ID.nl logo
Een pc besturen met je gedachten - De potentie van de brein-computer
© PXimport
Zekerheid & gemak

Een pc besturen met je gedachten - De potentie van de brein-computer

ACHTERGROND - Technologie heeft de manier waarop we leven veranderd. De grootste doorbraak moet nog komen: de brein-computer interface, waarbij de hersenen en zenuwen worden gekoppeld aan een computer. In potentie zouden blinden weer kunnen zien en verlamde patiënten weer kunnen bewegen.

Wat is er nu al mogelijk, wat wordt er in de voor de nabije toekomst verwacht en welke gevaren liggen er op de loer?

Geen menselijk orgaan is zo fascinerend als het brein. De afgelopen eeuwen hebben wetenschappers het menselijk lichaam ontleedt en geanalyseerd, waardoor we vandaag de dag grotendeels weten hoe alles werkt. Maar het menselijke brein, met zijn 100 miljard zenuwcellen, is nog steeds grotendeels een mysterie. De hersenen vormen ons centrale zenuwstelsel. Ons brein en bevat waarnemende, aansturende en controlerende functies. Bovendien zijn de hersenen in staat om informatie te verwerken en op te slaan. Over de opslagcapaciteit van het menselijk brein lopen de meningen uiteen, maar een algemene aanname is dat deze rond de 2,5 petabyte (2500 TB) aan binaire data kan bevatten. Maar nog veel interessanter is de wijze van communicatie tussen de hersenen en het lichaam.

De eerste basale inzichten daarover ontstonden in 1929 toen de Duitse arts Hans Berger elektro-encefalografie toepaste, beter bekend als EEG. Daarbij worden elektroden op het hoofd geplaatst, waarna elektrische signalen van de hersenen - hersengolven - kunnen worden uitgelezen. In die tijd waren er nog geen computers, waardoor het erg lastig was om de resultaten te kunnen interpreteren. Pas in de tweede helft van de vorige eeuw zijn er vorderingen gemaakt en met name in de laatste twee decennia zijn er zeer grote sprongen gemaakt. Dankzij EEG's, CT-scans en MRI's in combinatie met de enorme vooruitgang van de rekenkracht van computers, weten we veel beter hoe het menselijk brein werkt. De volgende stap is om de hersenen te verbinden met computers, zodat gedachten kunnen worden gedigitaliseerd en geclassificeerd en vervolgens omgezet in acties. Dat kan met een zogenaamde brein-computer interface (BCI).

Brein-computer interface

Het digitaliseren van gedachten klinkt als sciencefiction, maar het is vandaag de dag al realiteit. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om met behulp van gedachten een muisaanwijzer van een computer te laten bewegen of zelfs een robotarm te besturen! Zowel op het gebied van de gezondheidszorg als gaming en oorlogsvoering biedt dit nieuwe mogelijkheden. Wat hiervoor nodig is, is een interface die de signalen van de hersenen meet, versterkt en digitaliseert, en het mogelijk maakt hier een computer of machine aan te koppelen.

©PXimport

Zo'n brein-machine-verbinding wordt internationaal een Brain-Computer Interface genoemd. In veel gevallen is het niet noodzakelijk om elektroden in het lichaam in te brengen, maar volstaat een soort net, bril of helm met sensoren dat op het hoofd geplaatst wordt. Als een meer nauwkeurige meting noodzakelijk is, is een implantaat - oftewel een 'invasieve' BCI - een optie, al kan dat leiden tot negatieve bijeffecten zoals infecties en instabiliteit van de sensoren op lange termijn. Dit wordt het meest toegepast bij serieuze medische aandoeningen zoals een verlamming in het zenuwstelsel, maar veelal nog in een experimenteel stadium.

Project Cyborg

Een bekend experiment met implantaten is dat van de bekende Britse robot-ingenieur Kevin Warwick (1954), die bekendstaat om zijn experimenten waarbij computersystemen rechtstreeks worden aangesloten op het menselijke zenuwstelsel. De eerste stap van zijn project 'Cyborg', richting een soort mens-machine, werd in 1998 gezet door een onderhuidse chip te implanteren. Het ging om een relatief simpele RIFD-chip die in Warwicks arm geïmplanteerd werd. Daarmee kon hij deuren, lichten, de verwarming en enkele andere geautomatiseerde systemen bedienen op basis van zijn aanwezigheid. Warwick wilde het experiment vooral aangaan omdat futurologen de verwachting uitspraken dat een onderhuidse chip in de toekomst als een soort identiteitsbewijs kon gaan dienen, maar tot dan toe werd er nauwelijks met mensen geëxperimenteerd. Dit terwijl in dezelfde tijd dergelijke implantaten wel voor huisdieren werden geïntroduceerd. Later liet Warwick ook (tijdelijk) een sensor implanteren waarmee hij geblinddoekt kon detecteren of een object dichterbij kwam of van hem af bewoog. Het kostte hem wel zes weken oefenen om de signalen die hij voelde correct te interpreteren.

©PXimport

Kevin Warwick liet in 1998 en onderhuidse chip implanteren en experimenteert veel met BCI. (foto: Kevin Warwick)

Ook experimenteerde hij met het op afstand besturen van objecten, waarbij hij vanaf de Columbia Universiteit in New York het zenuwstelsel van zijn linkerhand koppelde aan een robothand die zich in de Reading Universiteit in Engeland bevond. Wanneer hij z'n hand bewoog werden de hersengolven via het internet naar de robotarm verstuurd. En wanneer de robothand een object vasthad kon Warwick de druk van hiervan voelen. Dit bewees volgens hem dat het brein en het lichaam zich niet per definitie op dezelfde locatie hoefden te zijn. Ten slotte liet Warwick het zenuwstelsel van zijn vrouw tijdelijk verbinden met zijn eigen, waarbij hij het kon voelen als zij haar arm bewoog. In een vergelijkbaar experiment in 2013 van de Universiteit van Washington liet een onderzoeker de vinger van een collega bewegen op een keyboard, terwijl deze zich op enige afstand bevond. Ze speelden op die manier een spelletje waarbij je op het juiste moment tot actie moest overgaan.

©PXimport

Tijdens een experiment van de Universiteit van Washington werd een vinger van een collega via een BCI bestuurd door iemand die zich op een andere locatie bevond.

Medische toepassingen

In eerste instantie lijkt BCI vooral op medisch gebied interessant te zijn. Zo zijn er geslaagde experimenten waarbij patiënten met hun gedachten protheses - zoals een driedimensionale robotarm - kunnen besturen en op die manier wat meer controle over hun leven terugkrijgen. Iets simpels als zelf een kop koffie of stuk chocolade naar je mond brengen kan heel waardevol zijn, zeker voor iemand die deels verlamd is of een lichaamsdeel mist.

Op dezelfde wijze is het mogelijk om een rolstoel te besturen. Ook het typen van tekst door middel van gedachten is mogelijk, al gaat het momenteel nog een erg traag met circa 14 aanslagen per minuut. Verder zijn er geslaagde experimenten om blinden weer te kunnen laten 'zien', al gaat het daarbij vooral om licht- en kleurpatronen. De resolutie verbetert ieder jaar.

©PXimport

Tekst typen via gedachten is al mogelijk, al gaat het vrij traag. (beeld: Gtec)

Een andere veelbelovende toepassing is 'Deep Brain Stimulation' (DBS), waarbij de symptomen van diverse ziektes onderdrukt kunnen worden. Zo kan een ziekte als Parkinson, waarbij het lichaam onbewust fysiek beweegt, bestreden worden door een implantaat waarbij de hersenactiviteit gemonitord en geanalyseerd wordt, om middels een tegenreactie de fysieke symptomen te voorkomen. Het concept lijkt op dat van een pacemaker, waarbij een elektrische prikkel wordt gegeven om het hart op gang te houden, bijvoorbeeld in het geval van een hartritmestoornis. In de VS zijn al 110.000 Parkinson-patiënten behandeld met Deep Brain Stimulators van Medtronic.

©PXimport

Op dezelfde wijze zouden de symptomen van depressies, clusterhoofdpijn, chronische pijn, het Tourette-syndroom, tremor en dystonie onderdrukt kunnen worden. Ook epileptische aanvallen zouden met behulp van implantaten en elektronische pulsen kunnen worden gestopt. De combinatie van BCI en speciale training kan de kwaliteit van leven verbeteren voor patiënten die getroffen zijn door een beroerte, dwarslaesie en traumatisch hersenletsel. In de VS wordt naar schatting 2,6 miljard dollar geïnvesteerd in DBS en 'neurostimulatie'. Een struikelblok is dat een implantaat een batterij nodig heeft en dat de huidige implantaten nog niet energiezuinig genoeg zijn om een aantal jaren zelfstandig te functioneren. Ook is er nog weinig bekend over de lange termijneffecten van DBS.

©PXimport

Via gedachten kunnen protheses worden bestuurd.

Gaming

Ook voor gaming lijkt BCI veelbelovend. Immers, het kan makkelijker en vooral sneller zijn om een spel met je gedachten te besturen, dan met je vingers (waarbij je gedachten eerst omgezet moeten worden naar een fysieke beweging). Tijdens game- en elektronicabeurzen worden regelmatig demo's gegeven waarbij je via EEG een spel kunt besturen. Dus met een helm of een soort koptelefoon met sensoren op je hoofd, en zonder dat je daarbij je handen gebruikt. Momenteel vereist deze techniek nog enige oefening en worden de elektronische signalen softwarematig omgezet naar keyboardaanrakingen, wat tijd kost. Idealiter moet een spel via een API te optimaliseren zijn voor besturing via gedachten.

Het bekende roleplaying-spel World of Warcraft ondersteunt dit en wordt daarom ook regelmatig als voorbeeld gebruikt. Het onderwijs neemt de opkomst van BCI ook serieus: de Universiteit van Twente heeft een bachelor 'Creative Technology' die zich onder andere richt op BCI in combinatie met apps. Een variatie op 'neurogaming' is het besturen van een spel via handgebaren, zoals Microsofts Kinect. En met een combinatie van beide methoden wordt ook volop geëxperimenteerd. Linksom of rechtsom lijkt het er op dat het bedienen van een spel via een toetsenbord ooit, in de toekomst, hopeloos ouderwets is.

©PXimport

Een spelletje Pong via een BCI. (beeld: Gtec)

Militair

Vanzelfsprekend is het leger ook zeer geïnteresseerd in BCI. Zo loopt er in de VS een experiment van DARPA waarbij hersenimplantaten emoties moeten kunnen controleren, vooral ten behoeve van mensen met geestelijke problemen. De eerste stap is om emoties op afstand te kunnen observeren en een tweede stap is om geestelijke problemen te kunnen stabiliseren. Het gaat in dit geval om zeven verschillende psychiatrische condities, van depressies tot verslavingen en een borderline persoonlijkheidsstoornis. Het project komt voort uit de problemen van veteranen die actief zijn geweest in oorlogsgebieden en vaak kampen met dergelijke psychiatrische stoornissen. Maar het signaleren van emoties is ook nuttig als het gaat om alertheid. Wanneer een soldaat op wacht een vijand ziet en deze emotie gedetecteerd wordt, kan er geautomatiseerd alarm geslagen worden.

©PXimport

©PXimport

Voor het uitlezen van hersengolven (EEG) zijn inmiddels speciale headsets in ontwikkeling. (beeld: Emotiv)

Maar de militaire potentie gaat nog veel verder. Momenteel wordt er gecommuniceerd via spraak, maar het zou natuurlijk veel handiger zijn dat telepathisch kan - dus via gedachten. Ook voor de verspreiding van orders is dit interessant, omdat het tevens voorkomt dat een order verkeerd geïnterpreteerd wordt. Het aansturen van apparatuur en voertuigen, net als bij games, kan militair gezien een groot strategisch voordeel opleveren. Ook het uitlezen van gedachten en 'mind control' kan rekenen op veel belangstelling van het leger, al lijken concrete toepassingen momenteel nog ver weg.

Wat wel al realiteit is, aansluitend op 'project Cyborg', zijn experimenten om soldaten te voorzien van mechanische uitbreidingen, zoals een zogenaamd 'exoskelet'. Deze sluit aan op het lichaam, waarbij een hydraulisch systeem met motoren de beweging van de benen versterkt, waardoor soldaten sneller kunnen rennen en minder moe worden. Ook kan er meer gewicht dan normaal gedragen worden. De 'HULC' van Lockheed-Martin kan een gewicht van 90 kilo dragen en tegelijkertijd gedurende acht uur een snelheid van 10 km/u halen. Voor zover bekend zijn dergelijke exoskeletons nog niet ingezet in oorlogsgebieden.

Toekomst

Alleen al op basis van recente medische toepassingen en experimenten blijkt dat de potentie van BCI zeer groot is. Mensen met verlamde of geamputeerde lichaamsdelen zouden met hun gedachten apparaten kunnen bedienen, zoals een robotarm-prothese. En zogenaamde 'neurochips' kunnen de activiteiten van het zenuwstelsel monitoren en beïnvloeden, om zo ziektes als Parkinson en epileptische aanvallen te onderdrukken. Toekomstige neurochips zouden gecombineerd kunnen worden met gekweekte zenuwcellen waardoor ze nog beter met het lichaam samenwerken. Wetenschappers gaan er vanuit dat we nog maar aan het begin staan van de mogelijkheden en dat we in de toekomst dingen kunnen die nu nog ondenkbaar zijn.

©PXimport

©PXimport

De Telestar V robot laat zich op afstand besturen, waarbij ook het voelen van objecten mogelijk is dankzij tactile feedback. (beeld: Tachilab)

Zo zouden we rechtstreeks met elkaar kunnen communiceren via gedachten in plaats van spraak (wat heel wat klassieke communicatieproblemen zou kunnen verhelpen). Los van het corrigeren van lichamelijke beperkingen zouden we het menselijk lichaam ook kunnen 'upgraden'. Denk bijvoorbeeld aan het verbeteren van het geheugen en het verstand en de snelheid van rekenen. Ook iets als 'telepresence', momenteel vooral gebruikt voor het op afstand vergaderen, zou een heel nieuwe dimensie kunnen krijgen. Hierbij kun je virtueel afreizen naar verre bestemmingen en daar ook echt dingen kunt zien, horen én voelen. De ultieme droom - of nachtmerrie - zou misschien het digitaliseren van het bewustzijn kunnen zijn, waarbij we geen lichaam meer nodig hebben om te kunnen denken en waarbij alle herinneringen digitaal zijn opgeslagen. Het eeuwige leven ligt dan binnen handbereik ...

Ethiek

De mogelijkheden van brein-computer interfaces leidt uiteraard ook tot ethische vragen, want het manipuleren van de hersenen ligt gevoelig. Zeker bij conservatieve groepen, die ook negatief staan tegenover abortus en stamceltherapie, worden de medische ontwikkelingen van BCI met argusogen gevolgd. Het gaat veelal om kwetsbare patiënten, die beperkt kunnen communiceren, dus is het van groot belang dat zij zelf, of hun directe naasten, uitdrukkelijke toestemming kunnen geven voor een dergelijke therapie. Ook de privacy is van groot belang. Iets als het analyseren, laat staan het opslaan of delen van gedachten, ligt zeer gevoelig.

En dat geldt natuurlijk helemaal voor de interesse van het leger in iets als 'mind control' en mens-machine-combinaties. Vooralsnog gaat het grotendeels om experimenten, maar het zal niet lang meer duren voordat er concrete therapieën en toepassingen ontstaan. Nieuwe wetgeving kan dan noodzakelijk zijn. Medisch gezien moet het belang van de patiënt en de kwaliteit van leven natuurlijk altijd voorop staan.

Open standaard: OpenBCI

Net zoals bij andere opkomende technologieën, maken fabrikanten gebruik van hun eigen proprietary (gesloten) standaarden, waardoor producten onderling niet compatibel zijn en in de toekomst mogelijk niet meer te upgraden zijn. En bovendien is het meestal duur voor een particulier om zelf met dergelijke nieuwe technologie aan de slag te gaan. OpenBCI moet daar verandering in brengen. Het is een betaalbaar, programmeerbaar en opensource EEG-platform dat iedereen met een computer toegang geeft tot BCI-technologie.

Via Kickstarter hebben de bedenkers 215.000 dollar opgehaald, waarbij startersets inclusief electroden voor zo'n 300 dollar verkocht werden. De hardware bestaat uit een Arduino-systeem gebouwd rondom een Texas Instrument's ADS1299 IC chip met signaalversterker en SD-slot. In combinatie met de electroden en de software kan het pakket direct gebruikt worden voor het meten van hersengolven. Doordat de software opensource is, kan code gedeeld worden waardoor functionaliteit eenvoudig kan worden toegevoegd. En de gedachte achter een open standaard is natuurlijk dat andere partijen zich kunnen aansluiten.

©PXimport

De OpenBCI headset wordt geproduceerd via een 3D printer.

▼ Volgende artikel
Inbouwvriezer of vrijstaand model: waar moet je voor kiezen?
© ID.nl
Huis

Inbouwvriezer of vrijstaand model: waar moet je voor kiezen?

Bij je zoektocht naar een vriezer zijn er verschillende zaken om op te letten. Denk bijvoorbeeld aan de ruimte waar je de vriezer wilt plaatsen – in de keuken of juist ergens anders, zoals de schuur of garage. Welk model past het beste? En wat zijn de technische verschillen tussen een inbouw- en een vrijstaand model?

Sta je op het punt een nieuwe vriezer te kopen? Dan kom je waarschijnlijk al snel voor een keuze te staan: ga je voor een inbouwvriezer of kies je toch liever voor een vrijstaand model? Op het eerste gezicht lijken ze misschien op elkaar, want ze doen in de basis hetzelfde: eten en drinken invriezen en koel bewaren. Toch zijn er flink wat verschillen tussen deze twee soorten, en het is handig om daar even goed naar te kijken voordat je beslist.

Locatie: keuken of ergens anders

Eén van de eerste dingen om over na te denken is waar je de vriezer wil plaatsen. Een inbouwvriezer is bedoeld om netjes weggewerkt te worden in een keukenkast. Je ziet ‘m dus bijna niet, omdat de deur van de vriezer schuilgaat achter een kastdeur. Dat ziet er strak uit, vooral als je keuken een rustige en moderne uitstraling heeft. Wel heb je dan dus een keuken nodig die daar op is voorbereid, met de juiste maten en ruimte om de vriezer in te bouwen.

Een vrijstaande vriezer kun je neerzetten waar je maar wilt, zolang er een stopcontact in de buurt is en het niet te warm of te koud wordt in de ruimte. Denk aan de bijkeuken, schuur of garage. Dit maakt een vrijstaande vriezer wat flexibeler in gebruik.

©ID.nl

De keuken is voor de meesten de meest logische plek voor een vriezer, maar hij kan ook ergens anders staan.

Is er op de plek waar de vrijstaande vriezer komt te staan genoeg ruimte? Dan kun je ook een ander model overwegen, zoals een liggende vriezer. Dat zijn vrieskisten die je van boven opent. Het voordeel van dergelijke vriezers is dat er vaak meer inpast, omdat de opslagruimte groter is en je meerdere lagen kunt vullen.

Installatie

Als je kiest voor een vrijstaande vriezer, is het installeren meestal een fluitje van een cent. Je zet ‘m neer, zorgt dat hij waterpas staat en steekt de stekker in het stopcontact. Bij een inbouwvriezer komt er wat meer bij kijken. Je moet namelijk zorgen dat alles goed past en dat het keukenfront netjes aan de vriezerdeur wordt bevestigd. Soms zijn er ook speciale scharnieren nodig. Wanneer je een keuken laat ontwerpen, kan er alvast rekening worden gehouden met een inbouwvriezer en kunnen de juiste deurelementen daar alvast op worden aangepast.

Hoe zit het met het stroomverbruik?

Vriezers staan dag en nacht aan, dus het stroomverbruik telt flink mee in je energierekening. Zowel inbouw- als vrijstaande modellen zijn tegenwoordig verkrijgbaar met een zuinige energieklasse, maar vrijstaande vriezers zijn over het algemeen net iets efficiënter. Dat komt doordat ze beter hun warmte kunnen afvoeren, omdat ze immers niet 'opgesloten' zitten. Als je de vriezer vaak gebruikt en er veel in bewaart, kan het op de lange termijn dus schelen in je energiekosten. Bij een inbouwvriezer moet je sowieso goed opletten dat er voldoende koele lucht in de inbouwnis komt en dat de warmte goed kan worden afgevoerd. De achterzijde van een nis waar een inbouwvriezer in wordt gezet is standaard altijd open, maar zorg ook voor voldoende ruimte tussen de muur en de inbouwvriezer, zodat de afgegeven warmte niet blijft hangen en goed kan worden afgevoerd.

Hoeveel ruimte heb je nodig?

Ook de grootte van de vriezer is iets om rekening mee te houden. Heb je een groot gezin of koop je graag boodschappen in het groot? Dan is een vrijstaande vriezer vaak praktischer, omdat die er in grotere maten zijn en dus meer ruimte bieden. Inbouwvriezers zijn vaak wat kleiner, omdat ze in een standaard keukenkast moeten passen. Voor wie weinig invriest of een kleinere keuken heeft, is dat meestal geen probleem.

©ID.nl

Geluidsproductie

Een vriezer maakt geluid, dat hoort erbij. Dat geluid is niet constant, maar meestal vooral hoorbaar als de compressor aanslaat. Toch kan het verschil maken waar hij staat en welk type je hebt of het geluid dat een vriezer produceert, storend is. Een inbouwvriezer hoor je doorgaans iets minder, omdat het geluid wordt gedempt door de keukenkast eromheen. Een vrijstaande vriezer kan net iets meer opvallen qua geluid, vooral als hij in de keuken staat en niet ergens apart. Benieuwd hoeveel geluid de vriezer naar keuze eigenlijk maakt? Van tevoren kun je op de site van het Europees productregister voor energie-etikettering zien wat de geluidsproductie van de gekozen vriezer in Decibel is.

Op het energielabel dat verplicht is voor alle vriezers en koelkasten, zie je direct wat de geluidsproductie is van het gekozen apparaat.

Schoonmaak en onderhoud

Kijken we naar de schoonmaak en het onderhoud van de vriezer, dan is er eigenlijk weinig verschil in hoe een inbouwvriezer of een gewone vriezer wordt schoongemaakt. Intern zijn beide kasten op dezelfde manier opgebouwd, maar aan de buitenzijde is dat toch anders. Een vrijstaande vriezer kun je bijvoorbeeld aan de achterzijde veel beter schoonmaken omdat je de vriezer makkelijker kunt verplaatsen. Bij een inbouwvriezer kan er na verloop van tijd wel veel meer stofophoping plaatsvinden en is het lastiger om de achterkant schoon te maken: daarvoor zul je toch echt de vriezer uit de nis moeten halen.

Extra functies

Tegenwoordig hebben veel vriezers allerlei handige functies. No Frost is daarbij een bekende, want hiermee hoef je een vriezer nooit meer te ontdooien. Ook handig is een een snelvriesfunctie voor als je net boodschappen hebt gedaan en je spullen snel moet invriezen. Die functies vind je zowel bij inbouw- als vrijstaande modellen. Het aanbod is bij vrijstaande vriezers vaak iets breder, simpelweg omdat er meer soorten van zijn.

©ID.nl

Kostenplaatje

Als je kijkt naar de prijs, zijn vrijstaande vriezers meestal wat goedkoper dan inbouwmodellen met vergelijkbare eigenschappen. Bij een inbouwvriezer betaal je namelijk ook voor het inbouwsysteem en het strakkere ontwerp. Bovendien moet je bij vervanging vaak een model kiezen dat precies in je keukenkast past. Dat maakt de keuze beperkter en soms ook duurder. Verder hangt het ook af van het deursysteem dat je kiest voor een inbouwvriezer. Bij een deur-op-deursysteem waar de deur van de keukenkast direct op de deur van de vriezer wordt gemonteerd, zijn ook andere scharnieren nodig die het extra gewicht van de keukendeur kunnen dragen. Bij een glijsysteem is dat niet het geval, omdat in dat geval de deur van de keukenkast een eigen scharniersysteem heeft.

Past het in je interieur?

Als je keuken er strak en opgeruimd uitziet, dan wil je misschien niet dat er een groot wit apparaat in het zicht staat. In dat geval is een inbouwvriezer een mooie oplossing. Die zit netjes achter een kastdeurtje en valt niet op. Een vrijstaande vriezer zie je wel altijd staan, maar dat hoeft geen probleem te zijn – zeker niet als hij in een bijkeuken of garage komt. Plus: tegenwoordig zijn de designs ook een stuk mooier dan pak 'm beet tien jaar geleden.

Staat je vriezer op een koude plek?

Niet elke vriezer werkt goed bij lage temperaturen. Als je van plan bent om je vriezer in een onverwarmde ruimte te zetten, zoals een schuur of garage, is het belangrijk om eerst na te gaan of het apparaat daar wel tegen kan. Vaak wordt gedacht dat een vriezer het juist beter doet als het buiten koud is, maar dat klopt niet altijd. Een vriezer moet voldoende warmte kunnen afvoeren, en bij te lage omgevingstemperaturen kan de thermostaat in de war raken, waardoor het apparaat minder goed of zelfs helemaal niet meer werkt. De meeste vriezers kunnen tot zo'n 10 graden Celsius als minimum temperatuur aan.

Sommige vriezers kunnen ook prima in een schuur of garage staan, maar alleen als de temperatuurspecificaties dit toelaten.

Om te bepalen of een vriezer geschikt is voor een koude ruimte, kijk je naar de klimaatklasse. Die vind je op het energielabel of in de productspecificaties. Klimaatklassen geven aan binnen welk temperatuurbereik een vriezer goed kan functioneren. De meest voorkomende klassen zijn SN, N, ST en T. Een vriezer met klimaatklasse SN (Subnormal) werkt bijvoorbeeld nog bij temperaturen vanaf 10 graden, terwijl sommige modellen die speciaal ontworpen zijn voor gebruik in onverwarmde ruimtes al functioneren vanaf 5 graden of zelfs lager. Fabrikanten geven dit meestal duidelijk aan.

Op het Europees productregister voor energie-etikettering kun je van alle producten zien wat de klimaatklasse en de minimale en maximale temperatuur is waardoor het apparaat geschikt is.

Vrijstaande vriezers zijn soms speciaal ontworpen voor dit soort omstandigheden, met aanpassingen aan de techniek en isolatie. Er zijn bijvoorbeeld modellen met zogeheten Freezer Guard- of Frost Protect-technologie, die juist wel goed blijven werken in koude omgevingen. Die zijn ideaal als je de vriezer bijvoorbeeld op zolder of in een onverwarmde bijkeuken wilt zetten.

Inbouwvriezers daarentegen zijn vrijwel altijd bedoeld voor gebruik binnenshuis, op plekken waar de temperatuur redelijk constant is, zoals in de keuken. Ze zijn meestal niet getest of ontworpen voor gebruik bij lage omgevingstemperaturen. Zet je zo’n vriezer toch in een koude ruimte, dan is de kans groot dat hij niet goed werkt of dat de levensduur wordt verkort.

©ID.nl

Een vriezer op zolder zetten kan een oplossing zijn bij ruimtegebrek in de keuken, maar vergeet ook niet dat hij ook helemaal naar boven moet worden gezet.

Tot slot is het goed om te bedenken dat ook vocht en vorst in onverwarmde ruimtes een rol kunnen spelen. Als de omgeving te vochtig is of als er bevriezingsgevaar ontstaat, kan dat schade veroorzaken aan de elektronica of het rubber van de deurafdichting. Het is dus altijd slim om niet alleen naar de temperatuur, maar ook naar de algemene omstandigheden van de ruimte te kijken voordat je besluit waar je de vriezer neerzet.

Verhuizing of herinrichting?

Als je nog niet zo lang op één plek woont of van plan bent te verhuizen, is het handig om te bedenken hoe flexibel je wilt zijn. Een vrijstaande vriezer kun je gemakkelijk meenemen of op een andere plek zetten. Een inbouwmodel zit vast in je keuken en is lastiger te verplaatsen of te vervangen. Dat maakt een vrijstaand model soms praktischer, en is een betere keuze als je je (keuken)inrichting regelmatig verandert.

Tot slot

Of je nu kiest voor een inbouw- of een vrijstaande vriezer, het belangrijkste is dat hij goed past bij jouw huishouden en wensen. Denk goed na over waar je hem wilt neerzetten, hoeveel ruimte je nodig hebt en hoe belangrijk je dingen als energieverbruik of uitstraling vindt. Door even de tijd te nemen en je goed te laten informeren, voorkom je dat je achteraf spijt krijgt van je aankoop. Zo weet je zeker dat je een vriezer kiest waar je jarenlang plezier van hebt.

▼ Volgende artikel
Fileleed? Zo gebruik je Google Maps voor live informatie
© PixieMe - stock.adobe.com
Huis

Fileleed? Zo gebruik je Google Maps voor live informatie

De vakanties zijn begonnen en als je op weg gaat naar het zuiden, sta je al gauw vast. Veel mensen hebben het navigatiesysteem van hun auto verruild voor de gratis app Google Maps. De app beschikt over een set tools om je trip vlot te laten verlopen. Zo kun je bijvoorbeeld heel eenvoudig de verkeersdrukte volgen.

In dit korte artikel laten we zien hoe je de verkeerslaag in Google Maps gebruikt:

  • Stel je route in en schakel de verkeerslaag in via het lagenmenu
  • Bekijk de actuele verkeersdrukte aan de hand van kleuren op de kaart
  • Ontvang meldingen over verkeersdrukte bij opgeslagen locaties

Ook interessant om te lezen: Dit zijn de 4 beste alternatieven voor Google Maps

De laag Verkeer

Open Google Maps op je smartphone en geef het vertrekpunt en de bestemming in. Daarna tik je onderaan op Route. Boven de kaart kies je de manier hoe je je verplaatst: auto, tram, metro, te voet of per fiets. Onderaan de kaart lees je alvast de afstand en de reistijd. Tik daarna op het pictogram Lagen in de rechterbovenhoek van het scherm. In de groep Kaartgegevens selecteer je Verkeer. Hierdoor wordt de verkeerslaag over de Google Maps-kaart gelegd. Verlaat het gedeelte Lagen door op het kruisje in de rechterbovenhoek te tikken.

Op de kaart worden de wegen ingekleurd op basis van de actuele verkeersdichtheid. Groen betekent dat je op een normaal tempo kunt rijden. Oranje staat voor langzaam rijdend verkeer en rood betekent dat het verkeer stilstaat. Niet tevreden met de route die Google Maps heeft geselecteerd? Bekijk dan alle alternatieve routes die als grijze lijnen op het scherm worden weergegeven. Tik op een van de opties om een ​​alternatieve route te selecteren.

De verkeersdrukte wordt met kleuren weergegeven.

Google Maps in de auto gebruiken?

Dan is een telefoonhouder een must

Live verkeer

Op de computer open je de webbrowser en surf je naar Google Maps. Weer zoek je de bestemming, zodat Maps de route tevoorschijn kan halen. Daarna beweeg je de muisaanwijzer over het pictogram Lagen linksonder. Klik op de laag met het label Verkeer. Opnieuw zal Google de wegen inkleuren volgens verkeersdrukte. Je kunt de weergave Live verkeer in- en uitschakelen door op de schakelaar in het onderste deel van het scherm te klikken.

Op de computer kun je de weergave Live verkeer in- en uitschakelen.

Meldingen ontvangen

Het is mogelijk om van Google Maps meldingen te ontvangen wanneer er drukte ontstaat in de buurt van een locatie die je in Maps hebt opgeslagen. Hiervoor tik je rechtsboven op het pictogram van je Google-account. Daarna kies je Instellingen en dan Meldingen. Op de iPhone controleer je of het schuifje bij Plaatsen en evenementen aanstaat. Op een Android-apparaat tik je bij Navigeren / Verkeer bij nabije evenementen op Aan of Alleen in de app.

Wil je verkeersupdates ontvangen over plaatsen die je hebt opgeslagen?

Watch on YouTube