ID.nl logo
Waar let je op bij slimme verlichting voor buiten?
Zekerheid & gemak

Waar let je op bij slimme verlichting voor buiten?

Wil je de voordeur, oprit of tuin verlichten met slimme buitenlampen? Dan zijn er een paar zaken om rekening mee te houden. In dit artikel leggen we je uit waar je op moet letten als je slimme verlichting voor buiten wilt gebruiken.

Na het lezen van dit artikel weet je onder meer:

  • Op basis waarvan je een smarthomeplatform kiest
  • Of je een bridge of hub nodig hebt
  • Hoe je te werk gaat als je een grote tuin hebt
  • Welke slimme verlichting geschikt is voor buiten
  • Waar je op moet letten als het gaat om de stroomvoorziening
  • Ook interessant: Deze opties zijn er voor slimme buitenverlichting

Voordat je slimme lampen aanschaft om je tuin te verlichten, is het verstandig om een plan te maken. We bedoelen daarbij niet alleen een lichtplan, waarin je schetst waar je de lampen uiteindelijk plaatst. Bedenk vooraf welk smarthomeplatform je wilt gebruiken, welke protocollen je gebruikt, wat voor soort lampen je wilt kopen, hoe je de lampen wilt bedienen en wat je nodig hebt om dat allemaal voor elkaar te krijgen.

Tuinverlichting nodig?

Kijk hier voor de meest sfeervolle oplossingen!

Het kiezen van een smarthomeplatform

Een smarthomeplatform gebruik je om je slimme apparaten aan te sturen. Vanuit één app bedien je alle slimme lampen en vaak ook andere smarthomeproducten. Bekende platforms zijn bijvoorbeeld Google Home, Apple HomeKit, Homey, Fibaro, Philips Hue, IKEA Home Smart, Samsung SmartThings en Tuya. Daarnaast kun je denken aan opensourceplatforms als Home Assistant en Domoticz. Deze laatste twee platforms bieden de meeste keuzevrijheid, maar zijn minder geschikt als je niet zo technisch onderlegd bent.

Het ene platform is het andere niet, dus welke kies je? Dat hangt voornamelijk af van welke slimme lampen en andere slimme apparaten je wil gebruiken. Check voordat je een slimme lamp koopt of het ondersteund wordt door het platform van jouw keuze. Dit vind je op de verpakking of website van het product.

©microstock77

Smarthomeprotocollen zijn in principe door elkaar te gebruiken.

Eén smarthomeprotocol of alles door elkaar?

Het kan verstandig zijn om slimme lampen te gebruiken die via hetzelfde protocol werken. Gebruik je bijvoorbeeld alleen ZigBee-lampen, dan stuurt elke lamp het signaal door naar de volgende, waardoor er een mesh-netwerk ontstaat. Op deze manier heb je ook een krachtig signaal achter in de tuin. 

Het is echter niet noodzakelijk om je tot één smarthomeprotocol te beperken. Zolang je een geschikt smarthomeplatform gebruikt, kun je verschillende protocollen met elkaar combineren. Homey, Google Home, Apple HomeKit en Home Assistant zijn daar voorbeelden van.

Meer weten over smarthomeprotocollen? In dit artikel lees je er alles over!

Wat als je een grote tuin hebt?

Heb je een grote tuin (of een kleine tuin met veel lampen), dan is het misschien niet zo handig om losse slimme lampen aan te schaffen. Het kan bijvoorbeeld makkelijker zijn om een set met meerdere slimme lampen te nemen, die je aansluit op één voeding. Doorgaans kun je een reeds gekochte set op een later moment uitbreiden met extra lampen. Ook kun je ervoor kiezen om je huidige lampen slim te maken door middel van een slimme inbouwschakelaar, waarbij je meerdere lampen parallel schakelt.

Bij grote tuinen is het raadzaam om op de signaalsterkte te letten. Bomen of struiken tussen de zender en ontvanger kunnen zorgen voor een zwakker signaal. Natte bladeren vergroten dat probleem nog eens. Een bridge of hub kan het signaal versterken. Sommige slimme tuinlampen werken überhaupt niet zonder bridge.

©Sergey Tryapitsyn

Bij grotere tuinen zul je vooral de signaalsterkte in de gaten moeten houden.

Hoe regel je de stroomvoorziening?

Slimme buitenverlichting komt over het algemeen in twee smaken wat betreft stroomvoorziening: je sluit ze aan met een stekker of met draden in een kabeldoos. Bij een wandlamp gaat het doorgaans om die laatste variant. Hierbij kun je de kabels netjes in de wand wegwerken, zodat ze niet zichtbaar zijn. 

Sokkels en andere lampen in de tuin voorzie je van stroom door middel van een (meestal aan elkaar te  koppelen) kabelsysteem. Zorg ervoor dat je deze kabels goed en veilig wegwerkt, zodat je ze bijvoorbeeld niet beschadigt tijdens het grasmaaien. Dat kan – afhankelijk van het soort kabel of koppeling – onder de grond of tussen de beplanting.

Hoewel er voor veel slimme tuinlampen verlengkabels beschikbaar zijn, kun je de stroomkabel niet oneindig verlengen. Volg hierbij de instructies van de fabrikant. Een te lange kabel kan ervoor zorgen dat je slimme lamp niet naar behoren functioneert. Indien nodig kun je zelf extra stroompunten toevoegen (of dat laten doen door een professional) om dat probleem te vermijden. 

De stroomvoorziening en je lichtplan gaan hand in hand samen. Met een lichtplan maak je vooraf een overzicht van de locaties en het gebruiksdoel van je slimme verlichting. Je brengt onder meer in kaart wat voor soort lampen je nodig hebt en hoe je de lampen van stroom voorziet. Mogelijk wil je onderscheid maken tussen sfeerverlichting en functionele verlichting.

©Ryhor Bruyeu (Grisha Bruev)

Stel van tevoren een lichtplan samen; dan weet je precies welke lampen je nodig hebt en hoe je ze van stroom voorziet.

Welke slimme lamp is geschikt voor buiten?

Niet elke slimme lamp is geschikt voor gebruik buitenshuis. Je kunt op de verpakking van een tuinlamp zien of deze geschikt is voor buitengebruik. Slimme buitenverlichting kun je herkennen aan een IP-rating, bestaande uit twee cijfers. Het eerste cijfer zegt iets over de stofdichtheid en het tweede over de waterbestendigheid. Hoe hoger die getallen, hoe beter. Een geschikte buitenlamp heeft ten minste een IP65-certificering.Gebruik je een slim accessoire, zoals een bewegingssensor? Dan is het belangrijk dat deze ook weerbestendig is als je deze in de buitenlucht plaatst.

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.