ID.nl logo
BitLocker instellen voor versleutelde schijven
© PXimport
Zekerheid & gemak

BitLocker instellen voor versleutelde schijven

Er zijn verschillende manieren om je gegevens veilig te houden, waaronder BitLocker van Windows 10. Deze slimme functie past een sterke versleuteling toe op de inhoud van je harde schijf. BitLocker instellen werkt als volgt.

BitLocker is een versleutelingstechnologie waarmee je een extra beveiligingslaag aanbrengt op je computer. Standaard worden erdoor alle gegevens op de harde schijf versleuteld. Elke keer dat de computer wordt ingeschakeld en het juiste wachtwoord wordt gegeven, worden de gegevens toegankelijk gemaakt. Wordt je computer onverhoopt gestolen of raak je deze kwijt, dan is het voor personen met slechte bedoelingen nagenoeg onmogelijk om je gegevens te zien. BitLocker werkt samen met de hardware op je computer om de gegevens te versleutelen. Lees straks meer over de systeemeisen hiervoor.

Voordat je verder gaat, controleer je eerst of je BitLocker bezit. De versleutelingstechniek is namelijk niet in alle Windows-versies aanwezig. Je vindt BitLocker in Windows 10 Professional, maar niet in de Home-versie van Windows. Om snel te zien welke uitvoering je gebruikt, open je het instellingenvenster (Windows-toets+I) en kies je voor Bijwerken en beveiliging, Activering. Bij Editie lees je welke Windows-versie wordt gebruikt.

Hoewel BitLocker niet aanwezig is in Windows Home, wordt de versleuteling wel ondersteund door deze versie. Dit betekent dat je een externe harde schijf of usb-stick met een bestaande BitLocker-versleuteling gewoon kunt openen met Windows Home en hierin wijzigingen kunt aanbrengen. Het voor de eerste keer versleutelen met BitLocker en het aanpassen van de instellingen blijft echter voorbehouden aan de Pro-versie.

BitLocker met / zonder TMP

BitLocker stelt een paar belangrijke eisen aan je computer. De versleuteling maakt gebruik van een Trusted Platform Module, kortweg TPM. Dit is een fysieke chip die zich op het moederbord bevindt en een geheime sleutel bevat. De TPM-chip controleert in samenwerking met een versleutelingstechnologie zoals BitLocker of er niet is geknoeid met de computer, bijvoorbeeld door een persoon die je gegevens probeert te bekijken.

De TPM wordt overigens niet alleen gebruikt voor BitLocker. De chip kan ook worden ingezet voor digital rights management (bijvoorbeeld voor het beschermen van gevoelige gegevens) en voor het beheer van softwarelicenties.

©PXimport

Geeft BitLocker aan dat je buiten de boot valt omdat de computer niet aan de vereisten voldoet? Als de computer geen TPM-chip heeft, kun je alsnog gebruikmaken van BitLocker. Het is hiervoor nodig om expliciet aan Windows te laten weten dat BitLocker mag worden gebruikt zonder de eerdergenoemde chip, zoals je in bovenstaande afbeelding ziet. Open het onderdeel Groepsbeleid door in het Startmenu Gpedit.msc te typen, gevolgd door een druk op Enter. Zoek in de lijst links naar Beleid voor lokale computer en klap de volgende onderdelen uit: Computerconfiguratie, Beheersjablonen, Windows-onderdelen, BitLocker-stationsversleuteling, Systeemstations.

Bekijk nu de lijst aan de rechterkant van het venster en zoek naar de vermelding Extra authenticatie vereisen bij opstarten. Dubbelklik hierop. Een nieuw venster wordt geopend, waarin je verschillende instellingen vindt. Kies nu voor Ingeschakeld. Je vindt deze optie linksboven in het venster. Bij Opties activeer je de optie BitLocker zonder een compatibele TPM toestaan (vereist een wachtwoord of een opstartsleutel op een USB-flashstation). Klik hierna op OK. Hierna start je BitLocker opnieuw op. Grote kans dat BitLocker nu wél naar behoren werkt.

BitLocker inschakelen

BitLocker is standaard uitgeschakeld. Open het Startmenu en typ Configuratiescherm. Kies voor Systeem en beveiliging en klik hierna op BitLocker-stationsversleuteling. Bij Station met besturingssysteem zie je of de beveiliging is ingeschakeld. Om BitLocker te activeren, klik je op BitLocker inschakelen. Windows controleert of de computer aan alle eisen voor BitLocker voldoet.

BitLocker moet ontgrendeld worden bij het opstarten van Windows en je kunt nu aangeven op welke manier dit moet gebeuren. Zo kun je ervoor kiezen om de ontgrendelgegevens op een usb-stick te plaatsen. Alleen wanneer je de usb-stick plaatst, wordt BitLocker ontgrendeld en kun je met de computer werken. Kies je voor deze optie, zorg dan voor een lege usb-stick (van minstens 1 GB) en klik op de optie Een USB-flashstation plaatsen. Je kunt BitLocker ook ontgrendelen met behulp van een wachtwoord. Kies dan voor Geef een wachtwoord op. Zorg voor een sterk wachtwoord: het moet bestaan uit een combinatie van kleine en hoofletters en het moet tekens bevatten.

Duik dieper in Windows 10 en zet het besturingssysteem helemaal naar je hand met behulp van onze Tech Academy. Check de Windows 10 Beheer online cursus of ga voor de Windows 10 Beheer-bundel inclusief techniek- en praktijkboek.

©PXimport

Herstelsleutel aanmaken

In geval van nood, bijvoorbeeld als je je wachtwoord bent vergeten, bestaan er een aantal vluchtroutes om alsnog toegang te krijgen tot je gegevens. Hoewel deze voorzorgsmaatregelen niet verplicht worden gesteld bij het instellen van BitLocker, kun je deze optie beter niet overslaan: het ontgrendelen van een BitLocker-schijf zonder wachtwoord is niet mogelijk, dus zonder vluchtroute ben je je gegevens kwijt. Ook Microsoft heeft niet de mogelijkheid om de versleuteling ongedaan te maken. Met behulp van een herstelsleutel kun je jezelf dus een hoop leed besparen.

BitLocker biedt een viertal routes. Zo kun je de herstelsleutel opslaan in je Microsoft-account – online dus. Wil je liever niet afhankelijk zijn van opslag in de cloud, kies dan voor een lokale herstelsleutel. Zo kun je de sleutel opslaan op een usb-stick. Kies dan voor Opslaan op een USB-flashstation. De meeste flexibiliteit biedt het opslaan van de herstelsleutel in een bestand. Dit bestand kun je vervolgens zelf bewaren op een geschikte locatie, bijvoorbeeld op een nas, als je daarvan gebruik maakt. Kies voor de optie Opslaan in een bestand.

Tot slot is er de mogelijkheid om de sleutel af te drukken en op papier te bewaren. Kies dan voor De herstelsleutel afdrukken. Herstelsleutel veilig gesteld? Klik op Volgende.

©PXimport

Bij het maken van een herstelsleutel hoef je je niet te beperken tot het maken van één herstelsleutel. Het is zelfs verstandig om meerdere herstelsleutels te maken. Kies er bijvoorbeeld voor om de herstelsleutel op te slaan op een usb-stick en deze op een externe locatie te bewaren; druk ook een herstelsleutel af en bewaar deze print op een veilige plaats bij je thuis (bijvoorbeeld in een kluis met je andere waardevolle documenten). Je kunt altijd een extra herstelsleutel maken. Open Start en typ Configuratiescherm. Kies Systeem en beveiliging en BitLocker-stationsversleuteling. Klik op BitLocker beheren. Kies daar dan voor Back-up maken van uw herstelsleutel.

Volledige schijf of niet?

BitLocker vraagt nu welk deel van de schijf moet worden versleuteld. De keuze is afhankelijk van je situatie. Stel je een nieuwe computer of een nieuwe harde schijf in, dan hoeft alleen het in gebruik zijnde gedeelte te worden versleuteld. Alle gegevens die er daarna ‘bij komen’, worden automatisch versleuteld. Kies voor Alleen gebruikte schijfruimte versleutelen.

De kans is echter groot dat je een bestaande computer of harde schijf versleutelt met BitLocker. De schijf is dan al enige tijd in gebruik geweest. Kies er dan voor om de volledige schijf te versleutelen. Hiermee voorkom je dat delen van de harde schijf alsnog informatie blijven bevatten: bijvoorbeeld verwijderde bestanden. Kies voor de optie Volledige schijf versleutelen. Deze optie is sowieso aan te bevelen als je geen risico wilt nemen. Het enige nadeel ten opzichte van de eerste optie is dat het proces iets meer tijd in beslag neemt.

Versleutelingsmodus kiezen

Windows vraagt nu welke versleutelingsmodus moet worden gebruikt. Ben je van plan om de versleutelde schijf alleen te gebruiken in combinatie met Windows 10, dan kies je voor de optie Nieuwe versleutelingsmodus. Deze optie kies je bijvoorbeeld als je de ingebouwde schijf van de computer wilt versleutelen. Wil je echter een externe harde schijf versleutelen met BitLocker en ben je van plan om deze schijf ook te koppelen aan oudere Windows-versies (zoals Windows 8.1)? Kies dan voor de eerdere versie van de versleutelingsmodus (via de optie Compatibele modus). Deze versie wordt ook ondersteund door oudere Windows-versies.

Versleutel je een externe schijf en weet je nog niet zeker op welke andere Windows-computers je deze wilt gebruiken, kies dan altijd voor de optie Compatibele modus. Bevestig met een klik op Volgende.

©PXimport

Alle instellingen zitten erop en het is tijd om de schijf te versleutelen. Tijdens de encryptie kun jegewoon doorwerken. In het eindvenster van de wizard zorg je ervoor dat de optie BitLocker-systeemcontrole uitvoeren ook is ingeschakeld. Dit is een extra veiligheidsmaatregel, die ervoor zorgt dat BitLocker eerst controleert of de benodigde sleutels in orde zijn en pas daarna met het daadwerkelijke versleutelen van de harde schijf begint. Klik op Doorgaan.

Herstelsleutel gebruiken

Het gebruik van de herstelsleutel in geval van nood is tot slot relatief eenvoudig. Ben je je BitLocker-wachtwoord vergeten, dan kies je voor de optie Herstelsleutel gebruiken. Heb je de sleutel bijvoorbeeld in je Microsoft-account opgeslagen, dan open je een browser (op een andere computer) en open je de website van je Microsoft-account.

In het hoofdvenster klik je in de sectie Apparaten op Alle apparaten. Kies de computer waarop je BitLocker hebt ingesteld en klik op Beheren. Blader naar de sectie BitLocker-gegevensbescherming. Hier vind je de BitLocker-herstelsleutel.

▼ Volgende artikel
Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt
© fotomek
Huis

Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt

Denk je net goed bezig te zijn met een A+++-wasdroger, blijkt die vanaf juli 2025 opeens een magere C te scoren. Wat is hier aan de hand? Geen paniek: je apparaat is niet plotseling minder efficiënt geworden, het energielabel wordt een stuk strenger. In dit artikel lees je waarom de regels zijn veranderd, wat het nieuwe label precies meet en hoe je wél de juiste conclusies trekt bij je volgende aankoop.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Vanaf 1 juli 2025 – morgen dus! – verandert het energielabel van wasdrogers in heel Europa. De bekende klassen als A+, A++ en A+++ verdwijnen en maken plaats voor een overzichtelijker schaal van A tot en met G. Hierdoor krijgen veel huidige A+++-drogers voortaan een label C. Niet omdat ze slechter presteren, maar omdat de normering strenger en toekomstbestendiger wordt.

Waarom een nieuw energielabel nodig was

Het oude systeem was zijn doel voorbijgeschoten. Doordat fabrikanten steeds energiezuinigere apparaten ontwikkelden, werden er voortdurend plussen aan de A-klasse toegevoegd. Daardoor ontstond een wildgroei aan energielabels die de consument eerder in verwarring bracht dan hielp. Met het nieuwe label keert de rust terug: één heldere schaal die opnieuw ruimte laat aan de top. De zuinigste klasse A blijft voorlopig zelfs leeg, zodat alleen uitzonderlijk efficiënte apparaten die plek mogen innemen.

©Bemmel & Kroon

Wat je ziet op het nieuwe label

Het nieuwe energielabel bevat veel meer informatie dan alleen een letter. Naast de energieklasse geeft het label nu ook inzicht in het verbruik per honderd droogbeurten, gemeten volgens een gestandaardiseerd Eco-programma. Ook de programmaduur, het maximale vulgewicht van de trommel, het geluidsniveau in decibel en de condensatie-efficiëntie staan erop vermeld. Via een QR-code kun je bovendien extra technische details opzoeken in de Europese EPREL-database. Deze toevoegingen zorgen ervoor dat je als consument beter kunt inschatten welk apparaat past bij jouw huishouden en gebruik. Meer informatie vind je op deze pagina.

©Bemmel & Kroon

1. QR-code met link naar de EU database
2. Energie-efficiëntieklasse
3. Energieverbruik in kWh/100 droogcycli*
4. Condensatie-efficiëntieklasse en -percentage

5. Geluidklasse en geluidemissie in dB(A)**
6. Maximale laadcapaciteit (nominale capaciteit in kg)**
7. Duur in uren en minuten**

* Waarden gelden voor een gewogen gemiddelde van halve en volle ladingen met een verhouding van 0,62 (24x volle lading, 76x halve lading).
** Droogcyclus van katoen eco-programma bij volle lading.

Het lastige van vergelijken

Oude en nieuwe energielabels kun je niet zomaar naast elkaar leggen. Een A+++-droger uit 2024 kan volgens de nieuwe testmethodes een label C krijgen, terwijl het apparaat in de praktijk nog steeds even zuinig is. Dat verschil komt puur door de aangescherpte meetnormen, en niet door een verandering in prestaties. Laat je dus niet misleiden door een ogenschijnlijke 'verslechtering' van het label, maar kijk naar de echte verbruiksgegevens en technische kenmerken van jouw wasdroger.

Wat dit voor jouw keuze betekent

Bij het kopen van een nieuwe droger is het dus belangrijk om verder te kijken dan alleen de letter op het label. De vermelding van het energieverbruik per honderd droogcycli geeft je een veel concreter beeld van de stroomkosten op jaarbasis. Ook het geluidsniveau, de capaciteit van de trommel en de duur van het droogprogramma bepalen in sterke mate hoe comfortabel en efficiënt het apparaat in de praktijk is. Dankzij de QR-code kun je bovendien snel en eenvoudig controleren of de technische gegevens aansluiten bij je verwachtingen.

©Viktoria

Slim kiezen met het nieuwe label

De vernieuwde energielabels maken het makkelijker om een slimme, bewuste keuze te maken. Niet alleen zie je in één oogopslag hoe energiezuinig een apparaat is volgens de nieuwste normen, je hebt ook toegang tot de details die er écht toe doen. Zo kun je jouw keuze afstemmen op wat je belangrijk vindt: lage kosten, weinig geluid, korte droogtijd of een groot vulgewicht. Door te letten op de werkelijke prestaties in plaats van alleen op een letter, maak je een duurzame keuze die ook op de lange termijn rendeert.

Wil je hulp bij het kiezen van een energiezuinige droger of persoonlijk advies over welk type het best bij jouw huishouden past? Laat je dan informeren door een specialist, zodat je met vertrouwen de juiste keuze maakt voor nu én de toekomst.

Op zoek naar een écht zuinige droger?

Bekijk de beste deals bij Bemmel & Kroon!
▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op
© zephyr_p
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op

Een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser kiezen begint niet bij het design of de functies – het begint met een meetlint. Want hoe mooi of geavanceerd een apparaat ook is, als het nét niet past, zit je met een kostbare misser. Een paar millimeter speling kan het verschil maken tussen een perfect passende keuken en een frustrerende inbouwervaring. Met deze meetinstructies weet je zeker dat je straks niet voor verrassingen komt te staan.

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over:

• Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Goed meten is het halve werk

Voordat je aan de slag gaat met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik altijd een betrouwbare rolmaat en eventueel een digitale schuifmaat voor extra precisie. Meet de binnenafmetingen van de nis (dus niet de buitenkant van je keukenkast) en noteer breedte, hoogte én diepte.

Houd daarnaast rekening met de ventilatieruimte: meestal is 2 tot 5 cm aan de achterkant en zijkanten nodig. En check of er ruimte is voor stopcontacten, wateraansluitingen en kabeldoorvoeren – die bepalen vaak óók of het apparaat goed kan worden geplaatst.

©Andrey Sinenkiy

Waar moet je op letten per apparaat?

Elk soort inbouwapparaat heeft zijn eigen eisen en aandachtspunten. Hieronder lees je per type waar je bij het opmeten en installeren specifiek op moet letten. Zo kom je niet voor verrassingen te staan.

Inbouwkoelkast of -vriezer

De hoogte van de nis is hier allesbepalend. Veelvoorkomende maten voor inbouwkoelkasten en -vriezers zijn 88, 140 en 178 cm, maar afwijkingen komen vaak voor. Let op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme vraagt meestal om iets meer ruimte in de breedte. Diepte is vaak 55 cm, maar modellen met een ventilator achterop kunnen richting de 60 cm gaan.

Inbouwoven of -magnetron

Standaard? Niet helemaal. De nisbreedte is meestal 56 cm, terwijl het frontpaneel iets breder is (ca. 59,5 cm) voor een nette aansluiting. Hoogtes verschillen: compacte ovens zijn 45 cm hoog, standaardmodellen 60 cm. Magnetrons vragen soms extra ruimte aan de bovenkant voor uitstekende bedieningspanelen.

Inbouwvaatwasser

Hier draait het vooral om hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 cm, met verstelbare poten voor wat speling. Meet ook de plinthoogte (van vloer tot onderkant kast), en vergeet de watertoevoer niet – reken op zo’n 5 cm extra ruimte in de diepte voor de slang.

Inbouw-espressomachine

Kleiner apparaat, maar niettemin precisiewerk. De breedte is vaak rond de 56 cm, maar de diepte varieert sterk. Let vooral op het waterreservoir (dat tot 55 cm diep kan zijn) en op kleppen of deurtjes die naar voren openen: die hebben extra werkruimte nodig.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Veelgemaakte fouten die je makkelijk voorkomt

Zelfs met zorgvuldige metingen kan het misgaan, vaak doordat kleine details worden vergeten. Denk aan ventilatieruimte, uitstekende stekkers of leidingen die net in de weg zitten. Een handige tip: plak een strook tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het apparaat komt, en markeer waar stekkers en leidingen zitten. Zo zie je snel of er iets in de weg zit.

Ook niet onbelangrijk: controleer of de nis waterpas is! Zeker bij koelkasten met uitschuiflades kan een scheve ondergrond voor problemen zorgen. Pas waar nodig je kast of ondervloer aan voordat je installeert.

Bij renovaties gelden vaak afwijkende maten. Oudere keukens hebben soms dikkere wanden of ongebruikelijke dieptes. Meet dus altijd de huidige situatie én de specificaties van je nieuwe apparaat. Twijfel je? Schakel een keukenexpert in, zeker bij combinaties zoals een oven met magnetron, waarbij elk detail telt.

En tot slot: de allerbelangrijkste stap

Het klinkt als een open deur, maar het voorkomt de meeste problemen: meet altijd twee keer! Schrijf je maten op en leg ze naast de officiële productspecificaties. Let daarbij op details als verstelbare voetjes, uitsparingen voor de deur of een uitschuifbaar bedieningspaneel. Zo weet je zeker dat jouw nieuwe inbouwapparaat niet alleen technisch past, maar ook mooi aansluit bij de rest van je keuken. Want uiteindelijk draait het om één ding: alles moet kloppen – tot op de millimeter.