ID.nl logo
Huis

Simcity Societies

Laat de naam Simcity vallen en iedereen weet welk spel je bedoelt. Het spel van Will Wright en Jeff Braun (Maxis) zag in 1989 het levenslicht en is sindsdien een waar icoon. Het pc-spel waarin de speler de burgemeester is van een stad, stelt als doel een lap grond om te toveren in een Metropool.

Daarbij moet de speler wel rekening houden met zaken als: vuiltransport, verkeer, vervuiling, brand, energie- en watertransport, winkelcentra, huisvesting, criminaliteit, etc. Een pittig, maar uitdagend concept!

De originele Simcity heeft eigenlijk drie officiele, succesvolle opvolgers gekregen: Simcity 2000, Simcity 3000 en Simcity 4 waarbij EA de nodige hulp heeft geboden vanaf deel drie. Vanaf Simcity 3000 geeft EA namelijk de Sim-spellen en alle uitbreidingspakketten uit. Eigenlijk heeft het Maxis in 1997 overgenomen. Nu is het de beurt aan Simcity Societies (ontwikkeld door Tilted Mill) om de fakkel te dragen.

Ander concept

Al na het eerste scherm is duidelijk dat Societies een heel ander spel is dan zijn voorgangers. De interface doet, in tegenstelling tot die bij Simcity 4, blij en licht kinderlijk aan met felle kleuren en opgeblazen knopjes. Wel doemen op de achtergrond flats en kantoorgebouwen op. Het is dus wel degelijk de bedoeling dat we aan de slag gaan met het bouwen van een stad. De insteek is echter anders: bij Simcity Societies bouw je wel een stad, maar lang niet zo grootschalig als bij zijn voorgangers. Bovendien hoef je je bij Societies niet druk te maken over waterleidingen, elektriciteitstransport, verkeer of andere, complexe infrastructurele zaken... dat laat je aan de pc over. Maar waar maak je je dan wel druk over?

Niet uitdagend

Eigenlijk weinig. Bij Simcity Societies gaat het erom de bewoners van je dorp (het is echt te kleinschalig om het een stad te noemen) tevreden te houden. Heb je blije inwoners, dan werken ze harder en verdien je meer geld. Zijn ze treurig, dan staken ze het werk en kunnen ze zelfs de boel in de fik steken of ze gaan zich bezatten in de lokale kroeg of pin-up club. Met alle gevolgen van dien. Nu klinkt dit heel uitdagend, maar het is niet echt moeilijk je bewoners tevreden te houden. Zorg voor voldoende (interessante) werkplekken en ontspanning in de vorm van fonteintjes, parkjes en uitgaanscentra - die schaart Simcity Societies onder de noemer 'ontmoetingsplaatsen' - en ze blijven eigenlijk wel tevreden. Niet echt realistisch dus.

Thema's

Als speler kun je kiezen uit een gigantische hoeveelheid gebouwen die elk tot een thema behoren. Petje af voor ontwikkelaar Tilted Mill. Thema's zijn overigens door elkaar heen te gebruiken, wat we ook een groot pluspunt vinden. Om een idee te geven van de keuzes die Societies biedt: enkele fantasiethema's, een Oosters thema, een Westers thema, een science-fiction thema, en meer. Bij het bouwen van een stad spelen enkele zaken een rol. Allereerst natuurlijk geld. Zonder geld kun je namelijk niet bouwen. Maar behalve het financiele aspect, gebruiken en produceren gebouwen ook de volgende zaken: welvaart, spiritualiteit, werkkracht, veiligheid, creativiteit en educatie. Wil je bijvoorbeeld een groot kantoorgebouw plaatsen om flink geld te verdienen, dan moet er genoeg creativiteit in de stad aanwezig zijn, omdat het gebouw hiervan snoept. Je krijgt er echter wel weer flink wat werkkracht voor terug. Daalt een van deze zaken onder het nulpunt, dan kom je in de problemen.

Kinderlijk eenvoudig

Nu had Tilted Mill het bovenstaande aspect mooi kunnen uitdiepen, zodat Simcity Societies enige diepgang had. Jammer genoeg is dat niet gedaan en is het kinderlijk eenvoudig de zes punten op peil te houden. Simcity Societies houdt namelijk niet echt rekening met waar je de gebouwen plaatst. Je kunt bijvoorbeeld alle benodigde energiecentrales in een hoek van het veld dumpen, tezamen met een paar hectare aan stadsparken en bloemperkjes, zodat je voor de rest van het spel genoeg creativiteit en energie hebt. Nu is dit heel kort door de bocht - een barokke fontein zorgt er namelijk wel degelijk voor dat gebouwen in de directe omgeving interessanter zijn - maar zo steekt Societies grof gezien helaas in elkaar. Ook vinden we het erg verrassend dat sommige gebouwen geen werkplekken creëren. Naar ons inzicht vereist het wel degelijk menselijk inspanning om een energiecentrale, politiebureau of een ziekenhuis draaiende te houden. Maar nee hoor... in Simcity Societies draaien deze zaken geheel autonoom, zonder de hulp van wie dan ook. Is dit slordigheid, luiheid of onnozelheid van Tilted Mill?

Heftig

Naargelang het spel vorderde, begon ons testsysteem steeds meer te sputteren. Het draaien van het speelveld - petje af voor de ongelooflijk mooie, vrij te verkiezen camerapunten - kostte de 8800 GT en X2 4200+ processor bijzonder veel moeite. Ter verduidelijking: wij haalden op sommige momenten niet meer dan zeven frames per seconde (fps)! En dat terwijl bijvoorbeeld Crysis probleemloos draait met 25 tot 35 fps. Na een blik in het taakbeheer van Windows bleek al snel waar de kink in de kabel zat: Simcity Societies is single threaded geprogrammeerd en maakt dus geen gebruik van de tweede core van de X2 4200+ ... tsja, dat is natuurlijk zonde, want het scheelt enorm in de prestaties. Jammer! Overigens helpt het enorm de schaduw- en weerspiegelingkwaliteit te verlagen.

Echte schoonheid zit van binnen

Echte fans van Simcity zullen dit spel verafschuwen vanwege de overduidelijke oppervlakkigheid. Je hoeft niet na te denken over riolering, stroomdistributie, afvalvervoer of wat voor uitdagende taak dan ook. Toch is het spel op een of andere manier aantrekkelijk. Behalve dat het een echt 'feel good'-spel is, oogt het ook nog eens fantastisch. Elk gebouw - en het zijn er nogal wat - ziet er bijzonder goed verzorgd uit. Texturen ogen tevens fraai en ook de lichteffecten en schaduwen doen realistisch aan. Zeker als je helemaal inzoomt (en je kan heel ver inzoomen) ziet Societies er simpelweg verbluffend uit. Maar is het bouwen van een mooie stad genoeg voor lang speelplezier? Nee. Zeker niet voor de doorgewinterde Sim-fan. Beginners zullen dit spel wellicht aantrekkelijk vinden vanwege de laagdrempeligheid, maar ook zij zullen het na een tijdje te gemakkelijk vinden.PluspuntenMinpuntenConclusie

  • fantastisch graphics

  • laagdrempelig

  • veel keuze in gebouwen

  • te gemakkelijk

  • traag als een stad groot wordt

  • soms volslagen onlogisch en onrealistisch

Simcity Societies oogt fantastisch, maar biedt echt te weinig diepgang voor lang speelplezier. En dan is een kleine bijna 50 euro toch wel erg veel geld.

Ondermaats
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.