

We geven diverse tips en tools om administratieve en andere papieren documenten efficiënt en ordelijk te digitaliseren. Dat gaat van scannen en OCR’en tot organiseren, automatiseren, back-uppen en meer.

Tip 1: Scanner

Stel, je wilt een hele reeks documenten digitaliseren, zoals garantiebewijzen of facturen. We gaan ervan uit dat je een scanner in huis hebt, eventueel als onderdeel van een all-in-one-printer. Zo’n toestel is goed geschikt voor stabiele, rechte scans, en een (soms optionele) documentinvoer maakt het extra handig bij grotere aantallen. Je scant het best op zo’n 300 dpi, in grijswaarden of kleur, en bewaart het resultaat bij voorkeur als pdf. Helaas genereert de meegeleverde scansoftware vaak alleen pdf’s met een afbeelding van de tekst, waardoor je die later niet kunt doorzoeken of kopiëren.

©OttoPles

Er bestaan ook heel wat printers met een ingebouwde scanner.

Tip 2: NAPS2

Gebruik in dit geval beter scansoftware met geïntegreerde OCR, zoals het gratis en opensource NAPS2 (www.naps2.com, Windows, macOS en Linux). Start de app, klik op Nieuw profiel en op Apparaat kiezen om je scanner te selecteren. Je kunt kiezen uit drie drivertypes: WIA (ingebouwd in Windows, beperkt), TWAIN (krachtiger) en ESCL (voor moderne netwerk- of wifi-scanners, vergelijkbaar met Apple AirScan). Doorgaans kies je voor TWAIN. Stel de scanopties in en open Geavanceerd voor extra instellingen. Typ een profielnaam en bevestig met OK.

Klik nu op de knop OCR en download de gewenste talen, zoals Dutch en English. Plaats een vinkje bij PDFs doorzoekbaar maken middels OCR en kies taal en modus (Snel of Beste). Vink ook de andere opties aan en druk op Scannen.

Klik daarna op het pijlknopje bij PDF opslaan en kies PDF-instellingen. Vul bij Standaard bestandspad een bestandsnaam in – gebruik eventueel ‘placeholders’ als $(YY)-$(MM)-$(DD) – en kies bij Compatibiliteit bij voorkeur PDF/A, zoals PDF/A-2b. Dit formaat slaat namelijk alle lettertypes, kleurprofielen en structuurinformatie in het bestand zelf op, wat ‘garandeert’ dat je het document ook jaren later nog in zijn oorspronkelijke vorm te zien krijgt. Vink Onthoud deze instellingen aan, klik op OK, selecteer de scans en kies PDF opslaan. Het is trouwens ook mogelijk om een (niet-doorzoekbaar) pdf-bestand in NAPS2 te importeren, dit vervolgens te OCR’en en als PDF/A te bewaren.

NAPS2 is prima opensource-scansoftware, met geïntegreerde meertalige OCR-module.

Pdf-printer

De focus van dit artikel ligt op papieren brondocumenten, maar we willen zeker ook (de gratis versie van) PDFCreator vermelden (www.pdfforge.org/pdfcreator). Je kunt deze namelijk als virtuele printer installeren om zo allerlei documenttypen om te zetten naar PDF(/A).

Start na installatie de app, open het tabblad Printer, vink PDFCreator aan en kies via de moersleutel het bestaande profiel PDF/A (archiefbestand). Bevestig met Opslaan en sluit de app. Open nu een document in een willekeurige toepassing, open het afdrukvenster en selecteer PDFCreator als printer. Een dialoogvenster opent waarin je het document meteen kunt opslaan als PDF/A-bestand (standaardversie 2b, maar dit is aanpasbaar via het uitklapmenu).

Je kunt zo’n virtuele printer ook inzetten om documenten automatisch als PDF/A op te slaan in een zelf te bepalen map. Maak hiervoor in PDFCreator op het tabblad Profielen een nieuw profiel aan (bijvoorbeeld PDF/A in map Facturen), kies bijvoorbeeld PDF/A-2b als formaat en geef tevens een specifieke opslaglocatie op. Koppel dit profiel op het tabblad Printer aan een nieuwe virtuele printer (bijvoorbeeld PDF/A-facturen). Zo maak je meerdere profielen en printers aan, waarbij elk PDF/A-bestand automatisch in een andere map terechtkomt.

Je kunt ook meerdere virtuele printers aanmaken, telkens met een aangepast profiel.

Tip 3: Mobiel

Een vlakbedscanner is zeker handig, maar niet noodzakelijk, want je kunt tegenwoordig ook prima scannen met je smartphone. Met de juiste app wordt het beeld automatisch ge-OCR’d en indien nodig rechtgetrokken. Een van de betere apps is Adobe Scan, beschikbaar via www.kwikr.nl/adobescan of in de appstore van Android en iOS.

Installeer en start de app. De gratis versie volstaat meestal, al laat de betaalde versie (circa 10 euro per maand) je onder meer tot 100 pagina’s per bestand scannen (in plaats van 25) en pdf’s exporteren naar Office 365-formaten.

Meld je aan, bijvoorbeeld via je Google-account, en tik op Scan. Je kunt het resultaat onder meer uitsnijden, roteren en de helderheid en het contrast aanpassen. Kies Blijven scannen voor extra pagina’s of tik op PDF opslaan zodra je klaar bent. De pdf belandt standaard in je Adobe-account (https://acrobat.adobe.com), maar je kunt het bestand ook delen of (via Meer) bijvoorbeeld opslaan in Google Drive. Het pdf-bestand is standaard doorzoekbaar, controleer bij Voorkeuren of Tekstherkenning uitvoeren op opgeslagen PDF wel is ingeschakeld, maar het is geen PDF/A. Wil je dat, dan kun je het bestand alsnog omzetten met reeds eerder vermelde, gratis tools als NAPS2 of PDFCreator (zie ook kader ‘Pdf-printer’).

Met (het gratis) Adobe Scan kun je ook meerdere pagina’s laten OCR’en en in één pdf bewaren.

Tip 4: Tags koppelen

Om naderhand snel het gewenste document te kunnen terugvinden, zorg je er dus allereerst voor dat je documenten doorzoekbaar zijn (bij pdf’s kan dit via OCR: zie tip 2). Je kunt gerust ook zelf extra trefwoorden, zeg maar digitale kleefbriefjes, aan je documenten koppelen.

Met een tool als TagSpaces (www.tagspaces.org, Windows, macOS en Linux) tag je in één keer meerdere bestanden en mappen met eigen trefwoorden. Bestaande tags voeg je simpelweg toe door ze naar bestanden te slepen. TagSpaces heeft ook een krachtige zoekfunctie waarmee je snel documenten met de juiste tag(s) terugvindt.

Handig zijn ook ‘smart tags’: je bepaalt dan zelf de criteria, waarna nieuwe bestanden automatisch de juiste tags krijgen. Deze tags kun je opslaan in aparte sidecar-bestanden (JSON) of je voegt ze achteraan de bestandsnaam toe: een bestand als aanpassing.pdf bijvoorbeeld wordt dan iets als aanpassing[huur indexering].pdf. De betaalde Pro-versie (42 euro per jaar) heeft enkele geavanceerde opties, zoals het toekennen van tags op basis van lokale AI-taalmodellen.

TagSpaces is een krachtige taggingtool, maar met een zekere leercurve.

Tip 5: Tags zoeken

Vind je TagSpaces toch wat overkill, dan zijn er andere manieren om documenten van (doorzoekbare) trefwoorden te voorzien. Je kunt in Verkenner (met sneltoets F2) trefwoorden toevoegen aan de bestandsnaam, maar het kan ook anders. Klik met rechts op een bestand of selectie, kies Eigenschappen en open het tabblad Details. Afhankelijk van het bestandstype kun je hier tags toevoegen bij velden als Titel, Onderwerp, Labels, Categorieën en Opmerkingen. Dit werkt goed bij bijvoorbeeld Office-bestanden en afbeeldingen, maar pdf-documenten laten zich minder makkelijk taggen. Dit kan bijvoorbeeld wel bij het aanmaken van zo’n document vanuit NAPS2 of PDFCreator. Bij deze laatste kun je bij een profiel titel, auteur, onderwerp en trefwoorden meegeven.

Vanuit de Verkenner kun je vervolgens zoeken op deze tags, ook in pdf-bestanden (ook al zijn ze niet zichtbaar op het tabblad Details). Navigeer naar de juiste map of het station en typ in de zoekbalk van de Verkenner labels:<trefwoord>.

Werkt dit niet, dan ontbreekt waarschijnlijk een geschikt zoekfilter. Je kunt zo’n Adobe-IFilter alsnog installeren via deze link. Je kunt dit controleren vanuit het Configuratiescherm: open Indexeringsopties, klik op Geavanceerd en scrol op het tabblad Bestandstypen naar pdf. Daar hoort PDF Filter (of eventueel Reader Search Handler) te staan, en Eigenschappen en inhoud van het bestand indexeren moet zijn ingeschakeld. Zorg er tevens voor dat alle gewenste mappen zijn opgenomen bij Deze locaties beheren (via de knop Wijzigen).

Met het juiste filter kun je ook vanuit de Verkenner naar tags binnen pdf-documenten zoeken.

Tip 6: Opslagstructuur

Je documenten zijn nu doorzoekbaar en mogelijk ook getagd, maar er is nog een derde belangrijk aspect: bewaar alles met logische bestandsnamen in een doordachte mappenstructuur.

Voor bestandsnamen plaats je de belangrijkste info, zoals projectnaam en/of datum, liefst vooraan. Gebruik de ISO-notatie (JJJJ-MM-DD), zodat je bestanden makkelijk chronologisch sorteert. Zoals vermeld in tips 4 en 5 kun je de naam aanvullen met trefwoorden, gescheiden door een koppelteken of onderstrepingsteken (vermijd spaties of speciale tekens). Eventueel voeg je achteraan een versienummer toe, zoals _v1. Een voorbeeld is 2025-08-31_Huurcontract_Appartement_v1.pdf.

Breng de bestanden onder in een logische structuur, bijvoorbeeld op datum, per project of klant, of per categorie (zoals Huis, Werk, Gezondheid, Financieel enzovoort). Je zult merken: dankzij consistente map- en bestandsnamen vind je documenten sneller terug.

Sneller zoeken binnen een logische mappenstructuur (en met labels).

Tip 7: Organisatietool

Je hebt een logische mappenhiërarchie opgezet, maar je moet natuurlijk ook zorgen dat documenten in de juiste map terechtkomen. Externe hulp van een organisatietool als het gratis Dropit (www.dropitproject.com, werkt nog onder Windows 11) of File Juggler (www.filejuggler.com, betaalde versie 44 euro) kan daarbij handig zijn. We bekijken kort deze laatste.

Start de geïnstalleerde tool op en klik op Add rule (of eerst op Add rule group als je de regels wilt categoriseren). Stel dat je alle pdf’s die in de map \gedeeld terechtkomen automatisch wilt verplaatsen op basis van trefwoorden. Vul dan Description in en klik op de knop met drie puntjes bij Monitor om de bronmap te kiezen. Via het tandwielpictogram kun je eventueel Examine everything regularly <frequentie> between checks instellen, wat ook goed werkt voor gedeelde netwerkmappen.

Klik daarna op de plus-knop bij If en stel het filtercriterium in, bijvoorbeeld: Any of the following / Other / PDF Properties / Keywords. Bevestig met Insert en geef het trefwoord op bij Contains / Text. Je kunt via de plus-knop extra filters instellen en kiezen tussen Any of All of the following.

Leg nu de gewenste actie vast bij Then: klik op de plusknop, kies bijvoorbeeld Move file en vul de doelmap in bij to. Bewaar je filter met Save and close. Op het tabblad Rules klik je op de pijlknop naast je filter om het te activeren. Test het resultaat.

Organiseer je bestanden automatisch op basis van eigen, gecombineerde zoekfilters.

DMS

Met de tips rond doorzoekbaar maken, taggen en ordenen uit dit artikel, en met tools als TagSpaces en File Juggler, raak je al ver. Wil je je administratie nog professioneler organiseren, dan kom je uit bij een volwaardig Document Management System, kortweg DMS. Flexibele opensource-tools zijn bijvoorbeeld Papermerge en Paperless NGX. Beide installeer je het makkelijkst op Windows via Docker (Docker Desktop for Windows, met WSL2).

Na installatie bereik je het browserdashboard van de tool standaard via http://<ip-adres>:8000. Beide tools bieden OCR aan om gescande documenten doorzoekbaar te maken. Je documenten kunnen ook automatisch worden verwerkt op basis van eigen filters, en er zijn krachtige zoekopties ingebouwd. Beide tools kun je meteen uitproberen via een online demo (log in met demo / demo).

Een krachtig DMS als Paperless-ngx maakt het bijhouden van je administratie veel efficiënter.

Tip 8: Zoektool

Zoals gezegd laat de ingebouwde zoektool in Windows je met de juiste filters en instellingen ook zoeken naar metadata, zoals trefwoorden in pdf’s. Met zoekfilters en operatoren zijn zelfs complexe opdrachten mogelijk, zoals labels:factuur auteur:Toon van Daele grootte:>300kB gewijzigdop:dit jaar. Echt gebruiksvriendelijk of handig is deze functie helaas niet. Je bent dan beter af met een tool als Agent Ransack (alias Filelocator Pro, www.mythicsoft.com/agentransack). Ook de gratis Lite-versie ondersteunt netwerkshares, Booleaanse operatoren, reguliere expressies en zoeken naar metadata via IFilter.

Start de tool, zet deze op Expert en open het tabblad Hoofd. Vul bij Bevat tekst je zoekterm in en bij Zoek in het gewenste station of de map. Eventueel kun je ook filters instellen voor Grootte en Gewijzigd Na / Voor. Op het tabblad Datum voeg je extra tijdsfilters toe en op het tabblad Opties vink je zeker Office en PDF documenten aan. Vul je bij Bevat tekst een pdf-trefwoord in, dan vindt Agent Ransack ook de bijbehorende bestanden. In het tabblad Treffers (rechtsonder) zie je bij gevonden bestanden bijvoorbeeld Keywords: <gezocht_trefwoord>. Met een dubbelklik open je meteen het bestand.

Agent Ransack laat gecombineerde en krachtige filters toe en zoekt ook in metadata.

Tip 9: Back-ups

Je administratie digitaliseren is een goed idee, maar dit is pas veilig met een degelijke back-upstrategie. Het best hanteer je hier de 3-2-1-regel: drie datakopieën (hoofdversie en twee back-ups), op twee soorten media, waarvan minstens één kopie op een andere locatie. Zo bescherm je je data tegen hardwarestoringen, ransomware, brand en diefstal.

Een uitstekende gratis en opensource back-uptool is Duplicati (www.duplicati.com, Windows en macOS), die we zelf al jaren dagelijks geautomatiseerd gebruiken voor back-ups naar zowel een netwerkschijf (NAS) als de cloud (Google Drive).

Installeer het gedownloade msi-bestand. Klik na afloop met rechts op het programma-pictogram in het Windows-systeemvak en kies Open om het browserdashboard te starten. Verschijnt First Run Setup, klik dan op Yes en stel een wachtwoord in. Je kunt Duplicati in je browser openen via http://localhost:8200. Wil je ook toegang vanaf een andere pc in je netwerk, open Instellingen in Duplicati en vink Remote toegang toestaan aan, zodat het dashboard bereikbaar is via http://<intern_ip-adres>:8200. Klik vervolgens op +Back-up toevoegen, laat Een nieuwe back-up instellen geselecteerd en vul een naam in. Schakel bij opslag buiten je netwerk versleuteling in. Geef vervolgens doel- en bronlocatie op en bepaal wanneer en hoe vaak de back-up wordt uitgevoerd. Duplicati maakt standaard incrementele back-ups, waarbij alleen nieuwe of gewijzigde data worden opgeslagen, waardoor het back-upvolume beperkt blijft.

Duplicati is een betrouwbare, gebruiksvriendelijke en flexibele back-uptool.

Tip 10: Beveiliging

Een goede back-upstrategie is cruciaal om je data veilig te bewaren, maar veiligheid draait ook om privacy. De beste manier om te voorkomen dat onbevoegden inzage krijgen in je (medische, financiële …) gegevens is versleuteling. In tip 9 vermeldden we al dat je in Duplicati back-ups automatisch kunt versleutelen met sterke AES-256-encryptie. Maar ook de data op je originele opslaglocatie wil je wellicht beveiligen.

Hiervoor kun je een gratis opensource-tool als VeraCrypt gebruiken, die naast containerbestanden ook complete partities of schijven kan versleutelen met sterke algoritmen als AES-256. We hebben niet de ruimte hier verder op in te gaan, maar hier vind je meer uitleg. Ook handig is Cryptomator om via je lokale synchronisatiemap data te versleutelen bij cloudopslagdiensten als Google Drive, OneDrive of Dropbox. Je vindt hier meer uitleg daarover.

Daarnaast kun je voor diverse documenttypes ook individuele bestanden beveiligen met een wachtwoord, al is dit vaak minder robuust dan een volledig versleutelde opslaglocatie. Dit kan bijvoorbeeld vanuit verschillende Office-applicaties, maar ook met pdf-tools zoals NAPS2 (bij PDF-instellingen vink je PDF versleutelen aan) en PDFCreator (bij Profielen, via Actie toevoegen / Versleuteling).

Ook in NAPS2 kun je pdf-documenten met een wachtwoord beveiligen.