ID.nl logo
Huis

CES: RTX 2060 en FreeSync voor iedereen

Nvidia gaat eindelijk FreeSync ondersteunen, Asus komt met een Surface Pro voor gamers en HP laat een van de eerste ‘echte’ BFG’s zien. De jaarlijkse CES, de grootste technologiebeurs ter wereld, is afgelopen weekend weer van start gegaan in Las Vegas, met al het grote nieuws van dien.

De eerste dag van CES wordt vaak gedomineerd door Nvidia, die traditiegetrouw zijn persconferentie op de eerste dag van deze technologiebeurs houdt. Zo ook dit jaar, al kwam dat niet door de aankondiging van de RTX 2060, maar vanwege ondersteuning voor FreeSync, het protocol voor variabele verversingssnelheid van aartsrivaal AMD.

Nvidia onthult RTX 2060 en FreeSync-ondersteuning
Net zoals elk jaar stal Nvidia de show op de eerste dag van CES, met de onthulling van de RTX 2060. Deze GPU is vooralsnog de goedkoopste manier om je handen te leggen op een kaart met ondersteuning voor de raytracing API van Nvidia. De onthulling van de RTX 2060 werd echter overstemt door een veel schokkendere aankondiging: Nvidia gaat namelijk FreeSync-monitoren ondersteunen.

©PXimport

Tijdens de persconferentie van Nvidia liet CEO Jensen Huang weten dat zijn bedrijf vierhonderd monitors heeft getest op geschiktheid voor Nvidia nieuwe ‘G-SYNC Compatible’ keurmerk. Twaalf hiervan voldoen volgens Nvidia aan de standaard van dit predicaat en zullen daarom met een driverupdate die binnenkort uitkomt ondersteuning krijgen voor VESA Adaptive Sync. Deze twaalf monitoren zijn bijna allemaal premium-beeldschermen van fabrikanten als Asus, Acer en AOC.

©PXimport

De overige 388 monitoren krijgen niet de stempel G-SYNC Compatible, maar diens FreeSync-mogelijkheden kunnen na de komende driverupdate wel gebruikt worden met Nvidia-kaarten. Het nadeel is hier wel dat je het handmatig aan zal moeten zetten – iets wat bij G-SYNC Compatible-monitoren niet nodig is. Met de komst van het ‘compatible’ keurmerk heeft Nvidia G-SYNC HDR hernoemt naar G-SYNC Ultimate, vermoedelijk om verwarring te voorkomen met G-SYNC Compatible HDR-monitoren.

Asus ROG Mothership is een convertible voor gamers
De ROG Mothership is feitelijk een 17,3” all-in-one met een opklapbaar toetsenbord – vergelijkbaar met de veel kleinere Surface Pro. In tegenstelling tot de Surface Pro is dit bakbeest van Asus volledig gericht op gamers en dat valt aan alles af te zien. Het Mothership bevat namelijk een 1080p/144Hz G-SYNC IPS-paneel dat wordt aangedreven door een RTX 2080 en een i9-8950HK. Wat opslag betreft rept Asus over een RAID 0-array van drie 512GB NVMe SSD’s – of dit de standaardconfiguratie is laat het bedrijf helaas niet weten.

©PXimport

De rest van de specs zijn minst even high-end: 64GB aan 2666MHz DDR4 geheugen, een 2,5Gbps netwerkkaart met ondersteuning voor 802.11ax-wifi en een toetsenbord dat zowel via een enkele USB-C kabel als Bluetooth verbonden kan worden met het moederschip. Al deze paardenkrachten leveren wel een machine op die eerder een desktop dan laptop is: het apparaat weegt 4,7kg en meet 41cm bij 31cm. Bovendien heeft het Mothership twee 280w voedingen nodig, wat doet vermoeden dat de accuduur bijzonder minimaal zal zijn, tenzij de prestaties flink naar beneden worden geschroefd.

Hoewel de officiële prijs nog niet bekend is gemaakt laat het zich raden dat geïnteresseerden zeer diep in de buidel zullen moeten tasten voor het Mothership.

HP brengt BFG in de praktijk
Nvidia onthulde vorig jaar op CES de BFG: een standaard voor gamingmonitoren met het formaat van een tv, maar nog wel de hoge verversingsnelheid van een monitor. Om in aanmerking te komen voor de BFG-classificatie moet een monitor minimaal 65” meten over het diagonaal, een verversingssnelheid hebben van 120Hz of hoger, een piekhelderheid van 1000 nits en ondersteuning voor Full-Array Local Dimming.

©PXimport

HP is een van de eerste merken die dit concept werkelijkheid maakt met Omen X Emperium. Dit 65” 4K-paneel heeft een verversingssnelheid van 144Hz en 4ms vertraging, RGB-verlichting (uiteraard) en een geïntegreerde soundbar die goed is voor 120w aan speakervermogen. Het enige pijnlijke aan dit paneel is de adviesprijs. Die staat op dit moment op 4799 euro, een bedrag waarvoor je met gemak een high-end OLED-paneel kan halen.

▼ Volgende artikel
Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys
© ID.nl
Huis

Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys

Een paar bestanden hernoemen is zo gebeurd. Maar zodra je tientallen of honderden namen moet aanpassen, schiet handmatig werk tekort. Dan komt externe software goed van pas. PowerRename, onderdeel van de PowerToys-collectie, biedt uitkomst. Met deze slimme tool kun je grote aantallen bestanden in één keer hernoemen. Dat gaat snel, efficiënt en precies zoals jij het wilt.

Dit gaan we doen

In dit artikel zie je hoe je PowerRename uit PowerToys instelt en gebruikt om grote aantallen bestanden tegelijk te hernoemen. We laten zien hoe je de tool activeert, hoe je hem oproept via Verkenner en hoe je zoek-en-vervangacties, letterinstellingen en automatische nummering toepast. Zo wijzig je in één keer volledige reeksen bestandsnamen, zonder handmatig werk.

Lees ook: Leuker, sneller en handiger: boost je Windows-pc met PowerToys

PowerRename activeren

PowerRename is een stuk krachtiger dan de standaard hernoemfunctie van Windows. De tool maakt deel uit van PowerToys, een opensource-project van Microsoft. Wil je de Microsoft Store-versie installeren? Open dan het Startmenu, zoek naar Microsoft Store en start de app. Typ PowerToys in het zoekveld bovenaan. Klik op Installeren zodra je het programma hebt gevonden. Na installatie verschijnt PowerToys in het systeemvak van Windows. Open het, kies in de linkerkolom PowerRename en je ziet meteen een korte animatie van hoe de tool werkt. Klik op Instellingenopenen en controleer of PowerRename is ingeschakeld. Let op: bij ons werkte PowerRename pas na een herstart van het systeem.

Een animatie toont hoe PowerRename werkt.

Contextueel menu in Verkenner

Open de map met de bestanden die je wilt hernoemen. Selecteer ze allemaal met Ctrl+A en klik met de rechtermuisknop op de selectie. In het contextmenu van Windows Verkenner kies je onderaan de opdracht Naam wijzigen met PowerRename.

Haal PowerRename uit het contextueel menu in Windows Verkenner.

Zoeken en vervangen

Daarna opent het venster van PowerRename. In het veld Zoeken geef je in welk deel van de bestandsnaam je wilt vervangen. In het veld eronder typ je de nieuwe tekst. In ons voorbeeld vervangen we het woord Image door Kreta2015. Nog vóór de wijziging wordt uitgevoerd, toont PowerRename een overzicht: links de oorspronkelijke bestandsnamen, rechts de nieuwe. Zo zie je meteen wat er verandert. Daaronder kies je of de aanpassing moet gelden voor de volledige naam inclusief extensie, alleen de bestandsnaam, of alleen de extensie.

Met de knoppen onder Tekstopmaak pas je eenvoudig het hoofdlettergebruik aan, van alles in kleine letters, naar alles in hoofdletters, alleen een hoofdletter aan het begin, of elke beginletter van een woord in hoofdletters. Het laatste pictogram schakelt de nummering in. Activeer je dat, dan voegt PowerRename automatisch nummers tussen haakjes toe aan de bestandsnamen.

De nieuwe namen verschijnen in voorvertoning naast de oorspronkelijke namen.     

Je allermooiste foto's hernoemd?

Druk ze af en plak ze in een foto-album
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen