ID.nl logo
Een e-mtb kopen: waar moet je op letten?
© Roel van Schalen
Mobiliteit

Een e-mtb kopen: waar moet je op letten?

E-mountainbikes komen steeds meer in zwang. Mountainbiken is een heerlijke manier om in de natuur te sporten, en als je er dan nog wat (motor)hulp bij krijgt, wordt het alleen maar leuker! Alle bekende sportieve fietsmerken hebben inmiddels e-mtb’s in het assortiment, en de keuzemogelijkheden breiden steeds verder uit. Hoe bepaal je welke fiets je moet kiezen en waar moet je op letten bij de aankoop van een elektrische mountainbike? Wij zetten het voor je op een rijtje.

Net als bij veel consumentenproducten is er ook in het geval van elektrische mountainbikes een groot aanbod wat betreft types en modellen. En hoe meer keuze er is, hoe moeilijker het kiezen kan worden. In dit artikel leggen we uit hoe je de keuzemogelijkheden stap voor stap beperkt, totdat je uitkomt bij de fiets die het best bij jou past.

Ook interessant: E-bikes in de uitverkoop: waarom je nu een elektrische fiets moet kopen

Je hebt besloten dat het tijd is voor een nieuwe mountainbike. Na wat rondstruinen op internet heb je gemerkt dat behalve traditionele mountainbikes ook hun elektrische varianten prominent aanwezig zijn op de websites van de fabrikanten. Je interesse is gewekt. De e-bike waarmee je naar je werk fietst bleek immers óók al een goede zet, want die trapondersteuning geeft je net op de mindere momenten – bij harde wind tegen, of bergop – dat zetje in de rug dat het verschil maakt. Zo werkt het dan natuurlijk ook in de bossen, op hellinkjes of op stukken met veel los zand. Je besluit voor een e-mtb te gaan. Maar welke moet je kiezen?

Aan de elektrische mountainbike?

Kijk hier of jouw ideale fiets er voor je tussen zit!

Stap 1: Hardtail, fully of light-e-mtb?

In tegenstelling tot een full-suspension mountainbike (ook wel fully genoemd) heeft een hardtail alleen een verende voorvork, maar geen schokdemper in het frame. De voordelen van een hardtail in vlakke landen als Nederland ten opzichte van een fully (lager gewicht, reactiever en efficiënter rijgedrag) gelden amper nog voor hun elektrische varianten. Het nadeel van het hogere fully-gewicht wordt gecompenseerd door de hulpmotor en de lagere reactiviteit van een fully wordt ruimschoots overtroffen door het veel hogere rijcomfort ervan. Dat een e-hardtail onderhoudsarmer is en minder kost, weegt wat ons betreft niet op tegen het comfort en het grotere plezier van een e-fully. Aan de andere kant: als je een beperkt budget hebt en vooral op mooie paden en op gravelwegen rijdt, dan is met een e-hardtail natuurlijk niks mis.

Ook lezen: Elektrische mountainbikes: welke soorten zijn er?

Voor rijders bij wie het eergevoel nog wat in de weg zit om zomaar ‘elektrisch te gaan’, is de zich nieuw ontwikkelende categorie van ‘light e-mtb’s’ wellicht een optie. Het gaat daarbij om fietsen met een minder krachtige, maar stille en lichtgewicht motor die zo veel mogelijk de rijervaring van een gewone mountainbike willen benaderen. Deze light-fietsen zijn lichter van gewicht dan doorsnee e-mtb’s en dus gemakkelijker hanteerbaar. Ze zijn dankzij de compacte motor bovendien minder herkenbaar als e-bike.

©Roel van Schalen

Een display zit niet standaard inbegrepen bij elk e-bikesysteem.

Stap 2: Bepaal je budget

De prijzen van e-mtb’s starten voor een e-hardtail bij 2.500 euro en voor een e-fully bij 4.000 euro – en kunnen zomaar oplopen tot 15.000 euro. Bepaal van tevoren goed hoeveel je aan je nieuwe mountainbike wilt uitgeven en houd meteen ook rekening met de onderhoudskosten van de fiets. Een fully heeft meer onderdelen en meer technologie aan boord dan een hardtail, en dus is de kans groter dat onderdelen defect raken of verslijten. Daarnaast vergt de fully-techniek – met name de vering – meer onderhoud. Ook bij een hardtail slijten evenwel de banden, de ketting, de cassette, het kettingblad, de remblokken en de remschijven. En dat kost al snel tientallen tot honderden euro’s per jaar.

Stap 3: Waar ga je rijden?

Net als bij elk consumentenproduct dat je overweegt aan te schaffen, moet je je eerst afvragen: wat ga je met je nieuwe e-bike doen? Trek je de plaatselijke bossen in of plan je regelmatig een weekend naar ruiger terrein in de Ardennen, de Eifel of nog verder weg? Dat een beginnende e-mtb’er zich niet hoeft te oriënteren op een World Cup-waardige downhill-bike is logisch, maar meestal ligt de keuze subtieler.

Een goede maatstaf om een mountainbike op te selecteren, is de veerweg. Voor Nederland volstaat 120-140 mm veerweg vooraan en achteraan om perfect comfortabel te kunnen biken. Trek je geregeld naar het buitenland, dan is 150-170 mm veerweg geen overbodige luxe. Rijd je vooral op het vlakke en op bospaden, dan is een hardtail met een 100-120 mm voorvork helemaal prima.

Ook interessant: 10 mooie plekken om te e-mountainbiken in Nederland

Stap 4: Motor en accu

Op een zeldzame uitzondering na hebben e-mtb’s allemaal een middenmotor. Dat is niet alleen omdat de gewichtsverdeling daarbij in ruw terrein veel praktischer is dan bij een achterwielmotor. Door de hoge offroad-belasting zou een achterwielmotor ook te snel oververhit raken. Het type motor hoef je dus niet te kiezen, en wat betreft het merk van de motor beslist de fietsfabrikant voor jou. Fietsmerken werken met maximaal één of twee motorfabrikanten, waaronder Bosch, Yamaha, Brose, Bafang en Shimano. Fazua en TQ zijn namen die je tegenkomt als je op zoek gaat naar een light-e-mtb.

De accu’s van een e-mountainbike hebben een capaciteit van 400 tot 750 Wh. Hoe hoger de capaciteit, hoe groter het rijbereik (en hoe prijziger). Hoevéél groter is afhankelijk van je rijstijl, het terrein en het ondersteuningsniveau, dus het is lastig om daar absolute getallen aan te koppelen. Wil je per se lange tochten kunnen maken? Kies dan een e-mtb met de mogelijkheid om een extra accu aan te sluiten (ook wel range-extender genoemd).

©Roel van Schalen

Een middenmotor is praktisch gezien de enige juiste optie voor een e-mtb.

Stap 5: Met extra’s of met eenvoud?

Zoals eerder aangehaald lopen prijzen van elektrische mtb’s op tot 15.000 euro. Hoe meer geld je neertelt, hoe meer opties je krijgt en hoe lichter en luxueuzer de onderdelen zijn. Denk bijvoorbeeld aan een elektronisch schakelsysteem of een dropper-zadelpen. Of aan de mogelijkheid bij duurdere e-bikes om de motorinstellingen naar wens aan te passen aan je rijstijl. Voor doorgewinterde shredders is dat een pluspunt, voor beginnende bikers zou het een onnodige kopzorg zijn. Ga ook na of je een e-mtb met of zonder display wilt en hoeveel rij-informatie je daarop wilt hebben.

Stap 6: Kies de juiste maat fiets

De vorige vijf stappen zou je oriënterende stappen kunnen noemen die je allemaal online kunt doorlopen. Stap 6 is de allereerste stap die je in de praktijk zou moeten zetten: kies de juiste framemaat! Want een fiets die te klein of te groot voor je is, rijdt niet lekker. En daar verandert zelfs een rocketmachine van 14.999 euro met de fraaiste high-end componenten erop niets aan!

Als eerste richtlijn voor de juiste maat fiets kun je de volgende tabel aanhouden. Wil je helemaal zeker zijn van je zaak, laat dan een fietsmeting uitvoeren bij een deskundige fietsenwinkel.

LichaamslengteFramemaat
148-158 cmXS
158-168 cmS
168-178 cmM
178-185 cmL
185-193 cmXL
193-198 cmXXL

Stap 7: Maak testritten

Is je online zoekwerk afgerond en heb je een goede indruk van wat er op de markt is, ga dan bij een paar fietsenwinkels langs en laat je voorlichten. Een goede winkel zal je testritten op verschillende merken en modellen e-mtb laten maken, zodat je bijvoorbeeld kunt ervaren hoe het ene motorsysteem zich gedraagt in vergelijking met het andere (wat betreft aangrijping, geluidsniveau en bedieningsgemak), en wat de invloed is van veel veerweg ten opzichte van minder veerweg. Maak vóór aankoop sowieso altijd een testrit.

Conclusie

Voordat je een elektrische mountainbike aanschaft, is het goed om te bepalen wat je ermee wilt en welk budget je eraan wilt besteden. Op internet kun je jezelf prima inlezen om vertrouwd te raken met e-mtb-jargon, en in dit artikel kon je lezen waar je op moet letten. De beste garantie op jarenlang plezier van je nieuwe e-mtb is dat hij de juiste framemaat heeft én dat je er voor de aanschaf een goede testrit op hebt gemaakt.

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.