ID.nl logo
Word 2010
© PXimport
Huis

Word 2010

Als het om kantoorapplicaties gaat, dan steekt Microsoft Office nog steeds met kop en schouders boven de rest uit qua (gebruiks)gemak. In een cursusreeks over dit softwarepakket bespreken we verschillende onderdelen van Office 2010. In dit eerste deel leggen we u uit hoe u zo efficiënt en gemakkelijk mogelijk een Word-document in elkaar zet. We kunnen boeken vol schrijven over de mogelijkheden, maar we willen u in deze cursus vertrouwd maken met de basis: een zo mooi mogelijk document maken, controleren, afdrukken, opslaan en beveiligen.

We bespreken in deze cursusreeks verschillende onderdelen van Office 2010. Sommige mensen zijn allang over, sommige hebben 2007, en weer andere zullen nog werken met 2003. Voor ieder van u kan deze cursus interessant zijn, we bespreken namelijk de basis van de verschillende programma's uit het pakket.

Microsoft Office 2010 testversie

Office is zeker geen goedkoop product, daarom is het prettig dat u het ook gratis 60 dagen kan uitproberen. Ga naar de website: Microsoft.com en klik op de knop Probeer nu onder het office-pakket dat u wilt proberen.

1. De eerste indruk

Wilt u overstappen vanaf Microsoft Office 2003 of eerder, dan zult u even moeten wennen aan Office 2010. De programma's van Office 2010 hebben namelijk een heel andere indeling dan die van 2003. In 2007 werd het lint geïntroduceerd, een compleet nieuwe indeling die - na even wennen - overzichtelijk is. In het lint staan de mogelijkheden binnen Word ingedeeld in drie verschillende onderdelen: tabbladen (voorheen menu's), groepen en opdrachten. Zo staan onder het tabblad Start onder andere de groepen Lettertype, Alinea, Klembord en Stijlen, en in elke groep staan de losse opdrachten. Naast de tabbladen is Bestand blauwgekleurd, dit tabblad zorgt ervoor dat uw document tijdelijk naar de achtergrond verdwijnt. Er verschijnen allerlei opties om het bestand te beheren zoals Opslaan, Afdrukken of Eigenschappen. Boven de tabbladen (of eronder, als u de locatie hebt aangepast) vindt u de werkbalk voor snelle toegang.

Gebruikt u Office 2010 nog niet zo lang, klik dan eerst eens rustig door de tabbladen om te zien wat de nieuwe indeling u biedt.

©PXimport

Office 2010 is voorzien van een lint en de werkbalk Snelle toegang.

Verborgen onderdelen

In het Lint worden niet alle mogelijke opdrachten weergegeven, dat zou niet passen. Als een onderdeel niet tussen de opdrachten in het lint staat, dan kunt u dit vaak terugvinden onder het keuzevervolgpijltje. Dit is het pijltje dat rechtsonder in de hoek van een groep staat. Houd uw cursor even stil op het pijltje om uitleg te krijgen over het dialoogvenster dat erachter zit, klik erop om de extra opties te openen.

©PXimport

Als een onderdeel niet tussen de onderdelen in het lint staat, dan vindt u het wellicht in het dialoogvenster.

2. Document maken

We beginnen deze cursus met het maken van een nieuw document. U kunt natuurlijk starten met een geheel leeg document, waarin u zelf een indeling maakt. Bij een geavanceerd document is het vaak makkelijker om te beginnen met een sjabloon. Zo wordt het document met de juiste opbouw (van een bijvoorbeeld een brief) vooraf ingedeeld. Ook wordt er vaak een mooie combinatie van opmaak, lettertypes, afbeeldingen en kleuren gebruikt. U hoeft het document dan alleen nog van tekst te voorzien. In Word zijn een aantal standaardsjablonen meegeleverd. Klik op Bestand / Nieuw en kies Voorbeeld-sjablonen. Kies een sjabloon uit, selecteer rechts Document en klik op de knop Maken. Online staan nog veel meer sjablonen, via Word kunnen deze ook gedownload worden. Klik op Bestand / Nieuw en vul in het tekstvak naast Office.com-sjablonen uw zoekterm in en druk op Enter. Weet u geen zoekterm, dan kunt u ook door de verschillende categorieën bladeren. Klik op een pictogram om de categorie te openen. Dubbelklik op een document om het te downloaden en openen of klik op de knop Downloaden om het later te gebruiken.

©PXimport

Met een sjabloon zet u in een handomdraai een professionele brief of ander document in elkaar.

3. Tekst aanpassen

Of u een document nu maakt vanuit een kale pagina of vanuit een sjabloon, het gebruiken van een zelfgekozen lettertype geeft de brief net een persoonlijker karakter. Onder het tabblad Start in de groep Lettertype vindt u alle opdrachten om de letters aan te passen. Klik op het uitklapmenu om de verschillende lettertypen te zien. Selecteer eerst de tekst en dan het lettertype dat u wilt gebruiken. Naast het aanpassen van het lettertype kunt u hier ook de tekengrootte, kleur en markering kiezen. Om tekst een ander lettertype te geven, hoeft u niet telkens naar het tabblad Start te gaan. U kunt ook de miniwerkbalk gebruiken die in transparante weergave verschijnt als u iets selecteert in een document. Door met het pijltje op de miniwerkbalk te gaan staan kunt u een bewerking kiezen.

U kunt natuurlijk ieder stukje tekst apart aanpassen, maar u kunt ook de hele stijl en opmaak in één keer aanpassen. Dit is vooral handig bij het schrijven van lange documenten, bijvoorbeeld een verslag. Door gebruik te maken van stijlen (voorheen profielen), behoudt u een consistente opmaak en kunt u eventueel later gebruikmaken van verwijzingen. Zie ook het kader 'Gebruik van stijlen'.

©PXimport

Een zelf gekozen lettertype geeft de brief net een wat persoonlijker karakter.

Gebruik van stijlen

Als u een verslag, essay of ander lang document schrijft is het verstandig om een bepaalde stijl te hanteren. Dat ziet er niet alleen overzichtelijker uit, het is ook handig als u gebruik gaat maken van verwijzingen, zoals een inhoudsopgave. Als een hoofdstuk of paragraaf telkens met de aanduiding Kop 1 wordt gemarkeerd, kan via het tabblad Verwijzingen / Inhoudsopgave automatisch een inhoudsopgave worden gecreëerd. Dat is niet alleen handig voor geprint exemplaar, maar ook voor de digitale versie. Klik met de Ctrl-toets ingedrukt op een hoofdstuk, en u springt automatisch naar de pagina toe. Een aantal vooraf gemaakte stijlen staat onder Start / Stijl wijzigen / Opmaakset. Ook kunnen de kleuren en lettertypen hier met slechts een paar klikken, in één keer worden toegepast op het hele document.

©PXimport

Open via Start / Stijl wijzigen / Opmaakset een lijst met vooraf gemaakte opmaaksets.

4. Illustraties & Afbeeldingen invoegen

Naast tekst kunnen er aan een document ook afbeeldingen of illustraties worden toegevoegd. Dit kan een eigen afbeelding zijn, maar er worden ook wat illustraties met Word meegeleverd. Ook kunt u via Word online zoeken naar meer illustraties. Open het tabblad Invoegen en klik op de opdracht Afbeelding in de groep Illustraties om een eigen afbeelding te selecteren. Klik in Illustraties op Illustratie om een afbeelding binnen Word te zoeken.

Wilt u wat kleine bewerkingen uitvoeren op een afbeelding, dan hoeft u niet eens een fotobewerkingsprogramma te openen. Word biedt een aantal (beperkte) bewerkingsmogelijkheden. Selecteer de afbeelding, en merk op dat er rechtsboven een nieuw tabblad verschijnt, genaamd Hulpmiddelen voor afbeeldingen. Wanneer u hierop klikt ziet u de bewerkingsopties. U kunt eenvoudige correcties uitvoeren, de kleur aanpassen, stijlen toepassen of de afbeelding een andere positie geven.

©PXimport

Naast alleen een afbeelding invoegen, kan in Word deze ook worden bewerkt.

Andere objecten invoegen

Naast afbeeldingen kunnen er ook andere objecten in Word worden toegevoegd, zoals grafieken, vormen en SmartArt. Ook deze opdrachten zijn te vinden onder het tabblad Invoegen in de groep Illustraties. Om een vorm te maken klikt u op Vormen en kiest u een vorm uit. Ga met het kruisje naar de plek waar u de vorm wilt maken en houd de linkermuisknop ingedrukt. Verplaats vervolgens uw muis om het formaat van het object te bepalen en laat de muisknop los om de vorm te maken. De omvang, locatie, vorm en kleur kunt u achteraf nog aanpassen door het object te selecteren en het Hulpmiddelen-tabblad te openen. In de groep Vormstijlen staan diverse opdrachten om de vorm van een andere kleur te voorzien. Klik op het Meer-pijltje om de hele lijst van vooraf samengestelde kleuren te zien, houd de muisaanwijzer stil op een kleur om een voorbeeld in uw document te zien. Klik de kleur aan om te bevestigen.

©PXimport

Na het maken van een vorm is deze nog aan te passen doormiddel van de Hulpmiddelen.

5. Pagina's vormgeven

In principe is ons document nu af: er staat nu tekst in, we hebben het in de juiste stijl gebracht en we hebben afbeeldingen toegevoegd. We kunnen ons echter voorstellen dat u bij bepaalde documenten nog meer wilt. Wanneer u bijvoorbeeld een uitnodiging voor een verjaardag maakt, kunt u de pagina een kleur of randje geven. Dit doet u als volgt: open het tabblad Pagina-indeling en klik in het onderdeel Pagina-achtergrond op Paginakleur. Kies vervolgens een paginakleur. Wilt u geen kleurtje maar een eigen afbeelding, een patroon of een kleurovergang, klik dan op Opvuleffecten. Wanneer u een eigen afbeelding toevoegt, merkt u wellicht dat u de tekst nauwelijks meer kunt lezen. Kies op het tabblad Pagina-indeling voor Watermerk en vervolgens voor Aangepast watermerk. Hier kunt u een afbeelding selecteren. Tot slot kunt u een randje om de pagina zetten door in het onderdeel Pagina-achtergrond te kiezen voor Paginaranden. In het venster dat verschijnt, kunnen diverse instellingen gekozen worden. Probeer rustig eens een paar mogelijkheden uit. Als het u niet bevalt, kunt u het altijd ongedaan maken door middel van het pijltje terug op de werkbalk Snelle toegang of de toetscombinatie Ctrl+Z.

6. Controleren

Natuurlijk wilt u voorkomen dat er spellings- of grammaticafouten in een document staan. Door middel van rode en groene lijntjes onder de tekst wordt u daarop geattendeerd. Een rood of groen streepje onder de tekst kan met de rechtermuisknop worden aangeklikt. U ziet nu in het menu een of meer suggesties, wellicht heeft Word gelijk en hebt u een spelfout gemaakt. Zo niet, dan kunt u op Toevoegen aan woordenlijst klikken zodat dit woord niet telkens als fout aangegeven wordt. Vertrouw overigens niet blind op de spellingscontrole van Word. Deze laat zo nu en dan nog wel eens een steekje vallen.

Voordat u een document uitprint, verstuurt of publiceert kan er nog een uitgebreide controle gedaan worden. Open het tabblad Controleren. Klik op Spelling- en grammaticacontrole om stap voor stap het document te doorlopen. Woorden kunnen worden genegeerd, toegevoegd aan de woordenlijst zodat ze niet als fout worden gemarkeerd, er kan een wijziging worden gemaakt of er kan om uitleg worden gevraagd. In het tabblad Controleren kunt u verder een synoniemenlijst opvragen, een stuk laten vertalen of het aantal woorden tellen (dit is overigens ook zichtbaar in de statusbalk, onder in beeld).

©PXimport

Controleer een brief altijd eerst op spelfouten voordat u hem verstuurt.

7. Opslaan

Een bestand opslaan kan met de toetscombinatie Ctrl+S of via Bestand / Opslaan (als). Het zal u niet zijn ontgaan dat Microsoft Office sinds versie-2007 een nieuw bestandsformaat hanteert waar Office 2003 niet direct raad mee weet, namelijk .docx (Office Open XML-formaat). Wilt u het bestand als een oud document opslaan, ga dan naar Bestand / Opslaan als en wijzig in het uitklapmenu naast Opslaan als het document naar Word 97-2003-document. Tevens is het hier ook mogelijk andere formaten te selecteren zoals een pdf of een webpagina.

Vergeet u vaak om het bestand waarin u werkt regelmatig op te slaan, zorg dan dat Word vaak een autoherstel-bestand voor u opslaat. Ga naar Bestand / Opties / Opslaan en kies voor een korte tijd, bijvoorbeeld 1 minuut. Wanneer de computer nu uitvalt of Word crasht, hebt u altijd nog het herstel-bestand.

©PXimport

Zorg dat het bestand vaak automatisch wordt opgeslagen, zodat u geen gegevens kwijtraakt.

8. Online opslaan, bewerken en delen

Het is ook mogelijk om het document online op te slaan bij Microsoft SkyDrive en het vervolgens online te bewerken via Office Web Apps. Een document kan direct vanuit Word 2010 online worden opgeslagen. U hebt hiervoor wel een Windows Live ID nodig, dit is aan te maken via Live.com. Om een document vanuit Word online op te slaan, gaat u naar Bestand / Opslaan en verzenden / Opslaan naar web. Klik op de knop Aanmelden en meld u aan. Vervolgens worden uw persoonlijke mappen op SkyDrive weergegeven. Selecteer de map waarin u het document wilt opslaan en klik op de knop Opslaan als en vervolgens op Opslaan. Log vervolgens in op de website Live SkyDrive om het document te bekijken of te bewerken. Er zijn ook applicaties voor mobile telefoons beschikbaar. Kijk op Microsoft.com voor meer informatie.

©PXimport

Met een Windows Live ID kunnen uw documenten ook online op Windows Live SkyDrive worden opgeslagen.

9. Afdrukken

In Word 2010 wordt er geen onderscheid meer gemaakt tussen een afdrukvoorbeeld en afdrukken. Zodra op de toetscombinatie Ctrl+P wordt gedrukt opent de backstage-weergave op Afdrukken. Aan de rechterkant wordt een afdrukvoorbeeld weergegeven, aan de linkerkant kunnen diverse instellingen worden gekozen. U bepaalt hier of het document staand of liggend moet zijn, u kiest het papierformaat en bepaalt op welke printer u het document wilt afdrukken. Als alle instellingen naar wens zijn, klikt u op Afdrukken. De opties voor de printer zelf zijn ook nog aanwezig en kunt u openen door op Printeigenschappen te drukken.

10. Beveiligen

Misschien wilt u niet dat iedereen zonder meer uw document kan openen. In het backstage-venster (Bestand) vindt u onder Info de optie Document beveiligen. Hier zijn diverse mogelijkheden. Zo is het document met een wachtwoord te beveiligen, maar kan het ook gemarkeerd worden als definitief. Zo kan een lezer het document wel wijzigen, maar wordt deze hopelijk ontmoedigd door de melding. Om een wachtwoord op een document te zetten klikt u op Document beveiligen en de optie Versleutelen met wachtwoord. Geef een wachtwoord op en klik op OK, bevestig met nogmaals het wachtwoord. Zodra iemand het document wil openen moet eerst het wachtwoord opgegeven worden. Daarna zijn er wel wijzigingen te maken en op te slaan.

©PXimport

Door een document met een wachtwoord te beveiligen kan niet iedereen het document zomaar openen.

11. Hulp vragen

Helaas kunnen we niet alles over Word 2010 in deze cursus behandelen, maar we kunnen u wel helpen zelf antwoorden te vinden. Een handige hulp bij vragen is de helpfunctie in Office 2010. Deze is een stuk beter dan die in bijvoorbeeld Office 2003, waarbij een digitale paperclip u aan de hand nam. Met de meeste trefwoorden wordt er een juist antwoord op uw vraag gegeven. Om hulp te starten klikt u op het pictogram met het blauwe vraagteken rechtsboven in het scherm, of drukt u op F1. Vervolgens start er een venster op en kunt u in het tekstvak uw vraag stellen. Druk op Enter en er wordt een lijst met resultaten weergegeven. Klik op de titel om de uitleg te laden, vaak wordt stap voor stap uitgelegd hoe u iets kunt verwezenlijken.

©PXimport

Doordat de helpfunctie verbonden is met office.com komen er veel en goede resultaten uit.

Werkbalken en lint aanpassen

Als u wat verder gevorderd bent met Word, dan komt u vast dingen tegen die u toch onhandig vindt. Gelukkig is het ook mogelijk om het lint en de werkbalken aan te passen. Ga naar Bestand / Opties en klik op Lint aanpassen. Aan de rechterkant staat een lijst met de huidige indeling van het lint. Aan de linkerkant vindt u de opdrachten of tabbladen die nog aan het lint kunnen worden toegevoegd. Tussen de twee kaders kunnen door middel van de knoppen onderdelen worden verwijderd of toegevoegd. Een nieuw tabblad maken gaat als volgt: klik op de knop Nieuw tabblad, selecteer het nieuwe tabblad en klik op Naam wijzigen om een titel te geven. Herhaal dit eventueel voor de groepsnaam. Kies in de linkerkolom een opdracht of groep en voeg deze aan uw zelfgemaakte tabblad toe. De positie kan nog aangepast worden door middel van de pijltjesknoppen aan de rechterkant. Druk op OK om te bevestigen. Naast het lint is ook de werkbalk voor snelle toegang (helemaal bovenin) en de statusbalk (helemaal onderin) aan te passen. Klik met de rechtermuisknop op de Werkbalk Snelle toegang en kies Werkbalk Snelle toegang aanpassen. Onderdelen kunnen op een soortgelijke manier worden toegevoegd als bij het lint. Door met de rechtermuisknop op de statusbalk te klikken kunnen met selectievakjes onderdelen worden toegevoegd of verwijderd.

©PXimport

Als u wat verder bent gevorderd met Word, dan is een aanpassing aan het lint of de werkbalk wellicht handig.

Clippy is terug

Eind jaren 90 hadden de meeste Microsoft Office-gebruikers een haat-liefdeverhouding met Clippy (de Office-assistent). Vaak kwam deze paperclip op de meest ongebruikelijke momenten met onnodige tips, toch bracht hij uiteindelijk wel hulp waar nodig. In Office 2003 was Clippy voor het laatst te vinden. Maar hij is niet geheel verdwenen, hij maakt zijn comeback in een game: Ribbon Hero 2, Clippy's Second Change. In het spel is het de bedoeling diverse oefeningen binnen Office 2010 uit te voeren waarmee u punten verdient. Met de oefeningen krijgt u Office onder de knie. Helaas is de Ribbon Hero 2 alleen in het Engels beschikbaar. Op RibbonHero.com kunt u het spel gratis downloaden.

©PXimport

Met het spel Ribbon Hero 2, Clippy's Second Change krijgt u Office zo onder de knie.

▼ Volgende artikel
Verminder je telefoongebruik: zo automatiseer je taken op je smartphone
© iDoPixBox - stock.adobe.com
Huis

Verminder je telefoongebruik: zo automatiseer je taken op je smartphone

Nederlanders besteden elke dag gemiddeld bijna 3,5 uur aan hun telefoon. Daarmee kun je gerust stellen dat smartphones een heel belangrijk onderdeel zijn van het dagelijks leven. Door meer taken te automatiseren kun je jezelf mogelijk wat tijd besparen.

In dit artikel laten we zien hoe je veelgebruikte handelingen op je smartphone automatiseert, zodat je tijd en moeite bespaart:

  • Gebruik Google Assistent-routines om meerdere acties met één commando uit te voeren
  • Automatiseer taken op specifieke locaties of tijden met Google Pixel-regels of Bixby-routines
  • Stel Snelle instellingen en focusmodi in voor directe toegang en minder afleiding
  • Automatiseer handelingen op iPhone met de Opdrachten-app en eigen workflows
  • Stel meldingen, herinneringen of acties in met triggers zoals spraak, locatie of netwerken

Lees ook: Snak je naar een smartphonevrij leven? Deze tips helpen!

Als je merkt dat je veel tijd op je telefoon doorbrengt en minder afhankelijk wilt zijn, kun je schermtijd beperken, pushmeldingen verminderen en bewust telefoonvrije momenten in je routine inplannen. Gratis apps als StayFree kunnen je hierbij ondersteunen. In dit artikel focussen we op een andere aanpak: het automatiseren van taken met ingebouwde functies en tools, zodat je daar minder tijd aan kwijt bent. We bekijken de belangrijkste mogelijkheden binnen Android en iOS (iPhone).

Google Assistent instellen

In afwachting van het moment waarop Google Gemini alle functies van Google Assistent overneemt, laten we zien hoe je met Google Assistent meerdere acties kunt koppelen en deze met een stemcommando of op een bepaald tijdstip activeert. Google Assistent is beschikbaar voor Android en iOS en apparaten als Google Nest (Hub).

Open de app (de eerste keer) en spreek Assistent instellingen in, of ga naar Instellingen / Apps / Assistent. Bij Voice Match kun je de app trainen op je stem en de functie Hey Google inschakelen, zodat de app reageert zodra je Hey Google zegt. Bij Languages kun je meerdere talen selecteren die assistent moet ondersteunen. Met Lock Screen zorg je dat de app ook bij een vergrendeld scherm reageert op je stem. Je kunt bij deze instellingen trouwens ook altijd schakelen tussen Gemini en Google Assistent. Test de werking met instructies als Welk weer wordt het morgen, Speel mijn afspeellijst op Spotify of Wat staat er op mijn agenda.

Ga na of alle opties van Google Assistent optimaal zijn ingesteld.

Specifieke apparaten

Afhankelijk van het merk en model van je Android-telefoon zijn er vaak extra automatiseringsopties beschikbaar. Op de meeste Samsung Galaxy-modellen vind je Bixby-routines (via Instellingen / Geavanceerde functies). Hiermee kun je triggers koppelen aan locatie, tijd of apparaatstatus, zodat bijvoorbeeld Spotify automatisch start zodra je telefoon via bluetooth aan de autoradio is gekoppeld. Op Google Pixel-toestellen kun je instellingen aanpassen op basis van locatie of een wifi-netwerk (via Instellingen / Systeem / Regels). Zo kun je bijvoorbeeld instellen dat je telefoon stil wordt zodra je verbinding maakt met het wifi-netwerk van kantoor.

Google Pixel bevat een eigen functie voor het instellen van regels.

Krachtige routines

Een krachtige functie van Google Assistent zijn routines, waarmee je met één gesproken instructie meerdere acties achter elkaar kunt activeren. Open de app, ga naar Instellingen en kies Routines. Hier vind je suggesties om direct uit te proberen. Wil je een eigen routine maken, tik dan op +Nieuw en selecteer Persoonlijk (alleen jij kunt details beheren) of Huishouden (gezinsleden kunnen details bekijken en aanpassen). Kies Huishouden bijvoorbeeld voor acties waar ook huisgenoten mee te maken hebben, zoals het inschakelen van de lamp bij de voordeur bij beweging of het aanpassen van de helderheid en kleur van smartlampen wanneer de televisie aangaat. Geef daarna je routine een naam, bijvoorbeeld Thuiskomen.

Geef je nieuwe routine een zinvolle naam.

Start … en actie

Tik op +Starter toevoegen en kies uit vier opties: Als ik het de Google Assistent vraag, Op een specifieke tijd, Bij zonsopkomst of zonsondergang, of Als ik aankom op een locatie of deze verlaat. Voor dit voorbeeld selecteren we de laatste optie. Je moet hierbij de voorgestelde machtigingen aan de Google-app geven, zoals Locatie: Altijd toestaan en Exacte locatie gebruiken. We beantwoorden de vraag Wil je een Hele dag-routine plannen met Ja. Tik vervolgens op Selecteer een locatie en kies een bestaande locatie uit Mijn plaatsen of voeg er een toe via +Nieuwe plaats toevoegen. Stel de Straal in (in meters) en bevestig met Starter toevoegen.

Ga daarna naar het tweede deel: +Actie toevoegen. Kies uit opties zoals Informatie en herinneringen, Media afspelen en bedienen, Telefooninstellingen aanpassen, Smarthome-apparaten beheren (zoals lampen, stekkers, thermostaten of Google Chromecast) en Je eigen opdrachten uitvoeren. Voeg één of meerdere acties toe, bevestig met Klaar en vervolgens Opslaan. De routine verschijnt nu bij Je routines, waar je deze kunt (de)activeren en bewerken. Let op dat routines beperkt kunnen worden door Digitaal welzijn, bijvoorbeeld via filters of via de functie Time-out of Niet storen.

Je kunt ook slimme apparaten aansturen met een Google Assistent-routine.

Andere automatiseringen

Android biedt nog wel enkele standaardfuncties om taken te automatiseren of minstens te versnellen. Zo kun je via Instellingen / Digitaal welzijn en ouderlijk toezicht (Android 15) specifieke apps blokkeren binnen bepaalde tijdstippen. Selecteer Focusmodus, kies de storende apps die je wilt verbergen en tik op +Een schema instellen om de modus automatisch te starten en te stoppen.

Via Snelle instellingen (veeg naar beneden en tik op het potloodicoon) kun je tegels voor specifieke acties toevoegen en positioneren voor directe toegang. Voorbeelden zijn Zaklamp, Niet storen, QR-code scannen, Batterijbesparing en andere circa vijftig opties.

Een kleine greep uit het beschikbare arsenaal aan snelle tegels in Android.

Externe apps

Zoek je krachtiger automatiseringsopties, dan is een dienst als IFTTT geschikt (te vinden in de officiële appstores voor Android en iOS). We geven een eenvoudig voorbeeld in Android: je wilt een melding ontvangen zodra je apparaat verbinding maakt met een specifiek wifi-netwerk.

Meld je aan via de app. Tik op de plusknop Create en kies Add bij If this. Selecteer Android Device en Connects to a specific WiFi network. Vul de exacte Network name in en tik op Continue. Tik daarna op Add bij Then That, kies Notifications en selecteer Send a notification from the IFTTT app. Vul bij Message bijvoorbeeld Verbonden met {{SSID}} in. Bevestig met Continue (2x) en Finish. Verleen de nodige toestemmingen en zorg dat Verbonden is ingeschakeld.

Voor Android kun je ook de app Tasker gebruiken. Hiermee kun je uiteenlopende, complexere taken automatiseren, al vereisen sommige acties wel extra machtigingen.

Ook met IFTTT kun je (met behulp van je smartphone) heel wat taken automatiseren.

Voorbeelden van opdrachten

Vanaf iOS 12, iPadOS 13, macOS Monterey en watchOS 7 is de app Opdrachten (Shortcuts) beschikbaar. Hiermee kun je meerdere stappen in één taak automatiseren, vergelijkbaar met Google Assistent Routines. De app is standaard geïnstalleerd, maar indien nodig te downloaden via de App Store.

Bij het opstarten vind je al enkele voorbeeldopdrachten. Tik op de drie puntjes bij een voorbeeld om de onderliggende taakopbouw te bekijken. Elke opdracht bestaat namelijk uit een of meer taken. Zo bestaat de opdracht Stuur laatste afbeelding als tekstbericht uit: Haal nieuwste [1 foto] op, Inclusief schermafbeeldingen, Stuur [Laatste foto] naar [Ontvangers] en Toon bij Uitvoeren (om de ontvangers direct in te voeren).

De opdracht Neem een pauze is complexer. Deze vraagt invoer van een getal voor de minuten dat de niet-storen-functie actief moet blijven. Een als-dan-regel controleert of het getal kleiner is dan één. In dat geval vraagt de app opnieuw om invoer. Deze kennis komt wellicht goed van pas bij het maken van je eigen opdrachten.

De logica achter de standaardopdracht ‘Neem een pauze’, inclusief een voorwaardelijke actie.

Nieuwe opdrachten

Stel, je wilt een ingegeven tekst opslaan als herinnering en tevens naar jezelf sturen als bericht, bijvoorbeeld om een taak of idee niet te vergeten. Open de app Opdrachten en tik op het plusteken bij Starteropdrachten. Typ Vraag om invoer in de zoekbalk Zoek taken en selecteer deze actie. Tik op instructie en typ een tekst als Wat wil je opslaan en versturen? Het onderdeel Tekst kun je laten staan, omdat je geen specifiek type invoer nodig hebt, zoals getal, url, datum of tijd.

Zoek vervolgens Herinneringen in Zoek taken en kies Voeg nieuwe herinnering toe. Tik op Herinnering en veeg de optiebalk boven het toetsenbord naar links tot je Vraag om invoer ziet. Selecteer deze en tik op Gereed. Via het pijlknopje bij de taak kun je nog extra opties instellen, zoals de Prioriteit of een Vlag.

Typ daarna Berichten in de zoekbalk Zoek taken en kies Verstuur bericht. Pas indien nodig de inhoud aan door Vraag om invoer te selecteren. Tik op Ontvangers en zoek naar je eigen telefoonnummer of een andere gewenste ontvanger. Tik op Gereed en vervolgens op het pijlknopje bij deze taak. Schakel desgewenst Toon bij uitvoeren uit.

Tik op Gereed om de opdracht af te ronden. Wil je de taak hernoemen, tik dan op de drie puntjes, gevolgd door het pijlknopje naast de opdrachtnaam. Kies in het menu Wijzig naam of selecteer (ook) andere opties, zoals Kies symbool of Zet op beginscherm. Je kunt de opdracht ook starten via Siri door de naam uit te spreken, bijvoorbeeld: Hé Siri, onthoud dit!

Controleer de logica achter je opdrachten.

Focus-modi

Net als Android biedt Apple een flexibele focusfunctie. Ga naar Instellingen en open Focus. Kies een bestaande focus, zoals Werk, of tik op de plusknop om een eigen modus te maken. Bij een aangepaste focus kun je aangeven waarop je wilt focussen, zoals Lezen of Gamen, en deze een naam en kleur geven.

Stel vervolgens de focus naar wens in. Bepaal bijvoorbeeld van welke personen of apps je geen meldingen wilt ontvangen, hoe je toegangsscherm of beginscherm eruit moet zien en hoe specifieke apps of je systeem zich moeten gedragen. Zo kun je instellen welke inkomende mails je wilt zien in Mail, of je de energiebesparingsmodus wilt activeren enzovoort. Tot slot kun je een tijdsschema instellen voor automatische activering van de focusmodus.

Je kunt diverse focusfilters inschakelen.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Zo werkt een aircooler en dít zijn de voor- en nadelen
© NASIR
Energie

Zo werkt een aircooler en dít zijn de voor- en nadelen

Toe aan wat frisse lucht in huis, maar vind je een airco te duur en een ventilator niet effectief genoeg? Misschien is een aircooler wat voor je. Een aircooler koelt de lucht met water in plaats van een koelvloeistof. Dat heeft een aantal fijne voordelen, maar een aircooler kent ook wat beperkingen. 

In het kort: Aircoolers zijn simpele maar effectieve verkoelingsapparaten die de gevoelstemperatuur in een ruimte een stuk aangenamer kunnen maken. In tegenstelling tot airco's werken aircoolers niet op een zware compressor, waardoor ze stil en energiezuinig zijn. Ze zijn ook veel goedkoper dan airconditioners. Toch zijn aircoolers niet voor iedere woning geschikt. Dit artikel legt uit wat aircoolers zijn, hoe ze precies werken, wat de voordelen zijn ten opzichte van traditionele airconditioners én wanneer je toch beter een airco in huis kunt halen.

Lees ook: Ventilator of mobiele airco?

Aircoolers zijn (nog) niet erg populair. Dat komt omdat aircoolers een stuk minder krachtig zijn dan airconditioners. Airco's zijn in staat om de kamertemperatuur flink te laten dalen, terwijl het effect van een aircooler meer lijkt op dat van een ventilator. Een aircooler zuigt warme lucht aan en haalt dit langs een koelelement met water, waarna de gekoelde lucht weer naar buiten komt. Zo ontstaat er een frisse luchtstroom in de buurt van het apparaat. Zet je het apparaat uit, dan verdwijnt het verkoelende effect snel. 

Voordelen

Hoewel aircoolers geen grote invloed kunnen uitoefenen op de daadwerkelijke temperatuur in een kamer, kunnen ze wél de gevoelstemperatuur aanzienlijk verbeteren. Daarin zijn ze vaak beter dan ventilators, die niet meer doen dan een luchtstroom creëren met de al aanwezige (warme) lucht. Omdat een aircooler warme lucht actief verkoelt met behulp van waterdamp, voelt de luchtstroom uit dit type apparaat extra fris en verkoelend aan. Vooral in kleinere ruimtes zul je dit effect merken.

Een ander voordeel van een aircooler is dat dit apparaat door de afwezigheid van een compressor een stuk stiller is dan een airco. Daardoor kun je een aircooler gerust neerzetten in ruimtes waar stilte gewenst is, zoals in je werk- of slaapkamer. Je hebt voor een aircooler ook geen passende raamafdichting nodig: je kunt hem neerzetten waar je wilt. Vaak zitten er ook nog wieltjes onder waarmee je het apparaat makkelijk van de ene naar de andere ruimte verplaatst. 

Dan is er nog het financiële aspect: een aircooler is over het algemeen veel goedkoper dan een airco. Je hebt immers niet te maken met hoge installatiekosten en ook je energiekosten vallen door het energiezuinige verkoelingssysteem van een aircooler goedkoper uit. Ook de aanschafprijs ligt een stuk lager. Waar je voor een mobiele airco al snel honderden euro's neerlegt, heb je voor een paar tientjes al een goede aircooler. Sommige aircoolers zijn uitgerust met een ingebouwde luchtzuiveraar die stof, pollen en schimmels uit de omgeving haalt: daar leg je uiteraard wat meer geld voor neer. 

©Sekai

Nadelen 

Het voornaamste nadeel van aircoolers is dat ze minder goed zijn in het verkoelen van een ruimte dan airconditioners. Dat komt door het verschil in werking tussen beide apparaten. Een airco onttrekt warme lucht aan een ruimte en voert die via een afvoerslang naar buiten. Tegelijkertijd blaast het apparaat koude lucht van buiten via een compressor met koelvloeistof de ruimte in. Door die dubbele werking kan een airco de temperatuur in een ruimte met wel tien graden verlagen. Een aircooler verlaagt de omgevingstemperatuur met maximaal drie graden. Je kunt op een aircooler dan ook geen gewenste temperatuur instellen; op een airco kan dat meestal wel. 

Een aircooler is daarnaast niet voor elke ruimte even geschikt. Het apparaat maakt de lucht in een ruimte namelijk vochtiger, wat bij warm weer niet altijd gewenst is. Het wordt dan ook aangeraden om het raam open te zetten wanneer een aircooler zijn werk doet, met name in ruimtes met een hoge luchtvochtigheid. Dat het apparaat op basis van vocht werkt, heeft ook als nadeel dat het regelmatig geleegd en schoongemaakt moet worden. Anders kan de boel gaan schimmelen, en dan is de lucht die het apparaat uitblaast lang niet zo fris meer.

Heel lokaal verkoeling nodig?

(bijvoorbeeld op je werkplek)

Wanneer kies je voor een aircooler? 

Een aircooler past bij jou als je geen honderden euro's wilt uitgeven aan een airconditioner, maar wel een apparaat in huis wilt dat een frisse luchtstroom creëert (zonder de daadwerkelijke temperatuur te verlagen). Ook als je een stil apparaat zoekt dat weinig energie verbruikt, is een aircooler een goede keuze.

Wanneer kies je beter geen aircooler? 

Een aircooler is minder geschikt als je grotere ruimtes wilt verkoelen en op zoek bent naar een apparaat dat de temperatuur in huis significant omlaag kan brengen. Ook als de luchtvochtigheid in je woning al hoog is, kies je beter voor een traditionele airco.








Toch liever een vaste airco? ⤵

Vraag een offerte aan voor airconditioning: