ID.nl logo
Onderhoud aan je e-bike: dit kun je eenvoudig zelf doen
© Hans van Looij
Mobiliteit

Onderhoud aan je e-bike: dit kun je eenvoudig zelf doen

Een e-bike is een kostbaar bezit waar je zuinig op bent. Daarbij past deskundig onderhoud door de fietsenmaker en door jouzelf. Zo houd je jarenlang plezier van je elektrische fiets. Vooral de wintermaanden, wanneer je minder op de fiets zit, is een uitstekend moment om je fiets goed onder handen te nemen.

Uiteraard is het verstandig om je e-bike eenmaal per jaar voor een totale check-up bij de fietsenmaker langs te brengen, maar tussendoor kun je alvast aan de gang. Voor welke e-bike-onderdelen doe je prima zelf het onderhoud? In dit artikel geven wij 10 doe-het-zelf-tips.

Wil je nog meer doen om te voorkomen dat je niet stil komt te staan langs de weg? Lees dan ook: Waar moet ik op letten als ik pechhulp wil voor mijn e-bike?

Tip 1: Frame schoonmaken

Een schoon en blinkend fietsframe maakt iedere fietser gelukkig. Voor het verwijderen van modder en stof van je frame kun je in principe een sopje met afwasmiddel gebruiken. Met behulp van een doek, afwasborstel en tandenborstel zijn alle plekken goed bereikbaar. Ook zijn er speciale schuimreinigers (ook wel foam cleaner genoemd) te koop. Het schuim kun je eenvoudig aanbrengen en druipt niet direct van het frame. Het zorgt voor een krachtige reiniging.

©Hans van Looij

Tip 2: Remmen reinigen en afstellen

Wanneer de remhendel bij het remmen het handvat raakt, dan kun je met de stelschroef de rem iets strakker afstellen. Zijn de remblokjes versleten, dan rest slechts een bezoek aan de fietsenmaker. Heb je schijfremmen op je e-bike, dan kun je last krijgen van piepende remmen. Dit is meestal te wijten aan vetaanslag op de schijf. In zo’n geval is het zaak om de schijf grondig te reinigen met een ontvettende remmenreiniger (ook wel brake cleaner genoemd).

Tip 3: Derailleur en tandwielen schoonmaken

Bij een e-bike met derailleurversnelling moet die periodiek onderhouden worden. Maak de derailleurwieltjes goed schoon met een doek voorzien van kettingreiniger en spuit de asjes in met een smeermiddel. De tandwielcassette in het achterwiel kan tevens met een kettingreiniger worden schoongemaakt. Gebruik een doek of tandenborstel om vet en vuil tussen de tandwielen te verwijderen.

Tip 4: Accu controleren

De accu van een e-bike is in principe onderhoudsvrij, omdat de batterijcellen in een afgesloten behuizing zijn ondergebracht. De behuizing kun je natuurlijk gewoon met een doek afnemen en reinigen. Controleer wel af en toe of de naden van de behuizing nog goed op elkaar aansluiten. Daar waar de accu met de contactpunten verbinding maakt met de bekabeling is het verstandig om deze punten af en toe in te spuiten met speciale contactspray voor e-bikes, dat zorgt voor een goede stroomverbinding, en beschermt tegen vocht en corrosie.

©Hans van Looij

Tip 5: Motordiagnose

Zowel voorwiel-, midden- als achterwielmotoren hebben geen speciaal onderhoud nodig. Loopt de motor schokkerig, valt de ondersteuning deels weg of maakt de krachtbron ineens een ander geluid, ga dan voor een diagnose naar de fietsspecialist. De behuizing van de motor is eenvoudig met een sopje te reinigen. Vergeet bij een middenmotor ook de onderzijde niet te reinigen.

Lees ook: Dit zijn dé trends in e-bikes voor 2024

Tip 6: Bandenspanning en profiel checken

Zachte fietsbanden hebben een grote invloed op de actieradius van een e-bike en slijten bovendien sneller. Check iedere twee tot drie werken de bandenspanning. Voor de juiste spanning die de fabrikant voorschrijft, kijk je op de zijkant van de band. Een fietspomp met een drukmeter is uiteraard belangrijk.

Houd ook het profiel in de gaten. Banden met weinig profiel bieden weinig grip op een nat en onregelmatig wegdek. Loop regelmatig de band even na op scherpe steentjes, glas en stekels.

Tip 7: Ketting of riem reinigen

Bij een e-bike die voorzien is van een kettingkast hoef je in principe zelf niets te ondernemen. Daarnaast is het verwijderen en monteren van de kettingkast geen eenvoudige klus, laat dit dus over aan de fietsenmaker.

Beschikt de e-bike over een open kettingsysteem, dan is regelmatig onderhoud zeker een vereiste. Met een speciale kettingreiniger week je olie- en vetresten los, bovendien wordt los en aangekoekt straatvuil verwijderd. Daarna de ketting goed afnemen met een doek. Druppel vervolgens een smeermiddel op de schakels van de ketting en draai deze een paar keer rond. Leg een stuk karton onder de fiets om smeerdruppels op de vloer of tegels te voorkomen. Verwijder tenslotte overtollig smeermiddel met een doek om vetspetters op je kleding tijdens de eerste rit te voorkomen.

Wanneer de e-bike beschikt over riemaandrijving heb je minder omkijken naar het onderhoud. Maak de riem af en toe met een doek schoon en spuit hem in met een onderhoudsspray voor de riem (ook wel belt spray genoemd). Deze spray is vuil- en vochtafstotend, en zorgt voor een soepele loop van de riem.

©Hans van Looij

Tip 8: Trappers controleren

Kijk regelmatig of de trappers nog mooi ronddraaien. Zo niet, spuit het draaipunt een beetje in met smeermiddel. Kijk of de reflectoren nog goed zichtbaar zijn en maak het profiel met een borstel schoon voor meer grip op de trappers.

Lees ook: Zo kies je het perfecte fietszadel!

Tip 9: Verlichting nalopen

Controleer periodiek of de voor- en achterverlichting nog functioneert. Kijk ook of de koplamp goed op de weg is gericht en tegenliggers niet verblind. Indien de verlichting op de accu is aangesloten, maar af en toe uitvalt, zal de fietsenmaker ernaar moeten kijken. Heb je batterijverlichting? Zorg dan altijd dat je voorraadje batterijen hebt.

Tip 10: Kettingslot(hoes) en frame nakijken

Veel kettingsloten worden om de zadelpen gewikkeld. Controleer of de beschermhoes rondom de schakels niet verschoven of beschadigd is. En check het frame op eventuele beschadigingen. Breng indien nodig tape aan om het lakwerk te beschermen (in webshops ook wel helicopter tape genoemd).

De kunst van het fietsonderhoud

Met de juiste accessoires en reinigingsmiddelen
▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je de juiste maten
© RossandHelen
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je de juiste maten

Voordat je een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser aanschaft, is één ding belangrijk: de juiste maten weten. Een paar millimeter kan het verschil maken tussen een strakke keuken of een dure miskoop. Hoe meet je de nis precies op? Hoeveel ventilatieruimte is nodig? En waar moet je rekening mee houden bij aansluitingen?

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over: • Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Bij het kiezen van inbouwapparatuur voor je keuken is precisie alles. Een afwijking van slechts een paar centimeter kan ervoor zorgen dat je nieuwe koelkast, oven, of vaatwasser onmogelijk in de daarvoor bestemde ruimte past. Of het nu gaat om een inbouwkoelkast, een espressomachine of een diepe oven: een haastig genomen maat is zelden een goed idee. Laten we daarom stap voor stap kijken hoe je dit voorkomt, zodat je straks geen verrassingen tegenkomt tijdens de installatie.

Algemene meetprincipes 

Voordat je begint met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik een precieze rolmaat en een digitale schuifmaat voor de beste resultaten. Meet niet alleen de buitenkant van je keukenkasten, maar focus op de binnenafmetingen van de nis: breedte, hoogte en diepte. Houd daarnaast rekening met de benodigde ventilatieruimte, meestal 2 tot 5 centimeter aan de achter- en zijkanten. Check ook waar stopcontacten, wateraansluitingen en doorvoeren voor kabels zitten. Deze details zijn minstens zo belangrijk als de afmetingen zelf.

©Andrey Sinenkiy

Hier let je op bij een:

Inbouwkoelkast of -vriezer 

Bij koelkasten en vriezers is de nishoogte een cruciale maat, die per model sterk kan verschillen. Veelvoorkomende hoogtes zijn 88, 140 en 178 centimeter, maar er zijn uitzonderingen. Let ook goed op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme heeft doorgaans 1 tot 2 centimeter extra ruimte in de breedte nodig. Voor de diepte geldt dat 55 centimeter meestal volstaat, al kan dat oplopen tot 60 centimeter bij modellen met een ventilator aan de achterzijde.

Inbouwoven en -magnetron 

Hoewel deze toestellen op het eerste gezicht standaard lijken, kunnen de afmetingen verschillen. De nisbreedte is meestal 56 centimeter, terwijl de voorzijde van het toestel vaak 59,5 centimeter breed is. Dit zorgt ervoor dat het front mooi aansluit op de keukenkast. De hoogte is een belangrijk aandachtspunt: compacte ovens beginnen bij 45 centimeter, terwijl standaardmodellen 60 centimeter nodig hebben. Bij magnetrons is het slim om rekening te houden met bedieningspanelen die kunnen uitsteken en extra ruimte bovenin vragen.

Inbouwvaatwasser 

Bij vaatwassers draait het vooral om de hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 centimeter, maar dankzij verstelbare poten heb je hier wel wat 'bewegingsruimte'. Minstens zo belangrijk is de plinthoogte: meet van de vloer tot de onderkant van de kast en niet alleen de zichtbare plint. Vergeet ook de waterslang niet—reken op zo'n 5 centimeter extra diepte om voldoende ruimte te houden voor de aansluiting.

Inbouw-espressomachine 

Espressomachines zijn compact, maar nauwkeurig meten blijft belangrijk. De standaardbreedte ligt meestal rond de 56 centimeter, maar de diepte kan variëren. Afhankelijk van het model neemt het waterreservoir aan de achterkant 40 tot 55 centimeter in beslag. Let ook op de kleppen: bij een machine die naar voren opent, is extra ruimte nodig om koffiebonen of cups eenvoudig te vervangen.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Voorkom deze veelgemaakte fouten 

Een veelvoorkomend probleem is dat apparatuur nét niet past, ondanks zorgvuldig meten. Dit komt vaak doordat ventilatieruimte of aansluitingen over het hoofd worden gezien. Een handige tip: plak een stuk tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het toestel komt en markeer daarop de positie van stekkers en leidingen. Controleer ook of de nis waterpas is, vooral bij koelkasten met schuiflades. Een scheve ondergrond kan voor problemen zorgen, dus stel de keukenkast indien nodig bij voordat je gaat installeren.

Bij renovaties spelen vaak afwijkende maten een rol. Oudere keukens kunnen dikkere kastwanden of ongewone nisdieptes hebben. Meet daarom niet alleen de huidige situatie, maar vergelijk deze met de afmetingen van het nieuwe toestel. Twijfel je? Overweeg dan advies van een keukenexpert, zeker bij complexe combinaties zoals een oven met een ingebouwde magnetron.

En dit moet je echt altijd als laatste doen...

Het klinkt als een open deur, maar het blijft de beste garantie op succes: meet alles minimaal twee keer. Schrijf de maten op en leg ze naast de technische specificaties van het apparaat. Let daarbij op details als verstelbare poten, een uitklapbaar bedieningspaneel of deuruitsparing. Zo voorkom je dat je keukenproject verandert in een puzzel met ontbrekende stukken. Want uiteindelijk draait het erom dat alles naadloos samenvalt – letterlijk én figuurlijk.

▼ Volgende artikel
Dit zijn dé tuinklussen om te doen in april
© Leika production
Huis

Dit zijn dé tuinklussen om te doen in april

Het heeft even geduurd, maar de winter is eindelijk (zo goed als) voorbij. De zomertijd is ingegaan, 's morgens vroeg hoor je de vogels weer en de zon zien we ook steeds vaker. Tijd dus om lekker veel buiten te zijn om je tuin helemaal zomerklaar te maken. Dit zijn de tuinklusjes die je in april allemaal kunt doen.

Dit doe je in april: 🌻 Planten afharden 🌻 Rozen, bodembedekkers en zomerbollen planten 🌻 Heggen snoeien en bemesten 🌻 Meeldauw voorkomen en bestrijden 🌻 Het gazon: maaien, bijzaaien en bemesten

📆Handig: onze tuinkluskalender voor heel het jaar rond

Planten afharden

Planten die je in de afgelopen maanden binnen hebt gehouden, kun je nu langzaam laten wennen aan de lagere buitentemperaturen. Begin in de tweede helft van april door ze overdag buiten te zetten en 's avonds weer naar binnen te halen, bijvoorbeeld in de schuur of garage. Hoewel de lente begonnen is, kunnen de nachten nog koud zijn, zeker omdat de IJsheiligen nog niet voorbij zijn. Sommige nachten kan het zelfs nog vriezen. Geef kuipplanten een meststof met langdurige werking, zodat ze voldoende voeding hebben voor de komende maanden. Bescherm eenjarige planten, jonge gewassen en bloesembomen tegen nachtvorst met een vliesdoek.

Rozen, bodembedekkers en zomerbollen planten

Heb je nog geen rozen of heesters geplant? Dan is dit het moment om dat alsnog te doen, zodat ze deze zomer in volle bloei staan. Is het lekker weer in april? Op zonnige dagen kun je ook heiligenbloem of lavendel in de grond zetten. Zorg er wel voor dat je eerst onkruid verwijdert en de bodem losmaakt.

Wil je borderplanten aanplanten? Begin dan met bodembedekkers. Dit is bovendien een ideaal moment om de beplanting een voedingsboost te geven met mest. Heb je in maart eenjarige, tweejarige of vaste planten binnen gezaaid? Dan kun je ze nu voorzichtig verpotten. Nog niet gezaaid? Dat kan nog steeds.

Vanaf half april is het ook een goed moment om zomerbollen te planten. Denk aan lelies, dahlia's, siergember, canna's en gladiolen. Bloembollen die meerdere jaren in de grond blijven, geef je extra voeding met organische mest en een laagje compost. Wil je direct meer kleur in de tuin? Zet dan bakken en potten vol met bloeiende planten. Die zijn nu volop verkrijgbaar bij tuincentra.

🧄🌷🧄🌷 De zomer(bollen) in je hoofd?

Kijk & kies

©Alexander Raths

Heggen en klimplanten

Haal de heggenschaar maar tevoorschijn, want dit is het moment om hagen zoals taxus, conifeer, liguster en leylandii te snoeien. Zo houd je ze in vorm en voorkom je dat ze te breed uitgroeien. Geef de hagen meteen een speciale haagmeststof en leg een laag bodembedekking, houtsnippers of mulch rondom de wortels. Dit helpt de grond vocht vast te houden in de zomer en verbetert de bodemstructuur. Bovendien remt het de groei van onkruid.

Dunne en dode takken in heesters kun je nu ook verwijderen. De hoofdtakken mag je flink terugsnoeien om de struik voller te laten groeien. Dit geldt ook voor winterjasmijn en forsythia, die na de bloei een snoeibeurt kunnen gebruiken. Winterbloeiende heide knip je eenvoudig terug met een heggenschaar. Vergeet niet om klimplanten, zoals clematis, goed vast te zetten. Het kan deze maand namelijk nog flink waaien.

Meeldauw voorkomen en bestrijden

Meeldauw is een plantenziekte die wordt veroorzaakt door een schimmel. Vooral bij warm en droog weer, in combinatie met vochtige nachten door dauw, kan deze ziekte zich snel verspreiden. De schimmel laat een wit, poederachtig laagje achter op de bladeren. Dit is niet alleen lelijk, maar ook schadelijk. De schimmel dringt diep door in het plantenweefsel en onttrekt voedingsstoffen, waardoor de plant minder goed groeit. Rozen, ridderspoor, kamperfoelie, begonia's, aardbeien, tomaten, komkommers, courgette en druiven zijn extra gevoelig voor meeldauw.

Om meeldauw te voorkomen is het belangrijk om bij droog weer extra water te geven en ervoor te zorgen dat er voldoende ruimte tussen de planten blijft. Aangetaste bladeren kun je het beste meteen wegknippen en in de vuilnisbak gooien, zodat de schimmel zich niet verder verspreidt. Gooi ze niet op de composthoop! Daarnaast is het verstandig om meeldauwgevoelige planten niet te plaatsen op plekken waar eerder meeldauw heeft gezeten. Mocht een plant toch helemaal onder deze schimmel zitten, dan is een bestrijdingsmiddel de beste oplossing.

©cocci65

Het gazon: maaien, bijzaaien en bemesten

Controleer of het gazon zieke of kale plekken heeft. Wil je die direct aanpakken? Steek de aangetaste plek dan in een vierkante vorm uit en leg er een nieuw, op maat gesneden grasmat in. Opnieuw inzaaien is natuurlijk ook een optie. Vanaf nu kun je het gras weer maandelijks maaien. Lang gras langs de randen werk je bij met een grastrimmer of kantenknipper, zodat het gazon er weer strak uitziet.

Bemesting is belangrijk voor een gezond gazon. Dit doe je in de periode van maart tot en met september minstens drie keer. Heb je in maart nog niet bemest? Dan is het nu de hoogste tijd. Sluit daarnaast de buitenkraan weer aan, zodat de sproeiers in de tuin klaar zijn voor gebruik.

Lees ook: Grasmaaien: fluitje van een cent met deze tips