ID.nl logo
Sluipverbruik opsporen met een P1-meter
Huis

Sluipverbruik opsporen met een P1-meter

Energie is al duur genoeg, dus áls we kunnen besparen, moeten we dat doen. Je sluipgebruik in kaart brengen is een van de betere manieren om dat voor elkaar te krijgen. Dat kan met een zogenaamde P1-meter, die je aansluit op je slimme meter in de meterkast.

Dit artikel in vogelvlucht:

  • De slimme meter en de P1-poort
  • De P1-meter installeren en gebruiken
  • Bewust energie verbruiken
  • Welke P1-meter moet je hebben?
  • Ook interessant: Altijd zicht op je verbruik!

Als het goed is heb je al een slimme meter in huis hangen. Is dat niet het geval, dan is die je op z’n minst aangeboden door de overheid. Dat gebeurde vóór het eind van 2020. In dat jaar kreeg je vermoedelijk een brief van je netwerkbeheerder, met daarin het aanbod om zo’n slimme meter op te hangen. Mocht je daar destijds niets over hebben meegekregen of je inmiddels hebben bedacht, dan kun je contact opnemen met je netwerkbeheerder om er alsnog een te laten plaatsen. Je kunt je netbeheerder vinden op Eancodeboek.nl door je eigen adres op die website in te vullen.

De P1-poort op een slimme meter

Om sluipverbruik in huis goed te kunnen meten, heb je in elk geval een slimme meter nodig. Maar hoe werkt zo’n ding? Een slimme meter geeft automatisch de meterstanden voor gas en elektriciteit door aan je netwerkbeheerder, die dergelijke standen weer doorgeeft aan je leverancier. Die hoef je dus niet meer handmatig door te geven, en ook hoef je niet thuis op een monteur te wachten die de standen komt opnemen. Verder kun je hiermee eigenhandig de teruglevering van je zonnepanelen registreren. Klinkt ideaal, maar zelf een vinger een de pols houden kan geen kwaad, want ook zo’n meter kan fouten maken.

De gegevens die de slimme meter uitstuurt, gaan eerst langs een zogenaamde poort. Elke poort heeft z’n eigen functie. De poort waar wij gebruik van willen maken, is de P1-poort. Dat is een stekkeraansluiting waar je een energieverbruiksmanager aan kunt koppelen. Wanneer je zo’n P1-meter correct installeert, kun je realtime gegevens aflezen over je eigen verbruik. Alle verzamelde gegevens kun je terugvinden in een softwareomgeving van de gekochte meter. Let op: alleen slimme meters beschikken over zo’n poort, houd daar dus rekening mee!

WAAR DAN? Vraag je je nu af waar de P1-poort nou precies zit op de slimme meter? Dat kan soms even zoeken zijn, aangezien die niet direct in het zicht zit. Meestal zit de P1-poort namelijk achter een klepje of rubber dopje. Neem dus even de tijd om de opening op te zoeken. Kun je hem toch niet vinden? Neem dan contact op met je energieleverancier of check of je zelf online een handleiding van jouw slimme meter in de kast kunt vinden. Dan krijg je ongetwijfeld het antwoord.

Op dit klepje zie je duidelijk de aanduiding 'P1' staan. | Foto: Wesley Akkerman

P1-meter gebruiken en uitlezen

Het aansluiten van zo’n P1-meter is eigenlijk vrij eenvoudig. Je hebt zoals hierboven vermeld drie zaken nodig: een slimme meter, een energieverbruiksmanager en een P1-kabel. Die kabel is de brug tussen beide apparaten. Vervolgens dien je de software te downloaden die de fabrikant van de P1-meter aanbiedt. Als je alles goed hebt gedaan, kun je zelf je meterstanden uitlezen, wanneer je dat maar wilt. Dat kan op een computer (met een programma) of met een smartphone (via een app). De fabrikanten leggen de installatie ook zelf nog uit binnen de software of handleiding.

EXTRA PRIK Sommige P1-meters hebben een extra voedingsbron nodig als je ze aan wat oudere slimme meters wilt koppelen (die apparaten hebben de classificatie SMR 5 of lager). Zoek dat dus eerst uit voordat je een meter bestelt. Geen nood: meestal heb je een micro-usb-kabel nodig voor de aansluiting, en die heb je vast nog wel ergens in een laatje liggen in huis.

Binnen de app van de aanbieder (zoals HomeWizard, Plugwise, Smartgateways, Metermind en Enelogic) kun je direct zien hoe het is gesteld met je energieverbruik in huis. Zo kun je met de betere meters een overzicht van verschillende tijdsvakken opvragen: nu, vandaag, deze week, deze maand en dit jaar. De app deelt de informatie op in verschillende vlakken, zoals elektriciteit, gas en zonnepanelen. Je ziet dus niet alleen wat je verbruikt, maar ook wat je opwekt. Zo kun je bijvoorbeeld op piekmomenten de wasmachine aanzetten; dat is een analyse die je kunt maken.

Als je dit soort data verzamelt, moet je er wel wat mee kunnen. Daarom is het handig om hier met een open blik in te gaan en te kijken waar het energieverbruik minder kan – met als doel dat het geen effect heeft op je manier van leven. Met gedetailleerde statistieken is dat prima mogelijk. Dergelijke apps geven namelijk ook inzicht over het verbruik 's nachts en hoeveel gas je verbruikt tijdens het douchen. Bovendien is er vaak ook een kostenoverzicht aanwezig, waardoor je precies weet wat je kwijt bent of hoeveel je bespaart.

De P1-meter zit op de plek van de zwarte aansluiting op deze slimme meter. | Foto: Wesley Akkerman

Bewust energie verbruiken

Wellicht is het je al opgevallen, maar de P1-meter is dus vooral een meter. Een tool om je energieverbruik mee te meten. Het is ook een middel dat mogelijk aanzet tot actie; algemene acties op basis van algemene waarnemingen. Dat neemt niet weg dat je een stuk bewuster omgaat met je energieverbruik. Je weet immers hoe het ervoor staat wat betreft jouw verbruik en wat je daaraan kwijt bent. Wil je nog specifieker te werk gaan, dan kun je investeren in speciale slimme stekkers. Dan kun je per apparaat inzicht krijgen in het verbruik ervan, en dat ook weer indelen op dag- en avondverbruik.

Mogelijk denk je nu: hé, maar ik krijg al zo’n soort overzicht van mijn energieleverancier, wat is de toegevoegde waarde van een P1-meter? En dat klopt: als je een slimme meter in de meterkast hebt hangen, kun je een overzicht bij je leverancier opvragen en dat bekijken in de gratis te downloaden app. Het verschil tussen beide metingen zit 'm echter in de details en de tijd. De P1-meter kan on-demand en in realtime laten zien wat je verbruik is. Ook krijg je een veel gedetailleerder overzicht te zien, waardoor je dus uiteindelijk beter weet waar je aan toe bent.

P1-meters kopen

Oké, nu we genoeg weten over P1-meters, welke moet je dan kopen? Nou, een van de meest bekende en populaire P1-meters van dit moment is die van HomeWizard. Je kunt onze review erop naslaan: dit is een van de meest gebruiksvriendelijke opties van het moment. De installatie is zo gepiept en de metingen zijn accuraat, dus dat is fijn. Waar je wel even rekening mee moet houden: om ook het verbruik van standby-apparaten te kunnen meten, dien je een abonnement van 1 euro per maand af te sluiten. Dat is echter niet verplicht voor het dagelijks gebruik.

P1-meter kopen?

Check dan vooral die van Homewizard!

Een andere optie is de Tibber Pulse. Ook dat is een energiemeter waarmee je in realtime je energieverbruik in kaart brengt. Je sluit hem met een zogenaamde RJ12-kabel gemakkelijk aan op de P1-poort van je slimme meter. Die kabel zit gewoon in de doos als je deze meter bestelt, dus geen zorgen. Na de installatie bekijk je alle gegevens in de gratis te downloaden Tibber-app, beschikbaar voor Android en iOS. Het stroomverbruik gaat tot 24 uur terug in de tijd, behalve als je een energiecontract bij Tibber hebt. Dan krijg je toegang tot je volledige historische verbruik.

Check onderstaande video voor een compilatie van de beste tips om energie te besparen!

Watch on YouTube

⚡Wil jij nog meer energie besparen? Vraag dan de vrijblijvende offerte aan!

Vraag een offerte aan voor verduurzaming:

▼ Volgende artikel
Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys
© ID.nl
Huis

Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys

Een paar bestanden hernoemen is zo gebeurd. Maar zodra je tientallen of honderden namen moet aanpassen, schiet handmatig werk tekort. Dan komt externe software goed van pas. PowerRename, onderdeel van de PowerToys-collectie, biedt uitkomst. Met deze slimme tool kun je grote aantallen bestanden in één keer hernoemen. Dat gaat snel, efficiënt en precies zoals jij het wilt.

Dit gaan we doen

In dit artikel zie je hoe je PowerRename uit PowerToys instelt en gebruikt om grote aantallen bestanden tegelijk te hernoemen. We laten zien hoe je de tool activeert, hoe je hem oproept via Verkenner en hoe je zoek-en-vervangacties, letterinstellingen en automatische nummering toepast. Zo wijzig je in één keer volledige reeksen bestandsnamen, zonder handmatig werk.

Lees ook: Leuker, sneller en handiger: boost je Windows-pc met PowerToys

PowerRename activeren

PowerRename is een stuk krachtiger dan de standaard hernoemfunctie van Windows. De tool maakt deel uit van PowerToys, een opensource-project van Microsoft. Wil je de Microsoft Store-versie installeren? Open dan het Startmenu, zoek naar Microsoft Store en start de app. Typ PowerToys in het zoekveld bovenaan. Klik op Installeren zodra je het programma hebt gevonden. Na installatie verschijnt PowerToys in het systeemvak van Windows. Open het, kies in de linkerkolom PowerRename en je ziet meteen een korte animatie van hoe de tool werkt. Klik op Instellingenopenen en controleer of PowerRename is ingeschakeld. Let op: bij ons werkte PowerRename pas na een herstart van het systeem.

Een animatie toont hoe PowerRename werkt.

Contextueel menu in Verkenner

Open de map met de bestanden die je wilt hernoemen. Selecteer ze allemaal met Ctrl+A en klik met de rechtermuisknop op de selectie. In het contextmenu van Windows Verkenner kies je onderaan de opdracht Naam wijzigen met PowerRename.

Haal PowerRename uit het contextueel menu in Windows Verkenner.

Zoeken en vervangen

Daarna opent het venster van PowerRename. In het veld Zoeken geef je in welk deel van de bestandsnaam je wilt vervangen. In het veld eronder typ je de nieuwe tekst. In ons voorbeeld vervangen we het woord Image door Kreta2015. Nog vóór de wijziging wordt uitgevoerd, toont PowerRename een overzicht: links de oorspronkelijke bestandsnamen, rechts de nieuwe. Zo zie je meteen wat er verandert. Daaronder kies je of de aanpassing moet gelden voor de volledige naam inclusief extensie, alleen de bestandsnaam, of alleen de extensie.

Met de knoppen onder Tekstopmaak pas je eenvoudig het hoofdlettergebruik aan, van alles in kleine letters, naar alles in hoofdletters, alleen een hoofdletter aan het begin, of elke beginletter van een woord in hoofdletters. Het laatste pictogram schakelt de nummering in. Activeer je dat, dan voegt PowerRename automatisch nummers tussen haakjes toe aan de bestandsnamen.

De nieuwe namen verschijnen in voorvertoning naast de oorspronkelijke namen.     

Je allermooiste foto's hernoemd?

Druk ze af en plak ze in een foto-album
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen